1 Geachte voorzitter, Collega’s, Dames en heren uit de provincie West – Brabant, Er was eens … er was een autofinancieringsmarge die tegen het resultaat op kasbasis zei dat het alles onder controle had. Er was een strategische beleidsnota die tegen de doelstellingennota en de financiële nota, beide familie van het budget, zei dat ze in zijn kraam pasten. En was het nu een kraambed of een kraamstal uit de varkensacademie, veel persberichten zagen het levenslicht de voorbije weken en dagen, het ene bericht al wat juister dan het andere, maar de dissectie van de persberichten moet nog komen. Neen, serieus, collega’s, er werd ook een en ander uitgekraamd tijdens de voorbije zittingen. Maar roerend eens waren en zijn we het dat de voorbije vier zittingen die aan het budget besteed werden, geen verloren, nutteloze of overbodige zittingen waren, wel integendeel. Ik hoorde meermaals en over de partijgrenzen heen de bemerking dat het goede debatten waren, met zinvolle vraagstelling en een verbaal steekspel over en weer dat er nu eenmaal en soms bij hoort. En toch werd er een en ander uitgekraamd. Voortgaande op de woorden van collega Van Ooteghem dat we geen begrafenisondernemer moeten zijn, kwam het mij voor dat er ook best wat humor in de vele uitspraken van u allen, collega’s, schuilt. Niet in het minst blijken onze gedeputeerden niet te beschaamd om eens een mooie uitdrukking naar de verdoemenis te helpen of op zijn minst er één uit te vinden dan wel zich op de borst te kloppen met een opvallende uitspraak. Dat ons personeel de vitamine C van de provincie en de ICT de vitamine B is, goed gevonden zou ik zeggen, maar wat te denken van de volgende uitdrukking van gedeputeerde Ver Eecke: “Europa ligt op de korrel, omdat het onder vuur ligt.” Geen idee wat dit mag betekenen. Gedeputeerde Naeyaert verklaarde strijdlustig dat hij de soldatenvlieg nog niet geproefd had, maar wat te denken van de volgende woorden van de gedeputeerde: “Ik ben de dienstmaagd des Herens en wil vooral terughoudend aanwezig zijn”. Nu ja, een pleonasme zou ik durven zeggen. Maar ook raadsleden, zoals collega Decuyper lieten zich niet onbetuigd, toen hij het over Monumentenwacht had, bestaande uit “een zeskoppige vrouw en mannen”. Gedeputeerde Decorte die hield het dan weer bij zijn vertrouwde citaat van Seneca over de kapitein die vaart zonder doel. Misschien de volgende keer, gedeputeerde Decorte, wat filosofischer? Het internet staat er vol van, zoals: ‘de aarde is rond en wat het einde lijkt kan ook een nieuw begin zijn!’ Toepasselijk lijkt me. Of wat meer vertrouwd voor sommigen onder ons: ‘Alles heeft zijn voor en tegen, zei de man toen zijn schoonmoeder gestorven was en ze hem de rekening van de begrafeniskosten voorlegden.’ Of – en dat is ook toepasselijk dezer dagen – wat Vlaamser: ‘de deputatie zonder bier, is als een café zonder doel.’ Maar goed. Tussenkomst fractieleider CD&V West-Vlaanderen – Christof Dejaegher – 4 december 2014 2 Teveel van deze citaten zou ons natuurlijk van de kern van de zaak afhouden, collega’s, het is geenszins mijn taak om vanop dit spreekgestoelte terughoudend aanwezig te zijn, wel integendeel. Het zou mij zelfs bijzonder veel moeite kosten om in de omstandigheden waarin wij met zijn allen op vandaag moeten functioneren en besturen, terughoudend te zijn. Ik verschiet er zelfs in dat zoveel mensen in deze organisatie – en ik heb het dan niet over de politici – precies wel zo terughoudend zijn. Het was collega Ravyts, die er tijdens de voorbije debatten de aandacht op vestigde, maar ook collega