INFORMATIE Definitie Cluster hoofdpijn: Zeldzame in periode aanvals gewijze hoofdpijnaandoening. Aanvallen van strikt unilaterale, heftige, borende pijn rondom of achter het oog, vaak gepaard gaande met verschijnselen van autonome ontregeling. Clusterhoofdpijn Clusterhoofdpijn is een betrekkelijk zeldzame aanvalsgewijze hoofdpijn aandoening, voornamelijk bij mannen voorkomend (man : vrouw = 7 : 1) 3, 8, 9. De hoofdpijn ontstaat tussen de 18 en de 40 jaar 9. Patiënten hebben aanvallen van strikt unilaterale, heftige, borende pijn 8. Deze pijn is peri- en/ of retroorbitaal 2, 8, 9, frontaal, temporaal en occipitaal gelokaliseerd. De pijn gaat gepaard met verschijnselen van autonome ontregeling, zoals een tranend, rood oog, een verstopte dan wel lopende neus of een ptosis of miosis (Horner) 7, 8-10. Ook dysesthesie in het gebied van het opthalamische gedeelte van de vijfde craniale zenuw bij het aanraken van de schedelharen en fotofobie zijn veel voorkomende verschijnselen. Meestal is er geen sprake van misselijkheid, maar het kan optreden 8-10, waarschijnlijk bij de ernstige aanvallen of bij de piek van de aanvallen. Braken komt bij clusterhoofdpijn minder vaak voor dan misselijkheid. Autonome symptomen en tekenen treden op aan de symptomatische zijde. Bij een kleine groep treedt er een vermindering van de hartslag en een onregelmatige hartactiviteit op, met name tijdens ernstige aanvallen 8, 9. Nekbewegingen kunnen de hoofdpijn provoceren 2. Tijdens een clusterperiode kunnen aanvallen geprovoceerd worden door vaatverwijdende stoffen, zoals alcohol, nitroglycerine en histamine 7, 9, door een lage zuurstofspanning zoals in het hooggebergte en tijdens intercontinentale vliegreizen 8 en langdurige stress 7, 9. 2. Smith KL, Horn C. Cervicogenic headache part 1: an anatomic and clinical overview. South African Journal of Physiotherapy 1998;54:12-21. 3. Solomon S. Diagnosis of primary headaches disorders: validity of the international headache society criteria in clinical practice. Neurologic Clinics 1997;15:15-25. 7. Cranial Neuralgies and Facial Pain. Diagnostic criteria. Classification and diagnostic criteria for headache disorders. 1988;8. 8. Hijdra A. Neurologie. Maarssen; Elzevier/Bunge 1994 9. Merskey H, Bogduk N. Classification of chronic pain, discriptions of chronic pain syndromes and definitions of pain terms. Seattle; IASP Press 1994 10. Oosterhuis HJGH. Klinische neurologie. Houten/ Antwerpen; Bohn Stafleu van Lochem 1992. ONDERZOEK Watson vragenlijst Vragenlijst (anamnese) Watson heeft een vragenlijst ontwikkeld, die informatie verschaft over het gebied, de kwaliteit, de intensiteit, de frequentie, de symptomen, de duur van de symptomen, de geschiedenis, de provocerende factoren en de verlichtende factoren van de hoofdpijn. Door middel van deze vragenlijst kan clusterhoofdpijn in ieder geval uitgesloten worden 6. De genoemde items uit de vragenlijst komen nagenoeg overeen met punten uit een anamnese. 6 Watson DH, Trott PH. Cervical headache: an investigation of natural head posture and upper cervical flexor muscle performance. Cephalalgia 1993;13:272-282.