Voeding vroege dracht in relatie tot reproductie in de volgende worp Ir. Lia Hoving Inleiding • Onderzoek naar tweede worps dip • Achtergrond ‘voeding in vroege dracht’ • Eerdere avonden verteld over de inzet van gelten en tweede worps dip • Goede productie begint bij de gelt! Voeding vroege dracht • Gelten worden altijd geïnsemineerd voordat ze uitgegroeid zijn – In eerste 4 cycli uitgroeien tot ‘volwassen zeug’ – Tegelijk wordt er hoge reproductie verwacht ? Achtergrond Reproductie cyclus beïnvloedt groei zeug Lactatie Dracht Opfok Afvoer ISD % Gewichtsverlies tijdens lactatie 13 -2 big Totaal geboren 12 11 10 9 8 7 <5 5-10 11-15 % Gewichtsverlies cyclus 1 Bron: Thaker and Bilkei, 2005 cylus 2-5 16-20 >20 Achtergrond Weinig lichaamsreserves Reproductie Lage voeropname capaciteit Hoge melkproductie Achtergrond Invloed gewicht van zeug bij spenen op volgende worp Gewicht bij spenen (kg) <150 150169 170189 >190 59 86 60 16 274 270 274 277 Gewicht (kg) 141 143 150 153 Gewicht werpen (kg) 193 202 213 223 Gewicht spenen (kg) 140 160 178 200 Drachtpercentage 75.5 81.9 78.5 87.5 9.9 11.0 11.6 12.3 Aantallen 1ste inseminatie Leeftijd (dgn) 1ste worp 2de worp Levend geboren (n) Achtergrond • Gewichtsverlies negatief effect op reproductie! – Let ook op spier (eiwit) en spekdikte (vet) verlies! • Met name bij jonge (groeiende) zeugen • Vroege dracht 1ste periode waarin herstel mogelijk is – ‘Skip-a-heat’, grotere tomen bij terugkomers Terugkomen in relatie tot toomgrootte Total number born (n) Totaal geboren (n) 14 13 12 11 10 9 8 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Parity Pariteit total Totaal 1st 1steinsemination inseminatie repeat breeders Herinseminatie 10 ≥11 Vroege dracht • De vroege dracht (dg 0-35) is ook een belangrijke periode voor de reproductie! • Processen die tijdens de vroege dracht plaatsvinden – – – – Celdelingen Innestelling Aanleg en ontwikkeling placenta Ontwikkeling van het embryo (≈ dag 35 ‘af’) Vroege dracht ≤dag 5 Verplaatsen Oké! Onbevruchte eicel Blastocyst (dag 5) Morula (dag 3-4) Vroege dracht dag ≥6 Hatching (dag 6-7) Rust! Herstel! Flushen! Spreiding in ontwikkeling (dag 11) Vroege dracht dag ≥6 Dag 19 embryo Dag 35 placenta Dag 35 embryo Embryo is af Vroege dracht • De vroege dracht is dus een belangrijke periode m.b.t. embryonale ontwikkeling • Maar ook een belangrijke periode voor de ontwikkeling en het herstel van de zeug – Dit geldt in het bijzonder voor 1ste worps zeugen Voeding in deze periode is dus erg belangrijk Gevolgen.... 4,5 big! Gevolgen.... 6,6 big! Lage toomgrootte 1ste pariteit Hoge toomgrootte 1ste pariteit Voeding vroege dracht • Aanleiding voor onderzoek ‘voeding in vroege dracht’ • Samenwerking met – Productschap voor Vee en Vlees – Wageningen Universiteit – De Heus Voeders – Varkens Innovatie Centrum Opzet proef • 200 dieren volgen van lactatie tot lactatie • Proefbehandeling vanaf ±dag 2 tot ± dag 32 na inseminatie • 4 groepen van ±50 dieren (35 C1, 15 C2) – Controle (spenen 28 dagen , 2.50 kg/dag) – Plus voer (spenen 28 dagen , 3.25 kg/dag) – Plus eiwit (spenen 28 dagen , 2.50 kg/dag 30% dv aa) – Drie weken (spenen op 22 dagen, 2.50 kg/dag) Voercurve Dagen na inseminatie Controle Plus Voer 2 t/m 32 2.50 3.25 33 2.80 3.10 34 2.80 2.95 35 2.80 2.80 36 t/m 89 2.80 2.80 90 + 91 3.00 3.00 92 t/m 107 3.20 3.20 Voeropname Behandeling Voeropname (kg) Controle 72.3 (3.4)a Plus Voer 93.1 (2.5)b + 29% Voeropname dracht (dag 2-107) Controle 291 kg + 7% Plus Voer 313 kg Gewichtsontwikkeling zeug Gewichtstoename eerste 4 weken dracht (kg) 30 25 + 9 kg 20 15 10 5 0 Controle Plus Voer Plus Eiwit Behandeling Drie Weken Resultaten: Toomgrootte Controle Plus Voer Totaal geboren (n) 13.1 (0.4)b 15.1 (0.5)a Levend geboren (n) 12.5 (0.4)b 14.3 (0.5)a + 2 biggen! Resultaten: Toomgrootte 45 40 Percentgae zeugen (%) 35 30 25 < 5% worpen < 10 biggen 20 15 10 5 0 0-5 5-10 11-13 14-16 Totaal geboren biggen na behandeling (n) Controle Plus Voer 17-20 Resultaten: Biggewichten Controle Plus Voer Totaal geboren (n) 13.1 (0.4)b 15.1 (0.5)a Gem. Geb. Gew. (kg) 1.44 (0.03) 1.42 (0.04) Toom gewicht (kg) 18.6 (0.6)b 21.3 (0.7)a Vergelijkbaar! Gewichtsverlies in relatie tot toomgrootte Totaal geboren na behandeling (n) 17.0 16.0 15.0 14.0 -1,5 big 13.0 12.0 11.0 10.0 >12% ≤12% Gewichtsverlies tijdens de lactatie (%) Controle Plus Voer Resultaten: Afbigpercentage Controle Plus Voer 89.8 (44/50) 76.6 (36/47) (n) 13.1 (0.4)b 15.1 (0.5)a Levend geboren (n) 12.5 (0.4)b 14.3 (0.5)a Afbigpercentage (%) Totaal geboren -13.2% Conclusie Extra voeren tijdens de vroege dracht: – Helpt zeug herstellen van lactatie verliezen! – Geeft grotere tomen (15,2 v.s. 13,2) • Geboortegewicht niet verminderd • Uitval tot dag 3: 10% voor alle groepen – Mogelijk negatief effect op drachtpercentage Vervolg… • In vervolgonderzoek dieper kijken naar de hormonale huishouding in de zeug – Dag 35 embryonale kenmerken bepalen – Dagelijks bloedmonsters nemen en deze analyseren Bloedafname Kortom: Juist voeren in de vroege dracht is belangrijk voor reproductie –Zowel voor zeug als big! –Niet alleen voor jonge maar ook voor oudere zeugen Zeugen zijn topsporters! Zeugen zijn topsporters!