Jaarverslag Huisartsenpraktijk Schoonoord 2003

advertisement
Jaarverslag 2015
Huisartspraktijk J.A.R. van Bruggen
Arnhemseweg 2a
7331 BK Apeldoorn
www.docvadis.nl/praktijkjarvanbruggen
Jaarverslag 2015
1
Inhoud
Voorwoord
4
1.
Praktijkgegevens
5
1.1
Praktijkmedewerkers
5
1.2
Werkzaamheden Praktijkmedewerkers
6
1.3
(Telefonische) bereikbaarheid praktijk
6
1.4
Waarneemregelingen
7
1.5
Samenstelling HAGRO
7
1.6
Automatisering/registratie
8
1.7
Patiëntenpopulatie
8
1.8
In- en uitstroom patiënten
9
1.9
Meest voorgeschreven medicatie
9
1.10
Aanschaf inventaris
10
2.
Zorgverlening
10
2.1
Medisch handelen
10
2.2
Overzicht verrichtingen
11
2.3
Zorgverlening aan patiënten met een chronische
aandoening
11



3.
Diabetes
COPD
Hart en Vaatziekten (HVZ)
Preventie


23
Griepvaccinatie
uitstrijkjes bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker
4.
Kwaliteitsbeleid 2015
24
4.1
Aandachtsgebieden en specialisaties
24
4.2
Protocollen en procedures
Jaarverslag 2015
25
2
4.3
Klachtenafhandeling/Meldingen VIM
25
4.4
Praktijkaccreditatie
25
4.5
Beleidsplan
26
5.
Communicatie met patiënten en medewerkers
26
5.1
Communicatie met patiënten
26
5.2
Communicatie met praktijkmedewerkers
27
6.
Beleidsdoelstellingen 2016
28



op gebied van praktijkvoering
op gebeid van patiëntenzorg
op gebied van de medewerkers
Jaarverslag 2015
3
Voorwoord
Het doel van onze praktijkvoering is kwalitatief goede huisartsgeneeskundige zorg
verlenen. Een goede samenwerking met andere disciplines binnen de
gezondheidszorg is daarbij belangrijk. Door kleinschaligheid kunnen en willen we het
persoonlijke aspect van de zorg benadrukken. Deze aspecten vormen de leidraad voor
het beleid.
In dit jaarverslag besteden wij onder meer aandacht aan de praktijkgegevens, de
zorgverlening aan patiënten met chronische aandoeningen, de preventie, het
kwaliteitsbeleid, de samenwerking binnen de eerste lijn en de communicatie met
patiënten en medewerkers. Wij geven inzage in het gevoerde beleid en de bereikte
resultaten van het jaar 2015. Tevens zullen wij kort de beleidsdoelstellingen voor 2016
beschrijven.
Dr. J.A.R. van Bruggen, huisarts
september 2016
Jaarverslag 2015
4
1.Praktijkgegevens
In dit hoofdstuk wordt onder meer beschreven welke praktijkmedewerkers in 2015 in
de praktijk werkzaam waren, hoe de waarneming is geregeld en wat de samenstelling
is van de huisartsengroep waar de praktijk deel van uitmaakt. Ook wordt hier een
overzicht gegeven van de patiëntenpopulatie, de instroom en uitstroom van patiënten,
de meest voorgeschreven medicatie in 2015 en een overzicht van de verrichtingen die
in 2015 gedaan zijn.
1.1 praktijkmedewerkers
In 2015 waren naast van Bruggen, een assistente, een Hidha, een
praktijkondersteuner Somatiek en een praktijkondersteuner GGZ in de praktijk
werkzaam. De Hidha, de assistente en de praktijkondersteuner Somatiek zijn bij de
praktijk in dienst, de praktijkondersteuner GGZ is in dienst bij Archiatros en werkt op
detacheringsbasis in de praktijk. Sinds maart 2012 is van Bruggen opleider voor de
huisartsopleiding Nijmegen. In het kader hiervan is er jaarlijks een nieuwe huisarts in
opleiding (AIOS) in de praktijk werkzaam. In 2015 werd deze functie vervuld door
mevrouw N. Weijers, een eerstejaars huisarts in opleiding.
Tabel 1: praktijkmedewerkers
naam
functie
Uren per week
Werkzaam
sedert
J.A.R. van
Bruggen
Huisarts
Lid m/v maatschap
25
1991
L.M. Paulussen
Manager
Lid m/v maatschap
parttime
1991
J. v/d Horst
Hidha
20
28-02-2006
A.Koetsier
Praktijkondersteuner
Somatiek
16
26-03-2008
M. Geertsema
Praktijkondersteuner GGZ
10
B. Morsink
S. Brinkhof
N. Weijers
Doktersassistente
AIOS
10
34
32
01-01-2015 t/m
01-09-2015
01-09-2015
01-01-2015
01-03-2015
Jaarverslag 2015
5
1.2 werkzaamheden medewerkers
De doktersassistente is verantwoordelijk voor het triëren van patiënten. Zij houdt een
eigen spreekuur voor het meten van de bloeddruk, het verwijderen van cerumen en het
maken van uitstrijkjes in het kader van het bevolkingsonderzoek. Bovendien verricht de
assistente urineonderzoek, verwijdert hechtingen en bepaalt het HbA1c bij patiënten
met diabetes. Tenslotte beheert zij het archief en de praktijkvoorraad.
De praktijkondersteuner Somatiek begeleidt onder toezicht van de huisartsen patiënten
met chronische aandoeningen als diabetes en COPD. Zij bezoekt in het kader van de
ouderenzorg patiënten aan huis en heeft een deel van de patiënten met een verhoogd
cardiovasculair risico in zorg. In het kader van het kwaliteitsbeleid registreert de
praktijkondersteuner de VIM-meldingen en is verantwoordelijk voor het correct naleven
van het protocol.
De praktijkondersteuner GGZ begeleidt op verzoek van de huisartsen patiënten met
psychische problemen. Zij hanteert hierbij het zogenaamde 5 gesprekken model. Dit
model voorziet in een kortdurende interventie om bestaande problemen op te lossen
dan wel om tot een gerichte verwijzing te komen.
