GroenLinks: Samenvatting partijprogramma 2010

advertisement
Inhoud
CDA: Samenvatting partijprogramma 2010 ....................................................................... 2
PvdA: Samenvatting partijprogramma 2010 ...................................................................... 4
VVD: Samenvatting partijprogramma 2010 ....................................................................... 6
GroenLinks: Samenvatting partijprogramma 2010 ............................................................ 8
D66: Samenvatting partijprogramma 2010 ...................................................................... 10
CU: Samenvatting partijprogramma 2010 ....................................................................... 12
SP: Samenvatting partijprogramma 2010 ........................................................................ 15
PVV: Samenvatting partijprogramma 2010 ..................................................................... 16
Trots op Nederland: Samenvatting partijprogramma 2010 .............................................. 16
1
CDA: Samenvatting partijprogramma 2010
Het verkiezingsprogramma van het CDA heeft aanknopingspunten voor MEE.
Cliëntondersteuning wordt niet separaat genoemd, maar het CDA noemt wel:
Algemeen
 Gespreide verantwoordelijkheid en solidariteit gelden als principes ;
 Mensen die niet mee kunnen doen, daarop aanspreken, maar mensen die daar
moeite mee hebben of niet mee kunnen adequaat beschermen en bij de
maatschappij blijven betrekken. Het CDA vindt dat niemand buitengesloten mag
raken;
 Een werkend arbeidsmarktbeleid gaat gepaard met een activerende sociale
zekerheid. Dat betekent dat wie mee kan doen ook daadwerkelijk mee doet, om
wie echt niet kan te beschermen.
 De eigen kracht van mensen, gezinnen en de omringende familienetwerken
moeten het uitgangspunt zijn. De overheid heeft als taak om te zorgen voor
randvoorwaarden die mogelijk maken dat gezinnen goed kunnen functioneren.
Leren en werken
 In elk kind schuilt talent, ook leerlingen met leer- en gedragsproblemen en
jonggehandicapten. Voor deze zorgleerlingen geldt regulier onderwijs als het kan,
speciaal als het moet.
 Mensen die niet zelfstandig naar vermogen werk kunnen vinden of behouden,
worden hierbij geholpen. Bestaande regelingen zoals de WSW, de Wajong en de
loonkostensubsidies van de gemeenten worden op termijn geïntegreerd volgens
de systematiek van de Wajong, waarbij begeleiding geboden wordt door
werkmeesters en werk op maat.
 Gemeenten krijgen de financiële en bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het
Werkbedrijf, de sociale werkvoorziening en de Wet Werk en Bijstand.
Regelgeving en geldzaken
 Het CDA wil een meer proactieve schuldhulpverlening. Het CDA wil stimuleren dat
gemeenten proactief budgetadviesgesprekken aanbieden bij de aanvraag van een
WW-uitkering.
Zorg





Het CDA vindt het van belang dat mensen zelf keuzes kunnen maken van wie ze
waar en op welke manier zorg kunnen ontvangen.
Kwaliteit moet zichtbaar worden gemaakt door het ontwikkelen van betrouwbare,
toetsbare normen.
Juist voor mensen die zich voor hun voorzieningen bij meerdere loketten mo eten
melden, zijn met een integrale indicatie geholpen.
Chronisch zieken hebben belang bij afstemming van het zorgaanbod. Daarom
wordt ketenzorg verder gestimuleerd.
Zorg voor mensen met een ernstige, meervoudige handicap zal in de AWBZ
blijven. Alle zorg die niet goed medisch objectief geïndiceerd kan worden, wordt
overgeheveld naar andere domeinen. Kortdurende AWBZ-zorg, zoals op herstel
gerichte revalidatiezorg of eerstelijns verpleegkundige zorg, wordt overgeheveld
naar de Zorgverzekeringswet. Dit versterkt de ketenzorg in de eerste lijn.
2