Pillaert kon namens zijn fractie niet uitblijven en zowel Open VLD als mijn fractie herinneren aan het Vlaamse regeerakkoord en het feit dat onze partijen dit mee onderhandeld hebben en toegetreden zijn tot die regering. Gelukkig maar, was mijn eerste reflex hierbij. En met enig schaamrood op de wangen, verwees mijn tweede reflex naar wijlen president François Mitterand met zijn befaamde antwoord over de vraag aangaande zijn minnares: et alors! Maar dan nog, zelfs een derde reflex. Ik meen de deputatie meerdere keren te hebben horen zeggen dat ze de onderhandelingen zullen voeren en dat ze de regelgeving correct zullen uitvoeren en toepassen. Moet er nog zand zijn … behalve dan voor de promotie van het kusttoerisme? Eén en ander betekent trouwens niet dat wij als mandatarissen van een politieke partij geen mening meer mogen hebben, dat wij de discussie niet zouden mogen voeren en dat wij geen publiek standpunt meer zouden mogen innemen, zelfs al wijkt dat af van een regeerakkoord? Partijtucht is bij de ene partij al relatiever dan bij de andere. Ik ken grote politieke coryfeeën van weleer en van andere partijen die elke dag staan te trappelen om hun ding te kunnen zeggen of partijvoorzitters die zelfs hun ministers meer dan eens moeten terugfluiten, dus laten we enige jaloersheid op zoveel interne democratie en zoveel respect voor de vrijheid van meningsuiting best achterwege. Ik citeer ten overvloede uit het persbericht terzake: “De provincies zijn verplicht de Vlaamse richtlijnen uit het regeerakkoord uit te voeren. Dit heeft de Vlaamse regering beslist. CD&V en Open VLD maken ook deel uit van die Vlaamse regering. Bijgevolg verwachten wij dat de huidige meerderheid dit ook toepast.” Een sibillijns zinnetje, maar dan nog. De dag dat een regeerakkoord, collega’s, al meteen de status van een wet of decreet krijgt, die dag begraven we de door velen felbevochten democratie. Punt, andere lijn. Dit gezegd zijnde, … het budget 2015 en de wijzigingen aan het meerjarenplan. Laat het duidelijk zijn, de CD&V fractie is niet gekant tegen hippe strandbars … maar ook dat is nu niet bepaald de essentie van de voorbije debatten, wat niet wegneemt dat hippe strandbars een wel heel aantrekkelijk vooruitzicht bieden. Meer nog, u zal al helemaal niet raar opkijken wanneer wij verklaren dat wij onze goedkeuring zullen verlenen aan de budgettaire voorstellen van de deputatie. Wij stellen met genoegen vast dat dat belangrijke investeringsprojecten voor deze bestuursperiode één voor één uitgerold worden en dat de nodige middelen voorzien zijn om ze ook daadwerkelijk uit te voeren. En passant mochten wij in deze raad zelfs kennis nemen van een gedurfde, misschien verrassende maar niettemin heel terechte en juiste intentie van Tussenkomst fractieleider CD&V West-Vlaanderen – Christof Dejaegher – 4 december 2014 3 de deputatie om het Brugse patrimonium eens tegen het licht te houden, te herbekijken en de middelen optimaal aan te wenden, daar waar het algemeen belang dit het meeste vraagt. Een juiste intentie, komt het mij voor m.b.t. het Provinciaal Hof, het Tolhuis en Abdijbeke. De nieuwe infrastructuur voor het Zwin, het provinciale zwembad, het opleidingscentrum voor veiligheidsdiensten, de projecten voor Raversyde, de Gavers of de IJzerboomgaard, de verdere uitbouw of opwaardering van onze groene assen, talrijke andere investeringen kleine en grote - in onze domeinen, onze eigen investeringsprojecten in het kader van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog, de door de bevolking sterk geapprecieerde