vrijheid van godsdienst

advertisement
VRIJHEID VAN GODSDIENST
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
iN DE WERELD - 2014
SAMENVATTING
|1
Het volledige rapport Vrijheid van Godsdienst in de Wereld - 2014 is online beschikbaar.
U kunt het in diverse talen lezen op www.kerkinnood.nl/vrijheidvangodsdienst2014
Bekijk het hele 2014 rapport online, inclusief: diepgaande analyses per continent door
experts, 196 individuele landenrapporten en de te downloaden pdf van deze Nederlandse
samenvatting.
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
VRIJHEID VAN GODSDIENST
iN DE WERELD - 2014
SAMENVATTING
|3
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
INHOUD
Voorwoord door dr. Paul Jacob Bhatti
5
Bevindingen In vogelvlucht
6
Belangrijkste conclusies
8
Case Study Noord-Korea: Missionaris veroordeeld tot levenslange dwangarbeid Case Study Iran: Vergunningen voor de bouw van soennitische moskeeën in Teheran 10
Case Study Nigeria: Boko Haram ontvoert meer dan 200 schoolmeisjes 13
Case Study Birma (Myanmar): Regering zet geboortebeperking in tegen Rohingyas 14
Case Study België: Vier mensen gedood bij schietpartij in Joods museum
16
9
Landen met een hoge of gemiddelde mate van godsdienstvervolging
18
Case Study Bahrein: Bouw van kathedraal laat licht schijnen in de duisternis 21
Case Study Pakistan: 22 Sjiitische Moslim pelgrims gedood bij bomaanslag
22
Case Study Soedan: Meriam Ibrahim ontkomt aan de doodstraf voor ‘geloofsafval’ 24
Case Study China (Tibet): Boeddhistische monnik sterft in gevangenschap
26
Case Study Centraal Afrikaanse Republiek: Christenen en Moslims verenigd voor vrede 28
Algemene staat van de godsdienstvrijheid 30
Hoofdredacteur: John Pontifex, redacteur: Reinhard Backes, redactie-assistent: Mark Banks, voorzitter redactiecomité: Peter Sefton-Williams
Redactiecomité: Marc Fromager, pr. Paul Stenhouse, Roberto Simona, Maria Lozano, Mark von Riedemann, Raquel Martin, Benedikt Steinschulte
Grafisch ontwerp: The Graphic Design House, Walton Road, Farlington, Portsmouth PO16 1TR
Uitgever: Kerk in Nood, Peperstraat 11-13, Postbus 1645, 5200 BR ‘s-Hertogenbosch
Kerk in Nood (Aid to the Church in Need) is een pauselijke stichting. Kerk in Nood is in Nederland als ANBI erkend en staat geregistreerd bij de
Kamer van Koophandel onder nummer 41080169 en bij de belastingdienst onder RSIN nummer 002865841.
De omslagfoto toont de ondervraging van de Zuid-Koreaanse missionaris Kim Jung-Wook door Noord-Koreaanse autoriteiten in mei 2014.
4|
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
VOORWOORD door Dr. Paul Jacob Bhatti,
Voormalig minister voor nationale eenheid en minderhedenbeleid in Pakistan
De strijd voor de vrijheid van godsdienst heeft mijn leven en
dat van mijn familie voorgoed veranderd.
Het was op een regenachtige ochtend, op 2 maart 2011,
dat mijn broer Shahbaz Clement Bhatti, toenmalig minister
voor minderheden in Pakistan, op klaarlichte dag werd
vermoord. Zijn vastberadenheid om onrechtvaardigheid
een halt toe te roepen en om onderdrukten en zwakkeren
in de samenleving te beschermen, kostte hem het leven.
Na de moord stond ik voor een lastige keuze: mijn leven
voortzetten in Italië of het stokje overnemen van mijn broer
om de taak voort te zetten die hij op zich had genomen.
Mijn geweten kende geen twijfel; ik was ervan overtuigd
dat ik door God was uitgekozen om de missie en droom
van mijn broer voort te zetten; om diegenen te beschermen
wier meest basale mensenrechten worden geschonden
door discriminatie, extremisme en godsdiensthaat. Daarom
nam ik zitting in de Pakistaanse regering als minister
van nationale eenheid en minderhedenbeleid en werd ik
voorzitter van de Alliantie van Pakistaanse Minderheden,
APMA. Mijn overleden broer had deze alliantie opgericht
om ervoor te zorgen dat alle religieuze minderheden via
één organisatie hun stem konden laten horen. Tegelijkertijd
richtte ik ook het Shahbaz Bhatti Memorial Trust op, zodat
de nalatenschap van mijn overleden broer de vrijheid van
godsdienst, gelijke rechten en sociale rechtvaardigheid zou
blijven bevorderen.
geweld en psychologische intimidatie, alleen omdat hij
uiting geeft aan wat hem heilig is en waarin hij gelooft.
Vrijheid van Godsdienst is tegelijk een recht en een verantwoordelijkheid van iedereen; we zijn allemaal gerechtigd
om ons geloof te praktiseren, met respect voor het geloof
van de ander.
Vrijheid van godsdienst is een basisrecht van ons allemaal,
gelijkelijk verdeeld over iedereen, en daarom beveel ik
dit door Kerk in Nood van harte aan. Het onderzoekt en
evalueert de situatie van een keur aan geloofsgroepen in
landen over de hele wereld. Daarmee daagt dit rapport de
lezer uit om opnieuw na te denken over dit fundamentele
recht. Een recht dat essentieel is voor een vrije, eerlijke
en welvarende maatschappij. Het is de meest urgente
noodzaak op dit moment, in een verdeelde wereld
waarvan in sommige delen sprake is van een religieuze
opleving terwijl in andere delen een trend opgang doet
van religieuze onverschilligheid en atheïsme. In deze
in toenemende mate gepolariseerde wereld, is een
groeiende consensus over de aard van en het respect
voor godsdienstvrijheid van cruciaal belang om de strijd
aan te kunnen binden tegen fanatisme en een cultuur van
geweld. Of dat nu door de staat, door extremisten of door
terroristen gebeurt.
Ik had nooit gedacht dat ik ooit in Pakistan terug zou keren
om er te werken. Ik had immers in Italië een medische
praktijk opgericht en terugkeren zou immers betekenen
dat ik veel van de persoonlijke en professionele vrijheden,
waarvan ik juist zo genoot, zou moeten opgeven. Toch
herinner ik me een bijzonder gesprek dat ik een maand
voor zijn dood met Shahbaz voerde. Hij vroeg me om weer
in Pakistan te komen werken. Ik dacht dat hij een grapje
maakte en zei: “Je wilt dat ik verhuis van het paradijs naar
de hel”. Hij antwoordde ad rem: “De weg naar het paradijs
ligt in Pakistan”. In onze gesprekken toonde hij altijd deze
onwankelbare overtuiging dat neutraliteit en niets doen
geen optie was. We zijn verplicht om, als één grote familie,
te strijden voor wie te zwak zijn om te spreken en zichzelf
te verdedigen.
Ik ben Kerk in Nood zeer dankbaar voor de belangrijke
taak die het op zich heeft genomen om een verslag te
maken van de actuele staat van de godsdienstvrijheid in
de wereld. Geen mens zou moeten lijden onder fysiek
|5
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Bevindingen In vogelvlucht
(Periode oktober 2012 tot juni 2014)
1. V
an de 196 landen in de wereld geldt dat in 81 landen
- ofwel 41 procent - de vrijheid van godsdienst wordt
aangetast (aangemerkt als ‘hoog’ of ‘gemiddeld’) of
afneemt.
2.
Een totaal van 35 landen - 18 procent - heeft in geringe
mate problemen met de vrijheid van godsdienst,
zonder dat er sprake is van een verslechtering.
3. D
e overige 80 landen - 41 procent - vertonen geen
problemen met de vrijheid van godsdienst. De
onderzoekers vonden geen specifieke of systematische schending van godsdienstvrijheid
in deze landen.
4. W
aar verandering is opgetreden in de mate van godsdienstvrijheid, betreft het vrijwel altijd een verandering
in negatieve zin. Van de 196 onderzochte landen
werd slechts in zes landen een verandering ten goede
geconstateerd. In 55 landen (28 procent) werden
verslechterde omstandigheden geconstateerd.
6|
5. V
an de zes landen waar enige verbetering is geconstateerd, worden er nog steeds vier geclassificeerd
als landen met een ‘hoge’ of ‘gemiddelde’ mate
van vervolging. Het betreft hier Iran, de Verenigde
Arabische Emiraten, Cuba en Qatar. De andere twee,
Zimbabwe en Taiwan, kennen respectievelijk een
‘gemiddelde’ en ‘lage’ mate van schending van de
godsdienstvrijheid.
6. In totaal 20 landen worden ondergebracht in de
categorie ‘hoog’ als het gaat om de schending
van de vrijheid van godsdienst.
a.Van deze landen zijn er 14 waar religieuze
vervolging wordt uitgevoerd door een extremistische vorm van de Islam. Te weten:
Afghanistan, Centraal Afrikaanse Republiek,
Egypte, Iran, Irak, Libië, Malediven, Nigeria,
Pakistan, Saoedi-Arabië , Somalië, Soedan,
Syrië en Jemen.
b.In de overige zes landen houdt de religieuze
vervolging verband met autoritaire regimes.
Dit zijn: Birma (Myanmar), China, Eritrea,
Noord-Korea, Azerbeidzjan en Oezbekistan.
