Terugkoppeling van wethouders Ruimte en Wonen uit Bestuurlijk Overleg Ruimte en Wonen d.d. 4 juli 2016 en Bestuurlijke Tafel Ruimte en Economie d.d. 7 juli 2016 Inleiding Hierbij ontvangt u een kort verslag met informatie over de afspraken uit het Bestuurlijk Overleg, te gebruiken voor het informeren van college en raad. Namens de voorzitter van het Bestuurlijk Overleg hierbij het: Verslag BO Ruimte en Wonen Midden-Holland (BO RW) en Bestuurlijke Tafel Ruimte en Economie t.b.v. terugkoppeling aan colleges en raden Inbreng bij actualisering verstedelijkingsagenda netwerk Zuidelijke Randstad Via de regio Midden-Holland zijn de gemeenten aangehaakt bij de ontwikkelingen in het netwerk Zuidelijke Randstad (voorheen Zuidvleugel). Dit netwerk is een samenwerkingsverband van de gemeenten Den Haag en Rotterdam, de regio’s Holland-Rijnland, Drechtsteden, Midden-Holland, Metropoolregio Rotterdam en de provincie Zuid-Holland. Daarnaast zijn gemeenten met meer dan 100.000 inwoners nu in het netwerk vertegenwoordigd. Het netwerk zet in op verdere ontwikkeling van de Zuidelijke Randstad tot een van de economische topregio’s van Europa met een aantrekkelijk en samenhangend woon- en vestigingsklimaat. In verband met de herijking van de Verstedelijkingsagenda 2010 – 2020 voor de Zuidelijke Randstad hebben de leden van het BO RW in de vergadering van 4 juli het belang van een goede verbinding en de bereikbaarheid tussen het Randstedelijk en het landschappelijk karakter en de betekenis van Midden-Holland in het grotere geheel van de Zuidelijke Randstad naar voren gebracht. Tevens is aangegeven dat de gemeenten in Midden-Holland hun deel van de woningbouwopgave zullen invullen. De geactualiseerde verstedelijkingsagenda zal besproken worden in het BO MIRT in oktober 2016. Het Bestuurlijk Overleg Meerjaren Investeringsprogramma Ruimte en Transport (BO MIRT) is het jaarlijkse overleg tussen het Rijk (diverse ministers, afhankelijk van onderwerp) en vertegenwoordigers van de Zuidelijke Randstad. Strategische Agenda Ruimte Wonen De gemeenten in de regio hebben voor de vijf programma’s een strategische agenda opgesteld, waar mogelijk al uitgewerkt in enkele speerpunten. Voor het programma Ruimte Wonen hebben de leden van dit BO de volgende strategische agenda geformuleerd: - Flexibele, ontwikkelingsgerichte ruimtelijke ordening met aandacht voor ruimtelijke kwaliteit en transformatie; - Passend, divers en duurzaam woningaanbod. De gemeenten willen kunnen inspelen op trends en ontwikkelingen in de woningmarkt, zoals de trend van de verstedelijking, een toenemende druk op de sociale woningbouw in verband met de toename van huisvesting van vergunninghouders. - Slappe bodem als kans: de regio als proeftuin voor innovatieve oplossingen, bijvoorbeeld om gevolgen van bodemdaling onder controle te krijgen. Deze strategische agenda voor Ruimte Wonen is ter agendering aangeboden aan het AB/Regionaal Bestuurlijk Platform Midden-Holland in de vergadering van 6 juli 2016. Perspectief Groene Hart De Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart heeft een de startnotitie ‘Perspecief Groene Hart’ laten opstellen. Doel van de startnotitie is om met provincies, gemeenten, waterschappen en maatschappelijke organisaties in het Groene Hart te komen tot visie op een aantal thema’s, die uitgewerkt kunnen worden in de door de provincies en gemeenten op te stellen Omgevingsvisies in het kader van de Omgevingswet. Het BO RW heeft besloten actief bij te dragen aan dit traject, met de regionale strategische agenda als uitgangspunt. Pagina 2 Regionale Agenda Wonen Ondertekening ‘Convenant Uitstroom opvang en zorg regio Midden-Holland’ De leden van het BO RW hebben het ‘ Convenant Uitstroom opvang en zorg regio Midden-Holland’ ondertekend. Dit convenant bevat afspraken tussen de vijf gemeenten over het beschikbaar stellen van voldoende sociale huurwoningen voor mensen die (moeten) uitstromen uit instellingen voor bv. maatschappelijke opvang, tijdelijk verblijf