Studiedag “Hoe vergroot je de veerkracht van je medewerkers?” Leuven, 14/01/2016 Prof. dr. Sara Willems Vakgroep Huisartsgeneeskunde en Eerstelijnsgezondheidszorg [email protected] De levensverwachting van de Belgen neemt toe … 2013 Belgen ♂ ♀ 80.4 jaar 77.8 jaar 82.9 jaar De kindersterfte (< 5 jaar, per 1000 baby’s) is minimaal Maar … niet iedereen geniet in dezelfde mate van de vooruitgang Maar … niet iedereen geniet in dezelfde mate van de vooruitgang Levensverwachting voor mannen van 25 jaar volgens opleidingsniveau 56 54 52 50 Aantal nog te leven jaren op de leeftijd van 25 48 jaar 46 44 42 Higher education Higher secondary education Lower secondary education Opleidingsniveau Primary school degree No degree Source: Van Oyen et al, 2010 Maar … niet iedereen geniet in dezelfde mate van de vooruitgang Levensverwachting voor mannen van 25 jaar volgens opleidingsniveau 56 54 52 Sociale gradiënt 50 Aantal nog te leven jaren op de leeftijd van 25 48 jaar 46 44 42 Higher education Higher secondary education Lower secondary education Opleidingsniveau Primary school degree No degree Source: Van Oyen et al, 2010 Verhogen pensioenleeftijd heeft wellicht een verschillend effect op verschillende sociale klassen VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij Waarom deze voordracht? Waarom deze voordracht? Werknemers in de sociale economie: verhoogd risico op ziekte • Welke groepen zijn meest « at risk »? • Hoe groot zijn de sociale verschillen in gezondheid? • Wat met de psychische gezondheid? • Hoe kunnen deze verschillen verklaard worden? • Wat kan er aan gebeuren? VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij ? VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij opleidingsniveau VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij opleidingsniveau Chronisch longlijden (%) 6,20% 4,60% 3,60% 1,70% lager/geen lager hoger hoger diploma secundair secundair onderwijs VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij opleidingsniveau inkomensniveau % Vlaamse jongeren met BMI 25-30 volgens gezinswelvaart 9,20% 11,20% 7,30% Hoog Medium Laag Bron: Studie Jongeren en Gezondheid; Maes L, Vereecken C, Hublet A., Vakgroep Maatschappelijke Gezondheidszorg, Universiteit Gent, cijfers van 2006 VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij opleidingsniveau inkomensniveau ethnische achtergrond 35 30 25 20 15 Belgen 10 Turken en Marrokanen 5 0 ernstige depressie ernstige angst ernstige somatische klachten ernstige slaapstoornis Bron: Leveque et al. Gezondheid en gezondheidszorg bij allochtonen in Vlaanderen (2006) VASTSTELLING 1: Belangrijke verschillen in gezondheid tussen sociale groepen in de maatschappij en dit zowel voor fysieke als geestelijke gezondheid Gemiddelde score op vitaliteitsschaal 64 62 60 58 56 54 52 Primary or no degree Lower secondary Higher secondary Higher education Totaal Bron: HIS (2013) 45% Aandeel van bevolking met psychisch onwelbevinden 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% Primary or no degree Lower secondary Higher secondary Higher education Totaal Bron: HIS (2013) Aandeel van bevolking met slaapstoornis 45% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% Primary or no degree Lower secondary Higher secondary Higher education Totaal Bron: HIS (2013) Aandeel van bevolking met symptomen van angststoornis 25% 20% 15% 10% 5% 0% Primary or no degree Lower secondary Higher secondary Higher education Totaal Bron: HIS (2013) Aandeel van bevolking met symptomen van depressiestoornis 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% Primary or no degree Lower secondary