Ben je bang voor mij? Hoeiboei 19 juni 2009 In het jaar 2002 heeft de stichting Ben jij bang voor mij? in Paradiso in Amsterdam een bijeenkomst gehouden, waar ook nog Theo van Gogh en Ahmed Aboutaleb het woord gevoerd hebben. Zou Mohammed Bouyeri, de moordenaar van Theo van Gogh, in de zaal gezeten hebben? Wie er beslist wel in de zaal zaten, waren vriendelijke, naïeve toeschouwers, die aan het schrikken werden gemaakt door assertieve Marokkaanse ‘meiden’. Deze assertivibo’s liepen met draaiende camera en professionele felle belichting op een toeschouwer af, bij voorkeur een met krulletjespermanent, en vroegen dan streng: ‘Ben je bang voor mij?’. De slachtoffers wisten zich geen houding te geven. ‘Ja’ zeggen was politiek incorrect. ‘Nee’ zeggen gaf de situatie ook niet helemaal weer. Het was een kledderige vertoning, en je vraagt je af of er één belastingbetaler deze flauwekul de moeite van zijn belastingpenningen waard heeft gevonden. Of vindt, want het ziet er op Internet uit alsof de stichting nog steeds bestaat. Maar ‘Ben jij bang?’ was een interessante vraag, al hebben we van de stichting Benjijbangvoormij na het startsucces in 2002 weinig meer gehoord. Wat zegt de Koran er eigenlijk over? Ondanks de gebruikelijke kromspraak waarvan de Koranvertalers zich bedienen, is het antwoord glashelder. De Koran (3:151) wil dat de andersdenkenden bang zijn. Er staat daar: ‘Wij (=God) zullen angst werpen in de harten van wie geen moslim is omdat hij geen moslim is want hij is geen moslim’. Inderdaad, de Koran is onvertaalbaar, en van een onnavolgbare schoonheid. De Koran gebruikt dan ook drie keer een andere Arabische uitdrukking voor ‘is geen moslim’. De eerste keer staat er alladhiina kafaroe, ‘degenen die ongelovig zijn’, of ‘die ondankbaar zijn’, of wat dan ook. Betekenis: is geen moslim. De tweede keer staat er bi-maa ashrakoe bi-Llaah, ‘omdat/doordat zij aan God [verkeerde eigenschappen of collega-goden] toekennen’, ‘omdat zij verkeerde opvattingen over God hebben’. Betekenis: Omdat zij geen moslim zijn. De derde keer staat er maa lam yunazzil bihii sulTaan, ‘waarvoor [God] geen toestemming heeft geopenbaard’, of: ‘want [God] heeft [aan Mohammed] iets anders geopenbaard’. Betekenis: [Wat hij zegt] is niet islamitisch [dus hij is geen moslim]. Dit is wel zeker een van de meest transparante verzen uit de Koran. De betekenis laat aan duidelijkheid niets te wensen over: Wie geen moslim is, is bang. Moslims in Europa weten uit eigen waarneming dat het wel meevalt, maar Moslims in het Midden-Oosten geloven echt dat het inderdaad zo is. Bijvoorbeeld in gesprekken in het thee- of koffiehuis of in preken zult u menigmaal meegedeeld kunnen krijgen dat westerlingen gek zijn van angst: voor de islam en voor de moslims, maar ook voor de dood en het hellevuur. Dit is in de islamitische wereld de gangbare opvatting. Alleen zelf moslim worden kan aan deze angsten een einde maken. Eigenlijk heel aardig dat ze ons van onze angsten af willen helpen. Voor wie zou willen gaan ontkennen dat de Koran het hier over angst heeft, het woord voor ‘angst’ dat de Koran gebruikt in 3:151 luidt rucb. Toegegeven, geen woord dat ook in de spreektaal dagelijks gebruikt wordt, maar toch ook weer niet zo bijzonder. Wat zullen de Imams onder hun baard, tabberd en toga geschuddebuikt hebben terwijl die mevrouwen met krulletjespermanent braaf zeiden niet bang te zijn. ‘Dat komt nog wel mevrouwtje’, moeten ze gedacht hebben, want als die angst niet komt, staat er een onwaarheid in de Koran. En alles wat er in de Koran staat is waar – of zal op de lange duur waar worden. Daarom horen we natuurlijk ook niet zo veel meer van de stichting Benjijbangvoormij. Mohammed, de profeet van de moslims, had het niet zo op lachen. De imams en hun hofhoudingen vonden dit soort komieke voorstellingen die zo op hun lachspieren werkten, ongepast. En u weet, als de Imams iets ongepast achten, dan verdwijnt het uit het openbare leven.