13 01 641 De Opbouw - Advies VSO reorganisatie

1
model St. de Opbouw – januari 2016
VASTSTELLINGSOVEREENKOMST
ex art 13.2 SP bij cao Jeugd of
ex art. 13.2 / 13.4 SP bij cao VVT
De ondergetekenden,
[naam rechtspersoon formele werkgever], gevestigd te [adres], ten deze rechtsgeldig
vertegenwoordigd door [naam], [functie], verder te noemen werkgever;
en
de heer of mevrouw [naam],, geboren op [datum], wonende te [adres] verder te noemen
werknemer1,
werkgever en werknemer gezamenlijk te noemen ‘partijen’;
NEMEN HET HIERNAVOLGENDE IN AANMERKING:
I.
Werknemer is op [datum] in dienst getreden bij werkgever, alwaar hij/zij laatstelijk
werkzaam was als [functie] voor [aantal] uur per week tegen een salaris van [ € 0000,00]
bruto per maand (schaal nr] - periodiek ]nr.] voor [aantal] uur), exclusief [ ]
vakantiebijslag en [ ] eindejaarsuitkering, volgens de Cao [ ];
II.
Binnen werkgever is sprake van een reorganisatie op grond waarvan de arbeidsplaats van
werknemer is komen te vervallen en waardoor hij boventallig is geworden. Op deze
reorganisatie is het “Sociaal Plan Stichting De Opbouw” (looptijd 1 september 2015 tot en
met 30 juni 2016, hierna: het Sociaal Plan) van toepassing. Werkgever heeft onderzocht of
het mogelijk is om werknemer te herplaatsen in een passende andere functie, maar een
mogelijkheid daartoe doet zich niet voor;
III.
Werkgever heeft, in overeenstemming met het toepasselijke Sociaal Plan, vervolgens het
initiatief genomen om te komen tot beëindiging van de tussen partijen bestaande
arbeidsovereenkomst en daartoe aan werknemer een voorstel gedaan;
paraaf werkgever
paraaf werknemer
2
model St. de Opbouw – januari 2016
IV.
Werknemer heeft in eerste instantie aangegeven in dienst te willen blijven, waarna partijen
diverse keren overleg hebben gepleegd. Het resultaat daarvan is dat werkgever en
werknemer allebei geen mogelijkheden zien om het dienstverband voort te zetten en
daarom hebben afgesproken de arbeidsovereenkomst te beëindigen;
V.
Werkgever merkt hierbij op dat werknemer uiteraard ter zake van de ontstane situatie
geen verwijt te maken valt;
VI.
Er is geen sprake van een dringende reden;
VII.
Het streven van werkgever om de arbeidsovereenkomst te beëindigen houdt geen
verband met enig wettelijk opzegverbod;
VIII.
Partijen wensen thans ter beëindiging van de tussen hen bestaande arbeidsovereenkomst
en ter (verdere) voorkoming van onzekerheid of geschil het volgende overeen te komen,
daarbij in aanmerking nemende dat:
-
het Sociaal Plan op het in deze vaststellingsovereenkomst bepaalde van toepassing
is;
-
partijen hun juridische en financiële posities overzien;
-
partijen elkaar op de hoogte hebben gebracht van alle feiten en omstandigheden
waarvan zij weten of behoren te weten dat die invloed (kunnen) hebben op de
beslissing van de ander om onderhavige vaststellingsovereenkomst in onderhavige
vorm en met de onderhavige inhoud aan te gaan;
-
partijen met de onderhavige vaststellingsovereenkomst beogen een uitputtende, en
derhalve alles omvattende regeling te treffen;
-
nietigheid van één of meer bepalingen van deze overeenkomst niet leidt tot nietigheid
van de overige bepalingen van deze overeenkomst. Partijen verplichten zich ter zake
van bepalingen waarvan één der partijen de nietigheid schriftelijk heeft ingeroepen,
terstond met elkaar in overleg te treden.
KOMEN PARTIJEN HET VOLGENDE OVEREEN:
1.
Het dienstverband eindigt, op initiatief van de werkgever, met wederzijds goedvinden per
[datum] (hierna: de Einddatum).
paraaf werkgever
paraaf werknemer
3
model St. de Opbouw – januari 2016
2.
