Verslag netwerk Mozaiko 18 april 2017 Aanwezig: Stella Okemwa (Hand in Hand Tegen Racisme), Birgul Gungor (Dept LNE), Liesbet Vandewalle (Stad Gent), Sylvie Van de Waeter (ABB), Sylvie Van Der Beken (Sport Vlaanderen), Ana Tudorache (VDAB), Sibel Aliustaoglu (Sport Vlaanderen), Julie De Bruyne (Departement Financiën & Begroting), Pritty Kaur (ABB), Nazikel Syouleyman (ILVO), Houari El Hannouti (VDAB), Stijn Haeseldonckx (VLM), Kristel Bogaerts (SERV), Mario Carly (VDAB), Filip Vereecke (Vlaamse Landmaatschappij), Ann De Bodt (UGent), Petra Heyse (AgO), Michiel Van de Voorde (DDB), José Gavilan (Departement Landbouw en Visserij), Luka Houtman (DDB), Emily Vanmechelen (DDB), Christelle Van de Vijver (AgODi), Kaat Desmet (VRT), Sheela Grammens (VAPH), Aneta Lekawska (VDAB), Lisa Asselman (Departement Kanselarij en Bestuur), Milijana Novakovic (DDB), Jinnih Beels (Politiezone Mechelen-Willbroek) en Najib Chakouh (Politiezone Mechelen-Willebroek). Agenda: • 9u30 – 9u40: Inleiding • 9u40 – 10u15: Instroommaatregelen buitenlandse herkomst • 10u15 – 11u00: Cijfers buitenlandse herkomst bij de Vlaamse overheid • 11u00 – 11u15: Pauze • 11u15 – 12u30: Non discriminatie binnen de Vlaamse overheid: getuigenis Jinnih Beels (commissaris Politiezone MechelenWillebroek) + theoretisch kader • 12u30: Varia + broodjeslunch Zie ook PowerPoints voor meer info: alle documenten staan op https://overheid.vlaanderen.be/mozaiko- agenda Recep heet iedereen welkom, het is de twaalfde bijeenkomst van Mozaiko. Alona is ontslagen na een slechte evaluatie van de minister. Hoe zit het verder met de dienst Diversiteitsbeleid (DDB)? Er is een goedgekeurd actieplan 2017 en de dienst kan verder met lopende projecten. Het kabinet gaf groen licht dat ze na de paasvakantie het diversiteitsplan zullen uitvoeren. Michiel Trippas zal tijdelijk de leiding van de dienst op zich nemen. Instroommaatregelen buitenlandse herkomst Door Kelly De Mol (Huis van het Nederlands Brussel) Kelly werd uitgenodigd om te vertellen wat ze voor het proefproject van het Facilitair Bedrijf gedaan hebben. Huis van het Nederlands (HvN) Het HvN Brussel is de enige die in deze vorm nog bestaat. Dit huis leert Nederlands aan iedere Brusselaar die het wil leren. Eerst testen ze het taalniveau en dan schrijven ze zich in voor een cursus. Het HvN promoot acties zoals ‘waar kun je in Brussel Nederlands oefenen?’ en ondersteunen leerkrachten Nederlands in hun lessen. Taalbeleid Hoe geef ik Nederlands een plaats in mijn bedrijf? In 2015 is het HvN benaderd door de DDB om te kijken naar het taalbeleid in het Facilitair Bedrijf. Er zijn heel weinig anderstaligen die reageren op vacatures bij het Facilitair Bedrijf, hoe komt dat? Maken we de taal onnodig moeilijk voor anderstaligen? Er moet dus worden ingezet op gelijke kansen. Eerst deed het HvN een analyse. Hiervoor zijn er een 30-tal gesprekken gevoerd met medewerkers, leidinggevende, HRM… Welke acties zijn er reeds en wat wordt er verwacht van mensen? Daarnaast hebben zij op de werkvloer meegekeken. Vervolgens zijn ze aan de slag gegaan met een niveautest en hebben ze ook 80 documenten geanalyseerd: hoe talig zijn die? Zijn ze moeilijk en is het nodig dat ze moeilijk zijn? De analysefase kan 6 maanden duren en dan wordt een taalprofiel gemaakt. De vereiste kennis wordt vastgelegd. Per functie wordt een niveau Nederlands bepaald en vastgelegd. Als poetsmedewerker is dit verwachte niveau niet heel hoog, maar op basis van taal vielen mensen toch af tijdens sollicitatiegesprekken. Op gesprek was de verwachting ineens wel heel hoog, terwijl dit niet nodig is voor de functie. Voor het Facilitair Bedrijf zijn 5 taalprofielen opgesteld: schoonmaker, verantwoordelijke, keukenhulp, chef-kok en catering. Volgens het Europees kader is