File

advertisement
BLOK 1.1
HC
MITOSE EN MEIOSE
22-09-2011
Volledige presentatie staat op BB!
Leerdoel 1: Het proces en het doel van mitose in lichaamscellen uitleggen.
De celcyclus
•Lichaam bestaat uit honderd triljoen cellen (100 000 000 000 000). Cellen moeten
reproduceren om bijvoorbeeld:
- van embryo tot mens te worden
- herstel van beschadigingen
• Reproduceren houdt voor de cel in:
- groeien
- DNA vermenigvuldigen
- zichzelf in tweeën splitsen
De celcyclus bestaat uit een
aantal stadia:
G1: Groei en onderhoud
S: DNA Synthese; elk DNA
molecuul wordt gedupliceerd (met centromeer).
G2: Cel maakt zich klaar voor
de celdeling oftewel mitose
M: Mitose
G1, S en G2 samen: Interfase
De cel bestaat uit: celmembraan, cytoplasma, organellen, kernmembraan, kernplasma,
nucleolus en chromosomen.
• Chromosomen (betekent letterlijk ‘gekleurd lichaam’) bevinden zich in de celkern; in elke
humane celkern zijn 23 paren = 46 chromosomen aanwezig. Chromosoomparen zijn
genummerd;
1 t/m 22 (autosomen)
én XX (vrouw) óf XY (man) - (geslachtschromosomen)
De geslachtskenmerken (info X of Y) ligt alleen op
één chromosomenpaar (paar 23).
•
Onderdelen van een chromosoom zijn:
Chromatid(en) (chromosoomfibril)
Centromeer
Telomeer
Chromosoom/chromatide
bestaat uit een lange draad DNA die ahw.
‘opgefrommeld’ is
Draad waarin erfelijke informatie (DNA) ligt
opgeslagen
Verpakkingsunit voor DNA
-
Het verpakken van DNA
-
DNA zit in een dubbele helix
DNA zit opgerold rond eiwitten (histon eiwitten/non-histoneiwitten) en vormt zgn.
nucleosomen
Nucleosomen zitten wederom zeer dicht inelkaar gevouwen
-
- DNA = Deoxyribonucleïnezuur
- Dubbele helix oftewel 2 in elkaar
gedraaide spiralen
- Ruggengraat: deoxyribose met
een fosfaatgroep
- Aan elke deoxyribose zit een
nucleotide oftewel een base:
A = adenine
T = thymine
C = cytosine
G = guanine
Mitose
Profase
Chromosomen rollen op en het kernmembraan verdwijnt.
Metafase
Chromosomen in het midden van de cel liggen; spoelfiguur ontwikkelt.
Anafase
Spoeldraden ‘trekken’ aan de chromosomen.
- chromatiden laten los en bewegen zich elk naar een kant van de cel.
Telofase
Er ontstaan twee kernmembranen, chromosomen ontrollen zich, cytokenesis (het in twee
delen van een moedercel in twee dochtercellen na de telofase. )
Diploid (2N); dwz van elk chromosoom zijn
er twee exemplaren aanwezig
Diploid
- N.B. zie pp dia’s voor spoelfiguurtje
Mitose:
- Onderdeel van de celcyclus
- Celdeling (equatiedeling):
Uit 1 cel met 46 chromosomen
(23 chromosoomparen) ontstaan 2 identieke
dochtercellen met elk 46 chromosomen
Bestaat uit een kerndeling (karyokinesis) en een
cytoplasmadeling (cytokinesis)
De hoeveelheid DNA tijdens de celcyclus.
In de cel zijn 2 keer 23 chromosomen aanwezig.
G1 fase
Elk chromosoom bestaat uit
1 chromatid
- Hoeveelheid chromosomen
en DNA = 2N, 2C
S fase
Elk chromosoom bestaat uit
2 chromatiden
- Hoeveelheid chromosomen en DNA = 2N, 4C
G2 fase
Elk chromosoom bestaat uit
2 chromatiden
- Hoeveelheid chromosomen en
DNA = 2N, 4C
Mitose samengevat:
- Celdeling (equatiedeling):
Uit 1 cel met 46 chromosomen
(23 chromosoomparen) ontstaan 2 identieke
dochtercellen met elk 46 chromosomen
2N, 2C  2N, 2C + 2N, 2C
Profase, metafase, anafase, telofase
Bestaat uit een kerndeling (karyokinesis) en een
cytoplasmadeling (cytokinesis)
Leerdoel 2: Het proces en het doel van meiose in geslachtscellen uitleggen.
Meiose I: reductiedeling
Meiose II
Celdeling in geslachtscellen/kiemcellen
Uit 1 cel met 46 chromosomen (23 chromosomenparen) ontstaan 4 niet- identieke
cellen met elk 23 chromosomen.
Deze celdeling bestaat uit 2 onderdelen:
- Meiose 1 (reductiedeling):
Aantal chromosomen wordt gehalveerd
2N, 4C  1N, 2C + 1N, 2C
- Meiose 2 (equatiedeling; vgl met mitose):
Splitsing van chromatiden
1N, 2C  1N, 1C + 1N, 1C
MEIOSE I
Start meiose (let op: elk chromosoom
bestaat nu uit 2 chromatiden!!)
Profase 1:
Chromosomen ‘rollen op’(condenseren)
- ‘Homologe’ chromosomen gaan bijelkaar liggen
- ‘Crossing-over’ kan plaatsvinden
- Kernmembraan verdwijnt
Metafase 1:
Chromosomen gaan in het midden van de cel liggen (equatoriale vlak)
- Spoelfiguur ontwikkelt
Anafase 1:
- Spoeldraden ‘trekken’ aan de chromosome.
-van elk paar chromosomen gaat 1 exemplaar naar het uiteinde van de cel.
Telofase 1:
- Deze fase is niet volledig; cellen gaan ahw meteen door naar naar profase 2 van meiose 2
(let op: elk chromosoom bestaat nog uit 2 chromatiden!!)
Het doel van meiose is de vorming van haploide gameten (zaadcel/eicel) zodat er na
bevruchting weer een cel ontstaat met een diploid aantal chromosomen en een normale
hoeveelheid DNA, en de vorming van een uniek individu; uitwisseling van
genetisch materiaal tijdens ‘crossing-over’ (recombinatie).
Crossing- over
Tijdens meisose (profase 1) gaan ‘homologe chromosomen’ naast elkaar liggen. Hierdoor
kunnen deze homologe chromosomen genen met elkaar uitwisselen: ‘crossing over’.
Er ontstaat een ‘nieuwe/unieke’ chromatide met zowel genen afkomstig van de vader als
ook genen afkomstig van de moeder!
Homoloog chromosomenpaar, bijv, 14p en 14m.
Nondisjunctie
Numerieke fout in de celdeling tijdens mitose of meiose
- Mitose/meiose 2: de twee chromatiden van een chromosoom splitsen niet
- Meiose 1: het chromosomenpaar splits niet.
MEIOSE
MITOSE
Door: Annemaartje van Strien
Download