De huisartsen houden, met uitzondering van vrijdag, dagelijks spreekuur van 8.00 tot
10.00 uur en van 13.00 tot 15.30 uur. Op vrijdag vinden de spreekuren plaats tussen
8.00 en 10.00 uur en tussen 12.00 en 14.00 uur. Zij zijn verantwoordelijk voor de
dagelijkse gang van zaken en houden toezicht op het functioneren van de
medewerkers. Bovendien zijn van Bruggen en de HIDHA verantwoordelijk voor de
opleiding van nieuwe huisartsen. In het kader hiervan bezoekt van Bruggen dan wel
van der Horst 1 x per maand de terugkomdag in Nijmegen.
Van Bruggen en mevrouw L.M. van Bruggen-Paulussen zijn verantwoordelijk voor het
management, kwaliteitsbeleid en diverse administratieve taken.
Van Bruggen is na zijn promotie in 2009 tevens werkzaam als medisch adviseur voor
de diabeteszorg bij de huisartsenzorggroep Apeldoorn. In het kader hiervan verzorgt
hij regelmatig scholingen, bezoekt nationale en internationale congressen, is lid van
het bestuur van de DIHAG en verantwoordelijk voor het geven van feedback aan
collega’s in de regio Apeldoorn.
1.3 (Telefonische) bereikbaarheid
Iedere werkdag is de praktijk telefonisch bereikbaar tussen 8.00 en 11.00 uur en
tussen 15.30 en 17.00 uur. Daarnaast is de praktijk voor spoedgevallen bereikbaar van
8.00 tot 17.00 uur. De praktijk maakt gebruik van een telefonische receptenlijn en heeft
een dagelijks terugbelspreekuur tussen 10.30 en11.30 uur.
Veel zaken betreffende de organisatie van onze praktijk kunt u vinden op de website
van de praktijk, www.docvadis.nl/praktijkjarvanbruggen
Jaarverslag 2015
6
1.4 Waarneemregelingen
Bij ziekte, vakantie, nascholing e.d. wordt de waarneming zoveel mogelijk binnen de
eigen praktijk en/of met een vaste praktijk uit de waarneemgroep (HAGRO) geregeld.
In de avond-/nachturen van 17.00 tot 08.00 uur, in de weekenden en op feestdagen
wordt waargenomen door de Regionale Huisartsenpost Apeldoorn.
Regionale Huisartsenpost Apeldoorn
Ook in 2015 werd de zorg tijdens de avond-/nachturen van 17.00 tot 08.00 uur, in de
weekenden en op feestdagen waargenomen door de Regionale Huisartsenpost
Apeldoorn. De praktijk participeert in de diensten op deze huisartsenpost. In het
verslagjaar verrichtten van Bruggen en de HIDHA, meestal samen met de huisarts in
opleiding, 30 diensten op de post. Daarnaast werden 5 diensten overgenomen door
waarnemers.
Waarneming tijdens vakanties en nascholingen
In 2015 werd tijdens vakanties en nascholingen de praktijk waargenomen binnen de
eigen praktijk en/of door de collega-huisartsen Beukers en Kuhlemaijer. Beiden lid van
de HAGRO Groot Suyt
1.5 Samenstelling HAGRO
De HAGRO Groot Suyt kende in 2015 de volgende samenstelling:
Instelling
artsen
Gezondheidscentrum M.D. de Graaf
de Heeze
postcode
7335 AV
adres
Graanhof 132,
Apeldoorn
Gezondheidscentrum
de Heeze
Gezondheidscentrum
de
Heeze
Gezondheidscentrum
de Heeze
Huisartspraktijk Jens
R.R. Zeilstra
J.M. Versteeg
M. van der Velde
7335 AV
Graanhof 132,
Apeldoorn
Graanhof 130,
Apeldoorn
R.D. van Ingen
J.A. Breugem
J. Jens
7335 AV
Huisartsencentrum
HuisDokZuid
P.F.J. Sjoukes
7333 GZ
Huisartsencentrum
HuisDokZuid
M.H.A. Bekel
M.Y.A. Dijkzeul
7333 GZ
Huisartsencentrum
HuisDokZuid
C.B. Hallebeek
T.E. Streep
7333 GZ
Therapeuticum de Es W.E.G.C. Beukers
E.J. Kuhlemaijer
Jaarverslag 2015
7335 AV
7333 GZ
7328 TH
Graanhof 128,
Apeldoorn
1e Wormenseweg
328, Apeldoorn
1e Wormenseweg
330,
Apeldoorn
1e Wormenseweg
330,
Apeldoorn
1e Wormenseweg
330,
Apeldoorn
Glazeniershorst
159,
Apeldoorn
7
1.6 Automatisering/ registratie
In de praktijk wordt sinds juni 2015 gebruik gemaakt van Promedico-asp bij het
invoeren van de patiëntencontacten, het invoeren van de ICPC-coderingen en het
aanmaken van elektronische verwijsbrieven. Berichten van de huisartsenpost, brieven
van specialisten en (laboratorium) uitslagen werden merendeels elektronisch
ontvangen en daarna verwerkt in het patiëntendossier. Andere brieven werden met de
hand verwerkt. De praktijk is aangesloten op het Ozis netwerk en op het landelijk
schakelpunt (LSP).
1.7 Patiëntenpopulatie
Het aantal ingeschreven patiënten op 31-12-2015 bedroeg 2925.
De verhouding tussen het aantal mannen en het aantal vrouwen was nagenoeg gelijk.
Op 31-12-2015 bedroeg het aantal mannen 1464 en het aantal vrouwen 1461 Het
merendeel van de patiëntenpopulatie is afkomstig uit het centrum en zuiden van
Apeldoorn. Het aantal mensen in achterstandswijken bedroeg 0.
In de periode 01-01-2015 t/m 31-12-2015 bedroeg het aantal gemigreerde patiënten
243. Het aantal patiënten dat in de praktijk is gekomen bedroeg 122. Het aantal
patiënten dat de praktijk in deze periode heeft verlaten bedroeg 121. Een verhuizing
was de meest voorkomende reden om de praktijk te verlaten (aantal 63).