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Gebaseerd op deze bevindingen, concludeert het rapport:
7.In de periode die het rapport bestrijkt, is de wereldwijde vrijheid van godsdienst een fase ingegaan van
aanzienlijke verslechtering.
8.De door berichten in de wereldpers gewekte indruk
van een vloedgolf van vervolging, gericht op gemarginaliseerde religieuze gemeenschappen, wordt door
dit onderzoek bekrachtigd.
9.Moslimlanden overheersen op de lijst van staten
met de meest ernstige schendingen van vrijheid van
godsdienst.
10. D
e vrijheid van godsdienst gaat achteruit in westerse
landen die een in meerderheid christelijke bevolking hebben of die van oudsher christelijk zijn. Dit
wordt vooral verklaard door twee factoren. Allereerst is
er onenigheid over de rol die godsdienst mag
spelen in de ‘publieke ruimte’. Ten tweede wordt
de openheid ten aanzien van de vrijheid van godsdienst bedreigd door de toenemende maatschappelijke angst voor extremisme.
11.Christenen blijven de minderheid die het meest
wordt vervolgd. Deels omdat deze groep wereldwijd
verspreid is en deels omdat zij in aantal relatief
groot is. Toch ervaren ook Moslims in toenemende
mate vervolging en discriminatie, zowel door andere
Moslims als door autoritaire regimes.
12.Joden in West-Europa ondergaan slechts in lichte
mate agressie en beledigingen. De problemen zijn wel
toegenomen, wat heeft geleid tot een stijging van de
emigratie naar Israël.
13.Er zijn enkele positieve tekenen van religieuze
samenwerking geconstateerd, maar deze waren vaak
het resultaat van lokale initiatieven en minder van
vooruitgang op nationaal niveau.
14.De vervolging van vanouds gevestigde religieuze
minderheden en de toename van mono-confessionele staten hebben geleid tot een uitzonderlijk hoog
aantal ontheemden, wat bijdraagt aan de wereldwijde
vluchtelingencrisis.
15.
De West-Europese landen, die tot enkele tientallen
jaren geleden overwegend christelijk waren en geen
raciale verschillen kenden, gaan meer en meer lijken
op de multi-confessionele en heterogene samenlevingen van het Midden-Oosten. Deze ontwikkeling
veroorzaakt zowel politieke als sociale spanningen.
16.De toename van ‘godsdienstig analfabetisme’ van
westerse beleidsmakers en de internationale media
bemoeilijkt een vruchtbare dialoog en het maken van
doelmatig beleid.
17.Wij concluderen dat de verantwoordelijkheid voor het
keren van de verontrustende trends die in dit rapport
worden blootgelegd, allereerst ligt bij de religieuze
groeperingen zelf. Zij moeten de strijd aanbinden
met geweld en vervolging. De noodzaak dat alle
religieuze leiders luid en duidelijk stelling nemen tegen
religieus geïnspireerd geweld en nogmaals hun steun
uitspreken voor religieuze verdraagzaamheid, wordt
steeds dwingender.
|7
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
BELANGRIJKSTE
CONCLUSIES
Gewelddaden, gepleegd in de naam van een godsdienst,
blijven het internationale nieuws beheersen. We ontkomen
niet aan de indruk dat religieus geïnspireerd terrorisme niet
alleen wijdverbreid is, maar ook toeneemt. Dit rapport is
een trieste bevestiging van deze constatering.
In bijna elk land waar wij een verandering hebben vastgesteld in de status en de omstandigheden van religieuze
minderheden, betrof het een verslechtering. Soms werd
de achteruitgang veroorzaakt door wettelijk of grondwettelijk geregelde discriminatie; in andere gevallen
hield de verslechterde situatie verband met sektarische
vijandigheden, vaak als gevolg van spanningen tussen
rassen of stammen. In enkele gevallen gaat het om een
religieuze groep die een andere onderdrukt - of zelfs
probeert uit te roeien. In weer andere gevallen is het
een autoritaire staat die probeert de activiteiten van een
geloofsgroep te beperken. In westerse landen nemen
de religieuze spanningen juist toe door het recente verschijnsel van ‘agressief atheïsme’, liberaal secularisme
en de grote toevloed van economische migranten en
vluchtelingen met een opvallend ander geloof en een
andere cultuur dan het gastland.
Van de 196 landen die in dit rapport worden behandeld feitelijk dus alle landen ter wereld - hebben we in 61
landen een verandering vastgesteld. Slechts in 6 landen
hebben we een verbetering geconstateerd in de positie
van de religieuze minderheden. In de resterende 55 landen
zagen we een verslechtering. Dat betekent dat in bijna 30%
van de bestudeerde landen, over de periode oktober 2012
en juni 2014, de situatie van religieuze gemeenschappen
‘significant verslechterd’ of ‘verslechterd’ is.
We hebben ook 26 landen geïdentificeerd waar de beperkingen van de vrijheid van godsdienst wel als ‘hoog’
of ‘gemiddeld’ aangemerkt zijn, maar waar in de twee
laatste jaren geen verandering is geconstateerd. Als
wij deze landen toevoegen aan de 55 landen waar een
verslechtering is opgetreden, dan betekent dit dat in 81
van de 196 landen die er in de wereld zijn - meer dan 40%
- de vrijheid van godsdienst hetzij significant is afgenomen,
hetzij aan het afnemen is.
Het aantal landen dat is opgenomen in de categorie landen
met een ‘hoge’ of ‘gemiddelde’ mate van schendingen van
de vrijheid van godsdienst - ongeacht of daarin verbetering,
verslechtering, of geen verandering is opgetreden bedraagt 56, dus iets minder dan 30%. Daar waar positieve
resultaten zijn bereikt, was dat vaak meer het gevolg van
© AP / Press Association
8|
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
CASE STUDY
NOORD-KOREA
Missionaris veroordeeld tot
levenslange dwangarbeid
Mei 2014: Missionaris Kim Jung-Wook, 50 jaar
oud, wordt tot levenslange dwangarbeid veroordeeld door de Noord-Koreaanse machthebbers, zogenaamd omdat hij zich schuldig
maakte aan spionage en het stichten van
ondergrondse kerkgemeenschappen in de
totalitaire staat. Kim wordt in oktober 2013
gearresteerd, nadat hij vanuit China de grens
naar Noord-Korea was overgestoken. Hij
verschijnt in februari op een persconferentie,
waar hij een beroep doet op de NoordKoreaanse autoriteiten om hem gratie te
verlenen. Daar vertelt hij dat hij medewerking
heeft gekregen van de Zuid-Koreaanse
inlichtingendienst en verontschuldigt zich voor
zijn overtredingen tegen de Staat. Eerdere
gevangenen hebben hun verklaringen op
persconferenties - die vaak in scène worden
gezet - echter herroepen. Zuid-Korea ontkent
elke betrokkenheid van Kim bij spionage.
Volgens een vriend in Seoul hield Kim zich
sinds 2007 hoofdzakelijk op in de Chinese
plaats Dandong. Hij hielp er overlopers uit
Noord-Korea om via Thailand, Laos en andere
landen in de regio, naar Zuid-Korea te komen.
Meer recent voorzag Kim Noord-Koreanen die
met toestemming in China werk zochten, maar
daarin niet slaagden, van voedsel en onderdak.
Zonder inkomsten of andere bestaansmiddelen
worden zij vaak aan hun lot overgelaten.
Bronnen: AP/Guardian, 31 mei 2014; NY Daily,
27 februari 2014.
|9
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
CASE STUDY
Iran
Vergunningen voor de bouw
van soennitische moskeeën
in Teheran
November 2013: Als gevolg van een doorbraak
in de verhouding tussen Sjiieten en Soennieten in
het Midden-Oosten, geeft de nieuwe president
van Iran, Hassan Rouhani, groen licht voor de
bouw van moskeeën voor Soennieten in de
hoofdstad Teheran.
Al voor deze aankondiging heeft Rouhani’s
bijzondere adviseur voor etnische en religieuze
minderheden, Ali Younesi, contact met leiders
van de Soennieten om de rechten van deze
minderheid te bespreken. Zij stemmen ermee in
om samen de obstakels af te breken, waardoor
de Soennieten niet gelijk zijn voor de wet in het
overwegend sjiitische land. De bijeenkomst
volgt op incidenten waarbij veiligheidsagenten
in Teheran de Soennieten verhinderden om op
aangewezen plaatsen samen te komen en te
bidden voor de viering van hun feestdagen.
In de vroege ochtend van 16 oktober 2013 omsingelen veiligheidsagenten in uniform en in
burger de Sadeghiyen-moskee in Teheran. Dit
is voor Soennieten een van de grootste en belangrijkste gebedshuizen in de provincie Teheran. De
agenten verhinderen dat Soennieten het gebouw
binnengaan om Eid-e Ghorban, het Offerfeest,
te vieren. Soennitische activisten meldden dat
veiligheidsagenten de gelovigen ook verhinderen
een ander gebedshuis in Teheran, Saadatabad,
te betreden. In andere delen van de hoofdstad
kunnen praktiserende Soennieten kennelijk wel
ongehinderd in hun gebedshuizen bidden.