investeringen in waterlopen en de strijd tegen wateroverlast maar ook de fietspaden, die zorgen voor een sterke provinciale herkenbaarheid en ik kan zo nog doorgaan, bijvoorbeeld met de zorg voor het erfgoed en kunst – en onroerend patrimonium waarvoor we verantwoordelijk zijn. Alles zit vervat in ofwel het gewijzigde meerjarenplan ofwel meer gedetailleerd in het budget 2015. Terecht werd er bij deze talrijke en grote investeringsprojecten aangehaald dat we oog moeten hebben voor de doorlooptijd van de dossiers, het is een bezorgdheid die wij vanuit de meerderheid delen. Het is precies die lange doorlooptijd die ervoor zorgt dat we met een zogenaamd “vet” bestuur zitten en goede gecumuleerde budgettaire jaarresultaten zitten. Projecten budgetteren maar niet of toch minstens trager uitvoeren, zorgt inderdaad voor gunstiger rekeningcijfers maar dat de provincie alleen om die reden ontvet moet worden, lijkt mij een wat povere analyse die ik in een persbericht mocht lezen. Dat bepaalde diensten accurater moeten budgetteren en budgetbewust met kredieten dienen om te gaan lijkt mij daarentegen een juistere analyse. Het neemt niet weg dat wij als CD&V- fractie alle diensten maar in het bijzonder de financiële dienst op onze beurt willen danken voor het geleverde werk. Met genoegen stellen wij ook vast dat alle agentschappen van de provincie voldoende ademruimte krijgen en kunnen behouden om hun werking ten volle te kunnen ontplooien. Westtoer is een ontzettend belangrijke speler maar ook Inagro en de POM kunnen inspelen op en werken aan het DNA van West – Vlaanderen, werken, werken en nog eens werken. Na het werk is het aan Westtoer, en zelfs dat betekent voor vele West – Vlamingen ook hard werken. Bijvoorbeeld Inagro kan zich ook qua infrastructuur grondig vernieuwen en verbeteren. Ik denk aan het kantoorgebouw of Champignon II. Zou de dienstmaagd des Herens hiermee iets van doen hebben? Maar ook de POM laat zich niet onbetuigd in de uitvoering van het West Deal - plan, toch sterke inhoudelijke keuzes. En wat voorbij is, is ook niet onbelangrijk. Twee moeilijke en aanslepende dossiers uit de vorige bestuursperiode kregen vorig jaar toch ook een nieuwe wending, meer bepaald wat de luchthaven Kortrijk – Wevelgem en het WES betreft. Ook dat mag eens onderlijnd worden. En zoals ik al zei, verheugt het mij dat de provincie ook verder inzet op haar groene assen, haar waterlopen en de strijd tegen de wateroverlast en op haar fietspaden. Ik vind het een goede strategische keuze om een reserve aan bestemde gelden aan te leggen voor dit soort investeringen. Een reservefonds, waarmee projecten uitgevoerd kunnen worden waarvan een exacte timing omwille van studiewerk of andere redenen niet gegeven kan of kon worden en dan toch plots in een stroomversnelling komen, het lijkt me een goede zet voor een aantal Tussenkomst fractieleider CD&V West-Vlaanderen – Christof Dejaegher – 4 december 2014 4 projecten van fietspaden maar ook voor waterlopen Hierin kunnen we als provincie echt wel het verschil maken voor de West – Vlaming. Besturen is in deze echt wel vooruitzien. Ook al is het Rekenhof misschien kritisch over dit luik, het is aan ons om de spelregels juist te zetten, maar dat we minstens toch verder kunnen werken aan wat echt belangrijk is. Ook de keuze om verder middelen te voorzien voor de vorming van pensioenreserves is een bijzonder verstandige keuze. Het baat niet lasten onbeperkt door te schuiven naar de volgende generaties, het is dan ook toe te juichen dat de provincie als bestuur voor ogen houdt dat