Agora

advertisement
Bezoek aan Niekee-school en Agora dd. 5 juni 2015
Gesprek met Jan Fasen, directievoorzitter Mundium-college (bestaande uit 4 scholen)
Ontstaan
Het idee voor het concept Agora is ontstaan 5 jaar geleden. Jan volgde toen een training voor
schoolleiders, waarbij de vraag werd gesteld: “Ontwikkel de ideale school”. Daar heeft Jan de
contouren bedacht van Agora.
Uitgangspunt hierbij is de visie:
1. dat elk kind zich wil ontwikkelen
2. liefst samen met anderen
Om deze visie te kunnen verwezenlijken is Jan toen gaan praten met Sjef Drummen en Bert Sterken,
die in 2007 het schoolgebouw Niekee hadden neergezet. Dit onderwijsgebouw in Roermond is
ontstaan vanuit het idee van Bert en Sjef dat onderwijs helemaal anders moest en dat voor
innovatief onderwijs ook andere schoolgebouwen ontworpen moesten worden. Zij hebben, zonder
dat er 1 docent aan te pas kwam. het meest innovatieve onderwijsgebouw van Nederland neergezet.
Nadat dit gebouw was neergezet zijn er leraren komen werken. Aandachtspunt is dat vervolgens
zowel bij leraren als bij leerlingen een neiging blijkt te bestaan om weer terug te keren naar de oude
structuur van klaslokalen etc. Men is heel alert dat dat niet gebeurt.
Agora
Twee- en een half jaar geleden zijn Sjef, Bert en Jan drie dagen de hei op gegaan om het concept
Agora verder uit te werken.
Zij bedachten een nieuw paradigma: een agora (plein) samen met anderen, waar leraren en
leerlingen samen komen
Zij hebben vervolgens alle 1000 leraren van de scholengroep Midden Limburg, waarbij 10 scholen
zijn aangesloten, uitgenodigd om te solliciteren als leraar in dit nieuwe concept.
Slechts 23 leraren solliciteerden…..Waarschijnlijk uit angst, omdat ze niet weten hoe het moet met
dat nieuwe onderwijs
Vervolgens hanteerde Jan 3 selectiecriteria bij de sollicitatierondes:
a. De docent moet in staat zijn om het boekje van Agora passievol uit te dragen
b. De docent moet dol zijn op persoonlijke ontwikkeling
c. De docent moet een aardig mens zijn
Uiteindelijk zijn er 7 docenten aangenomen. Zij werden een jaar lang 1 dag in de week vrijgesteld om
het concept Agora verder uit te werken, waarbij hun belangrijkste taak was om zichzelf te
ontscholen. Dit proces om het Agora-team te faciliteren, riep trouwens veel weerstand op bij de
andere docenten (waarom zij wel en wij niet, zij krijgen voorkeursbehandeling etc.).
Er wordt niet gewerkt met een zelfsturend team, maar met een zelforganiserend team. Dat betekent
dat docenten zelf alles organiseren en dat de schoolleider hen hierin faciliteert. De docenten moeten
wel rekenschap afleggen.
Om dit proces te versoepelen is er een coach aangesteld, die socratische gesprekken voerde met het
team.
Het team van docenten is belangrijk, daarnaast zijn ook ouders en bedrijven betrokken, om zo een
community te vormen.
Kwaliteit
Alles wat het team doet start vanuit de vraag: wat heb je nodig?
Er wordt wel een PDCA-cyclus gehanteerd, maar er wordt bv. geen gebruik gemaakt van het INKmodel.
In plaats daarvan volgt het team de Agile-aanpak (uit de ICT). Daarbij is er sprake van een ‘daily
scrum’: iedere ochtend komt het team bij elkaar om te bespreken wat ze die dag gaan doen en hoe
ze dat gaan doen en kunnen plannen onmiddellijk bijgesteld worden. Dit geeft de mogelijkheid om
per dag te bepalen of je nog het goede doet en om meteen bij te stellen.
Dit concept wordt ook gebruikt in het contact met leerlingen: iedere ochtend een scrum om te
bespreken wat je die dag gaat doen, of je nog het goede doet en wat er bijgesteld moet worden.
Start
Per 1 augustus 2014 is het Agorateam van start gegaan met een groep van 35 leerlingen (niveau
vmbo tm gymnasium) in het gebouw van Niekee. Daar zitten ook nog 515 VMBO-leerlingen, die een
soort Agora-light concept krijgen (40 % van de reguliere lessen is geschrapt en vervangen door
allerlei project-onderwijs). Uiteindelijk is er plaats voor ruim 800 leerlingen in dit gebouw.