Na de revolutie van 1979 hield Iran het bouwen
van moskeeën voor Soennieten in Teheran lange
tijd tegen. Sinds tien jaar komt het Genootschap
voor Hervorming van Iran de Soennieten echter
tegemoet met namazkhanehs, geïmproviseerde
gebedsplaatsen voor gebed op vrijdagen en Eiddagen. De beperkende maatregelen rond deze
namazkanehs leiden er evenwel toe dat gelovigen
zich gedwongen zien te bidden in woningen of
andere particuliere ruimten.
Bronnen: World Bulletin, 9 november 2013
(www.worldbulletin.net); Human Rights Watch,
9 november 2013 (www.hrw.org).
© AP / Press Association
10 |
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
| 11
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
lokale initiatieven dan van een voortuitgang op nationaal
niveau.
Hoewel de internationale nieuwsmedia zich natuurlijk
vooral concentreren op de meldingen van geweld en
wreedheid door religieus extremisme, wordt er weinig
vervolgonderzoek verricht naar de implicaties en de
gevolgen hiervan. De media laten doorgaans ook na de
religieuze oorsprong van deze conflicten te vermelden,
wat op zijn minst de context zou kunnen bieden voor
een beter begrip. Het publiek blijft achter met het gevoel
dat de gebeurtenissen waarvan verslag wordt gedaan,
willekeurige uitingen van wreedheid zijn van wat gestoorde
straatrovers. Wij hopen dat dit rapport enkele van die
nalatigheden kan corrigeren.
Geloofsgemeenschappen worden in de interpretatie van
deze seculiere media steeds meer gezien als een groeiend
probleem dat in bedwang moet worden gehouden en als
een verschijnsel dat zelfs moet worden gemarginaliseerd,
in plaats van als groepen waarvan de traditie moet worden
aangemoedigd en ondersteund. In het Westen krijgt het
idee steeds meer voet aan de grond dat godsdienst, in
plaats van het beste, juist het slechtste in de mensheid
naar boven brengt.
Er bestaat een verband tussen religieus geïnspireerd geweld en de vermindering van religieuze tolerantie, religieus
pluralisme en het recht op religieuze zelfbeschikking.
Hoewel de vrijheid van godsdienst is opgenomen in
Artikel 18 van de Universele Verklaring van de Rechten
van de Mens, wordt zij bijna overal bedreigd. Hoewel
lastig in cijfers uit te drukken, wordt in dit rapport duidelijk
gedocumenteerd dat er sprake is van een trend, in het
bijzonder in de ontwikkelde wereld, waarbij afstand wordt
genomen van het religieus pluralisme.
In bepaalde delen van het Midden- en Verre-Oosten zien
we het verschijnsel van de mono-confessionele staat
opkomen. Daar waar verschillende christelijke en moslimgroeperingen eeuwenlang in staat waren met elkaar samen
te leven, vertoont de dominante groep nu steeds meer de
neiging op universele conformiteit van de religieuze praktijk
aan te dringen, vaak door de invoering van de shariawetgeving of door bepalingen zoals de ‘blasfemiewet’.
De opkomst van de Islamitische Staat (IS, voorheen de
Islamitische Staat in Irak en Syrië of ISIS) is daarvan
het meest duidelijke voorbeeld. In juli 2014 verdreven
jihadisten alle geloofsgemeenschappen, met inbegrip van
niet-soennitische Moslims, uit Mosoel, de stad in NoordIrak die zij een maand daarvoor hadden veroverd. De
Christenen werden gedwongen te kiezen: zich bekeren
tot de islam of vertrekken. Zij kregen een tijdslimiet om
te beslissen en de Islamitische Staat verklaarde dat “als
zij zich niet schikten, er voor hen niets anders over bleef
dan het zwaard”. In een stad waar tot voor kort 30.000
Christenen leefden, waren er plotseling geen meer en voor
het eerst in 1600 jaar waren er geen vieringen meer op
zondag.
12 |
Extremisme en vervolging van deze aard spelen steeds
meer een belangrijke rol in de almaar toenemende
massamigratie. De geloofsgemeenschappen die in het
Midden-Oosten minderheden vormen, slinken al enkele
jaren. Maar in de hier behandelde periode werd de
humanitaire crisis waarin zij zich al langer bevonden,
plotseling dramatisch slechter. In Syrië bijvoorbeeld nam
het aantal Christenen af van 1,75 miljoen in het begin
van 2011 tot nauwelijks 1,2 miljoen in de zomer van 2014
- een daling met meer dan 30% in drie jaar. In Irak is de
teruggang zelfs nog sterker. Natuurlijk was godsdienst niet
de enige reden waarom mensen hun vaderland verlieten.
Economische factoren en de algemene veiligheid waren
hun belangrijkste zorgen. Desalniettemin werd de religieus
getinte haat steeds meer een duidelijke drijfveer voor het
stijgende aantal vluchtelingen. De toenemende migratie
ten gevolge van vervolging op godsdienstige gronden kan
daarom worden gekoppeld aan de melding van de UNHCR
in juni 2014 dat het wereldwijde aantal ontheemden
en vluchtelingen het hoogst behaalde aantal ooit heeft
bereikt van 50 miljoen - hoger dan het aantal in de Tweede
Wereldoorlog.
De stichting van theocratische of mono-confessionele
staten is van zeer grote invloed, niet alleen op de landen
waar dat in de praktijk gebeurt, maar ook op de westerse
democratieën. Ontheemde leden van religieuze groeperingen zoeken hun toevlucht in het Westen en zorgen
daarbij voor een hele serie sociale en economische problemen. Ironisch genoeg moeten de westerse democratieën, die historisch gezien overwegend christelijk
waren en in brede mate zelf mono-confessioneel, leren
leven met religieus pluralisme, vaak voor het eerst in de
geschiedenis. Ondertussen neemt het religieuze pluralisme
in gebieden zoals het Midden-Oosten af.
De opkomst van de sociale media heeft ertoe geleid dat
fundamentalisme en godsdiensthaat tot ver over de geografische grenzen voelbaar zijn. Met het extremisme,
gepopulariseerd door Facebook, Twitter, chat rooms
en andere sociale media, wordt in een ver verwijderd
land gepreekte godsdiensthaat in de kortste keren ook
lokaal een probleem. Dit blijkt duidelijk door de werving
van mensen uit het Westen om zich te engageren in de
conflicten in het Midden-Oosten. De media vestigen steeds
meer de aandacht op de toenemende bedreiging van het
Westen door de naar huis terugkerende ‘jihadgeneratie’.
Sporadische aanvallen van geradicaliseerde individuen
tegen geloofsgemeenschappen in het Westen - waarin de
sociale media vaak een belangrijke rol spelen - bevestigen
dat deze dreiging reëel is.
Over het algemeen blijft de mate van religieuze onderdrukking in de westerse democratieën laag. Toch zijn er
wel degelijk zorgwekkende tendensen aan te wijzen.
De belangrijkste van deze ontwikkelingen is, dat terwijl
de algemene opinie in het Westen discriminatie op
grond van ras, geslacht en seksuele geaardheid steeds
meer onacceptabel vindt, er tegelijkertijd steeds minder
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
CASE STUDY
Nigeria
Moslimterreurgroep Boko Haram ontvoert meer dan 200 schoolmeisjes
April 2014. In de nacht van 14 op 15 april gijzelen
leden van de moslimterreurgroep Boko Haram in
een middelbare school in de stad Chibok, in het
Noord-Oosten van Nigeria, 276 leerlingen. De meeste
ontvoerde meisjes zijn afkomstig uit christelijke
gezinnen, al bevinden zich onder hen ook Moslims.
Volgens de meldingen die snel na de ontvoering
volgen, slagen 53 meisjes erin te ontsnappen. Bij het
ter perse gaan van dit rapport houdt Boko Haram nog
223 meisjes gevangen.
Op 12 mei toont een door de terroristische groepering
vrijgegeven video hoe 130 meisjes verplicht verzen uit
de Koran reciteren. Zij zijn gekleed in hijabs die het
lichaam bedekken. In zijn bekende militaire uniform
bevestigt de leider van Boko Haram, Abubaker
Shekau, dat de gijzelaars zich verplicht tot de islam
moeten bekeren.
Aartsbisschop Ignatius Kaigama van het bisdom Jos,
voorzitter van de Katholieke Bisschoppen Conferentie
van Nigeria, uit zijn bezorgdheid over de toestand van
de schoolmeisjes. “Ik maak mij ernstige zorgen… het
zijn slechts onschuldige meisjes en ieder mens voelt
dat het slecht is. Het leven is heilig.” Gevraagd naar
de reden van deze ontvoering door de terroristen,
antwoordt de aartsbisschop: “Zij willen het hart van
Nigeria verwonden.”
De leider van de Katholieke Kerk in Nigeria legt er
de nadruk op dat, na alle andere mogelijkheden te
hebben uitgeprobeerd, bidden op dit moment het
beste middel is tegen het optreden van Boko Haram.
“We hebben het geprobeerd met overleg, maar dat
werkt niet. De overheid probeert het met geweld,
maar dat werkt evenmin. Het enige dat wij in deze
situatie kunnen doen, is bidden; alleen God kan het
hart van deze mensen tot inkeer brengen.”