Tabel 2: Patiënten opbouw in aantallen
Jaarverslag 2015
8
1.8 In- en uitstroom patiënten
Tabel 3: Instroom en uitstroom patiënten 2015
Vertrokken uit de praktijk
Gekomen in de praktijk
1.9 Meest voorgeschreven medicatie
De volgende tabel laat zien welke soort medicatie in 2015 werd voorgeschreven. Het
meest frequent werden middelen voor de behandeling van hart en vaatziekten
voorgeschreven, namelijk 3582.
Jaarverslag 2015
9
Tabel 4: Meest voorgeschreven medicatie
1.11 Aanschaf groot inventaris
Naast de aanschaf van regulier inventaris en instrumentarium, werden in 2015 een
nieuwe spirometer en een laptop aangeschaft.
2. Zorgverlening
2.1 Medisch handelen
Binnen de praktijk wordt gewerkt volgens de binnen de beroepsgroep geldende
normen en conform de standaarden van de NHG.
Patiënten kunnen aangeven door welke arts zij gezien willen worden. De spreekuren
zijn op afspraak en wordt naar gestreefd patiënten te zien op de hen best passende
tijd. Bij spoedgevallen beslist de assistente welke arts het snelst beschikbaar is.
De praktijk heeft goede voorzieningen voor het maken van ECG’s, voor het uitvoeren
van longfunctie en holter onderzoek, alsmede voor het verrichten van kleine
chirurgische ingrepen, het plaatsen van spiraaltjes en het verrichten van 24-uurs
bloeddrukmetingen.
Jaarverslag 2015
10
2.2 Overzicht verrichtingen/consulten
De overzichten van verrichtingen zijn tot stand gekomen op basis van de
declaratieregistratie. Het totale aantal verrichtingen bedroeg ca 10630.
Tabel 5: Overzicht reguliere verrichtingen 2015
Betreft consulten en visites van Huisartsen, assistente, POH-S en Aios
2.3 Zorgverlening aan patiënten met chronische aandoeningen
Dit hoofdstuk geeft informatie over zorgverlening en preventie op het gebied van:
 Diabetes Mellitus
 COPD
 Hart- en vaatziekten
Jaarverslag 2015
11
De praktijkondersteuner Somatiek (POH-S) heeft een belangrijke rol in de begeleiding
van patiënten met chronische ziekten. Hieronder volgt een overzicht van de manier
waarop deze zorg binnen onze praktijk georganiseerd is.
Diabetes Mellitus
De zorg aan patiënten met diabetes mellitus wordt uitgevoerd volgens een protocol
gebaseerd op de NHG-standaard Diabetes Mellitus type 2. Patiënten komen 1 keer per
jaar voor een uitgebreide jaarlijkse controle en 3 keer per jaar voor een kortere
kwartaalcontrole. Indien nodig vindt frequentere controle plaats.
De POH is het eerste aanspreekpunt voor de diabeteszorg in de praktijk. Onder
begeleiding van de huisarts worden de volgende werkzaamheden op gebied van
diabetes mellitus door de POH verricht:
 Educatie en in kaart brengen van nieuw gediagnosticeerde diabetespatiënten
 Uitvoeren jaarcontroles.
 Uitvoeren kwartaalcontroles bij slecht gereguleerde patiënten, insuline
patiënten, patiënten met diabetes gerelateerde complicaties (bijv.
voetproblemen, albuminurie).
 Uitvoeren controles patiënten die in een verzorgingshuis wonen of niet in staat
zijn naar de praktijk te komen.
 Instellen op orale medicatie volgens protocol.
 Instellen op insuline volgens protocol.
 Protocollen maken en up-to-date houden.
De diabeteszorg valt sinds 2006 onder de ketenzorg zoals door de huisartsen
Zorggroep Apeldoorn georganiseerd. De zorggroep bewaakt de kwaliteit in de
deelnemende praktijken, organiseert nascholingen en voert onderhandelingen uit met
de ziektekostenverzekeraars. Sinds 2011 vindt registratie plaats in het Keten
Informatie Systeem (KIS) van Caresharing. De onderstaande tabellen vormen een
weerslag van de kwaliteit van de diabeteszorg zoals het afgelopen jaar door onze
praktijk geleverd. Telkens wordt eerst de procesmaat en vervolgens de uitkomst van
de zorg weergegeven.
Jaarverslag 2015
12
Peildatum: 01-01-2016
% patiënten met diabetes in de praktijkpopulatie
% patiënten met diabetes type 2 bij wie HbA1c in
de afgelopen 12 maanden is geregistreerd
% patiënten met diabetes type 2 met een leeftijd
onder de 70 jaar en een HbA1c van 53 mmol/mol of
lager
% patiënten met diabetes type 2 bij wie de
bloeddruk in de afgelopen 12 maanden is
geregistreerd
% patiënten met diabetes type 2 met een leeftijd
jonger dan 70 jaar en een systolische
bloeddrukbepaling met een uitkomst van 140 mm
Hg of lager
% patiënten met diabetes type 2 met gebruik van
lipide verlagende middelen en met een LDLbepaling in afgelopen 12 maanden
% patiënten met diabetes type 2 met gebruik van
lipide verlagende middelen
% patiënten met diabetes type 2 met een leeftijd
onder de 80 jaar en een LDL-bepaling) kleiner of
gelijk aan 2,5 mmol/l
% patiënten met diabetes type 2 bij wie de eGFR is
geregistreerd in de afgelopen 12 maanden
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
9701
181652
6771
7308
percentage
5,34
92,65
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer
percentage
1624
27253
5,96
1065
1127
94,5
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer
percentage
180
2890
6,23
127
136
93,38
4056
5387
75,29
681
942
72,29
85
114
74,56
7043
7308
96,37
1095
1127
97,16
134
136
98,53
2686
3532
76,05
441
602
73,26
48
80
60,0
5386
5702
94,46
825
857
96,27
102
109
93,58
5702
7308
78,02
857
1127
76,04
109
136
80,15
3785
5725
66,11
613
912
67,21
77
112
68,75
6782
7308
92,8
1064
1127
94,41
126
136
92,65
13
Peildatum: 01-01-2016
% patiënten met diabetes type 2 met
urineonderzoek (porties) op albumine of
