Preek over I Petrus 2: 11-25 Hart voor mensen 6 – “Treden in Jezus’ voetstappen”. 3 maart 2013 door ds Henk van der Velde Vrienden van onze Heer Jezus, Volgende week sluiten we het gemeenteproject “Hart voor mensen” af met een bijzondere avondmaalsdienst. Dit is al de zesde zondag op rij dat we bezig zijn met relatieprincipes die aan het leven van Jezus ontleend zijn. Bij elk van die zes weken hoort één van die principes of basisfeiten. Ik zet die zes basisprincipes nog even voor u op een rijtje: 1. Hecht de grootste waarde aan relaties. 2. Heb lief zoals Jezus jou liefheeft. 3. Communiceer vanuit het hart. 4. Oordeel niet! 5. Het belangrijkste zijn de dienaren. 6. Behandel anderen zoals je zelf behandeld wilt worden. Vandaag zoomen we in op het laatste principe: “Behandel anderen zoals je zelf behandeld wilt worden.” De basis voor dit principe is een kerntekst uit de Bergrede waar we lezen in Matt 7:11-12, “Als jullie dus, ook al zijn jullie slecht, je kinderen al goede gaven schenken, hoeveel te meer zal jullie Vader in de hemel dan het goede geven aan wie hem daarom vragen. Behandel anderen dus steeds zo als je zou willen dat ze jullie behandelen. Dat is het hart van de Wet en de Profeten.” Dit staat bekend als de zg Gulden Regel. Het wordt zo genoemd omdat we Romeinse keizer het met gouden letters op de muur van zijn paleis liet schrijven. Het is deel van de Bergrede uit Matteüs hfst 5-7 waarin het onderwijs dat Jezus als rondreizend gaf op vele plaatsen worden samengevat. We lazen net ook al het begin daarvan, waarvan ook ons themalied ‘Wij zijn het licht” is afgeleid. Voor Jezus was dit een heel belangrijk principe: Het vatte voor hem Gods wil samen, want zegt Hij: “Dit is de wet en de profeten” – Hier komt het op neer. In andere religies komt dit principe voor in een negatieve vorm: “Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.” Confucius zei dat bv al. Maar Jezus formuleert het positief: “Doe voor anderen wat je verlangt dat zij voor jou doen.” Jezus vraagt dus meer dan dat we ons onthouden van bepaalde handelingen. Het is niet zo moeilijk om bepaalde zaken niet te doen. Maar de positieve versie van de Gulden regel die Jezus geeft vraagt bezinning en inzet. Dan moeten we ons inspannen en pro-actief ons inzetten om de ander tegemoet te komen. Het is één ding om te zeggen: “Ik zal m’n best doen jou niet meer te verwonden.” Wat veel verder gaat is: “Ik zal álles doen om je te helpen en vriendelijk te zijn, zoals ik zelf graag behandeld wordt.” “Ik wil niet meer naar je kijken door een donkere, veroordelende bril maar ik wil je zien in het licht van Gods liefde.” Het HvM project daagt ons uit tot die houding – de houding die Jezus niet alleen leerde maar ook praktiseerde. In de pagina’s van het projectboek waarin dit wordt belicht, viel het mij op hoe vaak het gaat over Jezus. Het kan ook niet genoeg worden benadrukt dat we het zonder de kracht en aanwezigheid van Jezus niet redden. Hij is ons model als het gaat om opofferende liefde en bij het avondmaal en in het vervolg van deze lijdenstijd zullen we daar volop bij stilstaan. Het is niet genoeg om dat dankbaar te gedenken. Zijn voorbeeld roept ons tot een andere levensstijl; Zijn voorbeeld roept om te dienen iedere dag, gedragen door zijn liefde en kracht. Dat wordt in heel het NT benadrukt, bv in I Joh 4 waar we 29 keer lezen dat we moeten liefhebben en waar in vers 17 die verbluffende woorden staan over hoe Gods liefde bij ons werkelijkheid wordt wanneer we blijven in Zijn liefde – “want hoewel we nog in deze wereld zijn, ZIJN WIJ ALS JEZUS”. De bijbel, Gods Woord zegt hier dat we door de kracht van Gods Geest kunnen zijn als Jezus. Zijn kracht wil en kan in ons gestalte krijgen – al zal dat nooit zonder strijd gaan. Wie wil zijn als Jezus, krijgt het zwaar in onze wereld. De tegenstander zal erop zijn je te beschuldigen, zijn naam is immers Satan= beschuldiger. Hij is erop uit ons te verdelen en ons tegen elkaar op te zetten. Onbegrip, boosheid, verwarring en een verlammende moedeloosheid zijn het gevolg. Wij dienen de tactieken van de Boze te doorzien en ons te richten op hogere zaken, op onze Koning die regeert, op Zijn agenda, idealen en plannen. Dat kan alleen wanneer we Hem persoonlijk dagelijks aanroepen en steeds