Monoclonal Mouse Anti-Vimentin Kloon Vim 3B4 Codenr. M7020 Beoogd gebruik Voor diagnostisch gebruik in vitro. Monoclonal Mouse Anti-Vimentin, kloon Vim 3B4, is bedoeld voor gebruik bij immunocytochemie. De antistof merkt primaire cellen van mesenchymale oorsprong bij normale en neoplastische weefsels en is nuttig bij tumordiagnose. Gewoonlijk wordt, bij gebruik van antistof met vimentine, differentiële identificatie geholpen door de resultaten van een panel antistoffen, vooral antistoffen tegen andere soorten intermediaire filamenten (1). De resultaten moeten door een bevoegd patholoog worden geïnterpreteerd, rekening houdend met de anamnese van de patiënt en andere diagnostische tests. Samenvatting en uitleg Vimentine is een 55 kDA intermediair filament (IF) proteïne, die deel uitmaakt van het cytoskelet van gewervelde cellen. Tussen de vijf categorieën* van IF’s behoort vimentine tot categorie III en wordt uitgedrukt in het celcytoplasma van mesenchymale oorsprong. (2) Als de overheersende IF-proteïne in mesenchymale cellen, werd aanvankelijk aangenomen dat vimentine een nuttige marker was voor onderscheiding van nietepitheel van epitheelafgeleide neoplasmen. De co-expressie van intermediaire filamenten, vooral vimentine en cytokeratine, is nu aangetoond bij verscheidene normale cellen/weefsels en bij neoplastische letsels, die het gebruik noodzakelijk maken van een panel antistoffen bij differentiële tumordiagnose (1). *Onlangs werd er een bijkomende categorie (i.e. categorie VI) gecreëerd voor nestine (2). Geleverd reagens Monoklonale muizen-antilichamen, geleverd in vloeibare vorm, gezuiverd uit kweeksupernatant. In 0,05 mol/L Tris/HCl, 1% boviene serumalbumine (BSA) en 15 mmol/L NaN3, pH 7,2. Kloon: Vim 3B4. Isotype: IgG2a, kappa. Muizen IgG concentratie: Zie etiket op flacon. Immunogeen Vimentine geïsoleerd uit boviene ooglens (3). Specificiteit SDS-PAGE analyse van immunoprecipitaten gevormd tussen de antistof en 35S-gemerkte proteïnen van metabolisch gemerkte humane osteogeen sarcoom 4-998 cellen toont reactie met een ~60 kDa polypeptide, overeenkomend met vimentine. Bovendien werden enkele banden met lager moleculegewicht waargenomen en zouden kunnen wijzen op degradatieproducten van vimentine (4). Bij Western blotting van cytoskeletale proteïnen van Xenopus laevis nierepitheelcellen en erytrocyten, merkt de antistof een band van ~57 kDa overeenkomend met vimentine. Er werd geen merking waargenomen van andere intermediaire filamenten (3). De antistof reageert met een epitoop die gelokaliseerd werd met het spiraal 2 gedeelte van het vimentine staafdomein. Het is gebleken dat deze epitoop een gebied omsluit rond residu 353 van het staafdomein van muizenvimentine (5). Zoals door immunocytochemie wordt aangetoond op vriescoupes en ook op formalinegefixeerde weefsels, vertoont het antilichaam een kruisreactie met het met vimentine overeenkomende eiwit bij mens, kip, koe, hond, hamster, paard, aap, konijn en Xenopus laevis (3, 5-8). Voorzorgsmaatregelen 1. Voor professionele gebruikers. 2. Dit product bevat natriumazide (NaN3), een chemische stof die in zuivere vorm uiterst toxisch is. In productconcentraties zou natriumazide, alhoewel niet geclassificeerd als gevaarlijk, kunnen reageren met loden en koperen leidingen, waarbij uiterst explosieve metaalazides worden gevormd. Bij verwijdering, spoelen met grote hoeveelheden water om opstapeling van metaalazides in leidingen te voorkomen. 