A1 basiskennis en C2 moedertaal, uitgegaan van een normale leersnelheid. Voor een A1 heb je 120 lesuren nodig en voor een B1 480 uur. Voorbeeld: het taalprofiel van een schoonmaker. Per vaardigheid wordt een situatie bekeken. Voor het lezen moeten ze rapporten (zoals veiligheidsfiches) kunnen lezen. Voor luisteren moeten ze presentaties (vormingen over bijvoorbeeld ergonomisch poetsen) kunnen begrijpen. Er zijn hier heel grote verschillen. Met een A2, na een jaar les, lukt dat lezen prima. De presentatie is wat anders en vergt heel veel qua taal. Er is een groot verschil tussen wat de dagelijkse job vraagt (zoals lezen) en iets meer afwijkend van het dagelijkse (zoals de presentatie). De vacature moet aangepast worden aan het taalniveau van de groep sollicitanten die ze willen aantrekken. Iets wat het HvN heel veel doet, is herschrijven. Vacatures en documenten veel simpeler en toegankelijker maken, zodat het drempelverlagend is. Op dit moment is het HvN bezig met de fase opleidingsbeleid bij het Facilitair Bedrijf. Dit houdt in dat mensen worden vrijgesteld van het werk om naar de les te gaan. Het HvN begint bewust in Brussel. Het meeste schoonmaakpersoneel bij de Vlaamse overheid komt uit Vlaanderen en amper uit Brussel zelf. Vandaar ligt de beginfocus op wat Brusselaars tegenhoudt. Vragen Liggen de taaleisen bij de Vlaamse overheid niet nog altijd te hoog in vergelijking met de privésector? Ja, dit is de reden waarom het HvN in 2017 de drempels naar beneden wil halen. Een job met vast contract of interim contract voor dezelfde functie maakt ook een verschil. Voor een vast contract is het niveau Nederlands van medewerkers vaak te laag. Dit wordt ontmoedigd, mensen moeten de kans krijgen om te groeien in hun functie. Uiteindelijk is dit de keuze van de organisatie zelf. Moet er een bepaalde taaltest afgelegd worden bij Selor om een vast contract te krijgen? Dit is niet het geval bij een eerste aanwerving, maar wel vaker bij promoties. Selor is ook alleen nodig voor statutaire functies en niet voor contractuele. De functies waarover het hier gaat, komen vaak niet in aanmerking voor een statutair contract. Cijfers buitenlandse herkomst bij de Vlaamse overheid Door Luka Houtman, stagiaire bij de DDB Personeelsleden Luka vertelt wat meer over de cijfergegevens van personeel en diversiteit en specifiek voor mensen van buitenlandse herkomst. De cijfers dateren van 31/12/2016. Ze zijn dus een momentopname: we gaan enkel naar de mensen kijken die op dat moment in dienst waren. Het gaat over 62 entiteiten, waaronder ook het Agentschap Integratie en Inburgering. Het gaat over 44.733 personeelsleden. Hoe bekomen we deze gegevens? Dit gebeurt via het rijkregisternummer. Al die nummers worden verzameld en verwerkt. Deze cijfers zijn helemaal correct. Vroeger moesten de personen in kwestie dit zelf aangeven (vrijwillige registratie), maar nu gebeurt het dus automatisch. We lichten twee groepen toe: de personeelsleden en de jobstudenten. De streefcijfers voor personen van buitenlandse herkomst zijn respectievelijk 10% voor personeelsleden en 20% voor jobstudenten. Er is een nieuwe definitie: ‘mensen met een migratieachtergrond’ wordt ‘mensen van buitenlandse herkomst’. We definiëren op basis van 4 criteria: huidige nationaliteit geboortenationaliteit geboortenationaliteit van de moeder en geboortenationaliteit van de vader. Als 1 van de 4 criteria geen Belg is, dan ben je van buitenlandse herkomst. Dus bv als jouw huidige nationaliteit Belg is, je geboortenationaliteit ook en je vader is ook een Belg maar je moeder is een Italiaanse, dan ben jij iemand van buitenlandse herkomst. De definitie omvat dus een bredere categorie en de streefcijfers zijn aangepast van 4% naar 10%. De vorige definitie hield ook rekening