Bronnen: Kerk in Nood Verenigd Koninkrijk, 13 mei 2013;
BBC News online, 9 en 12 mei 2014; Daily Mail online,
12 mei 2014.
| 13
CASE STUDY
BIrma (Myanmar)
Regering zet geboortebeperking in tegen Rohingya om bevolkingsgroei
in te dammen
Mei 2013: Autoriteiten van de deelstaat Rakhine in
het Westen van Birma voeren een lokale verordening
in betreffende geboortebeperking voor gezinnen
van de Rohingya, een moslim minderheid. Met een
geboortelimiet van twee kinderen wil de overheid hun
“snelle bevolkingsgroei beperken” en “sektarisch
geweld binnen de perken houden”. In tegenstelling
tot andere minderheden in het land hebben de
Rohingya in Birma geen recht op een volwaardig
burgerschap. Zij worden door velen gezien als illegale
immigranten.
De verordening is een vervolg op eerdere
voorstellen van een in 2012 ingestelde centrale
overheidscommissie, die het geweld tegen Rohingya
in Rakhine moet onderzoeken. Het panel, ingesteld
door president Thein Sein, bestaat uit 27 leden met
verschillende achtergronden. In een verklaring stelt
de commissie dat het onwaarschijnlijk is dat de
ontheemde Rohingya snel terugkeren naar huis en
pleit derhalve voor handhaving van de wijdverspreide
segregatie van Boeddhisten en Moslims als “tijdelijke
© AP / Press Association
14 |
oplossing”. Het rapport richt zich vooral op de door
de boeddhistische meerderheid in de deelstaat
Rakhine geuite “verontrusting” over de toename van
de moslimbevolking.
Mensenrechtenactivisten en -organisaties hebben
ernstige bedenkingen bij het voorstel. De in de
Verenigde Staten gevestigde Human Rights Watch
zegt dat de autoriteiten betrokken zijn bij wat kan
doorgaan voor “etnische zuiveringen” in het gebied.
Aung San Suu Kyi, de prominente oppositieleidster
in het land, heeft gezegd dat, indien bevestigd, de
opgelegde limiet van twee kinderen “een flagrante
schending van de mensenrechten” is.
Sinds juni 2012 en mei 2013 is het gebied het toneel
van hevige strijd tussen Birmese Boeddhisten en
Rohingya Moslims. Van de laatsten zijn er ongeveer
800.000 in heel Birma. De gevechten hebben aan ten
minste 200 mensen het leven gekost en hebben nog
eens 140.000 mensen ontheemd.
Bronnen: www.AsiaNews.it, 1, 24 en 28 mei 2013.
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
consensus bestaat over rechten zoals de gewetensvrijheid
van gelovigen.
In het bijzonder met betrekking tot confessionele scholen,
homohuwelijk en euthanasie, neemt het conflict tussen
de traditionele religieuze opvattingen en de ‘progressieve’
liberale consensus, toe. Hoewel de algemene opinie gelovigen weliswaar toestaat op zijn minst hun geloof vrij te
belijden, is er steeds minder overeenstemming over de
vraag in welke mate dat geloof zich mag manifesteren in de
bredere samenleving. Dit leidt tot een steeds duidelijkere
tendens dat de rechten van sommige groepen de rechten
van andere groepen gaan overtroeven. In de praktijk
betekent deze ‘hiërarchie van rechten’ dat wanneer de
rechten van homoseksuelen of voorvechters van gendergelijkheid in conflict zijn met de gewetensvrijheid van
gelovigen, de eersten meestal aan het langste eind
trekken. In het Verenigd Koninkrijk, bijvoorbeeld, zijn
katholieke adoptiebureaus die weigeren kinderen voor
adoptie bij homoseksuele paren te plaatsen, gedwongen
om hun regels aan te passen of anders hun deuren te
sluiten. Er zijn talloze voorbeelden van deze tendens in
heel West-Europa.
Hopelijk vormt dit rapport de aanleiding om eens goed
na te denken over de kernprincipes van de vrijheid van
godsdienst, en in het bijzonder over de vraag in hoeverre
geloofsgemeenschappen wettelijk moeten worden
toegestaan af te wijken van de gangbare normen.
Dit rapport vestigt ook de aandacht op de noodzaak dat
het Westen een dieper en meer verfijnd begrip ontwikkelt
voor religieuze motivatie. Het religieuze analfabetisme van
de westerse beleidsmakers vormt een enorme barrière
van onbegrip tussen het Westen en andere delen van
de wereld. De interventies van het Westen in Irak en
Afghanistan zijn twee voorbeelden waarbij dit gebrek aan
sympathie of religieus begrip maar al te duidelijk is.
Het is niet de taak van dit rapport om de toename van
deze intolerantie en van het religieuze geweld te verklaren.
Ongetwijfeld zullen historici in de toekomst de redenen
ervan blootleggen. Wij kunnen alleen een aantal van de
meest gangbare verklaringen opsommen.
Een algemeen verspreide theorie wijst op de frustratie
die in de islamitische wereld is ontstaan, omdat deze zich
de laatste eeuwen niet zo snel heeft ontwikkeld als het
Westen. Dat heeft een aantal Moslims doen besluiten te
vechten voor het herstel van de ‘Gouden Eeuw’ van het
Kalifaat, toen de islam werd gezien als opkomende en
triomferende macht.
Een andere overweging is dat de globalisering en het
multiculturalisme, in plaats van te zorgen voor meer
tolerantie, er juist toe geleid hebben dat religieuze en
etnische groeperingen zich bedreigd voelen en zich
terugtrekken in een intolerante ‘bunkermentaliteit’.
Een derde theorie is dat de westerse democratie - ooit
zo bewonderd en nagestreefd - niet langer automatisch
wordt gezien als het meest gewenste rolmodel voor
| 15
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
CASE STUDY
BelgiË
Vier mensen gedood bij schietpartij in Joods museum
Mei 2014: Vier mensen worden bij een schietpartij
in het Joods Museum in Brussel gedood door een
man die banden heeft met radicale Moslims en
meer dan een jaar in Syrië heeft doorgebracht. Op
24 mei 2014 opent de schutter, gewapend met een
Kalasjnikovgeweer, het vuur in het museum. Daarbij
worden ter plaatse drie mensen gedood en wordt een
vierde levensgevaarlijk verwond. De gewonde wordt
naar het ziekenhuis overgebracht en overlijdt bijna
twee weken later, op 6 juni. De mensen die ter plaatse
sterven, zijn de Israëliërs Emanuel en Miriam Riva,
een echtpaar van middelbare leeftijd uit Tel Aviv dat
op vakantie was, en een Franse vrouw. De vierde is
Alexandre Strens, een jonge Belg die in het museum
werkt. Hij werd geboren in Marokko uit een Joodse
moeder, terwijl zijn vader een Algerijnse Berber was.
De aanval duurt minder dan 90 seconden, waarna de
schutter te voet op de vlucht slaat. Zijn uiterlijk wordt
gedeeltelijk vastgelegd door beveiligingscamera’s,
voordat hij in het centrum van Brussel verdwijnt.
Joëlle Milquet, de minister van Binnenlandse Zaken,
© CORBIS images
16 |
is op de plek aanwezig als de politie het gebied afzet
en zij stelt direct: “Het is waarschijnlijk dat dit een
antisemitische aanval is.”
Op 30 mei wordt Mehdi Nemmouche, een 29-jarige
Fransman, in Marseille gearresteerd in verband
met de schietpartij. Joël Rubinfeld, hoofd van de
Belgische Liga tegen Antisemitisme, verklaart dat de
arrestatie weliswaar een opluchting is, maar dat het
Syrisch jihadistische profiel van Mehdi Nemmouche
een bron van diepe angst vormt. “Het is cruciaal dat
landen met burgers die naar Syrië gaan, alle nodige
maatregelen treffen om te voorkomen dat dit opnieuw
gebeurt,” stelt hij. Roger Cukierman, voorzitter van
de Raad van Joodse Organisaties in Frankrijk, zegt
dat “... het erop lijkt dat de ergste vrees van westerse
regeringen werkelijkheid wordt. De Europese
jihadisten in Syrië zijn een tijdbom die op het punt
staat te ontploffen.”
Bronnen: The Independent, 24 mei en 1 juni; Wikipedia,
‘Jewish Museum of Belgium shooting’,
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
| 17
Landen met een hoge mate of
gemiddelde mate van vervolging
op grond van religie
PAARS: hoge mate van vervolging
ROOd: gemiddelde mate van vervolging
Kijk voor een verdere classificatie per land in de
tabel achterin dit rapport (pagina’s 30 en 31)
Wit-Rusland
Griekenland
Turkije
Tunesië
Cyprus
Libanon
Israël
Marokko
Algerije
Libië
Sy
Egypte
Cuba
Mauritanië
Eritrea
Soedan
Mali
Nigeria
Eth
Centraal
Afrikaanse
Republiek
Ken
Tanzania
Angola
18 |
Russische Federatie
Kazachstan
Azerbeidzjan
Oezbekistan
Turkmenistan
yrië
Irak
Palestijnse
Gebieden
hiopië
Tajikistan
China
Pakistan
Qatar
NoordKorea
Afghanistan
Iran
Koeweit
Bahrein
SaudiArabië
Kirgizië
Verenigde
Arabische
Emiraten
Nepal
India
Jemen
Birma
(Myanmar)
Bangladesh
Vietnam
Laos
Brunei
Sri
Lanka
Somalië
Maleisië
nia
Malediven
Indonesië
Comoren
www.kerkinnood.nl/vrijheidvangodsdienst2014
| 19
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
20 |
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
ontwikkelingslanden. De argumenten daarvoor luiden
als volgt: als het westerse liberalisme leidt tot abortus,
anticonceptie, onbescheidenheid, de ineenstorting van
gezinnen, het homohuwelijk en enorme nationale en
persoonlijke schulden, dan willen traditioneel denkende
religieuze groeperingen daar geen deel van uitmaken.