De cliëntvolgende bekostiging moet tegemoetkomen aan de nieuwe rol van
zorgvrager die zo lang mogelijk blijft wonen, werken en recreëren. Ook kan het
laten uitvoeren van de AWBZ door zorgverzekeraars een goede impuls zi jn voor
de cliëntvolgendheid.
De rol van de overheid is vooral het leggen van verbindingen en zo nodig het
bieden van een vangnet. In de toekomst zullen meer delen van de AWBZ naar de
Wmo worden overgeheveld. Zo worden gemeenten straks verantwoordelijk voor de
functie begeleiding, waar deze niet onlosmakelijk is verbonden met 24 -uurszorg.
Mensen met beperkingen moeten zelfstandig zijn waar het kan en professionele
ondersteuning krijgen waar nodig.
Het CDA wil dat op een jonge leeftijd bij kinderen met een beperking de juiste
diagnose wordt gesteld, zodat er ook sprake kan zijn van vroege behandeling.
Overig
 Het CDA tornt niet aan de bestuurslagen. Het CDA bepleit zo mogelijk per
probleem één bestuurslaag verantwoordelijkheid te geven. In het openbaar
bestuur wordt een efficiencyslag doorgevoerd.
 Zoveel mogelijk doeluitkeringen worden omgezet in een algemene uitkering aan
gemeenten.
 We gaan de uitvoering van overheidstaken organiseren naar doelgroepen en
werkprocessen.
 Minder bureaucratie en subsidies.
3
PvdA: Samenvatting partijprogramma 2010
Algemeen
 Grenzen aan marktwerking, “we staan negatief tegenover het introduceren van
commerciële motieven bij publieke diensten waar toegankelijkheid voorop staat”.
 Centrale rol van de lokale overheid bij het terugdringen van bestuurslagen. Geen
gedwongen schaalvergroting maar een onderscheid tussen centrum - en
regiogemeenten.
Leren








Zorg








en werken
Zorg en onderwijs moeten beleidsmatig goed samenvallen.
Stimuleren van zorg en adviesteams op scholen.
Beter regulier én speciaal onderwijs voor kinderen met een beperking door betere
docenten en een sterkere positie van de ouders.
De ‘werkschool’ gaat er voor zorgen dat de zwakste leerlingen binnen het
onderwijs blijven en aansluiting krijgen met het bedrijfsleven.
Innovaties die de toegankelijkheid vergroten van nieuwe media voor mensen met
een beperking krijgen steun.
Gemeenten verantwoordelijk voor de WAJONG en ‘onderdelen van de AWBZ’.
Één loket en indicatiestelling voor WAJONG, WSW, AWBZ en WMO.
Sociale werkvoorziening is een vorm van participatie, salarissen in de WSW
worden in de loop der tijd aangepast.
Burgers moeten meer invloed krijgen op zorginstellingen, corporatief bestuur
waarin ook patiënten- en cliëntenvertegenwoordigers zitten leent zich daar prima
voor. Fusietoets uit het onderwijs uitbreiden naar zorg. Stimuleren doelmatigheid
door het stimuleren van samenwerking in zorgketens of coöperaties
Minder bureaucratie en meer ruimte voor de professional door terug dringen van
registraties en een effectiever en efficiënter toezicht op de zorg.
Gemeenten krijgen meer taken uit AWBZ en jeugdzorg, met het oog op
samenhang tussen onderwijs, werk en welzijn .
Zorg moet zoveel als mogelijk in de buurt de burger voor handen zijn.
De compensatie op het eigen risico voor chronisch zieken en gehandicapten blijft
in stand.
Ratificatie van VN verdrag over rechten van mensen met een handicap. Wet
gelijke behandeling voor gehandicapten en chronisch zieken zal ook gelden in
openbaar vervoer.
Gratis parkeren voor gehandicapten.
Aandacht voor actieve sportdeelname door mensen met een functiebeperking.
Jeugdzorg
 In de jeugdzorg verschuift het accent naar preventie. Gezinnen krijgen
ondersteuning bij wat ze zelf kunnen doen.
 Professional meer ruimte geven om te doen wat nodig is, “vaak is een indicatie
stelling dan overbodig”.
 Plaatselijk moeten alle vormen van jeugdhulpverlening samenkomen, inclusief de
zorg in het onderwijs.
4