De werknemer heeft op grond van artikel 7:670b lid 2 BW een bedenktijd van veertien
(kalender)dagen, te rekenen vanaf de dag waarop deze vaststellingsovereenkomst
schriftelijk is aangegaan, ofwel door beide partijen is ondertekend. Indien werknemer
binnen deze termijn schriftelijk aan de werkgever laat weten dat hij deze overeenkomst
ongedaan wil maken (wil ontbinden), en de werkgever heeft deze mededeling binnen die
veertien dagen ontvangen, dan zal deze overeenkomst vervallen en kunnen werkgever en
werknemer er geen rechten aan ontlenen. In dat geval eindigt de arbeidsovereenkomst
niet op de Einddatum, maar blijft deze voortbestaan tot deze anderszins rechtsgeldig tot
een einde komt.
3.
Aan bepalingen uit deze overeenkomst - met uitzondering van artikel 2 - zal pas uitvoering
worden gegeven als de in artikel 2 bedoelde bedenktijd is verstreken zonder dat de
overeenkomst geldig is ontbonden.
4.
a. Werknemer heeft – met inachtneming van het hieronder sub c. bepaalde - aanspraak op
de wachtgeldregeling zoals bepaald in en onder de voorwaarden van de vigerende cao [
], tenzij sprake is van een situatie zoals bedoeld in artikel 14 van deze overeenkomst.
b. Onder het toepasselijke Sociaal Plan – maar met inachtneming van het hieronder sub c.
bepaalde - heeft werknemer, zolang hij de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt,
bovendien aanspraak op een beëindigingsvergoeding, berekend én met het maximum
zoals genoemd in artikel 13.2 van het Sociaal Plan, onder aftrek van wat is aangewend als
transitiebudget zoals bedoeld in artikel 8.3 Sociaal Plan. Per saldo ontvangt werknemer uit
hoofde hiervan een bedrag van EUR [
] bruto.
c. Het bovenstaande onder a. en b. geldt onder uitdrukkelijk voorbehoud van wijziging van
de op werknemer toepasselijke cao/wachtgeldregeling tijdens de looptijd van het Sociaal
Plan, met dien verstande dat werkgever een minimumregeling garandeert gelijk aan het
totaal van de vergoedingen en voorzieningen zoals in dit artikel genoemd, onder meer op
basis van de toepasselijke cao-wachtgeldregeling zoals deze gold bij de totstandkoming
van het Sociaal Plan, met de in artikel 13.3 Sociaal Plan genoemde uitzonderingen en
nadere bepalingen.
OF / ALTERNATIEF ARTIKEL ALLEEN BIJ CAO VVT!
De werknemer ontvangt met toepassing van artikel 13.4 Sociaal Plan bij einde van de
arbeidsovereenkomst een vergoeding ter grootte van 130% van zijn wettelijke
paraaf werkgever
paraaf werknemer
4
model St. de Opbouw – januari 2016
transitievergoeding, naar rato, met een maximum, zijnde EUR [ …] bruto (de
beëindigingsvergoeding) onder aftrek van wat is aangewend als transitiebudget zoals
bedoeld in artikel 8.3 Sociaal Plan. Voorwaarde is dat werknemer geen aanspraak maakt
op de wachtgeldregeling of vergoeding bij ontslag van de toepasselijke cao bij gedwongen
ontslagen wegens bedrijfseconomische redenen. Voor zover de werknemer toch enige
aanspraak ontleent aan de wachtgeldregeling of vergoeding bij ontslag uit de van
toepassing zijnde cao -quod non- dan wordt de vergoeding op grond van de regeling uit de
cao allereerst in mindering gebracht op de beëindigingsvergoeding. Een eventueel restant
positief saldo na de verrekening van de vergoeding op basis van de regeling uit de cao
met de beëindigingsvergoeding zal dan vervolgens aan de werknemer worden uitgekeerd.
5.
Gedurende de periode gelegen tussen de ondertekening van deze
vaststellingsovereenkomst en de Einddatum zal werknemer de gebruikelijke
werkzaamheden uitvoeren OF vrijgesteld zijn van werk OF [andere afspraken].
6.
De werkgever zal het bruto salaris en overige emolumenten met inachtneming van de
fiscale mogelijkheden (bvb geen onkosten wanneer die niet gemaakt worden) tot de
Einddatum doorbetalen. Voorts zijn gedurende de boventalligheidsperiode tot de
Einddatum de bepalingen met betrekking tot mobiliteit uit het Sociaal Plan van toepassing.