Terecht vestigen de media voornamelijk de aandacht
op het moslimterrorisme. Maar zoals dit rapport laat
zien, is dat niet het hele verhaal. Van de 20 landen die
wij hebben aangewezen als landen met ‘hoge’ mate
van schendingen van de vrijheid van godsdienst, zijn
er zes - Azerbeidzjan, Birma (Myanmar), China, Eritrea,
Noord-Korea en Oezbekistan - die worden geregeerd
door autoritaire regimes, en waar de slachtoffers van de
godsdienstvervolging voornamelijk Moslims zijn.
In dit rapport wordt eerder onderzoek bevestigd, dat heeft
aangetoond dat Christenen de grootste vervolgde geloofsgroep vormen. De gevoeligheid van Christenen voor onderdrukking houdt rechtstreeks verband met het feit dat zij
van oudsher wijd verspreid zijn en vaak in culturen leven
die heel verschillend zijn van hun eigen cultuur. In veel
landen waar Christenen al generaties of zelfs eeuwenlang
gevestigd zijn, komt nu extremisme voor. In bijna elk
van de 20 door ons als ‘hoog’ gekenmerkte landen,
hebben echter ook Moslimminderheden te lijden onder
vreselijke en systematische vervolging. Daar moet wel
bij worden opgemerkt dat deze vervolging in de meeste
gevallen geschiedt door toedoen van andere Moslims. De
toenemende spanningen tussen sjiitische en soennitische
Moslims komen in dit rapport voortdurend aan de orde.
Joodse gemeenschappen hebben ook last gehad van
toenemende bedreigingen en geweld, met name in
sommige delen van West-Europa, wat heeft geleid tot
stijgende emigratiecijfers naar Israël.
Omdat hij een vermindering constateerde in de vrijheid
van godsdienst van Joden, Christenen en andere gemeenschappen, merkte de voormalige Britse hoofdrabbijn,
Jonathan Sacks, in een toespraak in het Britse Parlement
in juli 2014 op, dat een “nieuw tribalisme” zou leiden tot
“het gebruik van de godsdienst als een dekmantel van
heiligheid om pure lust naar macht te verbergen en te legitimeren.” Hij voegde eraan toe: “God zelf huilt om al het
kwaad dat in Zijn naam wordt begaan”.
CASE STUDY
BAHREIN
Bouw van kathedraal laat licht schijnen in de duisternis
Maart 2014: Het eiland Bahrein ligt op slechts 25 kilometer voor de kust van Saoedi-Arabië, dat wordt geregeerd door een van ‘s werelds meest repressieve
regimes. De voorgenomen bouw van een 2.500 plaatsen
tellende katholieke kathedraal in Bahrein wordt door
veel Christenen en anderen gezien als een enorme kans
voor de ontwikkeling van een tolerantere houding ten
opzichte van gelovige minderheidsgemeenschappen in
de Arabisch sprekende wereld.
In maart 2014 bevestigt bisschop Camillo Ballin van het
Apostolisch Vicariaat van Noord-Arabië dat koning Isa Al
Khalifah van Bahrein de Katholieke Kerk een stuk land
heeft geschonken om een kathedraal te bouwen. De
kathedraal is gewijd aan Onze Lieve Vrouw van Arabië
en bedient, naar schatting, 2,5 miljoen katholieken
(waarvan 350.000 in Bahrein). De grote meerderheid
van hen zijn buitenlandse gastarbeiders uit India, de
Filippijnen, Pakistan, Bangladesh en andere landen, die
nu woonachtig zijn in Bahrein, Koeweit, Qatar en SaoediArabië. Het nieuwe gebouw zal de centrale kern vormen
voor de 10 parochies in het gebied.
Het praktiseren van het geloof op het Arabische schiereiland is aan strenge beperkingen onderworpen. Met
name in Saoedi-Arabië is de vrijheid om je godsdienst te
belijden meestal beperkt tot het terrein van buitenlandse
ambassades en particuliere woningen. Het is priesters
over het algemeen niet toegestaan om in het openbaar
kerkelijke kledij te dragen. Moslims wordt ten strengste
verboden zich te bekeren tot het Christendom. Terwijl
christelijke vrouwen in Saoedi-Arabië wel mogen
trouwen met Moslimmannen, is het christelijke mannen
verboden Moslimvrouwen te huwen. De bouw van de
nieuwe kathedraal in Bahrein laat een doorbraak zien
in de betrekkingen tussen kerk en staat en getuigt van
wat bisschop Ballin omschrijft als “een voortdurend
toenemend aantal katholieken in de regio.”
De bouw van de kathedraal zal worden afgerond in 2016.
De kosten worden geschat op ruim 22 miljoen euro.
Bronnen: National Catholic Register, 20 maart 2014
(www.ncregister.com); Kerk in Nood Verenigde Staten,
19 maart 2014.
| 21
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
CASE STUDY
Pakistan
22 Sjiitische moslimpelgrims gedood bij een bomaanslag
Januari 2014: Minstens 22 sjiitische pelgrims, onder
wie vrouwen en kinderen, worden gedood bij een
bomaanslag op een bus in West-Pakistan. De bom
ontploft na een reis langs heilige plaatsen in Iran op
de terugreis naar Quetta in Balochistan. Op het tijdstip
van de aanslag zijn er 51 passagiers aan boord.
Sektarische aanslagen nemen in omvang toe in
Pakistan, waar de sjiitische moslimminderheid ongeveer 20 procent uitmaakt van de totale bevolking van
175 miljoen mensen. Honderden Sjiieten zijn in 2013
bij sektarisch geweld om het leven gekomen, onder
wie veel onderwijzend personeel, artsen en kinderen.
Minstens 20 mensen lopen verwondingen op, deelt
Shafqat Anwar Shahwani mee. Volgens de ondercommissaris van politie in het district Mastung vermoeden medewerkers van de explosievenopruimingsdienst dat de bom langs de weg is geplaatst en op
afstand tot ontploffing is gebracht. Hij voegt eraan toe
dat hij de mogelijkheid van een zelfmoordaanslag niet
uitsluit. De buschauffeur verklaart aan de politie dat hij
niets van een bomaanval op de bus voelde aankomen
totdat hij een plotselinge ontploffing voelde, gevolgd
door geschreeuw van vrouwen en kinderen.
Groepen als Lashkar-e-Jhangvi, die eerdere aanslagen tegen de sjiitische minderheid opeisten,
strijden voor een soennitische theocratie en hebben
verklaard dat de Sjiieten het land moeten verlaten en
anders gedood zullen worden.
© GETTY images
22 |
Bronnen: Al Jazeera, 21 januari 2014;
BBC News Online 21 januari 2014
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
| 23
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Met dank aan Gabriel Wani
CASE STUDY
Soedan
Meriam Ibrahim ontkomt aan de doodstraf voor ‘geloofsafval’
Mei-juni 2014: Meriam Ibrahim, acht maanden zwanger
van haar tweede kind, wordt op 15 mei 2014 veroordeeld tot “de dood door verhanging” op verdenking
van geloofsafval van de islam. Meriam is de dochter
van een moslimvader en een Ethiopisch-orthodoxe
moeder. Meriams vader verliet haar moeder echter toen
zij nog een klein kind was. Meriam is sindsdien in het
christelijk geloof grootgebracht en is gehuwd met Daniel
Wani, eveneens Christen. Meriam zelf stelt dat ze altijd
Christen is geweest.
Ondanks haar verklaring, verklaart de officier van justitie
dat zij het geloof van haar (afwezige) vader had moeten
volgen. Hij eist dat Meriam afstand doet van haar christelijke geloofsovertuiging en daarvoor in de plaats het
geloof van haar vader, de islam, omarmt. Hij wordt hierin
gesteund door de rechter. Meriam krijgt drie dagen
de tijd om zich te bekeren maar ze weigert, waarbij zij
aanvoert dat zij haar hele leven Christen is geweest en
haar geloof niet kan verzaken op last van een rechtbank.
Het vonnis tegen Meriam krijgt spoedig wereldwijde
aandacht, waarbij regeringen, particulieren en de media
unaniem uiting geven aan hun verontwaardiging. Deze
24 |
verontwaardiging neemt verder toe als bekend wordt
dat Meriam kort na het vonnis bevalt, met haar benen
geketend aan de vloer van haar cel.
De druk op de Soedanese autoriteiten houdt aan en op
24 juni 2014 wordt Meriam op last van het Soedanese
Hof van beroep uit de gevangenis ontslagen. De volgende dag, als zij en haar gezin op het punt staan aan
boord te gaan van een vliegtuig met bestemming de
Verenigde Staten, worden zij gearresteerd en naar
Khartoem gebracht voor verhoor over beweerde vervalsing van reisdocumenten. Als Meriam de volgende
dag opnieuw wordt vrijgelaten, zoekt zij met haar
gezin haar toevlucht in de Amerikaanse ambassade
in Khar-toem. Ongeveer een maand later, op 24 juli,
vliegt Meriam naar Rome, waar zij in het Vaticaan wordt
ontvangen door paus Franciscus. Vervolgens reizen
Meriam en haar echtgenoot Daniel naar de Verenigde
Staten, waar zij nu hun kinderen hopen groot te
brengen.