Als in en om een gezin meerdere hulpverleners actie zijn moeten we waarborgen
dat één gezinscoach de leiding krijgt.
5
VVD: Samenvatting partijprogramma 2010
Algemeen
 “De prioriteiten van de VVD liggen bij een sterke economie, een veilige
samenleving, het beperken van immigratie en het op orde brengen van de
overheidsfinanciën”.
 “Om Nederland weer op de rit te krijgen moeten ondernemers meer kansen
krijgen, is beter onderwijs nodig, moet de immigratie van kansarmen stoppen,
moeten de files sterk worden teruggedrongen en moet het huishoudboekje van de
overheid op orde worden gebracht”.
Leren en werken
 Oog voor het speciaal onderwijs. Bij jongeren met een beperking vooral kijken
naar wat ze wel kunnen. Regulier onderwijs moet voorwaarden scheppen om
leerlingen die onnodig in het speciaal onderwijs terecht zouden komen,
doeltreffend op te vangen. Betere verdeling van middelen voor zorgonderwijs i.r.t.
regulier onderwijs. Ieder kind heeft recht op onderwijs dat recht doet aan zijn
talenten en de overheid dient dit te faciliteren. Extra aandacht aansluiting
arbeidsmarkt en leerlingenvervoer voor leerlingen met een beperking.
 Samenvoegen WWB, Wajong, en WSW en bij gemeenten onderbrengen. Teveel
jongeren worden te snel afgeschreven. Verplichte herkeuringsmomenten
Wajongers. Wachtlijsten SW wegwerken door COA’s aan te passen zodat minder
mensen aanspraak hoeven te maken op de WSW. Alle re-integratietaken gaan
naar de gemeenten, alleen inzetten voor bijzondere doelgroepen a ls
arbeidsgehandicapten. Opheffen UWV als uitkeringsinstantie, wel in stand houden
als keuringsinstantie.
Zorg
Jeugdzorg
 Energie steken in kinderen die het meest de hulp van Jeugdzorg nodig hebben.
Door tijdig problemen te signaleren kan snel gepaste hulp worden geboden.
 Sector barst van de bureaucratie en is onnodig versnipperd. Daardoor wordt geen
goede hulp geboden en worden wachtlijsten niet weggewerkt.
 Te snel en te veel beroep op jeugdzorg, inefficiënte zorgindustie en –bureaucratie.
Minder bureaucratie en regelgeving, geldstromen verleggen naar preventie en
efficiency vergroten door regie bij gemeenten te leggen. Maatwerk door vrijheid dit
zelf te organiseren.



Gezondheidszorg
Goede maar ook betaalbare gezondheidszorg. Voorkomen dat kwetsbaren in de
samenleving de dupe worden van de sterk stijgende kosten in de
gezondheidszorg. Duidelijke keuzes maken. Kleinschalig, in de buurt en
persoonsgericht, betaalbaar en toegankelijk. Meer zeggenschap voor
consumenten en zorgondernemers.
Zorg efficiënter inrichten en besturen.
Huisarts als poortwachter om onnodig beroep op zorg te voorkomen.
6





Zorgverzekeraars moeten zich verder ontwikkelen tot concurrerende en
risicodragende verzekeraars. Geen fusies zorgverzekeraars en zorginstellingen.
Verhoging eigen risico naar 300 Euro per jaar. Geen eigenbijdrage huisarts, wel
huisarts onder eigen risico. Geen hogere premies bij ongezond gedrag. Uitgaven
en doelgroep zorgtoeslag beperken.
Kleiner collectief pakket.
Chronisch zieken, gehandicapten en psychiatrische patiënten hebben vaak