en beschermd wonen. De afspraak om een dergelijk convenant af te sluiten, is opgenomen in de Regionale Agenda Wonen Midden-Holland 2013 – 2019 (RAW) (www.regiomiddenholland.nl). Daarnaast is in het Regionaal Kader Maatschappelijke Zorg Midden-Holland 2013 – 2016 als uitgangspunt van beleid opgenomen dat de mogelijkheden voor huisvesting in de regio zullen worden onderzocht. Dit om de bevordering van de doorstroom vanuit opvanginstellingen te bevorderen. Daarbij gaat het om uitstroom uit instellingen voor maatschappelijke opvang, tijdelijk verblijf en beschermd wonen, en om woningen behoeve van huisvesting van ex-gedetineerden. Het uitgangspunt is en blijft dat mensen zoveel mogelijk zelf via het reguliere woonruimteverdeelsysteem een woning zoeken, maar dat lukt niet iedereen. Daarom hebben de gemeenten met elkaar afgesproken om met de betrokken partijen afspraken te maken over een redelijke verdeling van het benodigde aantal woningen. Voor de toewijzing van de woningen is in de toelichting van het convenant opgenomen dat een huisvestingsverordening prevaleert boven een regeling in een convenant. Een exemplaar van het ondertekende convenant zal aan de colleges van burgemeester en wethouders van de vijf gemeenten toegestuurd. - Vaststelling beschikbaar te stellen woningen 2015 Convenant Uitstroom opvang en zorg regio Midden-Holland In het Convenant Uitstroom opvang en zorg regio Midden-Holland is opgenomen dat de bestuurders Wonen jaarlijks een afspraak maken over het regionale totaal aantal beschikbaar te stellen sociale huurwoningen. De gemeenten hebben die bevoegdheid gemandateerd aan de bestuurders van het regionale overleg Wonen. Het aantal sociale huurwoningen ter uitvoering van het Convenant Uitstroom opvang en zorg regio Midden-Holland voor 2016 is in het BO Ruimte Wonen van 4 juli vastgesteld op totaal 41. Als vertrekpunt voor de toepassing van het convenant geldt dat als iemand moet uitstromen, de betreffende instelling in overleg met betrokkene een verzoek indient bij de gemeente waar betrokkene naar toe wil. Meestal zal dat de gemeente zijn waar betrokkene vandaan komt (tenzij een andere gemeente de meest aangewezen gemeente voor betrokkene is). De veronderstelling is dat mensen terug willen naar waar zij vandaan komen. Alleen indien zich de - naar we veronderstellen vooral theoretische - situatie voordoet dat er sprake is van een eenzijdige verdeling van de beschikbare woningen voor deze doelgroepen op grond van persoonlijke voorkeuren van de vragers, kan het voorkomen dat er noodgedwongen een beroep wordt gedaan op het een woning in een andere gemeente die deze gemeente volgens dit convenant nog beschikbaar heeft. De praktische uitwerking, zoals de wijze waarop een verzoek moet worden ingediend en bij wie – dus bij gemeente of bij corporatie - wordt nog nader geregeld in uitvoeringsafspraken. In de vergadering van 4 juli 2016 is verder afgesproken dat een eerste evaluatie na een half jaar zal plaatsvinden. Pagina 3 Regionale Projectenlijst Woningbouw 2016 en Monitor Wonen Midden-Holland 2016 De leden van het BO RW hebben de Regionale Projectenlijst Woningbouw Midden-Holland 2016 en de Monitor Wonen Midden-Holland 2016 geaccordeerd en opdracht gegeven om de documenten met een begeleidende brief aan het college van Gedeputeerde Staten aan te bieden. Het betreft de actualisering van de Regionale Projectenlijst Woningbouw 2015 en van de Monitor Wonen Midden-Holland 2010 – 2014 waarbij is uitgegaan van ongewijzigd beleid. Dit is ter uitvoering van de met het college van Gedeputeerde Staten gemaakte afspraak dat het regionale woningbouwprogramma jaarlijks per 1 juli geactualiseerd en gemonitord wordt. Een nieuw element in de Regionale Projectenlijst is dat de woningbouwplannen met 10 woningen of meer zijn vermeld die extra sociale huurwoningen betreffen onder andere voor huisvesting van vergunninghouders. De basis daarvoor is dat de regio de door GS extra geboden planologische ruimte voor nieuwe projecten