Bronnen: AP/The Guardian, 31 mei 2014;
NY Daily News, 27 februari 2014
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Wat ook de mogelijke redenen zijn van de neergang van
religieus pluralisme en tolerantie - al dan niet gemotiveerd
door haat jegens een andere godsdienst of door haat
jegens elke godsdienst - het is duidelijk dat daarmee grote
schade wordt toegebracht aan de mens.
Zoals paus Franciscus in een toespraak op 20 juni 2014
zei: “De rede erkent dat de vrijheid van godsdienst een
fundamenteel mensenrecht is, waarin zijn hoogste
waardigheid wordt weerspiegeld.”
Zelfs een volgens eigen zeggen seculiere instantie als
de Europese Unie erkent het fundamentele belang van
de vrijheid van godsdienst. In een serie richtlijnen die
werd aangenomen in juni 2013, luidt het: “Als universeel
recht is de vrijheid van godsdienst of levensbeschouwing
een garantie voor het respect van diversiteit. De vrije
uitoefening van dit recht draagt rechtstreeks bij aan de
democratie, de ontwikkeling, de rechtsorde en aan vrede
en stabiliteit”.
Dit rapport, dat beoogt de omstandigheden te beschrijven
waarmee elke religieuze minderheid in alle landen ter
wereld wordt geconfronteerd, wordt gepubliceerd door
Kerk in Nood, een katholieke hulporganisatie die, als
pauselijke stichting, rechtstreeks onder de verantwoordelijkheid valt van de Heilige Stoel.
Het is redelijk om je af te vragen of een christelijke
hulporganisatie objectief het lijden kan beschrijven van
alle gelovigen, lijden dat soms door andere Christenen
wordt toegebracht. Het staat de lezer natuurlijk vrij om
het slagen of falen van dit rapport zelf te beoordelen.
Ons antwoord op deze vraag is echter dat een dergelijk
rapport over alle religieuze minderheden door een
christelijke hulporganisatie niet alleen mogelijk is maar ook
noodzakelijk. Religieuze organisaties hebben de plicht om
luid hun stem te verheffen als een geloofsgemeenschap
op onrechtvaardige wijze wordt aangevallen. Zoals
wordt benadrukt in documenten van het Vaticaan, in
het bijzonder Dignitatis Humanae (1965), is de vrijheid
van godsdienst de garantie van zelfexpressie voor alle
geloofsgemeenschappen, op voorwaarde dat eenieder de
onvervreemdbare rechten van de andere respecteert.
Maar om het onderzoeksterrein van onze individuele
landenrapporten te verbreden, heeft Kerk in Nood
deskundigen op het gebied van de vrijheid van godsdienst
opgedragen om recente trends te onderzoeken in Afrika,
het Midden-Oosten, Azië, Noord-Amerika, West-Europa,
Rusland, Centraal-Azië en Latijns-Amerika.
De rapporten van deze deskundigen zijn in hun geheel
elektronisch gepubliceerd en beschikbaar op:
www.religion-freedom-report.org
Enkele van hun bevindingen worden hieronder
weergegeven:
Het onderzoek naar de situatie van de vrijheid van godsdienst in Afrika werd uitgevoerd door voormalig missionaris
José Carlos Rodríguez Soto. Hij is over het algemeen
optimistisch over de toekomst van de vrijheid van gods-
dienst in Afrika, omdat volgens hem de problemen “niet
de realiteit moeten overschaduwen dat in de meeste
Afrikaanse landen de burgers een zekere mate van vrijheid van godsdienst genieten, en dat die wordt beleefd
tegen een achtergrond van een cultuur die tolerantie en
wederzijds respect tussen de verschillende godsdienstige
stromingen voorstaat”.
Hij legt ook de nadruk op de toename van interreligieuze
groepen die de dialoog met elkaar aangaan en gezamenlijk
actie voeren in onder andere Kameroen, Nigeria, de Centraal Afrikaanse Republiek, Oeganda, Zambia, Zuid-Afrika
en Kenia. Hij ziet dat als een hoopvolle ontwikkeling.
José Carlos Rodriguez Soto wijst ook op de meest zorgelijke ontwikkeling in Afrika, de toename van het moslimfundamentalisme onder leiding van groeperingen als AlQaeda in de islamitische Maghreb (in Noord-West Afrika),
Boko Haram (in Nigeria en omringende gebieden) en Al
Shabaab (met zijn bolwerk in Somalië). Hij zegt dat het
militaire antwoord op deze terreurgroepen tot dusver geen
resultaat heeft opgeleverd en dat andere methoden, met
inbegrip van de dialoog tussen de godsdiensten, moeten
worden voortgezet.
Wat de moslimwereld betreft, roept Paul Stenhouse
(MSC), hoofdredacteur van de maandbladen The Catholic
Journal en Annals Australasiam, en een frequent bezoeker
van het Midden-Oosten, het Westen op om geduld te oefenen en terughoudendheid te bewaren in de regio. Ook
moet het Westen een meer diepgaand inzicht ontwikkelen
in de bestaande verscheidenheid aan opvattingen inzake
mensenrechten binnen de Islam. Hij citeert voorbeelden
waarin pogingen tot liberaliserende hervormingen hebben
geleid tot wijdverbreid geweld en rellen in landen met
weinig of geen ervaring met democratie, en hij voegt
daaraan toe: “Rome was niet in een dag gebouwd”.
Hij besteedt “speciale aandacht” aan Iran, waarover hij
stelt: “Volgens de grondwet van Iran genieten Zoroastriërs,
Christenen en Joden vrijheid van godsdienst. De ontheiliging en verwoesting van kerken of synagogen - een
kenmerk van het moslimextremisme in veel soennitische
staten - is opvallend afwezig in de sjiitische gemeenschappen en samenlevingen”.
Volgens pr. Bernardo Cervellera, hoofdredacteur van Asia
News, is “Azië, ook gezien de laatste twee jaar, nog steeds
het continent waar de vrijheid van godsdienst het meest
wordt geschonden.” Hij stelt: “Behalve uit landen als
Japan, Taiwan, Singapore, de Filippijnen (afgezien van een
paar incidenten in Mindanao) en Cambodja, worden uit
alle andere landen in afwisselende mate schendingen van
de vrijheid van godsdienst gerapporteerd van Christen-,
Moslim-, Hindoe- en Sikhsgemeenschappen. En dan
hebben we het nog niet over groeperingen die door de
lokale meerderheden als ‘ketters’ worden beschouwd,
zoals Ahmadi’s en Soefi’s”. Hij noemt speciaal NoordKorea, waar “het belijden van elk geloof, behalve dat in de
regerende halfgoden van de Kimdynastie, verboden is”
en China. Daarover schrijft hij: “China…is het land waar
de controle op de religie het meest methodisch en vrijwel
| 25
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
volledig is, zoals blijkt uit de gewelddadige campagne
tegen niet-officiële katholieke, protestantse, boeddhistische
en moslimgemeenschappen”.
De twee specialisten inzake Noord-Amerika - Eric Rassbach en Adèle Keim - van het Becket Fonds, hebben zich
geconcentreerd op de uitspraak van het Hooggerechtshof
van de Verenigde Staten van juni 2014 (Burwell v. Hobby
Lobby Inc.). Hierbij ging het om een federale bepaling
die van veel werkgevers verlangt dat zij pakketpremies
betalen voor de dekking van gezondheidskosten.
Daarin is ook verplicht een dekking van de kosten voor
anticonceptiemiddelen opgenomen. Het Hooggerechtshof
verklaarde met 5 tegen 4 stemmen dat de familie Green,
eigenaar van Hobby Lobby, de abortieve anticonceptionalia
mocht uitsluiten van de dekking zonder dat zij daarvoor
door de regering zou worden beboet. Een andere discussie over de vraag in hoeverre gelovigen hun geloof
mogen belijden, betreft een uitvoeringsbevel van president
Obama (juli 2014) dat leveranciers van de federale regering verbiedt om te discrimineren op grond van seksuele
geaardheid of geslacht. Ondanks het verzoek van vele
religieuze organisaties was in dit uitvoeringsbevel geen
uitzondering opgenomen voor religieuze praktijk, zodat
er een vraagteken kwam te staan achter sommige
diensten die de kerken verlenen aan armen en daklozen.
In hun onderzoek betreffende Canada worden dezelfde
gewetensvragen aan de orde gesteld. De auteurs beschrijven het geval van de Trinity Western University, een
Evangelisch-Protestants college dat alleen studenten tot
haar faculteit toelaat die het geloof van de universiteit
delen. Tegenstanders eisen dat het deze universiteit verboden moet worden om een rechtenfaculteit te openen,
omdat haar geloof in de traditionele definitie van het
huwelijk haar verhindert een juridische opleiding te verstrekken. “Het resultaat van deze discussie zal van invloed
zijn op alle religieuze instellingen die een voorkeur voor
medegelovigen aan de dag leggen,” schrijven zij.