3. Zoals bij alle producten van biologische oorsprong, moeten de juiste behandelingsprocedures worden gebruikt. 4. Draag geschikte beschermende kleding om contact met ogen en huid te voorkomen. 5. Ongebruikte oplossing dient te worden verwijderd in overeenstemming met gemeentelijke, provinciale en landelijke richtlijnen. Bewaring Bewaren bij 2-8°C. Niet gebruiken na de op de flacon vermelde houdbaarheidsdatum. Als reagentia worden bewaard onder andere omstandigheden dan hier vermeld, moet de gebruiker de omstandigheden controleren. Er zijn geen duidelijk merkbare aanwijzingen voor instabiliteit van dit product. Daarom zouden tegelijk met patiëntmonsters positieve en negatieve controles moeten worden uitgevoerd. Als u een onverwachte kleuring vaststelt die niet verklaard kan worden door variaties in laboratoriumprocedures en u een probleem met de antistof vermoedt, neemt u contact op met onze technische dienst. Specimenvoorbereiding Paraffinecoupes: De antistof kan worden gebruikt voor het merken van in paraffine ingebedde en in formaline gefixeerde weefselcoupes. Voorbehandeling van weefsels met proteïnase K of door warmtebehandeling geïnduceerd herstel van de epitoop is vereist. Voor door warmtebehandeling geïnduceerd herstel van de epitoop worden optimale resultaten verkregen met Dako Target Retrieval Solution, hoge pH, codenr. S3308, Dako Target Retrieval Solution, codenr. S1700, 10 mmol/L citraatbuffer, pH 6,0, of 10 mmol/L Trisbuffer, 1 mmol/L EDTA, pH 9,0. De weefselcoupes zouden tijdens de behandeling of de daaropvolgende immunocytochemische kleuringprocedure niet mogen uitdrogen. (104526-003) M7020/NL/VGA/31.08.05 p. 1/2 Dako Denmark A/S · Produktionsvej 42 · DK-2600 Glostrup · Denmark · Tel. +45 44 85 95 00 · Fax +45 44 85 95 95 · CVR No. 33 21 13 17 Vriescoupes en celpreparaten: De antistof kan worden gebruikt voor het merken van met aceton gefixeerde, vriescoupes (3, 6, 7) . Kleuringprocedure Verdunning: Monoclonal Mouse Anti-Vimentin, codenr. M7020, kan worden gebruikt in een verdunning van 1:100-1:200 wanneer het wordt aangebracht op in formaline gefixeerde, in paraffine ingebedde coupes van kwaadaardige melanomen en met door warmtebehandeling geïnduceerd herstel van de epitoop gedurende 20 minuten in Dako Target Retrieval solution, hoge pH, code No. S3308 en incubatie met de primaire antistof bij kamertemperatuur gedurende 30 minuten. Optimale omstandigheden zouden kunnen variëren afhankelijk van specimen en bereidingsmethode en zouden door ieder onafhankelijk laboratorium bepaald moeten worden. De aanbevolen negatieve controle is Dako Mouse IgG1, codenr. X0943, verdund tot dezelfde concentratie muizenIgG als de primaire antistof. Tenzij de stabiliteit van de verdunde antistof en negatieve controle werd vastgesteld bij de feitelijke kleuringprocedure, is het aangeraden om deze reagentia onmiddellijk vóór gebruik te verdunnen of te verdunnen in Dako Antibody Diluent, codenr. S0809. Positieve en negatieve controles zouden tegelijk met patiëntmonsters moeten lopen. Visualisatie: LSAB™+/HRP kit, codenr. K0679 en EnVision™+/HRP kits, codenrs. K4004 en K4006, worden aanbevolen. Voor vriescoupes en celpreparaten vormt de