met sociale huurwoningen, bovenop de door GS aanvaarde Regionale Projectenlijst Woningbouw 2015, wil benutten. De gemeenten in Midden-Holland realiseren zich namelijk dat de vraag van kleinere huishoudens naar goedkopere woonruimten, vooral in stedelijke regio’s, toeneemt. Daarom zetten zij in op het direct en indirect beschikbaar krijgen van dat soort woonruimten. Een korte toelichting op de Regionale Projectenlijst Woningbouw en op de Monitor: Op het gebied van wonen is de Regionale Agenda Wonen (RAW) Plus in Midden-Holland de agenda waarmee de gemeenten de samenwerking vorm en inhoud geven. Belangrijke onderdelen van die RAW Plus zijn de Regionale Projectenlijst Woningbouw Midden-Holland (RPW) en de Monitor Wonen Midden-Holland. De RPW geeft een overzicht van de door de gemeenten verwachte woningbouwontwikkeling voor een bepaalde periode en bevat het Regionaal Afwegingskader woningbouw. Dit afwegingskader wordt toegepast als een woningbouwplan tussen gemeenten moet worden afgestemd. Bij die afstemming wordt dan gekeken naar het geplande woonmilieu, de fasering en de woningdifferentiatie. De Monitor Woningbouw Midden-Holland geeft inzicht in de voortgang van de regionale woningbouw. Het belang van de RPW en de Monitor is dat – indien de documenten en de uitwerking daarvan door het college van GS zijn aanvaard - gemeenten dan in een bestemmingsplan kunnen verwijzen naar de RPW 2015 voor de onderbouwing van de woningbehoefte. De RPW 2015 is op 3 november 2015 door het college van Gedeputeerde Staten (GS) aanvaard, met dien verstande dat op grond van het Programma Ruimte van de provincie gevraagd is om het woningbouwprogramma jaarlijks te monitoren. De aanvaarding van GS geldt tot 1 juli 2017. (De colleges zijn hierover geïnformeerd in de brief d.d. 14 januari 2016 van de voorzitter van het BO RW.) Omgevingswet Het BO RW heeft geconstateerd dat de gemeenten in diverse stadia van voorbereiding op de komst van de omgevingswet verkeren. Aan ambtenaren wordt gevraagd de stand van zaken per gemeente te inventariseren en te adviseren over gezamenlijk op te pakken thema’s voor de omgevingsvisies. De strategische agenda Midden-Holland is hierbij richtlijn. Een en ander moet in nauwe samenwerking met overige relevante partijen, zoals ODMH waar reeds een regionaal overleg is gestart. Raadsledenavond De raadsleden zullen worden uitgenodigd voor de raadsledenavond op 21 november 2016 rond het thema Ruimte en Wonen Midden-Holland. De locatie wordt nog nader bekend gemaakt. De uitnodiging zal aan de griffiers van de gemeenten worden toegestuurd met het verzoek de vooraankondiging door te geleiden naar de raadsleden. De achtergrond hiervan is dat met de regionale klankbordgroep van raadsleden is afgesproken dat er periodiek raadsledenavonden worden georganiseerd rond een regionaal thema. Pagina 4 Bestuurlijke Tafel Ruimte en Economie d.d. 7 juli 2016 De bestuurlijke tafel Ruimte en Economie is het halfjaarlijkse overleg van de leden van het BO RW, aangevuld met de voorzitter van het BO Economie, Onderwijs, Arbeidsmarkt, met de gedeputeerde Ruimte, Wonen en Economie (mevr. A. Bom-Lemstra). Op 7 juli 2016 heeft de BT Ruimte en Wonen plaatsgevonden. Door de bestuurders van de Regio Midden-Holland is de op 6 juli 2016 vastgestelde Strategische Agenda toegelicht. Tevens is gesproken over de uitwerking van de Regionale Agenda Wonen Midden-Holland. De gedeputeerde heeft de startnotitie Perspectief Groene Hart toegelicht, het woonbeleid (prognoses en omgang met nieuwe cijfers), de actualisering provinciale Visie Ruimte en Mobiliteit en de stand van zaken met betrekking tot de provinciale omgevingsvisie. Met gedeputeerde Bom is afgesproken om na oktober 2016 samen te kijken naar omgevingsvisies, waaronder die van de provincie en het Rijk. Het belang van vraaggestuurd ontwikkelen is benadrukt. Bij de volgende vergadering zal de voorzitter van het BO Verkeer en Vervoer ook betrokken worden, om e.e.a. in integraliteit te kunnen bespreken.