Higher secondary Higher education Totaal Bron: HIS (2013) Socio-economische verschillen in zelfmoordgedachten 16% 14% 12% 10% Primary or no degree Lower secondary 8% Higher secondary Higher education 6% Totaal 4% 2% 0% Zelfmoordgedachten ooit Zelfmoordgedachten in laatste 12 maanden Bron: HIS (2013) VASTSTELLING 2: De groep kwetsbare patiënten is aanzienlijk VASTSTELLING 2: De groep kwetsbare patiënten is aanzienlijk (en neemt toe) Hoger risico voor: - vrouwen (16% versus 14.6%) - Waals gewest (9.8% in VG, 19.2% in WG) - bejaarden (20.2%) - kinderen en jongeren - werklozen (37.8% versus 4.2% bij werkenden) - lage werkintensiteit (31.9%) - alleenstaanden (21.4%) - éénoudergezinnen (38.5%) cumulatieve effecten! Vb. lage werkintensiteit + kinderen (77.9% !) Bron: Jaarboek Armoede, 2011 Werkloosheid (Arr. Leuven) 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% 0% Vlaams Gewest Vlaams-Brabant Leuven Tienen Aarschot Bierbeek Bron: Lokale statistiek (2013) Werkloosheid (Arr. Halle-Vilvoorde) 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% Vlaams Gewest Vlaams-Brabant Halle Vilvoorde Asse Bron: Lokale statistiek (2013) VASTSTELLING 3: Sociale verschillen in gezondheid beginnen al van voor de geboorte Geboortegewicht volgens opleidingsniveau van de moeder % kinderen met een gewicht 1500g-2500g 12,00% 10,00% 8,00% 6,00% 4,00% 2,00% 0,00% Hoog (N=86.169) Medium (N=74.552) Bron: Studiecentrum Perinatale Epidemiologie, 2007. Laag (N=13.774) Evolutie aantal kinderen geboren in een KA gezin in Vl. Aandeel kinderen geboren in een kansarm gezin (Arr. Leuven) 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% Vlaams Gewest Vlaams-Brabant Leuven Tienen Aarschot Bierbeek Bron: Kind & Gezin (2014) Aandeel kinderen geboren in een kansarm gezin (Arr. Halle-Vilvoorde) 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% Vlaams Gewest Vlaams-Brabant Halle Vilvoorde Asse Bron: Kind & Gezin (2014) VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen in tegenstelling tot genetische oorzaken, individuele leefstijlkeuzes, … VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen • meer blootstelling aan gezondheidsrisico’s • eenzelfde blootstelling leidt tot meer gezondheidsproblemen • levensloopeffecten • ongelijke verdeling middelen en macht / stigmatisering VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen • meer blootstelling aan gezondheidsrisico’s • eenzelfde blootstelling leidt tot meer gezondheidsproblemen • levensloopeffecten • ongelijke verdeling middelen en macht / stigmatisering Risico op een aanrijding van voetgangers of fietsers volgens kenmerken van de buurt 2,5 2 1,5 odds ratio 1 0,5 0 Materiële armoede Hoge conc. etn. minderheden Veel verhuisbewegingen Source: Jordan D. Silverman, Michael G. Hutchison, Michael D. Cusimano. Association Between Neighbourhood Marginalization and Pedestrian and Cyclist Collisions in Toronto Intersections. Can J Public Health 2013;104(5):e405-e409. Wat met het sociaal kapitaal? Wat met het sociaal kapitaal? Net als andere hulpbronnen (bv. financieel kapitaal, opleidingsniveau) is sociaal kapitaal niet gelijk verdeeld Reden: - structurele processen in maatschappij bv. racisme, seksisme, … sociale uitsluiting - homophily-principe Ongelijkheid in sociaal kapitaal Ongelijkheid in sociaal kapitaal 50 45 40 35 30 25 Achtergestelde buurt 20 Niet-achtergestelde buurt 15 10 5 0 Veralgemeend vertrouwen Gepercipieerde sociale steun Gepercipieerd engagement in sociale relaties Hulpbronnen in netwerken Heeft dit gevolgen voor de gezondheid? - Meestal heeft sociaal kapitaal een (zwakke) relatie met gezondheid - Toch: Negatieve associatie sociaal kapitaal en gezondheid enkel bij groepen in sociaal kwetsbare positie – => sociaal kapitaal speelt een rol in het ontstaan en het in stand houden van sociaal-economische gezondheidsverschillen Heeft dit gevolgen voor de gezondheid? - Meestal heeft sociaal kapitaal een (zwakke) positieve relatie met gezondheid - MAAR: Negatieve associatie sociaal kapitaal en gezondheid bij groepen in sociaal kwetsbare positie! => sociaal kapitaal speelt een rol in het ontstaan en het in stand houden van sociaal-economische gezondheidsverschillen Hoe deze keerzijde van sociaal kapitaal verklaren? (Portes, 1998) (1) Exclusie van ‘outsiders’ (2) ‘Druk’ door sociale netwerken: conflict, stress, overvraging (3) Mogelijke beperking individuele vrijheid/autonomie (4) (Gezondheids)schadende normen Gedepriveerde buurt: 38,4% rokers Niet-gedepriveerde buurt: 21,6% rokers VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen • meer blootstelling aan gezondheidsrisico’s • eenzelfde blootstelling leidt tot meer gezondheidsproblemen • levensloopeffecten • inkomensongelijkheid / stigmatisering / minderwaardigheid Source: Cakmak, S., et al., The risk of dying on days of higher air pollution among the socially disadvantaged elderly. Environ. Res. (2011) Source: Cakmak, S., et al., The risk of dying on days of higher air pollution among the socially disadvantaged elderly. Environ. Res. (2011) VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen • meer blootstelling aan gezondheidsrisico’s • eenzelfde blootstelling leidt tot meer gezondheidsproblemen • levensloopeffecten • ongelijke verdeling middelen en macht / stigmatisering evidentie voor het effect van voeding, psychosociale stress en blootstelling aan toxische stoffen in de omgeving (roken, luchtvervuiling, …) een geheugen voor het individu, maar ook voor toekomstige generaties! VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen • meer blootstelling aan gezondheidsrisico’s • eenzelfde blootstelling leidt tot meer gezondheidsproblemen • levensloopeffecten • ongelijke verdeling middelen en macht / stigmatisering Gini-coefficient of national income distribution VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen • meer blootstelling aan gezondheidsrisico’s • eenzelfde blootstelling leidt tot meer gezondheidsproblemen • levensloopeffecten • ongelijke verdeling middelen en macht / stigmatisering VASTSTELLING 4: Een aantal van de verschillen in gezondheid tussen sociale groepen wordt veroorzaakt door sociale mechanismen Wat met de individuele (leefstijl) keuze van de patiënt? Bron: Studiecentrum Perinatale Epidemiologie, 2000 Aanpak van deze sociale mechanismen is kwestie van sociale rechtvaardigheid Waarom deze voordracht? Werknemers in de sociale economie: verhoogd risico op ziekte • Welke groepen zijn meest « at risk »? • Hoe groot zijn de sociale verschillen in gezondheid? • Wat met de psychische gezondheid? • Hoe kunnen deze verschillen verklaard worden? • Wat kan er aan gebeuren? Tackling all the upstream causes of ill health … multilevel governance mét professionals en het middenveld ≠ beleidsdomeinen, ≠ beleidsniveaus Centrale begrippen: engagement van alle niveau’s betrekken en afstemmen van alle niveau’s bottom-up maar binnen een algemeen kader (richting, taken, …) afstemmen gecoördineerde expertiseopbouw netwerkvorming Wat melden? Proportionate universalism “actions must be proportionate to the degree of disadvantage, and hence applied in some degree to all people, rather than applied solely to the most disadvantaged” Contact: Sara Willems, [email protected]