albumine/kreatinine ratio in de afgelopen 12
maanden
% patiënten met diabetes type 2 met
urineonderzoek op albumine of albumine/kreatinine
ratio in de afgelopen 12 maanden met een
positieve uitslag
% patiënten met diabetes type 2 en een leeftijd
onder de tachtig jaar met urineonderzoek op
albumine of albumine/kreatinine ratio in de
afgelopen 12 maanden met een positieve uitslag en
een voorschrift ACE-remmer of AT2-antagonist
% patiënten met diabetes type 2 en een eGFR
bepaling in de afgelopen 12 maanden met leeftijd <
65 jaar en eGFR ≤ 60 ml/min/1,73 m2 of leeftijd ≥
65 jaar en eGFR < 45 ml/min/1,73 m2
% patiënten met diabetes type 2 waarvan het
rookgedrag actueel en bekend is
% patiënten met diabetes type 2 die roken in de
groep patiënten waarvan het rookgedrag actueel en
bekend is
% patiënten met diabetes type 2 bij wie de Body
Mass Index geregistreerd is in de afgelopen 12
maanden
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
6240
7308
percentage
85,39
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer
percentage
997
1127
88,46
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer
percentage
121
136
88,97
1472
6240
23,59
249
997
24,97
21
121
17,36
700
1044
67,05
125
189
66,14
10
13
76,92
778
6782
11,47
144
1064
13,53
10
126
7,94
6610
7308
90,45
1055
1127
93,61
117
136
86,03
1121
6610
16,96
207
1055
19,62
33
117
28,21
6901
7308
94,43
1089
1127
96,63
133
136
97,79
14
Peildatum: 01-01-2016
% patiënten met diabetes type 2 waarbij het
voedingspatroon is besproken in de afgelopen 12
maanden
% patiënten met diabetes type 2 waarbij de mate
van lichaamsbeweging is geregistreerd in de
afgelopen 12 maanden
% patiënten met diabetes type 2 met een
voetonderzoek in de afgelopen 12 maanden
% patiënten met diabetes type 2 met een
funduscontrole in de afgelopen 24 maanden
% patiënten met diabetes type 2 alleen nietmedicamenteus behandeld
% patiënten met diabetes type 2 medicamenteus
alleen behandeld met orale glucose verlagende
medicatie
% patiënten met diabetes type 2 medicamenteus
behandeld met orale glucose verlagende medicatie
én insuline
% patiënten met diabetes type 2 medicamenteus
alleen behandeld met insuline
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
6285
7308
percentage
86,0
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer
percentage
1010
1127
89,62
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer
percentage
128
136
94,12
6032
7308
82,54
1014
1127
89,97
127
136
93,38
6286
7308
86,02
1011
1127
89,71
124
136
91,18
6107
7308
83,57
1009
1127
89,53
121
136
88,97
1464
7308
20,03
223
1127
19,79
32
136
23,53
5049
7308
69,09
789
1127
70,01
87
136
63,97
701
7308
9,59
102
1127
9,05
17
136
12,5
94
7308
1,29
13
1127
1,15
0
136
0,0
15
Conclusie
Over het geheel genomen is de kwaliteit van de door onze praktijk geleverde diabetes
zorg vergelijkbaar met die van de ons omringende praktijken. De glycemische instelling
van de meeste patiënten is ruim voldoende; 74,56% van hen heeft een HbA1c <
53mmol/mol. Opvallend is het grote aantal patiënten dat een cholesterolverlagend
medicijn gebruikt (80,15). Hierdoor bereikt bijna 70% van de patiënten hun
streefwaarde. Het percentage patiënten dat een systolische bloeddruk < 140 mmHg
bereikt, blijft helaas achter (60 versus 76%). Door de inzet van de afgelopen maanden
is dit percentage thans sterk verbeterd. Medio Oktober 2016 heeft 81.7% van de
patiënten met diabetes type 2 een bloeddruk < 140 mmHg. Het percentage bekende
diabetespatiënten met een leeftijd onder de tachtig jaar dat een positieve uitslag heeft
voor het urineonderzoek op albumine of albumine/kreatinine ratio en behandeld wordt
met een ACE-remmer of AT2-antagonist ligt 10% boven het gemiddelde (77 versus
67%). Deze maat wordt algemeen beschouwd als een belangrijke indicator voor de
kwaliteit van de diabeteszorg. Tenslotte moet worden opgemerkt dat het percentage
patiënten met diabetes type 2 dat rookt hoger dan gemiddeld is. Dit behoeft de
komende jaren nog meer aandacht. In dat licht valt het te prijzen dat de huisartsen in
de regio Apeldoorn inmiddels het initiatief hebben genomen voor heel Apeldoorn een
stop met roken cursus “heel Apeldoorn stopt” te organiseren.
COPD
De inhoud van de COPD zorg is duidelijk beschreven. De huisarts stelt de diagnose,
start zo nodig een medicamenteuze behandeling en behandelt exacerbaties. De POH
begeleidt de patiënten in het vervolgtraject. Bij de diagnostiek en het vervolgen van de
aandoening heeft het longfunctieonderzoek een vaste plaats. De onderzoeken worden
door zowel de praktijkondersteuner als een van de huisartsen uitgevoerd. Sedert 2012
is er een apart spreekuur voor COPD-patiënten. Evenals bij diabetes mellitus maakt de
COPD zorg deel uit van de ketenzorg zoals door de huisartsen Zorggroep Apeldoorn
georganiseerd en vindt de registratie plaats in het Keten Informatie Systeem (KIS) van
Caresharing.
De zorggroep bewaakt de kwaliteit van zorg, geeft hulp, advies en ondersteuning bij de
organisatie van de COPD zorg en maakt afspraken met verzekeraars. Begin 2015 zijn
de eerste resultaten van de ketenzorg voor patiënten met COPD zichtbaar geworden.
Deze resultaten kunnen worden afgezet tegen dat wat de ons omringende praktijken
hebben bereikt. In de onderstaande tabellen is dat gedaan om een eerste indruk te
geven van de kwaliteit van de COPD zorg gedurende het afgelopen jaar.