Met betrekking tot West-Europa schetsen Dr. John
Newton, een auteur op het gebied van de vrijheid van
godsdienst die werkzaam is bij Kerk in Nood in het
Verenigd Koninkrijk, en Dr. Martin Kugler uit Wenen
van het Observatory on Intolerance and Discrimination
CASE STUDY
China (Tibet)
Boeddhistische monnik sterft in gevangenschap
December 2013: De Chinese politie wordt ervan
erdacht een Tibetaanse boeddhistische monnik,
Jamyang Geshe Ngawan, tijdens zijn detentie in de
gevangenis te hebben doodgeslagen. Veiligheidsagenten arresteren Jamyang, 45 jaar oud, en twee
vrienden in november 2013 tijdens hun vakantie in
Lhasa, de provinciale hoofdstad van Tibet. Vanaf
die dag tot 17 december, als de politie zijn stoffelijk
overschot aan de familie overhandigt, blijft hij spoorloos. Ngawang Tharpa, een Tibetaan die in India
woonachtig is, maar in contact staat met zijn land
van herkomst, verklaart voor Radio Free Asia: “Hij is
doodgeslagen. Toen de politie het lichaam afgaf,
waarschuwde zij de familie om niets over het incident
bekend te maken. Anders zouden zij worden gedood.” Tot op heden ontbreekt ieder spoor van de
twee metgezellen die met Jamyang werden aangehouden.
Jamyang Geshe Ngawan genoot aanzien in de
plaatselijke gemeenschap en was populair onder
de plaatselijke gelovigen. Hij doceerde jarenlang in
een Indiaas klooster voordat hij in 2007 naar Tibet
26 |
terugkeerde, waar hij de positie van docent aan
het klooster van Tarmoe Nagchu in het district Diru
aanvaardde.
Volgens het Tibetaanse Centrum voor Mensenrechten
en Democratie “is het duidelijk dat de monnik tijdens
zijn detentie in een geheime gevangenis is doodgeslagen. Hij was groot van gestalte en verkeerde in
goede gezondheid toen hij zijn klooster verliet voor
een bezoek aan Lhasa.”
In 2008 wordt Jamyang in Tibet gearresteerd en tot
twee jaar gevangenisstraf veroordeeld op beschuldiging van “het onderhouden van contacten met buitenlandse mogendheden”. Hij wordt echter wegens goed
gedrag in vrijheid gesteld. Volgens het Tibetaanse
Centrum voor Mensenrechten en Democratie worden
tussen 1987 en begin 2005 zeker 87 gevangenen
kort na hun aanhouding gemarteld en om het leven
gebracht.
Bronnen: www. AsiaNews.it, 20 december 2013; Tibetaanse
Centrum voor Mensenrechten en Democratie, 27 januari 2014
(www.tchrd.org)
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Met dank aan Tibetan Centre for Human Rights and Democracy.
| 27
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
CASE STUDY
CENTRAAL AFRIKAANSE REPUBLIEK
Christenen en Moslims verenigen zich voor vrede
Januari 2014: Kobine Layama, imam en voorzitter
van de islamitische gemeenschap in de Centraal
Afrikaanse Republiek, Dieudonné Nzapalainga, de
katholieke aartsbisschop, en Nicolas Guerekoyame,
een protestante dominee, richten samen een interkerkelijke vredesgroep op. Terwijl de helft van het land
wordt bezet door Séléka rebellen, leiden deze drie
mannen vredesmissies en bemiddelen ze tussen de
partijen in het land om te voorkomen dat botsingen
tot regelrechte oorlog leiden.
Als Séléka rebellen de hoofdstad Bangui bezetten en
daar de macht overnemen, komt imam Layama persoonlijk in een moeilijke situatie: veel CentraalAfrikaanse Moslims zien de coup als teken om de
macht in het overwegend christelijke land over te
nemen. Op veel plaatsen collaboreren zij openlijk met
Séléka rebellen. Kobine Layama is een devoot moslim
met de overtuiging dat Moslims en Christenen in
vrede en wederzijds respect moeten samenleven. Met
zijn preken is hij voor de Séléka rebellen een doorn
in het oog: “Wat jullie doen - stelen, doden, vrouwen
28 |
verkrachten en mensen terroriseren - is tegengesteld
aan wat God ons volgens de Koran beveelt te doen.”
Als op 5 december 2013 hevige strijd woedt in
hoofdstad Bangui en er 500 doden vallen in drie
dagen, zoekt Kobine bescherming bij zijn vriend,
aartsbisschop Nzapalainga. Hij weet dat zijn leven
wordt bedreigd door extremisten van beide zijden.
Sindsdien is hij onvermoeibaar bezig op te roepen tot
kalmte en verzoening.
De kern van het Centraal-Afrikaanse conflict is
niet religieus, maar sociaal en politiek. Geweld en
wraak worden aangewakkerd door mensen die een
uitbarsting van vijandigheden tussen Christenen
en Moslims wensen. Steeds opnieuw brengt dit de
inwoners van het land in gevaar. Met grote risico’s
voor hun eigen leven blijven de stemmen van de
imam, de aartsbisschop en de dominee weerklinken:
drie moedige mannen die onvermoeibaar oproepen
tot vrede.
Bron: Kerk in Nood, februari 2014
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Against Christians in Europe, een zorgwekkend beeld van
de geleidelijke marginalisatie van degenen die proberen
traditionele morele waarden in stand te houden. Hoewel
gelovigen de vol-ledige vrijheid hebben om privé hun
geloof te belijden, geven de auteurs aan dat er sprake
is van “een keiharde oplegging van relativistische opvattingen”, waardoor een redelijk compromis tussen de
religieuze opvattingen wordt verhinderd. Erger nog, deze
botsing van waarden neemt dusdanig toe dat de gelovigen
vrezen dat zij door de staat kunnen worden gedwongen
om zich aan te passen aan de normen van de samenleving
waartegen zij zich juist bewust verzetten.
De schrijvers benadrukken ook het toenemende geweld
tegen Joden en Moslims overal in West-Europa, hetgeen,
hoewel bijzonder verontrustend, voorlopig nog grotendeels
tot de uitzonderingen behoort. Zij vestigen in het bijzonder
de aandacht op de Joodse emigratie vanuit Frankrijk, waar
in de eerste drie maanden van 2014 ongeveer 400 Franse
Joden naar Israël zijn vertrokken, een aantal dat viermaal
zo hoog is als gedurende dezelfde periode in 2013 en 2012.
Peter Humeniuk, een specialist inzake Rusland en
Centraal-Azië, is lid van het internationale projectenteam
van Kerk in Nood. Hij roept de lezers op de vrijheid van
godsdienst in Rusland te bekijken door de lens van haar
recente, onrustige verleden. Hij zegt dat, terwijl traditionele
religieuze groeperingen over het algemeen met respect
worden behandeld, de instroom van welgestelde religieuze
sekten sinds de jaren negentig, de mate van vrijheid van
godsdienst in het land hebben gekleurd. Hoewel deze
sekten merendeels weinig succesvol waren, vinden de
autoriteiten het soms moeilijk om de grens te trekken
tussen legitieme en illegale religieuze activiteiten. Hij zegt
dat Rusland ernaar streeft om op eigen bodem zijn eigen
vorm van de Islam te ontwikkelen, hoewel de grens tussen
“een exotische religieuze gemeenschap en een actieve
terroristische cel heel smal kan zijn.” Hij waarschuwt wel
dat de grote groep werknemers in de dienstensector in
Moskou en St. Petersburg, voornamelijk moslimmigranten
uit Centraal-Azië, een “bron van moge-lijke etnische en
religieuze onrust kunnen vormen.”
Over de landen van Centraal-Azië merkt hij op dat velen
vrezen dat de terugtrekking van de westerse militaire
troepen uit Afghanistan kan leiden tot een verspreiding van
de radicale Islam in deze regio. “Dit is een angstaanjagend
vooruitzicht voor de autoritaire regimes in landen waar de
Islam door de staat wordt gecontroleerd.” De leiders van
deze Centraal-Aziatische staten hebben, zo schrijft hij,
de gevolgen gezien van de “Arabische lente.” En hoewel
deze bloedige revoluties niet zonder meer de beperkingen
rechtvaardigen die de religieuze gemeenschappen opgelegd kregen, vormen zij daar wel een plausibele veklaring voor.
De auteur dr. Austen Ivereigh merkt op dat in LatijnsAmerika, hoewel daar de helft van alle katholieken ter wereld
wonen, een veel grotere verscheidenheid aan religieuze
overtuigingen en praktijken bestaat dan in het algemeen
wordt gedacht. In Brazilië is meer dan 20% van de bevolking
Evangelisch-Christelijk, terwijl in sommige CentraalAmerikaanse staten deze verhouding stijgt tot een derde.
In Argentinië leven grote gemeenschappen Joden en
Moslims en op de Engelssprekende Caraïbische eilanden
zijn het de protestantse kerken die in de meerderheid
zijn. Ook zijn er, bijvoorbeeld in Cuba en Brazilië, grote
aantallen mensen die het spiritisme of Santería aanhangen.
Hij legt uit dat de obstakels voor volledige vrijheid van
godsdienst, waar die bestaan, meestal het gevolg zijn
van officiële secularistische en atheïstische regimes, en
over het algemeen in gelijke mate van toepassing zijn
op alle religieuze groeperingen. De uitdaging voor de
toekomst is volgens hem om de nog bestaande, wettelijke
en onofficiële sancties op religieuze organisaties op te
heffen en grotere acceptatie te verkrijgen van de regionale
regeringen voor religieuze inspraak op nationaal niveau.
Zoals uit verschillende van de casestudies in deze
samenvatting duidelijk wordt, zijn er tekenen van hoop
aan te wijzen, evenals redenen tot ernstige bezorgdheid.