weer nieuwe inspiratie putten uit de rijke bronnen van Zijn Woord. Dan ga je als vanzelf anders denken en voelen en kijken en reageren. Dan wordt je meer en meer door de Geest van de Heer veranderd naar het beeld van Christus, zegt Paulus in 2 Kor 3:18. Dat is het geestelijk groeiproces waartoe we zijn geroepen en waarin we elkaar mogen aanscherpen, want we blijven tegelijk nog zwakke mensjes met gebreken. Het blijft een strijd omdat die oude, egoïstische natuur in ons steeds weer de kop opsteekt en we geneigd zijn zelfzuchtig te zijn, niet te vergeven, terug te slaan en de andere te vernederen. Maar wie radicaal leeft voor de Heer zal erop uit zijn de ander te helpen en te dienen. Je tijd, je energie, je activiteiten, je verlangens, je gerichtheid, je hart : het zal allemaal gedomineerd worden door dit principe om altijd, overal iets van God zegen te brengen. De situatie om je heen mag verre van rooskleurig zijn, je eigen leven benard maar het streven van je hart is toch om deel te zijn, niet van het probleem, maar van de oplossing. Dan wordt je, volgens I Petrus 2 zelf tot een bouwsteen van Gods tempel ( vs 5). Dan wordt je een verlengstuk van De Heer zelf, geroepen tot Zijn licht om Gods grote daden weer verder door te geven (vs 9). Onze tekst uit I Petrus 2 zegt dat dit niet pijn en moeite gaat. Er hangt een prijskaartje aan het volgen van de Heer – het kost je jezelf, je eigen ambities. Wij moeten bereid zijn onze Heer te volgen op de weg van het kruis. Petrus schreef in zijn tijd aan Christenen in een moeilijke situatie toen de kerk een verdrukte minderheid was, vaak van eenvoudige mensen zonder invloed. Hij richt zich hier op bekeerde slaven en vermaant ze zich correct te gedragen, zelfs tegenover onrechtvaardige, oneerlijke, slechte en harde bazen. In vs 19 stelt hij zelfs dat het een blijk is van Gods genade wanneer je het goede probeert te doen en dan onverdiend leed te verdragen krijgt. Wanneer je moet lijden voor goede daden dan is dat een blijkt van Gods genade. Hier komen het Feest van Genade en het Hart voor Mensen project samen. Gods genade blijkt waar we onszelf wegcijferen, zelfs wanneer we benadeeld worden! Vs 21 zegt: “Dit is uw roeping; ook Christus heeft geleden, om uwentwil, en u zo een voorbeeld gegeven. Treedt dus in Zijn voetstappen…” Broers en zussen: Wij zijn geroepen als gelovigen om in de voetstappen van Jezus te gaan staan: de voetstappen die leiden naar het kruis, naar zelfverloochening en opoffering. Dit staat helemaal haaks op de mentaliteit van onze cultuur waar we onze kinderen al leren om mondig en assertief te zijn, voor zichzelf op te komen en van zich af te slaan, om alle middelen in te zetten zelf vooruit te komen. Jezus, zegt vers 22, beging nooit zonde en sprak geen leugens. Hij was volmaakt en als er iemand het verdiende geëerd en gediend te worden dan was hij het. Maar de voorname godsdienstige leiders uit zijn tijd bekeken hem alleen door de donkere brillen van achterdocht en vooroordeel. Ze concludeerden zelfs: “Hij heeft een boze geest; hij is niet goed wijs; hij doet de dingen dankzij kwade machten; hij is gevaarlijk en misleidt onze mensen.” Ze probeerden alles om hem in een slecht daglicht te zetten, ze kwamen met strikvragen steeds weer op hem af. Tenslotte maakten ze slinkse plannen om voorgoed van hem af te komen – en voeren dat plan ook uit tot het bittere eind. De apostel Petrus maakte het allemaal van nabij mee. Eerst begreep hij niet wat er gebeurde en waarom het zo moest. Hij had zelf eerst ook andere dromen en ambities met Jezus. Maar aan het einde van zijn leven, toen hij deze brieven schreef, was hij tot dieper geestelijk inzicht gekomen. En hij omschrijft in het vervolg van onze tekst in I Petrus 2 het lijden van Jezus met woorden die ontleend zijn aan Jesaja 53. In Jesaja 53 staat het beroemde lied over de lijdende knecht van de Heer, een geweldige profetie geschreven zo’n 700 jaar voor de geboorte van Jezus. Door Petrus wordt deze profetie rechtstreeks toegepast op Jezus. Kijk maar vanaf vers 22 in I Petrus 2: Vs 22. “Treedt dus in de voetstappen van Hem die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen leugen kwam (Jes 53:9). Vs 23. Hij werd gehoond maar hoonde zelf niet, hij leed maar dreigde niet, hij liet het oordeel over aan Hem die rechtvaardig oordeelt (Jes 53:7). Vs 24. Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen, opdat wij, dood voor de zonde, rechtvaardig zouden leven. Door zijn striemen ben u genezen (Jesaja 53: 12; 53:5). Vs 25. Eens dwaalde u als schapen, nu bent u teruggekeerd naar hem die uw herder is, naar Hem die uw zeil behoedt (Jes 53:6 en 7). Het is alsof Petrus zijn brief schreef met Jesaja 53 ernaast. De Petrusbrief toont ook dat er al vrij snel in de vroege kerk eenvoudige gelovigen waren die Jezus volgden op de weg van het kruis: Mensen die vervolging kenden. De onbesuisde, impulsieve Petrus, die we kennen uit het evangelie, werd zelf ook veranderd tot een zachtmoedig mens. Hij ging door de knieën toen Jezus na z’n verraad tot drie keer toe vroeg: “Heb je mij wel echt lief?, Petrus” Hij leerde wat het volgen van Jezus betekent. Jezus zegt daarover in Joh 21: “Waarlijk, Ik zeg je: toen je jonger was, omgordde je jezelf en ging, waarheen je wilde, maar wanneer je eenmaal oud wordt, zal een ander je omgorden en je brengen op een plaats, waar je niet wilt.” Johannes voegt daar als commentaar aan toe dat Jezus sprak over de manier waarop Petrus zou sterven. Volgens de traditie is Petrus net als Jezus gekruisigd maar met z’n hoofd naar beneden. Als Jezus zegt: “Volg Mij!”,dan kan dat volgen dus een zware prijs kosten Dat ervaren vele van onze mede-gelovigen in de wereldkerk ook nu nog. Er zijn zelden tijden geweest dat Christenen zo wijd verdrukt werden als in onze tijd. Via het werk van bv. Open Doors kun u ervan op de hoogte blijven. Maar ook in ons land is een toenemende ergernis tegen wat Christelijk is. We zijn tolerant op alle gebied maar dulden steeds minder een helder Christelijk geluid. Het kan ook ons en onze kinderen best veel gaan kosten om Jezus te volgen. Ondertussen oefenen we ons nu ook al in het volgen van Jezus. Begin maar met kleine stapjes, want het zijn de kleine dingen die het doen. Hoe treden we praktisch in de voetstappen van zijn opofferende liefde. Hier een eerste aanzet om over na te denken en door te praten. Dit kan ook gebruikt worden ter voorbereiding op het avondmaal. Het offer dat de Heer verlangt. Wanneer je vergeten, verwaarloosd, of met opzet genegeerd wordt, en je voelt geen stekende pijn door deze onachtzaamheid, maar je hart is gerust omdat je waardig gevonden wordt om voor Christus te lijden: Dat is offeren. Wanneer er kwaad wordt gesproken over je goede daden, wanneer je wensen worden doorkruist, je advies neergelegd, je mening belachelijk gemaakt, en je weigert om woede in je hart te laten opkomen of om jezelf te verdedigen, maar dit allemaal geduldig over je heen laat komen: Dat is offeren. Wanneer je liefdevol en geduldig elke wanorde, elke onregelmatigheid, elke irritatie weet te verdragen; wanneer je oog in oog kan staan met verkwisting, dwaasheid, overdaad, geestelijke ongevoeligheid, en dit wilt het verdragen zoals Jezus deed: Dat is offeren. Wanneer je tevreden bent met elk voedsel, elke offergave, elke kledij, elk klimaat, elke samenleving, elke eenzaamheid, elke onderbreking door de wil van God; Dat is offeren. Wanneer je er niet naar taalt om naar jezelf te verwijzen of om je eigen goede daden vast te leggen en niet zoekt naar schouderklopjes, wanneer je er oprecht van houdt om onbekend te blijven, ook als je het goede doet: Dat is offeren. Wanneer je kunt toezien hoe je naaste gedijt en in al zijn behoeften is voorzien, en je oprecht blij voor hem kan zijn zonder jaloezie te voelen, zonder God te betwijfelen, terwijl je eigen behoeften veel groter zijn en je je in slechte omstandigheden bevindt: Dat is offeren. Wanneer je in staat bent om gecorrigeerd en berispt te worden door iemand met minder aanzien dan jezelf en je jezelf nederig onderwerpt, innerlijk en uiterlijk, en ontdekt dat er geen rebellie of wrok in je hart opkomt: Dat is offeren. Want “dit is uw roeping; ook Christus heeft geleden, om uwentwil, en u daarmee een voorbeeld gegeven. Treed dus in de voetsporen van hem die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen leugen kwam. Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, hij leed en dreigde niet, hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig oordeelt. “ (I Petrus 2:21-23) Amen