Jaarverslag 2015
16
Peildatum: 01-01-2016
% patiënten met COPD in praktijkpopulatie
% patiënten met COPD en met registratie mate van
functioneren in de afgelopen 12 maanden
% patiënten met COPD en met registratie mate van
functioneren (CCQ of MRC) in de afgelopen 12
maanden en met CCQ ≥ 2 of MRC ≥ 3
% patiënten met COPD en met registratie ‘aantal
exacerbaties in afgelopen 12 maanden’ in de
afgelopen 12 maanden
% patiënten met COPD met ≥ 2 exacerbaties in de
afgelopen 12 maanden
% patiënten met COPD en met registratie
longfunctie in de afgelopen 36 maanden
% patiënten met COPD met uitslag FEV1 % van
voorspelde waarde post BD of met eigen medicatie
< 50 %
% patiënten met COPD waarvan het rookgedrag
bekend is
% patiënten met COPD die roken in de groep
patiënten waarvan het rookgedrag bekend is
% patiënten met COPD en met registratie mate van
beweging volgens norm gezond bewegen in de
afgelopen 12 maanden
NHG.C#17. % patiënten met COPD die behandeld
worden met inhalatiecorticosteroïden (ICS) (≥ 1
voorschrift in afgelopen 12 maanden)
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
37
181652
982
1434
percentage
0,02
68,48
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer
percentage
1
27253
0,0
176
217
81,11
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer
percentage
0
2890
0,0
18
24
75,0
176
982
17,92
52
176
29,55
7
18
38,89
232
1434
16,18
88
217
40,55
8
24
33,33
58
232
25,0
24
88
27,27
2
8
25,0
1110
1434
77,41
205
217
94,47
23
24
95,83
157
1110
14,14
24
205
11,71
3
23
13,04
1097
1434
76,5
185
217
85,25
15
24
62,5
441
1097
40,2
66
185
35,68
6
15
40,0
977
1434
68,13
170
217
78,34
12
24
50,0
683
1434
47,63
88
217
40,55
12
24
50,0
17
Conclusie
Er is het afgelopen jaar veel bereikt daar waar het de zorg voor patiënten met COPD
betreft. In tegenstelling tot de voorafgaande jaren is de zorg gestructureerd en zo’n
75% van de patiënten wordt daadwerkelijk jaarlijks gezien. Bij de overgrote
meerderheid van deze patiënten is de ziektelast bepaald en werd een
longfunctieonderzoek verricht. Teleurstellend is dat ondanks het frequent geven van
een stop met roken advies nog steeds 40% van de patiënten met een COPD aangeeft
te roken. Dit verdient de komende jaren beslist nog meer aandacht. Opvallend is het
relatief grote percentage patiënten waarbij de mate van bewegen niet werd
geregistreerd. Ook aan dit zorgaspect moet de komende jaren meer aandacht worden
besteed.
Hart- en vaatziekten (HVZ)
Er wordt voor de groep patiënten met een hoge bloeddruk en verhoogd cholesterol
gewerkt conform de TWA de NHG-standaard cardiovasculair risicomanagement.
Patiënten waarbij een cardiovasculair risico groter dan 20% is vastgesteld, komen in
principe elke drie maanden ter controle op het spreekuur bij de assistente. Eenmaal
per jaar voert de huisarts of de POH een uitgebreidere jaarcontrole uit, waarbij onder
andere aandacht wordt geschonken aan eventuele aanwijzingen voor
eindorgaanschade (o.a. hartinfarct en hersenberoerte), gebruikte medicatie, educatie
en leefstijladviezen. Over de behandeling van deze patiënten vindt regelmatig overleg
plaats tussen de huisarts en de POH. Zomer 2015 is de zorg voor deze patiënten met
een verhoogd cardiovasculair risico geïntensiveerd en sedertdien vindt de registratie
plaats in het Keten Informatie Systeem (KIS) van Caresharing. Daar de datakwaliteit
eind 2015 onvoldoende was om presentatie te rechtvaardigen worden hier de data van
oktober 2016 vermeld.
Jaarverslag 2015
18
Peildatum: 25-10-2016
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie in de praktijkpopulatie
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie waarbij de systolische
bloeddruk het afgelopen jaar gemeten is
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie, een leeftijd jonger dan 70
jaar en een uitkomst van 140 mm Hg of lager
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie zonder gebruik van lipide
verlagende middelen en een LDL-bepaling in de
afgelopen 5 jaar
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie met gebruik van lipide
verlagende middelen en een LDL-bepaling in het
afgelopen jaar
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie, een leeftijd onder de 80 jaar
en een LDL-bepaling kleiner of gelijk aan 2,5
mmol/l
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie waarvan het rookgedrag
actueel en bekend is
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
16250 181652
percentage
8,95
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer
percentage
2721
27253
9,98
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer
percentage
248
2890
8,58
8612
11165
77,13
1288
1609
80,05
153
194
78,87
3813
5489
69,47
615
871
70,61
67
106
63,21
4441
5009
88,66
547
631
86,69
58
60
96,67
4906
5898
83,18
811
923
87,87
104
124
83,87
3194
10358
30,84
559
1480
37,77
83
193
43,01
7829
11165
70,12
1196
1609
74,33
150
194
77,32
19
Peildatum: 25-10-2016
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie die roken in de groep
patiënten waarvan het rookgedrag actueel en
bekend is
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie waarbij de BMI het afgelopen
jaar geregistreerd is
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie, een leeftijd jonger dan 70
jaar en bij wie de Body Mass Index kleiner is dan
25 kg/m2
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie waarbij het alcoholgebruik is
geregistreerd in de afgelopen 5 jaar
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie waarbij de mate van
lichaamsbeweging is geregistreerd in de afgelopen
12 maanden
% patiënten met diagnose hypertensie of
hypercholesterolemie waarbij de eGFR is bepaald
in de afgelopen 5 jaar (risicoprofiel)
NHG.V#18. % patiënten met diagnose hypertensie