met de nationaliteit van de grootouders, nu wordt enkel de nationaliteit van de ouders in kaart gebracht. Op dit moment zijn er 8,79% personeelsleden van buitenlandse herkomst. De 10% is nog niet behaald, maar is haalbaar tegen 2020 als we hierop verder blijven focussen. Er zijn wel grote verschillen merkbaar binnen de verschillende entiteiten. Het Agentschap Integratie en Inburgering haalt het topcijfer van 44% mensen van buitenlandse herkomst in hun personeelsbestand, De lijn volgt met 15%. Wat de man-vrouw verhouding bij de personeelsleden betreft loopt de verdeling heel gelijk. Het is eigenlijk een 50-50 verhouding. Dit geldt zowel voor de personeelsleden van Belgische herkomst als van buitenlandse herkomst. . Er is een spijtige vaststelling bij het ‘niveau’. Wanneer we naar de opleidingsniveaus A en B kijken, zijn er meer personeelsleden van Belgische herkomst, terwijl dit voor de niveaus C en D omgekeerd is. Bij de ‘leeftijd’ kunnen we de vrij logische vaststelling maken dat als we migratiegolven volgen, de groep van buitenlandse herkomst meer jonge mensen bevat. In de toekomst wil de DDB nog meer in detail gaan werken door ook het cijfermateriaal te bekijken van verschillende landengroepen. De dienst wil ook cijfermateriaal vergaren voor leidinggevende functies, sollicitanten en stagiaires. Jobstudenten Ook bij de jobstudenten gaat het over de 62 entiteiten en bespreken we de cijfergegevens van heel het jaar 2016. Het streefcijfer voor personen van buitenlandse herkomst staat op 20% en 7 beleidsdomeinen behalen dat al! Recep vertelt iets meer over jobstudenten met een handicap of chronische ziekte. Het streefcijfer hier is 6%. Er wordt samengewerkt met het middenveld (het minderhedenforum en de werkbank). De entiteiten die jobstudenten met een handicap of chronische ziekte aanwerven, kunnen de loonkosten recupereren via de DDB. Er is een oproep vertrokken naar de entiteiten die interesse hebben in jobstudenten uit de kansengroepen. Zij kunnen de DDB contacteren voor enkele openstaande vacatures. Vragen Rijksregisters van sollicitanten mogen we niet vragen vanwege de wet op de privacy. Dat is dus een juridisch obstakel. Hoe kunnen we dit meten? Rijksregisters van sollicitanten mogen inderdaad niet bewaard worden, maar wel bij indiensttreding. Verder is hier geen vordering in, je mag het sollicitanten vragen, maar je mag de nummers niet bewaren. Is het niet beter om te kijken naar effectieve aanwervingen dan naar sollicitanten? Want de 10% zal maar behaald worden door effectieve aanwervingen en niet door sollicitanten. Eenmaal aangeworven is het percentage bij het huidige cijfer opgenomen. Waar we nauwelijks zicht op hebben zijn de sollicitanten. Is de opkomst divers genoeg? Vandaar de focus op sollicitanten. De vraag werd gesteld om cijfers te krijgen van de percentage per entiteit met de opsplitsing binnen buitenlandse herkomst van EU-13 en EU-14. Deze persoon vindt de nieuwe definitie van ‘buitenlandse herkomst’ te ruim en maakt zich zorgen om het overzicht te verliezen. Opmerkingen Met de nieuwe definitie wordt vermoed dat er minder aandacht zal gaan naar personeelsleden van buitenlandse herkomst, want het streefcijfer zal sneller behaald worden door de verruiming van de categorie. Het beleid mag zeker niet stoppen wanneer het streefcijfer behaald is, wat soms wel het geval is. Non discriminatie binnen de Vlaamse overheid Getuigenis door Willebroek) Jinnih Beels (commissaris Politiezone Mechelen- - Jinnih is reeds 16 jaar werkzaam bij de politie, na de eenmaking is ze gestart bij lokale politie van Antwerpen. Daar heeft ze verschillende functies uitgeoefend: politieteammanager, perswoordvoerder, diensthoofd Diversiteit en als laatste regiomanager wijkwerking. Vorig jaar werd haar gevraagd