LEKENRECHTSPRAAK EN JURYRECHTSPRAAK Inleiding: Amerikaanse politieseries en rechtbankfilms zijn erg populair in Nederland. Vaak zie je naast de ‘die-eJ’ (=‘district attorney’; openbare aanklager) en de CSI’s ook een club van 12 burgers die rechtertje spelen. Pas op ! Dat zijn Amerikaanse toestanden want Nederland heeft geen juryrechtspraak. Over zin en onzin (‘it’s up to you !’) van juryrechtspraak gaat deze hand-out. Definities: Juryrechtspraak is een specifieke vorm van lekenrechtspraak en hoort thuis in het Angelsaksische strafrechtsysteem. Tijdens een strafzaak behandelen 12 burgers samen met de beroepsrechter- het strafdossier en samen nemen ze een beslissing over schuld of onschuld van de verdachte en de eventuele straf. Landen met lekenrechtspraak zijn bijvoorbeeld Duitsland en Zweden. Bij juryrechtspraak neemt niet de beroepsrechter in samenwerking met een groep van 12 burgers een beslissing over de schuldvraag maar uitsluitend een burgerjury. Volgens de grondwet van de VS (1778) is juryrechtspraak de meest democratische vorm van rechtspraak (‘het volk beslist’). De willekeurig geselecteerde burgers zullen meewerken vanwege hun burgerplicht. Ook België en het Verenigde Koninkrijk hebben juryrechtspraak. Leken- en juryrechtspraak zijn niet van toepassing op alle strafzaken die voor de rechter komen. Het betreft zware misdrijven (met een hoge minimum celstraf) en verdachten die beweren onschuldig te zijn. Vorming van jury in 6 stappen: I. Elke democratische rechtsstaat beschikt over een kiesregister, een databestand van burgers die kiesgerechtigd zijn. Uit dit register worden bepaalde groepen gefilterd; beroepen (zoals politici en rechters), analfabeten, burgers met een strafblad en burgers wier kiesrecht door de rechter is ontnomen (b.v. psychiatrische patiënten, geestelijk gehandicapten en bepaalde delinquenten). II. Hierna volgt een aselecte steekproef die resulteert in circa 30-50 burgers. III. Van deze groep vallen burgers af omdat zij onmisbaar zijn op werk of in gezin of omdat zij (zijdelings) betrokken zijn bij de zaak of een relatie hebben met één van de hoofdrolspelers. IV. Een groep van 25 kandidaat-juryleden verschijnt vervolgens voor de rechter die het latere strafproces zal voorzitten. De fase van het voir-dire en wraken begint ! Zowel de openbare aanklager als de advocaat van de verdachte maken gebruik van hun recht om alle kandidaat-juryleden individueel aan de tand te voelen. Politieke standpunten, werk, gezinsituatie passeren de revue. Indien een kandidaat-jurylid schadelijk lijkt voor het strafproces (vanuit het perspectief van verdachte of aanklager) wordt dit jurylid gewraakt. Dit kan maximaal 3 keer. V. Een jury van 12 burgers plus 2 reserve-juryleden blijft over. VI. Daarna worden de juryleden voorgesteld aan de hoofdrolspelers in het strafproces (exclusief de verdachte). Hun functie als jury wordt eveneens uitgelegd. VI. Tot slot volgt de eedaflegging, een kennismaking met de jurykamer, wetboeken en juridisch naslagwerk en een periode zonder contact met de buitenwereld (gezin, werk, pers). Functie van de jury: Juryleden mogen tijdens het strafproces geen vragen stellen. Ook is het verboden om aantekeningen te maken. Bewijzen en getuigenverklaringen (op schrift) worden na de zitting naar de jurykamer gebracht. Tijdens het verblijf in de jurykamer kunnen de juryleden elkaar corrigeren, aanvullen en overtuigen. Ook mogen juryleden gedurende het hele proces geen informatie over ‘hun zaak’ opzoeken via internet, sociale media en kranten. Afhankelijk van het land is er de eis van unanimiteit (VS) of van gekwalificeerde meerderheid. De jury hoeft haar beslissing niet te motiveren ! Wanneer de juryleden het onderling niet eens kunnen worden, is er sprake van een zogenaamde ‘hung jury’. Voor- en nadelen van juryrechtspraak: Uit (inter-)nationale publicaties over dit onderwerpen springen de volgende voordelen het meest in het oog. I. Het biedt een alternatief voor het groeiende wantrouwen tegenover de rechterlijke macht. Rechters zijn niet onpartijdig, aldus deze gedachtegang, omdat de meeste rechters een elitaire achtergrond hebben (hogere sociaaleconomische milieus, academische opleiding, hoge maatschappelijke status). Een jury van 12 willekeurig geselecteerde burgers is een betere representatie van het volk. Juryrechtspraak is per definitie democratischer. II. Vonnissen en eventuele straffen zullen door de burgers (dan ook) eerder worden geaccepteerd. De juryleden weten beter wat leeft onder de bevolking. Bovendien worden alle bewijzen –tijdens vooronderzoek en tijdens strafproces- voorgelegd aan de jury zodat de hele rechtsgang openbaar en transparanter is. De kloof tussen burger en rechtspraak wordt daarmee kleiner. III. Het strafproces verloopt langzamer. Het voordeel hiervan is dat het allemaal zorgvuldiger gebeurt hetgeen de kwaliteit ten goede komt. Dus minder vormfouten. Nadelen van juryrechtspraak: I. Juryleden zijn geen deskundigen. Zij kunnen deskundigen, de openbare aanklager en de advocaat slecht volgen in hun uitleg of redenering. Zij laten eerder hun hart spreken (emoties) dan hun verstand. Dit werkt rechtsongelijkheid juist in de hand. II. Ongeacht unanimiteit of gekwalificeerde meerderheid: meer mensen moeten tot consensus komen (‘op één lijn zitten’). In de praktijk is dat moeilijk en kost veel tijd. III. Veel tijd is veel geld; dit geld kan beter worden besteed aan het transparanter maken van de professionele rechtspraak en het verbeteren van het juridische onderwijs. IV. In de praktijk komt vaak groepsdruk onder de juryleden voor; het krachtdadigste jurylid kan anderen ompraten. ‘Om van het gezeur af te zijn’ kunnen andere juryleden overstag gaan. Dit heeft dus niets te maken met ‘de volkswil’. V. In hoger beroep gaan is niet mogelijk omdat ‘het volk heeft gesproken’. Alleen vormfouten gelden dan nog als reden om bezwaar aan te tekenen bij een hogere rechtbank. Politieke partijen in Nederland: Momenteel speelt lekenrechtspraak en juryrechtspraak geen rol in het politieke debat. Ook in de verkiezingsprogramma’s en op de websites van de Tweede Kamerfracties komt dit thema niet of nauwelijks voor. Gevraagd naar hun standpunt vinden de christelijke partijen (CDA, SGP en CU) dat juryrechtspraak niet past in onze cultuur en rechtssysteem, de VVD is ‘gewoon’ tegen terwijl de progressieve partijen (incl. D66) niet principieel tegen zijn maar geen plannen hebben voor het aanpassen van het huidige rechtssysteem. Alleen de PVV is vóór. Zij zien het als een adequaat alternatief voor softe rechters uit de grachtengordel.