levenslang zorg nodig. Kleinschalige voorzieningen, zoveel mogelijk regie over
eigen leven. Aanspreken op wat men wel kan.
Langdurige zorg naar zorgverzekeringswet (variant Zorg verzekerd). Wonen en
zorg apart financieren. PGB wettelijk verankeren.
“De VVD handhaaft de begeleiding naar zorg (MEE) voor de groep Licht Verstandelijk
Gehandicapten. Daarmee waarborgen wij ook voor hen dat zij zo zelfstandig mogelijk
kunnen wonen en werken, ook wanneer zij niet kunnen terugvallen op familie of
vrienden… De VVD wil dat ook de meest kwetsbare groepen die een beroep doen op de
langdurige zorg een kwalitatief goed leven kunnen leiden.”
7
GroenLinks: Samenvatting partijprogramma 2010
Het definitieve verkiezingsprogramma wordt vastgesteld op het verkiezingscongres van
zondag 18 april.
Algemeen
 1.14.c.
De emancipatie van minderheden zoals homo’s en mensen met een
beperking is een speerpunt
 6.1
In de wet wordt vastgelegd dat instellingen die werken met publieke
(zorg)gelden altijd een vergunning hebben en geen winstoogmerk.
 6.3
De gemeenten krijgen de regie over de lichte jeugdzorg, zoals
opvoedingsondersteuning aan huis.
 7.1
In artikel 1 van de Grondwet wordt expliciet gemaakt dat
discriminatie op grond van seksuele voorkeur, leeftijd en handic ap niet is
toegestaan
 7.5
De wet gelijke behandeling wordt aangescherpt.
Leren en werken
 Het neoliberale marktdenken is failliet. Publieke taken als zorg en onderwijs
moeten we niet prijsgeven aan de markt maar koesteren en verbeteren.
 Stimuleren arbeidsparticipatie van o.a. mensen met een beperking.
 3.8
Er komen verplichte quota voor het aantal gedeeltelijk
arbeidsgehandicapten dat werkgevers in dienst moeten hebben, het in dienst
nemen van gedeeltelijk arbeidsgehandicapten wordt meer gestimuleerd en
gefaciliteerd. Bekendheid met bestaande regelingen wordt bij werkgevers
vergroot.
 3.17
De verzekering tegen gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid
(WIA/WGA) wordt verbeterd via aanpassing van het Schattingsbesluit, zodat recht
wordt gedaan aan serieuze gezondheidsproblemen.
 4.8d
Schooluitval wordt tegengegaan door jongeren die dreigen uit te
vallen een eigen coach of studiebegeleider te geven en beter samen te werken
met de hulpverlening
 7.3
De Arbeidsinspectie gaat strenger optreden tegen discriminatie op
de arbeidsmarkt
 8.11
De zeggenschap van burgers in zorg- en onderwijsinstellingen en
woningcorporaties wordt versterkt
Regelgeving en geldzaken
 3.16
Er komt een Wet investeren in mensen (WIM) die de WWB, WIJ,
Wajong en WSW bundelt tot een nieuwe regeling waarin participatie centraal staat
die door de gemeenten wordt uitgevoerd.
 6.4
Ouderen, chronisch zieken en mensen met een handicap krijgen
maximale zeggenschap over het eigen leven via pgb’s; een onafhankelijke
indicatiestelling voor zorg, onderwijs, werk en inkomen; gemeenten krijgen de
plicht om participatie zo breed mogelijk te ondersteunen ter compensatie van de
recente bezuinigingen in de AWBZ; mantelzorgers worden beter ondersteund door
gemeenten.
8
Zorg