om naar de politiezone Mechelen-Willebroek te komen. Hier hebben ze bewust gekozen voor een diversiteitmanager Najib Chakouh en een diversiteitscommissaris Jinnih Beels. Ze is gekend bij het publiek en de collega’s door haar uitspraken in de pers dat politiecontroles legitiem en transparant moeten zijn. Burgers moeten weten en begrijpen waarom deze gebeuren. Het is een feit dat politie een machtspositie heeft en er eigenlijk bewust van moet zijn dat dit een effect heeft op de burger. Het imago van de politie, vooral bij jongeren, is slecht. Het is een heel moeilijke relatie. Jinnih gelooft wel dat deze kan verbeteren, mede door transparantie en communicatie. - Een diversiteitsbeleid bij lokale politie is een bevoegdheid van de burgemeester en de korpschef. Het is vrijblijvend en er moet geen verantwoording worden afgelegd als er geen is. In Mechelen – Willebroek wordt bewust gekozen om een geïntegreerd diversiteitbeleid te voeren. Politiemensen moeten getraind worden in het omgaan met diversiteit, want zij staan op straat en gaan om met mensen. Nog te weinig korpsen maken hier werk van. Het is belangrijk dat elke organisatie hiermee bezig is. De politie heeft een voorbeeldfunctie. Voor Jinnih zal het diversiteitsbeleid in de politie pas geslaagd aanvoelen als collega’s onderling elkaar durven ter verantwoording roepen en er een klimaat heerst van respect voor alles wat anders is. - Met betrekking tot het verspreiden van haar foto met racistisch getinte opschrift hebben haar korpsleiding, stadsbestuur en syndicaten zeer duidelijk gekozen om dit te veroordelen. Er werd een duidelijke reactie gegeven dat het niet kan. Het is heel belangrijk dat de cultuurverandering top-down begint. Het middenkader zit ertussen, zij moeten ook bewust gemaakt worden van het belang dat zij een voorbeeldfunctie hebben. Er moeten voornamelijk vaardigheden en opleidingen aangeboden worden aan top- en middenkader en de basis moet gesensibiliseerd worden. Een sanctionerend kader op zich is geen oplossing, want racisme is moeilijk te bewijzen. Er zijn natuurlijk grenzen, waar sancties nodig zijn maar het is geen middel op zich. Racisme bij de politie is dubbel zo erg omdat zij de vertrouwenspersoon horen te zijn van burgers, ze moeten burgers beschermen. Daarnaast is het ook belangrijk om te benadrukken dat veel collega’s ook heel goed bezig zijn en hun taken uitmuntend uitvoeren. Vragen Is het aanstellen van een diversiteitsmanager verplicht binnen elke politiezone zoals de diversiteitsambtenaar in de entiteiten van de Vlaamse overheid? Neen, op dit moment zijn heel weinig korpsen concreet met diversiteit bezig. Mechelen – Willebroek, Antwerpen, Gent en Brussel Noord zijn de weinigen die momenteel bezig zijn met diversiteit. Een diversiteitsmanager werd aangesteld in de korpsen Mechelen – Willebroek en Antwerpen. Communiceren om een draagvlak voor diversiteit te creëren, klinkt wat vaag? Kan je misschien eens een voorbeeld geven? dat Een medewerker doet een achtervolging en meldt dit via de radio. Zij beschrijft de persoon als ‘makak’ i.p.v. Noord-Afrikaanse origine. Collega’s van een andere origine voelen zich aangesproken en geviseerd. Dan is het soms beter om de dialoog aan te gaan met alle partijen en met een alternatieve ‘strafsanctie’ te komen dan enkel een proces-verbaal op te maken. De medewerker is geconfronteerd met haar uitspraak. Bedoeling was om een bewustmaking teweeg te brengen. Ze werd ook aangemoedigd om haar verhaal en ervaring hierover te delen tijdens een opleiding diversiteit. Deze aanpak biedt veel meer dan simpelweg een sanctie stellen door het opstellen van een PV die 9 kansen op de tien enkel aanleiding zal geven tot sepot.” Theoretisch kader Michiel Van de Voorde vertelt wat de DDB doet in 2017. Op