Wij laten voorbeelden zien van religieuze leiders die elkaar
vriendschappelijk de hand reiken. En we vermelden hoe
zelfs in de Arabische Golf, waaraan enkele staten liggen
die zeer vijandig staan tegenover religieus pluralisme,
een moslimkoning land heeft geschonken voor de bouw
van een christelijke kathedraal. In Afrika laten we zien hoe
christelijke leiders en een islamitische imam samenwerken
om het geweld terug te dringen. Hoewel in dit rapport
wordt gesproken over de onheilspellende toename van
religieuze intolerantie in delen van West-Europa, is er ook
duidelijk een tegengestelde tendens waarneembaar van
leiders die zich aaneensluiten om vluchtelingen een warm
onthaal te bieden.
De duidelijke les die uit dit onderzoek moet worden
getrokken, is dat de dringende oproep om het geweld
jegens en de onderdrukking van religieuze minderheden te
stoppen, in eerste instantie en vooral moet komen van de
religieuze gemeenschappen zelf. Want hoewel dit rapport
ook de aandacht vestigt op de vele door regeringen opgelegde wettelijke en grondwettelijke beperkingen van de
vrijheid van godsdienst, is de harmonie en het wederzijds
respect tussen de religieuze groeperingen een eerste
voorwaarde voor verbetering. De noodzaak dat alle religieuze leiders hun preekgestoelte en de media aanwenden om luid en duidelijk te laten horen dat zij zich
verzetten tegen alle geweld op religieuze gronden, en
de noodzaak dat zij nogmaals hun steun toezeggen aan
religieuze tolerantie, wordt in de huidige context steeds
dringender.
Peter Sefton-Williams
Voorzitter redactiecomité Vrijheid van Godsdienst
Rapport 2014
| 29
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
ALGEMENE STAAT
VAN DE VRIJHEID VAN GODSDIENST
Land
Algemene staat
van vervolging
of discriminatie
tegen een of meer
geloofsgroepen
Verandering
van situatie
Griekenland
GEMIDDELD
Verslechterd
Indonesië
GEMIDDELD
Verslechterd
Kazachstan
GEMIDDELD
Verslechterd
Kenia
GEMIDDELD
Verslechterd
Irak
HOOG
Sig. verslechterd
Koeweit
GEMIDDELD
Verslechterd
Libië
HOOG
Sig. verslechterd
Kirgizië
GEMIDDELD
Verslechterd
Nigeria
HOOG
Sig. verslechterd
Libanon
GEMIDDELD
Verslechterd
Pakistan
HOOG
Sig. verslechterd
Maleisië
GEMIDDELD
Verslechterd
Soedan
HOOG
Sig. verslechterd
Marokko
GEMIDDELD
Verslechterd
Syrië
HOOG
Sig. verslechterd
Tanzania
GEMIDDELD
Verslechterd
Azerbeidzjan
HOOG
Verslechterd
Tunesië
GEMIDDELD
Verslechterd
Birma
(Myanmar)
HOOG
Turkmenistan
GEMIDDELD
Verslechterd
Verslechterd
Bahrein
GEMIDDELD
Geen verandering
Centraal Afrikaanse
HOOG
Algerije
GEMIDDELD
Geen verandering
Verslechterd
Comoren
GEMIDDELD
Geen verandering
China
HOOG
Verslechterd
Cyprus
GEMIDDELD
Geen verandering
Egypte
HOOG
Verslechterd
India
GEMIDDELD
Geen verandering
Oezbekistan
HOOG
Verslechterd
Israël
GEMIDDELD
Geen verandering
Afghanistan
HOOG
Geen verandering
Laos
GEMIDDELD
Geen verandering
Eritrea
HOOG
Geen verandering
Mauritanië
GEMIDDELD
Geen verandering
Malediven
HOOG
Geen verandering
Nepal
GEMIDDELD
Geen verandering
Noord-Korea
HOOG
Geen verandering
GEMIDDELD
Geen verandering
Saudi-Arabië
HOOG
Geen verandering
Palestijnse
Gebieden
Somalië
HOOG
Geen verandering
Russische
Federatie
GEMIDDELD
Geen verandering
Jemen
HOOG
Geen verandering
Sri Lanka
GEMIDDELD
Geen verandering
Iran
HOOG
Verbeterd
Tadzjikistan
GEMIDDELD
Geen verandering
Republiek
Mali
GEMIDDELD
Sig. verslechterd
Turkije
GEMIDDELD
Geen verandering
Angola
GEMIDDELD
Verslechterd
Vietnam
GEMIDDELD
Geen verandering
Bangladesh
GEMIDDELD
Verslechterd
Cuba
GEMIDDELD
Verbeterd
Wit-Rusland
GEMIDDELD
Verslechterd
Qatar
GEMIDDELD
Verbeterd
Brunei
GEMIDDELD
Verslechterd
GEMIDDELD
Verbeterd
Ethiopië
GEMIDDELD
Verslechterd
30 |
Verenigde Arabische
Emiraten
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
Roemenië
GERING
Verslechterd
Filipijnen
GERING
Geen verandering
Hongarije
GERING
Verslechterd
Roemenië
GERING
Geen verandering
Bolivia
GERING
Verslechterd
Rwanda
GERING
Geen verandering
Canda
GERING
Verslechterd
Servië
GERING
Geen verandering
Denemarken
GERING
Verslechterd
Singapore
GERING
Geen verandering
Ecuador
GERING
Verslechterd
Slowakije
GERING
Geen verandering
Frankrijk
GERING
Verslechterd
Zuid-Afrika
GERING
Geen verandering
Georgië
GERING
Verslechterd
Thailand
GERING
Geen verandering
Duitsland
GERING
Verslechterd
Tuvalu
GERING
Geen verandering
Nederland
GERING
Verslechterd
Oeganda
GERING
Geen verandering
Peru
GERING
Verslechterd
Venezuela
GERING
Geen verandering
Zweden
GERING
Verslechterd
Zimbabwe
GERING
Verbeterd
Oekraïne
GERING
Verslechterd
Verenigd
Koninkrijk
Australië
LAAG
Verslechterd
GERING
Verslechterd
Albanië
LAAG
Verslechterd
Uruguay
GERING
Verslechterd
Argentinië
LAAG
Verslechterd
Armenië
GERING
Geen verandering
België
LAAG
Verslechterd
Bhutan
GERING
Geen verandering
Kameroen
LAAG
Verslechterd
Bulgarije
GERING
Geen verandering
Ierland
LAAG
Verslechterd
Tsjaad
GERING
Geen verandering
Italië
LAAG
Verslechterd
Colombia
GERING
Geen verandering
Luxemburg
LAAG
Verslechterd
Democratische
Republiek
Congo
GERING
Polen
LAAG
Verslechterd
Geen verandering
Verenigde
Staten
LAAG
Verslechterd
EquatoriaalGuinea
GERING
Geen verandering
Taiwan
LAAG
Verbeterd
Ivoorkust
GERING
Geen verandering
Jordanië
GERING
Geen verandering
Kosovo
GERING
Geen verandering
Macedonië
GERING
Geen verandering
Periode van verslag:
Madagaskar
GERING
Geen verandering
Oktober 2012 tot en met juni 2014
Mauritius
GERING
Geen verandering
Mexico
GERING
Geen verandering
Moldavië
GERING
Geen verandering
Mongolië
GERING
Geen verandering
Een totaal van 79 extra landen is geclassificeerd
als laag zonder verandering in status. Bekijk voor
een tabel met deze landen en de individuele
landenrapporten het volledige rapport op: www.
kerkinnood.nl/vrijheidvangodsdienst2014
Nieuw-Zeeland
GERING
Geen verandering
Nicaragua
GERING
Geen verandering
Niger
GERING
Geen verandering
Noorwegen
GERING
Geen verandering
Oman
GERING
Geen verandering
Palau
GERING
Geen verandering
Papua Nieuw
Guinea
GERING
Geen verandering
VERKLARING
Bij de beoordeling van de mate van onderdrukking
en vervolging van minderheden heeft Kerk in Nood
veel factoren meegewogen. De hier aangegeven
categorieën zijn gebaseerd op de uit om het even
welke bron geconcludeerde waarschijnlijkheid
van door godsdienst geïnspireerd geweld en/of
intolerantie in een bepaald land. Kerk in Nood is
zich ervan bewust dat de kwalitatieve aard van de
ordening betekent dat een subjectief element in
de analyse niet kon worden vermeden.
| 31
Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2014 - Samenvatting
www.kerkinnood.nl/vrijheidvangodsdienst2014
Kerk in Nood steunt Christenen waar deze worden vervolgd, onderdrukt of in pastorale nood zijn. Kerk in
Nood werd door de Nederlandse pater Werendfried van Straaten opgericht op Eerste Kerstdag in 1947 en
werd in 2012 een pauselijke stichting van de Katholieke Kerk. Elk jaar financiert de organisatie meer dan 5000
projectverzoeken van bisschoppen en religieuze oversten in zo’n 140 landen. Projecten omvatten onder meer
de opleiding van seminaristen, het drukken van Bijbels en religieuze literatuur - zoals de Kinderbijbel van Kerk in
Nood waarvan meer dan 50 miljoen exemplaren zijn verspreid in 172 talen - steun aan priesters en geestelijken
in moeilijke omstandigheden, het bouwen en herstellen van kerken en kapellen, uitzending van geestelijke
radio- en televisieprogramma’s en hulp aan vluchtelingen.
073 613 08 20 | [email protected] | www.kerkinnood.nl
32 |
Download