Goede zorg is een basis behoefte die voor iedereen toegankelijk en betaalbaar
met zijn. De overheid bewaakt daarom de kwaliteit en de toegang door
randvoorwaarden te stellen en eisen op te leggen aan zorgverleners. Elk
winstoogmerk met daarbij worden uitgesloten. Op zorg mag niet worden bezuinigd.
Extra geld is nodig om de omslag te kunnen maken naar zorg dichter bij huis,
waarbij mensen zoveel mogelijk de regie in eigen handen houden. Tegelijkertijd
moet zorg beter, goedkoper en eerlijker worden georganiseerd.
Kinderen, jongeren en ouderen die hulp nodig hebben bij het opgroeien en
opvoeden, moeten dicht bij huis steun kunnen vinden. Alleen wanneer kinderen
niet veilig zijn in hun eigen omgeving worden ze uit huis geplaatst. Ouderen en
chronisch zieken en mensen met een handicap wonen en werken het liefst in hun
eigen buurt en zo zelfstandig mogelijk. Ook als mensen afhankelijk worden van
zorg en ondersteuning, willen ze zoveel mogelijk de regie over hun leven
behouden. GroenLinks wil het daarom eenvoudiger maken om te kiezen voor
pgb’s. Uiteraard blijft er ook goede ondersteuning voor wie de zorg niet zelf kan en
wil regelen. Gemeenten krijgen extra geld om thuiszorg en kleinschalige
voorzieningen in de wijk uit te breiden, zoals dagbesteding voor demente ouderen.
Door mantelzorgers goede ondersteuning te bieden wordt de kracht van het eigen
netwerk van familie, vrienden en buren beter benut en de zorg zo dichtbij mogelijk
georganiseerd. Zorginstellingen gaan zorg kleinschaliger organiseren en meer op
maat aanbieden. De eerstelijnszorg wordt versterkt en dichtbij mensen
georganiseerd, in hun eigen buurt, met thuiszorg, huisarts en wijkverpleegkundige.
Zorgverzekeraars krijgen een grotere rol in de uitvoering van de publieke zorg.
Zorgverzekeraars moeten dan wel zonder winstoogmerk opereren en verplich t
samenwerken met gemeenten om zorgvoorzieningen in de wijk te realiseren.
Preventie is de beste gezondheidszorg.
Niet alleen repressie, maar ook preventie bijvoorbeeld bij opvoedingsproblemen
en geweld binnen gezinnen
6.5
De wooncomponent wordt uit de AW BZ gehaald
6.9
Zorg in de wijk komt centraal te staan
6.16
Zorgverzekeraars zonder winstoogmerk krijgen een centrale rol in de
uitvoering van de publieke basisverzekering
6.18
Langdurige zorg (AWBZ) wordt zoveel mogelijk overgeheveld naar
de publieke basisverzekering
7.14
Preventie van misdaad staat voorop. Probleemgezinnen krijgen
intensieve hulp bij het opvoeden. Minder jongeren verlaten de school zonder
diploma.
Overig
 Meer armslag voor gemeenten, bijvoorbeeld op het terrein van cultuur en lichte
jeugdzorg. Kleine gemeenten moeten dan wel opschalen. Actieve burgers krijgen
meer invloed op hoe hun leven is georganiseerd.
GroenLinks en MEE
Het programma van GroenLinks biedt een aantal aanknopingspunten om de
cliëntondersteuning te borgen. Omdat ook GroenLinks een grotere rol wil geven aan de
gemeenten, kan het zijn dat zij de cliëntondersteuning zien als een functie die via de
gemeenten geregeld moet worden.
9
D66: Samenvatting partijprogramma 2010
Algemeen
 Financieel economisch kader noemt 5 speerpunten: onderwijs, werken, wonen,
duurzaamheid en kwaliteit van overheid en bestuur. Wat het werken betreft wil
D66 stoppen met duren, maar nauwelijks effectieve re -integratietrajecten.
Daarnaast kiest D66 voor meer concurrentie en efficiency in de zorg waar bij van
mensen een grotere eigen bijdrage mag worden verwacht. De AWBZ moet terug
naar de kern: zware, onverzekerbare, langdurige zorg. Wat daar niet onder valt
gaat naar Zvw of Wmo.
 Minder taken bij het rijk en meer taken bij de gemeenten.
 Gemeenten krijgen max. 2 jaar de tijd om hiervoor met adequate voorstellen te
komen. Constructies als Wet Gemeenschappelijke Regeling en WGR -plus worden
fors verminderd. Meer gemeentelijke taken: AWBZ (welzijnsbeleid), (langdurige)
zorg, jeugdzorg en sociale zekerheid. Dit biedt ook ruimte omtaken en
bevoegdheden van ZBO’s, zoals UWV, over te hevelen naar gemeenten.
Gemeenten krijgen meer ruimte voor beleidsvrijheid en financiële middelen.
 Grotere gemeenten als voorwaarde voor decentralisatie. D66 wil een plan van
aanpak dat voorziet in een aanzienlijke decentralisatie van rijkstaken naar
gemeenten. Daarvoor is een aanzienlijke opschaling nodig.
 Wmo is geen zorgwet. D66 bepleit ook tussen Zvw en Wmo een helder
onderscheid: zorg, welzijn en vervoer. Gemeenten moeten gesteun d worden om
maatwerkoplossingen te leveren. Daarbij pleit D66 voor een integrale context voor
de Wmo in combinatie met andere beleidsterreinen. Dit vergt grote deskundigheid
en vindingrijkheid van de gemeente en kan worden gerealiseerd in gecombineerde
loketten.
Leren en werken
 De Wajong moet hervormd worden. De toegang wordt beperkt tot de volledig en
duurzaam arbeidsongeschikten. D66 gaat uit van wat jongeren nog wel kunnen en
wil op grond daarvan ondersteuning voor hen organiseren.
 Door spijbelen en vroegtijdig schoolverlaten verspelen jongeren hun kans om mee
te doen in onze maatschappij. De schatting is dat er in Nederland nog steeds bijna
anderhalf miljoen laaggeletterden zijn. Dit is onacceptabel. D66 wil deze
achterstanden adresseren en de uitval tegengaan door een aanpak van
voorkomen en genezen.
Regelgeving en Geldzaken
 D66 pleit voor verdere uitbouw van de regie van het individu over de keuze van
zorg en zorgverleners en maakt zich daarom sterk voor pgb’s en pvb’s. Fraude
wordt krachtig bestreden.
Zorg