Dako APAAP-kit, codenr. K0670, een goed alternatief wanneer endogene peroxidasekleuring problemen oplevert. Volg de bij de gekozen visualisatiekit bijgesloten procedure. Automatisering: De antistof is zeer geschikt voor immunocytochemische kleuring met geautomatiseerde apparaten, zoals de Dako Autostainer. Werkingskarakteristieken Door de antistof gemerkte cellen vertonen kleuring, beperkt tot het cytoplasma. Normale weefsels: De antistof merkt sterk fibrocyten, lipocyten, zachte spiercellen, vasculaire endotheelcellen, perifere zenuwcellen (Schwann-cellen), macrofagen (met inbegrip van Kuppfer-cellen) en myoepitheelcellen van zweet- en speekselklieren. Met variabele intensiteit en verdeling, kleurt de antistof eveneens folliculaire cellen van de schildklier, cortex glandulae suprarenalis, distale niertubuli en mesangiale en endotheelcellen van de renale glomerulus bij pancreatische acinaire cellen (1). Abnormale weefsels: Van carcinomen merkte de antistof 15/147 adeno-, 5/13 cholangio-, 2/29 hepatocellulaire, 1/6 kleine cellen, 1/7 schubcellen en 3/10 niet-gedifferentieerde. De antistof merkte eveneens 16/18 melanomen, 4/4 meningiomen, 3/8 mesotheliomen en 17/20 sarcomen. Van andere letsels, merkte de antistof 1/10 carcinoïden, 1/2 neuroblastomen, 4/7 paragangliomen, 1/1 pleomorfe adenomen, 3/3 schwannomen en 1/5 thymonen (1). Referenties 1. Azumi N, Battifora H. The distribution of vimentin and keratin in epithelial and nonepithelial neoplasms. A comprehensive immunohistochemical study on formalin- and alcohol-fixed tumors. Am J Clin Pathol 1987;88:286-96. 2. Herrmann H, Aebi U. Intermediate filaments and their associates: multi-talented structural elements specifying cytoarchitecture and cytodynamics. Curr Opin Cell Biol 2000;12:79-90. 3. Herrmann H, Fouquet B, Franke WW. Expression of intermediate filament proteins during development of Xenopus laevis. I. cDNA clones encoding different forms of vimentin. Development 1989;105:279-98. 4. Stathopoulos E, Naeve GS, Taylor CR, Epstein AL. LN-6: a monoclonal antibody to vimentin expressed in non-hematopoietic mesenchymal cells and derived tumors and reactive in B5-fixed, paraffin- embedded tissues. J Histochem Cytochem 1989;37:1363-70. 5. Bohn W, Wiegers W, Beuttenmuller M, Traub P. Species-specific recognition patterns of monoclonal antibodies directed against vimentin. Exp Cell Res 1992;201:1-7. 6. Olah I, Kendall C, Glick B. Anti-vimentin monoclonal antibody recognizes a cell with dendritic appearance in the chicken's bursa of Fabricius. Anat Rec 1992;232:121-5. 7. Heid HW, Moll I, Franke WW. Patterns of expression of trichocytic and epithelial cytokeratins in mammalian tissues. I. Human and bovine hair follicles. Differentiation 1988;37:137-57. 8. Ramos-Vara JA, Beissenherz ME, Miller MA, Johnson GC, Pace LW, Fard A, et al. Retrospective study of 338 canine oral melanomas with clinical, histologic, and immunohistochemical review of 129 cases. Vet Pathol 2000;37:597-608. Verklaring van de symbolen (104526-003) Catalogusnummer Temperatuurlimiet Medisch hulpmiddel voor in vitro diagnostiek Lotnummer Raadpleeg de gebruiksaanwijzing Houdbaar tot Fabrikant M7020/NL/VGA/31.08.05 p. 2/2 Dako Denmark A/S · Produktionsvej 42 · DK-2600 Glostrup · Denmark · Tel. +45 44 85 95 00 · Fax +45 44 85 95 95 · CVR No. 33 21 13 17