zij ook in de toekomst verplichtingen te vervullen zal hebben, zelfs en misschien nog meer eens de principes van het regeerakkoord in regelgeving omgezet zullen zijn. Minstens tot 2024 – als gevolg van datzelfde regeerakkoord - blijven we naarstig voortdoen, meer grondgebonden dan ooit tevoren, maar het is nu eenmaal zo. Collega’s, Je zult ondertussen ervaren hebben dat ik minstens een poging gedaan heb om goed te luisteren, af en toe selectief, ik geef het toe, een beetje zoals in het huwelijk, af en toe met een half oor, maar niettemin hoorde ik veel. Grondgebonden en persoonsgebonden moeten naast de term ‘regeerakkoord’ zowat de meest gebruikte woorden geweest zijn in de voorbije weken in dit halfrond of in dit bestuursgebouw. Niet te geloven eigenlijk hoe de typisch Belgische constructie van gewesten en gemeenschappen – vandaar komen de grond – en persoonsgebonden materies nu eenmaal, uit de tijd van de Vlaamse compromismakers, toen verketterd nu overgenomen – op vandaag dus Vlaamse bestuurlijke marsorders geworden zijn. Het was Bredero die ooit zei dat het kon verkeren. Dit ter inleiding van iets wat mij misschien nog het meest van al is bijgebleven in de voorbije weken. Vooreerst geen misverstanden, wij steunen de keuze en de voorstellen van de deputatie om minstens tot en met 1 januari 2017 de persoonsgebonden materies te blijven invullen voluit en met overtuiging. Niet omdat we koppig of tegendraads zouden zijn – en toegegeven van harte zal het nooit zijn, maar soit – maar wel omdat het de enige mogelijkheid is om invulling te geven aan de doelstellingen en richtlijnen van de bevoegde Vlaamse minister, maar ook omdat het de enige juiste houding is om correct te besturen. Ik heb die richtlijnen gelezen, ik heb ze ook gelezen in de verslagen van de commissie in het Vlaamse parlement. Ik citeer nogmaals uit een persbericht: “De Vlaamse regering legt in het Vlaams regeerakkoord de provincies op om in de toekomst niet meer te investeren in persoonsgebonden materies. Wij stellen vast dat er geen structurele besparingen worden aangekondigd op deze domeinen. Dit is voor NVA een gemiste kans”. Einde citaat. Tussenkomst fractieleider CD&V West-Vlaanderen – Christof Dejaegher – 4 december 2014 5 Het is dan ook des te merkwaardiger dat de collega fractievoorzitter van NVA in de zitting van 26 november onder de noemer van behoorlijk bestuur precies het omgekeerde beweerde als in dat persbericht. Hij verklaarde volmondig: “Onze kabinetten bevestigen dat mensen en middelen zullen worden overgenomen, indien de gemeenten niet overnemen. We moeten wachten! – “wachten” collega’s - tot de Vlaamse regering alles heeft uitgeschreven.” Waarom dan dat persbericht? Waarom dan de bevolking aanpraten dat dit zogenaamd vette bestuur moet besparen op persoonsgebonden materies en dan in dit halfrond het omgekeerde beweren en zeggen dat we moeten wachten? Het is als het persbericht over het provinciepersoneel. Nochtans klonk in dit halfrond de uitroep dat we hierover niet ‘aan politiek’ moeten doen! Ik lees echter: “De uitstroom in de leeftijdscategorie van de 30’ers is immers opvallend.” Zou je niet, als ambitieuze dertiger met de wil om vooruit te gaan in het leven, zekerder oorden opzoeken? Oorzaak en gevolg onderscheiden, vergt wat meer denkwerk dan het lanceren van enkele straffe uitspraken. Onder behoorlijk bestuur versta ik, collega’s, dat we iedereen, de mensen in het werkveld maar ook de getroffen medewerkers in dit bestuur, dat we iedereen recht in de ogen kunnen kijken. Dat is behoorlijk bestuur en niet in