of hypercholesterolemie waarbij de bloedglucose
bepaald is in de afgelopen 5 jaar (risicoprofiel)
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
1050
7829
percentage
13,41
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer
percentage
221
1196
18,48
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer
percentage
31
150
20,67
6376
11165
57,11
1114
1609
69,24
135
194
69,59
953
4142
23,01
165
780
21,15
27
94
28,72
5651
11165
50,61
865
1609
53,76
121
194
62,37
6270
11165
56,16
1090
1609
67,74
127
194
65,46
10534
11165
94,35
1552
1609
96,46
193
194
99,48
10395
11165
93,1
1486
1609
92,36
193
194
99,48
20
Peildatum: 25-10-2016
NHG.H. % patiënten bekend met HVZ in de
praktijkpopulatie
NHG.H#01. % patiënten bekend met HVZ bij wie de
bloeddruk in de afgelopen 12 maanden is bepaald
% patiënten bekend met HVZ, een leeftijd jonger dan
70 jaar en een systolische bloeddruk bepaling met
een uitkomst van 140 mm Hg of lager
% patiënten bekend met HVZ zonder gebruik van
lipide verlagende middelen en een LDL-bepaling in
de afgelopen 5 jaar
% patiënten bekend met HVZ, gebruik van lipide
verlagende middelen en een LDL-bepaling in
afgelopen 12 maanden
% patiënten bekend met HVZ , een leeftijd onder de
80 jaar en een LDL kleiner of gelijk aan 2,5 mmol/l
% patiënten bekend met HVZ waarvan het
rookgedrag actueel en bekend is
% patiënten bekend met HVZ die roken in de groep
patiënten waarvan het rookgedrag actueel en bekend
is
% patiënten bekend met HVZ bij wie de Body Mass
Index geregistreerd is in de afgelopen 12 maanden
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
8395
181652
percentage
4,62
Hagro 1 / Sub groep
teller
noemer percentage
1262
27253
4,63
Van Bruggen / Praktijk
teller noemer percentage
152
2890
5,26
2374
3167
74,96
279
398
70,1
32
56
57,14
896
1192
75,17
131
173
75,72
14
24
58,33
482
651
74,04
41
62
66,13
8
10
80,0
1931
2470
78,18
261
329
79,33
28
45
62,22
1504
2732
55,05
206
343
60,06
30
54
55,56
2149
3167
67,86
258
398
64,82
32
56
57,14
452
2149
21,03
74
258
28,68
5
32
15,63
1843
3167
58,19
239
398
60,05
23
56
41,07
21
Peildatum: 25-10-2016
% patiënten bekend met HVZ, een leeftijd jonger dan
70 jaar bij wie de Body Mass Index kleiner is dan 25
kg/m2
% patiënten bekend met HVZ waarbij de mate van
beweging is geregistreerd in de voorgaande 12
maanden
% patiënten bekend met HVZ waarbij het
alcoholgebruik is geregistreerd in de afgelopen 5 jaar
% patiënten bekend met HVZ waarbij de eGFR is
bepaald in de afgelopen 5 jaar
NHG.H#17. % patiënten bekend met HVZ die
acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium,
acenocoumarol, clopidogrel, NOAC etc.
voorgeschreven krijgen
18. % patiënten bekend met HVZ met een nuchtere
glucosemeting in de afgelopen 5 jaar
Jaarverslag 2015
Alle Groepen
teller
noemer
2831
12586
percentage
22,49
Hagro 1 / Sub groep
teller noemer percentage
546
2510
21,75
Van Bruggen / Praktijk
teller
noemer teller
57
242
23,55
1815
3167
57,31
232
398
58,29
19
56
33,93
1590
3167
50,21
194
398
48,74
29
56
51,79
2978
3167
94,03
368
398
92,46
53
56
94,64
2421
3167
76,44
322
398
80,9
45
56
80,36
2829
3167
89,33
348
398
87,44
51
56
91,07
22
Conclusie
Over het geheel genomen is de zorg voor patiënten die voor primaire preventie van
hart een vaatziekten in aanmerking komen in onze praktijk vergelijkbaar met die van
de overige praktijken in Apeldoorn. Het aantal patiënten met een grote kans hart en
vaatziekten te krijgen dan wel daaraan te overlijden, dat werd gecontroleerd wijkt niet
af van het gemiddelde (79 versus 77%). Het percentage patiënten met een bloeddruk
< 140 mmHg bedroeg 63%. Dit ligt iets achter bij het gemiddelde (69%). Opvallend
meer mensen met een verhoogd cardiovasculair risico hadden een LDL-cholesterol
gehalte < 2.5 mmol, namelijk 43 versus 30%.
Het aantal patiënten dat voor secundaire preventie in aanmerking kwam en dat
daadwerkelijk werd gecontroleerd was lager dan gemiddeld (57 versus 74%). Dit
tegenvallende percentage kan grotendeels worden toegeschreven aan het vertrek van
de praktijkondersteuner die speciaal voor de begeleiding van deze groep patiënten
was aangesteld. Inmiddels zijn deze personele probleem opgelost. Het aantal
patiënten met een cardiovasculair belaste voorgeschiedenis met een LDL < 2.5 mmol
kwam overeen met het gemiddelde in Apeldoorn (56 versus 55). Het aantal patiënten
met hart en vaatziekten dat acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium, acenocoumarol,
clopidogrel of NOAC’s gebruikten lag iets boven gemiddeld (80 versus 76%).
3. Preventie
Naast behandeling en begeleiding van patiënten vinden binnen onze praktijk ook
preventieve activiteiten plaats, zoals de griepvaccinaties, uitstrijkjes in het kader van
het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker en cardiovasculaire
risicopreventie.
3.1 Griepvaccinaties
De patiënten met een verhoogd risico op complicaties als zij de griep krijgen, zoals
patiënten met diabetes of long- of hartziekten, ontvangen van ons een schriftelijke
uitnodiging voor de jaarlijkse griepvaccinatie. In 2015 werden 1078 patiënten
opgeroepen voor de jaarlijkse vaccinatie. Voor diegenen die niet op de geplande
datum konden komen werd een alternatieve datum gepland. Patiënten die fysiek niet in
staat waren om naar de praktijk te komen, kregen thuis een vaccinatie door een
praktijkmedewerker.
In 2015 hebben 561 patiënten een griepvaccinatie gekregen. De leeftijdsverdeling was
als volgt:
•
Jonger dan 60 jaar: 171 patiënten
•
60 jaar en ouder: 390 patiënten
Jaarverslag 2015
23
4 Kwaliteitsbeleid
In dit hoofdstuk wordt informatie verstrekt over de inspanningen die zijn geleverd om
de kwaliteit van zorg en dienstverlening te borgen.