De patiënt, het individu, staat te allen tijde centraal in de zorgverlening. D66 pleit
voor meer regie van het individu over de keuze van zorg en zorgverleners. D66 wil
patiëntgestuurde zorg. Zorgaanbieders en zorgverzekeraars nemen hun
verantwoordelijkheid om de zorg transparant te organiseren. Voor kwetsbare
patiënten geldt: regie waar het kan, ondersteuning waar het moet.
10





Patiëntenorganisaties dragen bij aan het zelfbewustzijn en autonomie van
patiënten en zorggebruikers. De patiëntenbeweging is financieel nog te afhankelijk
van subsidies en is ook te versnipperd. Zij moet haar krachten bundelen en
betaald worden uit de zorgpremies.
De AWBZ is niet langer betaalbaar als er geen fundamentele keuzes gemaakt
worden. D66 brengt de AWBZ terug naar de essentie. Voor D66 geldt: is het
verzekerbaar, dan valt het onder de Zvw gaat het om welzijnstaken, dan onder
Wmo. Zo blijft een andere AWBZ over, beperkt, maar sociaal. Ook in deze AWBZ
kan de efficiëntie worden verhoogd door uitvoering door de zorgverzek eraars.
D66 stimuleert de mogelijkheden om de werkdruk op mantelzorgers te verlichten.
D66 wil dat gemeenten een actieve rol spelen bij het opstarten en ondersteunen
van vrijwilligersinitiatieven voor mensen die niet meer onder de AWBZ vallen. Zij
zijn nu aangewezen op hun eigen, soms beperkte, netwerk.
M.b.t. de GGZ pleit D66 voor een vroegtijdige en adequate diagnostiek en
behandeling. D66 wil een betere investering in de GGZ van jongeren. Dat
voorkomt onnodig schoolverlaten, verval in crimineel gedrag, l angdurige
afhankelijkheid van een (Wajong) uitkering of een hoge zorgconsumptie bij
volwassenheid. Vroegtijdig opsporen en behandelen is cruciaal.
Jeugdzorg
 Regie over jeugdzorg bij gemeente. D66 wil dat de taken van het CJG en een deel
van de taken van Bjz (vrijwillige jeugdzorg) onder een regie worden gebracht en
door een instelling worden uitgevoerd. Om versnippering van middelen en
zorgaanbod tegen te gaan moeten verantwoordelijkheid en financiering in handen
komen van een overheidslaag: de gemeente. Dat geldt ook voor de provinciaal
gefinancierde jeugdzorg en de AWBZ gefinancierde jeugdzorg.
 Vooral als het om jongeren gaat zal steeds een tweesporenbeleid gevoerd moeten
worden: preventie en repressie moeten hand in hand gaan. Opvoeding en
onderwijs, hulpverlening aan probleemgezinnen en jongeren zijn essentieel. Daar
waar de wet wordt overtreden, moet ook duidelijk zijn dat dit niet wordt
getolereerd. De pedagogische doelstelling blijft leidend beginsel in het
jeugdstrafrecht. D66 wil dat er naast de straf ook meteen gezinszorg wordt
opgestart. Zo kan het probleem bij de bron worden aangepakt.
D66 en MEE
Belangrijke punten uit het programma voor MEE: versterken gemeenten, meer
marktwerking in de zorg, regie bij cliënt, veel aandacht voor preventie (s chooluitval,
werkloosheid, criminaliteit), voor kwetsbare patiënten: regie waar het kan en
ondersteuning waar het moet. Verder weinig aandacht voor mensen met beperkingen.
11
CU: Samenvatting partijprogramma 2010
Leren en werken
 Er zijn meer mogelijkheden om verbindingen te leggen tussen
onderwijsinstellingen en diverse partners (gemeenten, jeugdzorg en GGD) om
zodoende een passend begeleidingstraject voor iedere leerling vorm te geven.
 Kwetsbare zorgleerlingen moeten de kans krijgen zich maximaal te ontwik kelen,
ook als zij worstelen met meervoudige problematiek.
 Omdat niet alle kinderen hun plek kunnen vinden in het regulier onderwijs, blijft
speciaal onderwijs hard nodig.
 Wajong, WIJ, WW en bijstand worden gestroomlijnd waarbij het hebben van werk
of scholing uitgangspunt is.
 Recht op werk of scholing voor jonggehandicapten met mogelijkheden, gemeenten
worden hiervoor verantwoordelijk.
 Sociale werkplaats alleen voor diegene die een veilige werkomgeving nodig
hebben vanwege arbeidsbeperking.
 In aanbesteding overheidsopdrachten worden afspraken gemaakt over inzet aantal
mensen ‘op afstand van de arbeidsmarkt’
Jeugd en Gezin
 In de jeugdhulpverlening is de focus verlegd van specialistische verkokerde
hulpverlening naar integrale samenwerking rondom multiprobl em gezinnen (één
gezin. Één plan)
 Hierdoor krijgen ouders en kinderen te maken met minder verschillende
hulpverleners. Bovendien is geïnvesteerd in de versterking van de eigen kracht en
de versterking van de sociale netwerken van gezinnen
 Ook in een volgend beleid blijft een minister voor J&G nodig, met een verbreding
naar op terreinen die thans onder Onderwijs, Justitie en Kinderopvang vallen
 Opvoedingondersteuning moet altijd gericht zijn op het versterken van de eigen
kracht van het gezin en het sociaal netwerk
Zorg
Jeugdzorg
 Signaleer tijdig; voorkom dat lichte problemen uitgroeien tot complexe. Versterk
daarom de eerste lijn. Breng ondersteuning en advies waar ouders komen
(Kinderopvang, scholen).
 Niet elke opvoedvraag is een vraag om professionele hulp. Geef de ouders en het
sociaal netwerk bij voorkeur de kans om de regie over het gezin in handen te
houden door zelf een plan op te stellen en zo mogelijk informele in te schakelen
via een netwerk beraad zoals de ‘Eigen Kracht conferenties’.
 Geeft gemeenten meer verantwoordelijkheid voor de financiering (1 ste en 2 de lijn).
Voorwaarde is dat gemeenten de eerste lijn op orde hebben en voldoende
deskundigheid en bestuurskracht hebben.
 Huidige indicatiestelling BJZ vervalt. Een multiproblem gezin krijgt é én stevige
jeugd- en gezinswerker toegewezen die de zorgcoördinatie ter hand neemt. Dit is
geen doorverwijzer, maar een hulpverlener die beoordeelt welke specialistische
hulp ingeschakeld dient te worden en bewaakt vervolgens de integraliteit en
samenhang in de hulpverlening.
12