Zes weken na de start van het schooljaar waren alle Agora- docenten wanhopig: ze wisten helemaal
niet meer hoe met de leerlingen om te gaan. Probleem was dat er geen criteria waren gesteld bij de
aanname van leerlingen, alleen hun cito-score was bekend.
Na de herfstvakantie was er sprake van een kantelpunt: de docenten realiseerden zich dat er
onzekerheid bestaat en dat zij hiermee moesten leren omgaan.
De heilige graal van het Agora-onderwijs is:
1. Het werken met vijf werelden (5 brillen): je start met een vraag die je bekijkt vanuit de vijf
werelden (wetenschappelijk, kunstzinnig, maatschappelijk, sociaal/ethisch, spiritueel) en je
eindigt met boeken
2. Kwaliteitssysteem: wens was om elk moment van de dag per leerling zichtbaar te kunnen
maken waar die mee bezig is en wat hij er van leert. In Rusland (Minsk) bleek een tool te zijn
ontwikkeld (Target-processes) waarmee dit kon. Deze tool is ingevoerd
Hoe ziet hun dag er uit?
De 35 Agora-leerlingen hebben geen lessen, geen roosters, geen vakken, maar starten iedere dag
met
1. Het zich realiseren van een wonder-moment, het formuleren van een wonder-vraag
(waarover heb ik me recent verwonderd, en wat zou ik daarover willen leren?)
2. Als er een vraag ontstaat start de leerling een traject met de leraar om via methodes als
mindmapping etc. in een individueel gesprek een onderzoeksvraag te formuleren vanuit de
vijf werelden., waarmee zij die dag/ week/maand aan de slag gaan. De uitwerking op 5
werelden zorgt ervoor dat studenten breed blijven kijken en niet bv in de wetenschappelijke
hoek blijven hangen bij de meer rationele ICT geïnteresseerden.
3. Aan het eind van de dag/week/maand volgt een resultaatgesprek
Meest optimaal: wanneer Agora gestart kan worden buiten een bestaande organisatie. Nu zit Agora
in het gebouw van Niekee en dat zorgt voor beperkingen en voor risico op terugval
De kern is het gepersonaliseerde onderwijs: persoonlijk individueel contact
tussen leerling en leraar met zoveel mogelijk tijd en kwaliteit (diepte en
breedte)
Invoering bij SGM?
Als wij dit concept van toewerken naar individueel onderwijs zouden willen invoeren bij SGM dan zijn
er volgens Jan de volgende aandachtspunten:
1. Er moet een visie zijn: een eindpunt waar mensen blij van worden. Wat missen de jongeren
in Nijmegen en omstreken waanneer er geen opleiding SGM is?
2. Als er leraren zijn die binnen die visie aan de slag willen (inhoud), dan is er een moedige
schoolleider (proces) nodig. De schoolleider maakt zich hard voor het proces ( financiën, HR
etc)
3. Schoolleider moet duidelijk aangeven wat hij niet meer wil (bv. geen lokalen, geen dichte
muren) en moet vervolgens alleen faciliterend beleid (HRM etc) uitwerken
4. Er moeten geen plannen opgeschreven worden; er moet pas iets opgeschreven worden als
het echt werkt
5. Er moeten broedplaatsen worden aangewezen: denk na hoe jullie individueel contact met
leerlingen kunnen bewerkstelligen
6. Er moet een projectteam komen: hoe organiseer je de lessen. hoe organiseer je ICT, hoe
faciliteren met deskundigheidsbevordering
In Midden-Limburg zijn voor de 10 scholen meetings georganiseerd, zodat mensen elkaar dingen
kunnen leren en elkaar inspireren. Van de 1000 docenten zijn er nu zo’n 200 die echt bezig zijn met
onderwijsvernieuwing
Tip: loop door de organisatie heen en kijk wat echt goed is!
Large Scale Dream 12 juni
Als wij ook zo’n onderwijssysteem willen en een nieuw gebouw:
a.
b.
c.
d.
Maak als team een goed plan op hoofdlijnen (vastleggen komt later)
Geef aan wat het resultaat moeten zijn (einddoelen)
Geef aan wat studenten er beter van moeten worden
Vorm vervolgens een kerngroep (wat kunnen deze docenten) en een flexibele schil (experts
die ingevlogen worden op thema’s) en bouw een netwerk (docenten, studenten, ouders,
bedrijven)
Download