4.1 aandachtsgebieden en specialisaties
Binnen onze praktijk hebben we - naast de reguliere huisartsenzorg - een aantal
aandachtsgebieden en specialisaties. De belangrijkste worden hieronder toegelicht.
Kleine chirurgie
In de praktijk worden diverse kleine chirurgische ingrepen verricht, zoals het
verwijderen van moedervlekken en andere huidafwijkingen, vetbulten en
talgkliercystes.
Gespecialiseerde onderzoeken
De praktijk beschikt over moderne apparatuur voor het maken van een ECG
(hartfilmpje), het bepalen van de een longfunctie (blaastest), het verrichten van een 24uurs bloeddrukmeting en vaststellen van de enkel/arm index. Bovendien heeft de
praktijk de beschikking over een Holter apparaat voor het registreren van
hartritmestoornissen. Deze onderzoeken worden door diverse medewerkers
uitgevoerd.
POH Somatiek (POH-S)
Mevrouw Alien Koetsier is in dienst als praktijkondersteuner (POH) Somatiek. Zij is
speciaal bijgeschoold om in de huisartsenpraktijk patiënten met een chronische ziekte
te begeleiden, zoals diabetes mellitus, hoge bloeddruk, COPD en Astma. Informatie
rondom deze zorg in 2015 is terug te vinden in hoofdstuk 3. Naast deze begeleiding,
die in nauwe samenwerking met de huisarts plaatsvindt, heeft zij nog een aantal
aanvullende taken op zich genomen: het begeleiden van patiënten die willen stoppen
met roken en het opmaken van een risicoprofiel voor hart- en vaatziekten, inclusief de
voorlichting om het risico te verkleinen.
Praktijkondersteuner geestelijke gezondheidszorg (POH-GGZ)
Het team medewerkers werd in 2010 uitgebreid met een POH-GGZ, een
praktijkondersteuner voor de geestelijke gezondheidszorg. In 2015 werd deze functie
vervuld door mevrouw Miranda Meeldijk. De spreekuren van de POH-GGZ worden
gehouden op dinsdagochtend en de gehele donderdag. Naast consulten in de praktijk
worden ook consulten aan huis afgesproken (visites).
Problematiek
De problematiek van cliënten was divers. De volgende klachten werden vooral gezien:
•
overspannenheid en burn-out
•
depressieve klachten en angstklachten
•
partner-/relatieproblematiek
•
rouw en eenzaamheid
•
levensfaseproblemen
Jaarverslag 2015
24
4.2 protocollen en procedures
Sinds 2010 worden alle contacten in de praktijk ADEPT geregistreerd. Dit betekent
ondermeer dat elk consult van een ICPC-code wordt voorzien. Onderzoek liet zien dat
dit in onze praktijk zeer consequent wordt doorgevoerd; 98% van alle consulten bleek
voorzien van een betekenisvolle ICPC-code en 100% van deze codes was conform de
richtlijn gerangschikt naar belangrijkheid.
Er wordt in de praktijk gewerkt met een groot aantal protocollen en
procedures/stappenplannen. Deze zijn opgesteld om de kwaliteit van de
werkzaamheden te borgen en ervoor te zorgen dat de medewerkers de
werkzaamheden zoveel mogelijk op gelijke wijze uitvoeren. Tijdens vergaderingen en
werkbesprekingen worden regelmatig protocollen/procedures besproken en zo nodig
aangepast. Ook worden nieuwe protocollen en procedures opgesteld. Dit is een
continu proces. De protocollen zijn op alle werkplekken in de praktijk via de computer
bereikbaar.
4.3 VIM-regeling
Binnen de praktijk worden problemen in alle openheid en zoveel mogelijk direct
besproken. Dagelijks zetten de praktijk medewerkers zich in om goede patiëntenzorg
te leveren. Maar overal waar mensen werken gaat weleens iets (bijna) mis. We
spreken dan van een (bijna) incident. Een (bijna) incident is een onbedoelde
gebeurtenis tijdens het zorgproces, die tot schade aan de patiënt heeft geleid, had
kunnen leiden of nog kan leiden. Een (bijna) incident wordt niet altijd veroorzaakt door
verkeerd handelen van een praktijkmedewerker, tal van andere factoren binnen en
buiten onze praktijk kunnen een rol spelen. Daarom is het goed om het proces
voorafgaande aan het (bijna) incident te analyseren en te kijken waar dingen anders
hadden gekund of gemoeten. Door (bijna) incidenten te registreren op een VIMformulier, de melding te bespreken en maatregelen te nemen, willen wij ervoor zorgen
dat de gebeurtenis zich niet kan herhalen.
In 2015 hebben zich een beperkt aantal van dergelijke incidenten voorgedaan. Waar
dat nodig was, zijn acties ondernomen.
4.4 Praktijkaccreditatie
De praktijk is in mei 2013 gestart met een verbetertraject dat eind 2014 heeft geleid tot
de accreditatie van de praktijk bij de NPA. Het verbeteren van kwaliteit is een continu
proces, dat onder andere het opstellen van verbeterplannen en een jaarlijkse controle
op het bereiken van afgesproken einddoelen behelst. Daarnaast wordt de praktijk
jaarlijks getoetst op een groot aantal landelijk vastgestelde kwaliteitseisen (de
zogenaamde minimumeisen) op het gebied van patiëntveiligheid, bereikbaarheid,
hygiëne en een goede klachtenafhandeling, Het afnemen van een patiënten enquête
leidt ertoe dat ook de stem van de patiënt niet wordt vergeten.
Jaarverslag 2015
25
4.5 Beleidsplan
Iedere drie jaar stelt de praktijk een beleidsplan op waarin de plannen om te komen tot
een optimale praktijkvoering worden uiteengezet. In dit plan staan ook de missie en de
visie van de praktijk beschreven. Dit is begrijpelijk daar deze aan het gevoerde beleid
ten grondslag liggen.
De praktijk wil kort gezegd persoonlijke, reguliere en context gebonden zorg leveren
aan de inwoners van Apeldoorn-Zuid en de nabije omgeving. Hierbij willen wij
laagdrempelig zijn en staat goede samenwerking met andere hulpverleners voorop.
Vanzelfsprekend onderschrijft de praktijk de richtlijnen van het NHG en handelt
conform de door de beroepsgroep gestelde normen.
