Tospovirussen bij bloemisterijgewassen Status In de EU heeft Chrysanthemum stem necrosis virus een status IIAI in planten voor opplant van chrysant en tomaat en Tomato spotted wilt virus (TSWV) een status IIAII in planten voor opplant van tien met name genoemde soorten. In ‘derde’ landen hebben sommige andere tospovirussen ook een quarantainestatus. Systematiek Tospovirussen zijn virussen die behoren tot het geslacht Tospovirus. Voorbeelden zijn het tomatenbronsvlekkenvirus (Tomato spotted wilt virus; TSWV), het Impatiens-vlekkenvirus (Impatiens necrotic spot virus; INSV), het irisgeelvlekvirus (Iris yellow spot virus; IYSV) en het chrysantenstengelnecrosevirus (Chrysanthemum stem necrosis virus; CSNV). Daarnaast zijn nog ca. 20 andere tospovirussoorten bekend. Waardplanten De natuurlijke waardplantreeks van de verschillende tospovirussen varieert van beperkt (CSNV) tot zeer breed (TSWV). Tot de waardplanten behoren met name veel bloemisterijgewassen, maar ook gewassen zoals tomaat, paprika, sla, aardappel, ui en diverse onkruiden. In Nederland komen de virussen vooral voor in kasteelten. Geografische verspreiding De verschillende tospovirussen hebben elk hun eigen oorsprongsgebied, bv Europa, Azië of NoordAmerika. Door o.a. handel komen het tomatenbronsvlekkenvirus en Impatiens-vlekkenvirus tegenwoordig nagenoeg wereldwijd voor. Ook andere tospovirussen worden vaker buiten hun oorsprongsgebied aangetroffen. Zo is in Polen Tomato yellow ring virus aangetroffen bij tomaat en in Finland Groundnut ringspot virus bij Begonia. Biologie Virussen behorende tot het geslacht Tospovirus worden overgebracht door verschillende tripssoorten waaronder Frankliniella occidentalis, Thrips palmi en Thrips tabaci. Elk tospovirus heeft vaak slechts één of enkele tripssoorten die het virus kunnen overbrengen. Als tripslarven een tospovirus hebben opgenomen, kan het insect het virus in het tweede larvale stadium overdragen en daarna een volwassen insect levenslang. De meeste overdracht vindt plaats door volwassen insecten. Via de import van geïnfecteerde planten en/of virusdragende tripsen kunnen nieuwe tospovirussen worden geïntroduceerd. Symptomen / schade Symptomen bestaan over het algemeen uit chlorotische tot necrotische vlekken, kringen en strepen op zowel blad, stengel als bloem. Per gewas kunnen ook andere symptomen voorkomen als weergegeven op onderstaande foto’s. © 2016 Wageningen. Het auteursrecht van deze publicatie berust bij de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van genoemde dienst op enigerlei wijze worden vermeerderd, openbaar gemaakt of voor commerciële doeleinden worden gebruikt. Versie 3 Ingangsdatum: 21-12-2016 Pagina 1 van 3 Waarnemings / bemonsteringsperiode In de kas kunnen in principe het hele jaar symptomen zichtbaar zijn, maar de beste waarnemingsperiode ligt van juni tot begin oktober, omdat de vectoren dan het meest actief zijn. Aangezien het virus soms alleen lokale infecties veroorzaakt moeten in elk geval de delen van de plant met symptomen worden bemonsterd. Chlorotische bladvlekken bij Anthurium scherzerianum Mozaïek op blad van Curcuma Necrotische bladvlekken bij Begonia Mozaïek op blad van Begonia © 2016 Wageningen. Het auteursrecht van deze publicatie berust bij de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van genoemde dienst op enigerlei wijze worden vermeerderd, openbaar gemaakt of voor commerciële doeleinden worden gebruikt. Versie 3 Ingangsdatum: 21-12-2016 Pagina 2 van 3 Chlorotische bladvlekken bij Aeschynanthus Afsterven toppen van scheuten bij Codonanthe Necrose op blad en stengel van chrysant Chlorotische vlekkerigheid bij Kalanchoe © 2016 Wageningen. Het auteursrecht van deze publicatie berust bij de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van genoemde dienst op enigerlei wijze worden vermeerderd, openbaar gemaakt of voor commerciële doeleinden worden gebruikt. Versie 3 Ingangsdatum: 21-12-2016 Pagina 3 van 3