de gazette a zeggen en in dit halfrond b. Het gaat over correctheid, ten aanzien van het personeel, maar ook ten aanzien van de gemeenten, die op die ganse hervorming niet zaten te wachten, want onafgezien de partijen die in Vlaanderen besturen, ik ken deze overheid nu al 13 jaar vanuit de praktijk en er geldt voor mij maar één credo: eerst zien en dan geloven. Om die reden is het begrijpbaar en verdedigbaar dat enkele nieuwe prioritaire beleidsdoelstellingen in het meerjarenplan opgenomen werden. Er zijn nu eenmaal grijze zones en er zijn er veel meer dan diegene die nu prioritaire beleidsdoelstelling geworden zijn. Het is zoals het grensoverschrijdend beleid: de grens is nu eenmaal een grens en is per definitie grondgebonden, maar niet alle materies die de Fransen met ons willen bespreken zijn dat. Of communicatie, ook over grondgebonden projecten en over het bestuur an sich zul je moeten blijven communiceren. Wat er dan ook gebeurt met de formulering van wonen, de Gavers of Raversijde in het meerjarenplan lijkt mij dan ook evident. We kunnen de Gavers als domein moeilijk verplaatsen, net zoals dit moeilijk zou zijn voor het onroerend erfgoed en de geschiedenis van Raversijde. Enig gezond verstand zal nodig zijn. Gezond verstand is als de paarden, zij wedden niet op mensen. Collega’s, Als ik dit alles in ogenschouw neem en hierbij de vaststelling mag en kan maken dat dit budget elk jaar afsluit met een positief resultaat op kasbasis en op het einde van de bestuursperiode kan afsluiten met een positieve autofinancieringsmarge, dan mag ik zeggen dat er goed werk is geleverd en dat we nog veel goed werken zullen kunnen en mogen leveren. Het werd in deze raad, nochtans in twee persoonsgebonden domeinen, meermaals herhaald. Met Gone West en Lichtfront maar ook met de “Oe’ ist” campagne mogen we als provincie West-Vlaanderen fier zijn op het geleverde werk. Het mag ons hoop en inspiratie bieden om één iets met klem te bestrijden, zelfs al staat het in het regeerakkoord. Bestijg uw soldatenvlieg en trek ten strijde tegen de grootste aanslag op onze politieke en bestuurlijke vrijheid sinds decennia en dat zijn de plannen met betrekking Tussenkomst fractieleider CD&V West-Vlaanderen – Christof Dejaegher – 4 december 2014 6 tot de provinciale opcentiemen. De aard van het beestje fluistert mij in dat dit rammelt langs alle kanten, maar ik kan mij ook vergissen. Het is zoals de zogenaamde provincievrije steden, toevallig groter dan 200.000 inwoners. De opcentiemen dreigen een gelijkaardig verhaal te worden en zijn er trouwens op geïnspireerd: “A is baas en de parking betaalt.” Zijn wij met zijn allen door de West – Vlamingen verkozen om hieraan mee te werken? Ik vermoed dat de Limburgers exact hetzelfde denken. Collega’s, Met al die adrenaline en strijdlust in het bloed, is mijn liedje voor vandaag nochtans uitgezongen. Of om het met de woorden van collega De Block te zeggen: “het is het afdruipeffect”. Voorheen nog nooit gehoord van een afdruipeffect naar de zee en naar de Westhoek, maar het is nu de hoogste tijd om dit effect te ervaren richting mijn plaats. Ik mag dan wel de opening van de eikelmuistuin in de geliefde gemeente van onze voorzitter gemist hebben, het glas na deze zitting zal ik niet missen, meer nog, we gaan dan toch eventjes het spreekwoordelijke – een echt mag niet meer - glas heffen op dit budget en op het werk van dit bestuur nu en in de toekomst. Blij leven en welzijn, dank voor jullie aandacht. Tussenkomst fractieleider CD&V West-Vlaanderen – Christof Dejaegher – 4 december 2014