Dubbelspleet met elektronen Het eerste dubbelspleet-experiment met elektronen werd uitgevoerd door wetenschappers die in dienst waren van het Japanse elektronicaconcern Hitachi. De afbeelding van de meetopstelling maakt direct duidelijk hoe dit zo kwam. We zien hier namelijk een omgebouwde elektronenmicroscoop, apparaten die door Hitachi worden ontwikkeld en geproduceerd. Zo’n microscoop werkt met elektronen i.p.v. met licht, maar het werkingsprincipe is hetzelfde als bij de gewone microscoop. Het preparaat wordt in het ‘specimen plane’ geplaatst en ‘belicht’ door de condensorlens. De objectieflens maakt een vergroot reëel beeld dat nogmaals wordt vergroot en afgebeeld door een projectorlens. De lenzen zijn bij een elektronenmicroscoop niet van glas, maar bestaan uit spoelen die speciaal gevormde magnetische velden opwekken. Met verschillende diafragma’s (‘Aperture’) kan de ‘lichtsterkte’ worden geregeld. Bij dit experiment blijft het ‘specimen plane’ leeg. opdracht A A1 Lees de uitleg die op de volgende Hitachie webpagina http://www.hqrd.hitachi.co.jp/em/doubleslit.cfm over het experiment wordt gegeven. A2 Welke versnelspanning V0 wordt er gebruikt? A3 Bereken met behulp van de klassieke formules voor kinetische energie en impuls en met de formule van De Broglie de snelheid en de golflengte van de elektronen. De elektronen worden uit de zeer scherpe punt van de kathode (‘FE tip’) getrokken door de 1e anode. De kathodestroom wordt ingesteld op 1 A. Ter plaatse van het biprisma is de elektronenstroom verzwakt tot ca 1000 elektronen per seconde. opdracht B B1 Met welke factor wordt de stroomsterkte van de elektronenbundel tijdens de reis door de opstelling verzwakt en op welke manier gebeurt dat? B2 Laat zien dat de afstand tussen twee elektronen uit de bundel gemiddeld groter dan 100 km is. B3 Leg uit dat er vrijwel nooit 2 elektronen van de bundel zich tegelijk in de meetopstelling bevinden. Het ‘Biprism’ speelt de rol van de dubbele spleet in deze opstelling. Het ‘Biprism’ is geen echt dubbelprisma, maar heeft op de elektronenbundel hetzelfde effect als een biprisma op een lichtbundel. Het ‘Biprism’ bestaat uit twee parallelle geaarde platen op 1 cm afstand met daartussenin een draad met een diameter van 1 m. De draad is positief geladen en zorgt er voor dat de elektronen die links en recht passeren iets naar binnen worden afgebogen. De bundel wordt dus gesplitst in twee bundels die een hoek 2h met elkaar maken en elkaar overlappen. De hoek tussen de golffronten is ook 2h. Figuur 2 laat zien dat het faseverschil tussen de beide bundels verandert als we naar links of naar rechts schuiven. Er ontstaat dus een interferentiepatroon in het beeldvlak. opdracht C C1 Kan er een interferentiepatroon ontstaan als er slechts aan een kant van de draad een elektron passeert, dus als de elektronenbundel slechts aan een kant van de draad zit? C2 Mogen we verwachten dat er vaak twee elektronen tegelijk door het ‘biprism’ vliegen: een links en een rechts? C3 Als de antwoorden op de 2 voorafgaande vragen tweemaal ‘Neen’ was en het experiment levert toch een interferentiepatroon op – zoals het filmpje op de website duidelijk laat zien – welke conclusie is dan onvermijdelijk?