7.
Desgevraagd ontvangt werknemer een getuigschrift, waarin ten minste het volgende wordt
vermeld:
a) datum aanvang en datum einde dienstverband;
b) vervulde functie(s).
8.
Uiterlijk binnen een maand na de Einddatum ontvangt werknemer met toepassing van de
voor hem geldende voorwaarden, de vergoeding uit hoofde van artikel 4 van deze
overeenkomst, alsmede een eindafrekening van het vakantiegeld (naar rato), aantal PBL
uren, de eindejaarsuitkering (naar rato), eventuele niet genoten vakantiedagen en
eventuele jubileumuitkering. Zoveel mogelijk gelijktijdig met deze betalingen wordt een
deugdelijke bruto/netto specificatie verstrekt.
9.
Eventuele terugbetalingsverplichtingen van werknemer ten gevolge van een studieovereenkomst, komen per de Einddatum te vervallen.
paraaf werkgever
paraaf werknemer
5
model St. de Opbouw – januari 2016
10. Of aan de werknemer wel of geen uitkering wordt toegekend op grond van de Sociale
Verzekeringswetten, of dat eventueel een strafkorting wordt toegepast dan wel de uitkering
wordt opgeschort, brengt geen wijziging in het bepaalde in deze
Vaststellingsovereenkomst .
11. Zaken die de werkgever aan de werknemer ter beschikking heeft gesteld en eventuele
overige bedrijfseigendommen dient de werknemer uiterlijk op […] schoon en in goede staat
bij de werkgever in te leveren.
12. Indien de arbeidsovereenkomst voor de Einddatum eindigt om een andere reden dan
genoemd in deze vaststellingsovereenkomst komen alle aanspraken uit hoofde van het
Sociaal Plan en deze vaststellingsovereenkomst te vervallen.
13. Indien werknemer alsnog eerder dan de Einddatum uit dienst treedt door opzegging en/of
het aangaan van een nieuwe arbeidsovereenkomst bij een derde, eindigt de huidige
arbeidsovereenkomst per die eerdere datum. In overleg zal werkgever werknemer niet aan
de (volle) opzegtermijn houden. Alle overige bepalingen van deze
vaststellingsovereenkomst blijven onverkort van kracht.
14. Indien de werknemer voor de Einddatum een passende functie krijgt aangeboden en
zonder redelijke grond weigert deze (tijdig) te aanvaarden, vervallen alle aanspraken uit
hoofde van het Sociaal Plan. De arbeidsovereenkomst eindigt in dat geval per de
Einddatum zonder enige aanspraak op een vergoeding en/of wachtgeld.
15. Partijen erkennen dat behoudens de afspraken zoals vastgelegd in onderhavige
vaststellingsovereenkomst, geen andere afspraken en/of overeenkomsten meer bestaan,
althans dat deze afspraken en/of overeenkomsten teniet worden gedaan met deze
vaststellingsovereenkomst, die de afspraken om te komen tot een beëindiging van de
arbeidsovereenkomst uitputtend bedoelt te regelen. Partijen verlenen elkaar na
effectuering van al het vorenstaande finale kwijting over en weer ter zake al hetgeen zij
van elkaar te vorderen hebben en/of mochten hebben uit hoofde van het dienstverband
en/of de beëindiging daarvan.
16.
Deze overeenkomst is een vaststellingsovereenkomst in de zin van artikel 7: 900 BW. De
artikelen 7: 900 tot en met 7: 906 BW zijn derhalve van toepassing. Werkgever en
paraaf werkgever
paraaf werknemer
6
model St. de Opbouw – januari 2016
werknemer doen hierbij, met uitzondering van het ontbindingsrecht als genoemd in artikel
2 van deze overeenkomst, over en weer expliciet afstand van het recht om deze
vaststellingsovereenkomst geheel dan wel gedeeltelijk te (doen) ontbinden dan wel
daarvan de nietigheid in te roepen.
Aldus overeengekomen op [datum ]
en vervolgens in tweevoud ondertekend te [plaats]
[Plaats], op [datum]
[Plaats], op [datum]
___________________
___________________
De heer/mevrouw [Naam]
De heer / mevrouw [Naam]
namens werkgever
werknemer
paraaf werkgever
paraaf werknemer