Stel vanuit het gemeentelijke domein ook langdurige steun ter beschikking aan
gezinnen die het niet op eigen kracht redden. Dit kan escalatie van problemen
voorkomen.
Menswaardige zorg
 Samenleving is veranderd, zelfredzaamheid neemt daardoor toe
 Individualisering en versnelling zorgen er tegelijkertijd voor dat mensen zich
minder met elkaar verbonden voelen. Ouderen en zorgbehoevenden kunnen niet
altijd terug vallen op het eigen sociaal netwerk
 Daarom streven naar een zogstelsel met meer nadruk op eigen
verantwoordelijkheid voor wie dit kunnen dragen en maar waarin ook meer ruimte
is voor onderlinge verbondenheid en ‘omzien naar elkaar’.
Langdurige zorg
 Collectief gefinancierd stelsel van voorzieningen voor kwetsbare n moet blijven
bestaan. Dit stelsel leent zich niet voor marktwerking. Overheid maakt glasheldere
polis voor AWBZ zodat toegang gewaarborgd is en oneigenlijk gebruik niet meer
mogelijk is.
 Zorgverzekeraars worden verantwoordelijke voor de uitvoering van de AWBZ en
zorgkantoren worden opgeheven. Complexe vormen van specialistische zorg in de
AWBZ worden zoveel mogelijk onder gebracht in de Zorgverzekeringswet.
 Voorzieningen met belangrijk welzijnscomponent en maatregelen op het gebied
van ondersteuning en begeleiding kunnen op termijn volledig overgeheveld worden
naar de Wmo (wel op voorwaarde dat Wmo op orde is en meer bestuurskracht
heeft).
 Keuzevrijheid centraal, daarom invoering van een persoonsvolgende financiering
(experimenten met vouchers worden voortgezet)
 Eén integrale indicatiestelling.
 Waar mogelijk wordt de zorg thuis gegeven, keuze voor intramuraal t.l.v. AWBZ
blijft voor hen die regie niet zelf kunnen voeren.
 Het recht op geestlelijke verzorging is gegarandeerd en geldt ook voor mensen die
buiten een instelling zorg ontvangen.
 De overheid draagt zorg voor adequate ondersteuning van ouders die de zorg van
één of meerdere gehandicapte kinderen op zich nemen.
 PGB wordt zo breed mogelijk toegepast en is een volwaardig toereikend alternatief
voor zorg in natura. Budgethouders kunnen kiezen voor één integraal budget (het
participatiebudget). Dit budget mag ontschot worden besteed op alle
levensterreinen waar de budgethouder vastgestelde ondersteuningsbehoefte
heeft.
 Landelijke en lokaal moeten goede voorwaarden komen om mantelzorg en
vrijwilligerswerk te versterken. Bevordering afstemming tussen formele en
informele zorg. Meer mogelijkheden voor respijtzorg. Informatieverstrekking over
ondersteuningsmogelijkheden voor mantelzorgers moet verbeterd worden.
 Zorgvrager moet meedenken over vormgeving kwaliteit zorg. Stevige heldere
wettelijke verankering en financiering van PGO door overheid.
Overig
 Eigenkracht conferenties (zoals in jeugdzorg) kunnen worden uitgebreid naar het
terrein van ouderen en gehandicapten.
13