de belevingsdag voor leidend ambtenaren op 21 maart 2017 werd een engagementsverklaring voorgesteld die de DDB wil laten ondertekenen door alle leidinggevenden. Op deze verklaring staan 7 concrete punten die we van hen vragen. Er wordt ook een persoonlijk engagement gevraagd, dat de DDB opvolgt na ondertekening. De DDB kan langs komen in een entiteit en er is een inspiratielijstje. Het non-discriminatiebeleid wordt gekoppeld aan het HRen integriteitbeleid, zodat het onderdeel van een plan is. Wat gebeurt er met iemand die een melding van discriminatie maakt? Wat zijn de procedures hierrond? De DDB verzamelt goede praktijken uit verschillende entiteiten, de leerpunten hierrond en biedt dit aan als inspiratie voor andere entiteiten. Vorming en training bieden ondersteuning. We vertrekken hieruit van e-DIV van Unia. Hier kan je een attest behalen en er is een grote bibliotheek van situaties die kunnen geraadpleegd worden. Voor eerstelijnmedewerkers (loketfunctie) wordt een opleiding gemaakt over het omgaan met situaties rond discriminatie. Dit heeft wat vertraging. De DDB heeft te weinig mensen om discriminerende klanten aan te pakken en is op zoek naar een externe partner voor de ontwikkeling van een handleiding, vorming en training. De DDB wil overal het draagvlak versterken via sensibilisatie. Er is de fiche ‘Checklist redelijke aanpassingen’. Waarom hoort dit bij non-discriminatie? Als een bepaalde situatie aan alle voorwaarden van de checklist voldoet, dan is er geen discussie meer mogelijk. Het is of toepassen of discriminatie. Indirecte discriminatie is moeilijk te herkennen, vandaar de checklist. De argumenten tegen redelijke aanpassing zijn soms heel erg redelijk, maar toch kan er onbedoelde discriminatie uit voortkomen. Bijvoorbeeld: een medewerker met een handicap vraagt een extra thuiswerkdag. De leidinggevende weigert dat om discussie met andere medewerkers te vermijden. Gelijktijdige aandacht voor verticale en horizontale discriminatiemechanismen: horizontaal is er een gelijkwaardigheid tussen medewerkers; niemand wordt uitgesloten, geïntimideerd of gepest door collega’s. Verticaal is er een behandeling als gelijke van alle medewerkers door de leidinggevende. Dit is een blijvend aandachtspunt. Er is een klachtenprocedure die duidelijk en transparant is. Indien de klacht buiten de bevoegdheid van de DDB valt, dan komt Unia naar voren. De kans dat het niet geseponeerd wordt, is dan groter. Vaak is de vraag ook om te bemiddelen, voordat er een klacht is. Hiervoor is er ook een procedure. Er staat een nieuw diversiteitsscan. instrument in de kijker: de ex-ante Er is dringend versterkte aandacht voor diversiteit nodig. Veel mensen van vreemde origine zijn nog onder hun niveau aan de slag. Vlaanderen moet een voorbeeld vervullen. Er gebeuren veel maatregelen, maar dit moet meer inclusief gebeuren. Bij de ontwikkeling van het beleid zelf moet de diversiteitsbril opgezet worden. Deze scan bestaat uit vier vragen, waarmee rekening moet gehouden worden. De SERV heeft dit uitgetest op het ontwerpdecreet over lokaal sociaal beleid. De diversiteitsscan heeft zeker resultaat opgeleverd. Varia - Op 26 april is er een vernieuwde infosessie rond e-DIV van Unia. Er is een nieuw luik ontwikkeld rond handicap en dit wordt hier voorgesteld. Zijn er collega’s die een goede praktijk of hun werkgroep diversiteit aan bod willen brengen tijdens een volgende Mozaiko-sessie? Stuur ons gerust een mailtje: [email protected] Volgende data van Mozaiko in 2017: - donderdag 29 juni in het Ellipsgebouw, lokaal 2B.111 - dinsdag 19 september in het Ellipsgebouw, lokaal 2B.111 - vrijdag 17 november in het Ellipsgebouw 2B.11 Bedankt voor jullie medewerking! https://overheid.vlaanderen.be/mozaiko-agenda www.yammer.com/mozaiko