In het kader van de praktijk accreditatie zijn de afgelopen jaren de volgende acties
ondernomen:
•
Het actualiseren van bestaande protocollen
•
Het schrijven van nieuwe protocollen
•
Het opstellen van een klachtenregeling
•
Het opzetten van een systeem voor incidenten meldingen
•
Het aanpassen van de website
•
Het opstellen van een beleidsplan
•
Het maken van een jaarverslag
•
Het afnemen van een enquête bij een deel van de patiënten
•
Deelname aan de centrale doktersdienst in Bussum
Uiteindelijk hebben deze acties eind 2014 geleidt tot de accreditatie van de praktijk.
Kwaliteitsbeleid behelst echter veel meer dan het schrijven van protocollen. Het gaat
ook om het naleven van de gemaakte afspraken, het aanpassen van werkafspraken
aan zich telkens veranderde omstandigheden, het evalueren van het gevoerde beleid
en het verstrekken van informatie die de geleverde zorg inzichtelijk maakt. Het veilig
melden van incidenten tenslotte is van groot belang omdat dit de praktijk instaat stelt in
de toekomst (ernstige) fouten te voorkomen. Om die reden is het van belang dat alle
medewerkers incidenten daadwerkelijk melden bij de daartoe aangestelde coördinator.
Het afgelopen jaar is dit duidelijk beter gegaan dan het voorafgaande. Desalniettemin
blijft het melden van incidenten een punt van aandacht.
5. Communicatie met patiënten en medewerkers
Voor een goede praktijkvoering is een goede communicatie essentieel. In dit hoofdstuk
wordt beschreven hoe de communicatie met patiënten en medewerkers plaatsvindt.
5.1 Communicatie met patiënten
Voor de informatievoorziening aan patiënten wordt van verschillende
communicatiemiddelen gebruik gemaakt. Deze worden afhankelijk van de aard van de
communicatie ingezet. Het afgelopen jaar werden de onderstaande middelen gebruikt.
Jaarverslag 2015
26
Persoonlijke informatieverstrekking
Tussen praktijkmedewerkers en patiënten.
Website Huisartspraktijk
Hier kunnen patiënten informatie lezen over zowel de praktijk(voering) als de
praktijkmedewerkers. Op de website staan ook diverse documenten en formulieren ter
informatie van de patiënten of ter voorbereiding van een consult in onze praktijk. De
website geeft verwijzing naar betrouwbare bronnen op internet zoals thuisarts.nl
Verder informeren wij onze patiënten hier over de geheimhoudingsplicht en de
klachtenprocedure. Patiënten kunnen via de site ook herhaalmedicatie bestellen.
Eigen praktijkfolders en folders derden
De praktijk heeft de beschikking over een beknopte praktijkfolder. Overige informatie
over de praktijk is gemakkelijk op bovenvermelde site te vinden. In de wachtkamer
bevindt zich bovendien een folderrek waarin folders over zeer diverse onderwerpen te
vinden zijn.
E-mail
E-mail wordt vooralsnog vooral gebruik voor het aanvragen van herhaalrecepten.
Bovendien wordt de mail gebruikt om patiënten te berichten dat aangevraagde
recepten verzonden zijn naar de apotheek.
Antwoordapparaat
Vooral bestemd voor berichten met betrekking tot de openingstijden en waarneming.
Mededelingenbordjes
Informatie over zaken zoals de vakantiesluiting, het nummer van de huisartsenpost of
wat een bezoeker moet doen als hij geen assistente bij de balie ziet, wordt daar waar
nodig op een bordje vermeldt.
5.2 communicatie met medewerkers
De communicatie tussen de praktijkmedewerkers vindt vaak mondeling plaats.
Daarnaast wordt gebruik gemaakt van e-mail en schriftelijke communicatie (notities).
Officiële communicatie, bijvoorbeeld over contracten, wordt schriftelijk gedaan. In 2015
werden de onderstaande communicatiemiddelen ingezet.
Overdracht schrift
Voor overdracht met betrekking tot de patiëntenzorg, het uitwisselen van persoonlijke
gebeurtenissen.
Assistentenoverleg
Dagelijks heeft de huisarts aan het eind van zowel de ochtend als het
middagspreekuur een overleg met de assistente. Hier wordt alle dagelijks zaken en
zaken met betrekking tot de patiëntenzorg besproken.
Jaarverslag 2015
27
Overleg met alle praktijkmedewerkers
Gemiddeld 4 keer per jaar is er een ‘grote vergadering’. Bij dit werkoverleg zijn in
principe alle praktijkmedewerkers aanwezig. Hier werden zaken besproken die alle
praktijkmedewerkers aangaan.
Individuele gesprekken
In sommige gevallen worden individuele gesprekken gevoerd, waar het alleen de
betrokkenen aangaat, bijvoorbeeld over contracten, functioneren of
privéomstandigheden.
6. Beleidsdoelstellingen 2015
In de praktijk wordt een kwaliteitsbeleid gevoerd dat gericht is op het beheersbaar
houden van risico’s voor patiënten en het waar mogelijk verbeteren van de zorg. De
praktijk heeft zich daartoe aangesloten bij de ketenzorg voor de chronische zorg en de
huisartsenpost voor spoedzorg in avond, nacht en weekenduren.
Regelmatige evaluatie en herziening van kwaliteit is geborgd door het gebruik van de
protocollen kwaliteitsbeheer en procedure interne controle kwaliteitssysteem. Deze zijn
opgenomen in het handboek kwaliteit van de praktijk. Goede afstemming met derden
levert ook een belangrijke reductie van risico voor patiënten in. Om die reden neemt de
praktijk deel aan externe overlegstructuren. Het betreft overleg met andere huisartsen,
apothekers en zorgverleners in de buurt als de thuiszorg, zoals vastgelegd in de
bijlage externe overlegstructuren.
Verbeterdoelstellingen voor het komende jaar zijn:
•
2016: Zoveel mogelijk stimuleren gebruik te maken van de geldende VIMregeling
•
2016: Uitbreiding van het aantal uren praktijkondersteuning
•
2016: Uitbreiden van de samenwerking met de nieuwe huisartsen binnen de
HOED
Jaarverslag 2015
28
Download