Er wordt niet alleen geïnvesteerd in schuldhulpverlening, maar ook in preventie en
nazorg.
Laagdrempelige hulp bereikbaar met red-light-alarm voor slachtoffers van
loverboys en prostitutie.
Op de arbeidmarkt wordt een ‘talentbudget’ geïntroduceerd (van wer k naar werk).
De sociale zekerheid wordt zo een trampoline i.p.v. een vangnet
14
SP: Samenvatting partijprogramma 2010
Leren en werken
 Een wettelijke regeling voor arbeidsplaatsen en stageplaatsen in grote bedrijven
voor mensen met een beperking en WAO’ers.
 Voor leerlingen met een beperking moet speciaal onderwijs beschikbaar zijn en
het ‘passend onderwijs’ moet van tafel.
 Bij sociale werkplaatsen worden de arbeidsomstandigheden, de veiligheid en de
begeleiding verbeterd. De sociale werkvoorziening biedt zinvol werk voor een
beter loon.
 Meer mogelijkheden voor gemeenten om leerwerkbedrijven op te richten.
Regelgeving en geldzaken
 Gratis parkeren en een verbetering van het gehandicaptenvervoer.
 Een betere toegankelijkheid van gebouwen en openbaar vervoer.
 Ruimere zak- en kleedgeld regeling.
 Betere vervoersregeling voor gehandicapte sporters. Naast sportrolstoelen komen
ook andere hulpmiddelen voor gehandicapte sporters in aanmerking voor
vergoeding.
Zorg


In het SP programma staat het afschaffen van marktwerking in de zorg heel
centraal. Dat leidt bij hen onder andere tot het afschaffen van het DBC systeem en
vrije prijsvorming in het zorgaanbod. In de AWBZ worden de zorgzwaartepakketten
omgevormd tot ‘betere betaalvormen, op basis van zorgvraag, pe rsoneelsbezetting
en omgevingseisen’.
Naast het afschaffen van de marktwerking gaat veel aandacht uit naar
schaalverkleining en ‘zorg in de buurt’. De SP steunt in algemene zin
ontwikkelingen zoals die van de Centra voor jeugd en gezin, zonder de naam te
noemen. Verder wil de SP geen indicatiestellingen meer uitgevoerd door het CIZ,
maar door professionals in de wijk.
Jeugdzorg
 Meer tijd en plekken in jeugdzorg en GGZ voor jongeren.
Overig
 Overheidswebsites toegankelijk maken voor mensen met visuele beper king.
15
PVV: Samenvatting partijprogramma 2010
Nog niet gereed.
Trots op Nederland: Samenvatting partijprogramma 2010
Overheid moet een neutrale scheidsrechter zijn die geen verantwoordelijkheden weghaalt
bij burgers. Trots heeft twijfels bij de grondwetherziening van 1983 waarbij de opdracht
van de overheid om sociale grondrechten te verlenen is opgenomen. Om de rol van de
overheid terug te dringen stelt Trots ingrijpende bestuurlijke veranderingen voor. Trots wil
provincies, deelraden en waterschappen afschaffen en 30% minder ambtenaren. Daar
staat tegenover dat men strikter wil gaan handhaven en de politiesalarissen 20% hoger
worden. Beleidsambtenaren mogen geen lid meer zijn van een politieke partij, Ambtelijke
top in rijk en gemeenten wordt voortaan politiek benoemd.
Leren en werken
 Centraal staat het recht op een eigen keuze door ouders en minder
overheidsbemoeienis.
 Leerlingen met ernstige problemen horen toegang te krijgen tot het speciaal
onderwijs.
Zorg




De zorg moet goedkoper en beter door reorganisatie en overheadreductie. Arts,
verplegend personeel en patiënt staan centraal, niet de managers.
Alleen eerste hulp, noodhulp en ambulancedienst zal worden betaald uit algemene
middelen.
In het kader van de zorg voor ouderen wil Trots generatiewoningen gaan
stimuleren.
De AWBZ moet afgeslankt worden en er vooral zijn voor langdurige zorg voor
ouderen en gehandicapten. Het aantal instellingen dat bij de uitvoering van de
AWBZ is betrokken moet worden verminderd.
Overig
 Geen overheidsgeld voor cultuur, wel voor sport. Nederland moet de
Paralympische spelen gaan organiseren.
16
Download