Passend onderwijs op OBS de Perroen schoolondersteuningsprofiel Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 1 Schoolondersteuningsprofiel Inleiding OBS de Perroen wil Passend onderwijs bieden. Daarom stellen we ons, samen met de ouders/opvoeders steeds de vraag: “Wat heeft het kind nodig om zich optimaal, naar eigen vermogen te kunnen ontwikkelen?” In de meeste situaties kunnen we dit in ons eigen team realiseren, soms zullen we daarbij gebruik maken van externe expertises. In uitzonderlijke situaties constateren we dat we op onze school de ondersteuning niet kunnen bieden die een kind nodig heeft. In dat laatste geval gaan we samen met u en met de hulp van externe deskundigen op zoek naar een school die dit wel kan bieden. Om Passend onderwijs te kunnen bieden is het van belang te weten waar OBS de Perroen staat. Wat is het onderwijsconcept en biedt dit voldoende om tegemoet te komen aan wat de leerlingen van ons vragen? Wat is onze ambitie als het gaat om het geven van Passend onderwijs? Is de kwaliteit van het onderwijs in orde en wat moeten wij ondernemen om dit (nog beter) te realiseren? Het schoolondersteuningsprofiel (SOP) dat in september 2013 geschreven is, bedoeld als instrument om alle scholen binnen het Samenwerkingsverband met elkaar te kunnen vergelijken, bevatte kengetallen, kenmerken van de school en de mogelijkheden die de school op dat moment had om Passend onderwijs te kunnen bieden. Dit SOP was weinig concreet en voor zowel het team als de Medezeggenschapsraad van OBS de Perroen de reden om in eigen taal het schoolondersteuningsprofiel te formuleren. Als uitgangspunt voor de gesprekken die volgden hebben de keuzes gelegen die in 2011 tijdens de studiedag ‘Kind op de gang’ gemaakt zijn. De resultaten van deze gesprekken en de huidige stand van zaken, zijn verwerkt in dit schoolondersteuningsprofiel. Dit schoolondersteuningsprofiel is een groeidocument. Regelmatig zullen we dit als school moeten evalueren en bijstellen, wellicht nog vaker dan andere documenten. Wat Passend Onderwijs in de praktijk ons gaat brengen is immers niet helder. Een goede communicatie met ouders en verzorgers is op zowel individueel als schoolniveau wezenlijk. Dat betekent dat naast de individuele gesprekken met ouders over de ontwikkeling van hun kind ook gecommuniceerd wordt over het te voeren beleid met betrekking tot Passend Onderwijs. Dit gebeurt tijdens ouderbijeenkomsten en via de Nieuwsbrief. De Medezeggenschapsraad en het bestuur van de Oudervereniging zijn hier direct bij betrokken. Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 2 Schoolondersteuningsprofiel 1. Het onderwijsconcept van OBS de Perroen OBS de Perroen is een school waar ieder kind zichzelf mag zijn. De verschillen in interesses en mogelijkheden worden niet alleen gezien, maar ook erkend en gebruikt. Vanuit een veilige leeromgeving worden kinderen geprikkeld, zodat ze op een breed terrein groeien tot mensen die met verantwoordelijkheidsbesef in de wereld staan. Dit is te herkennen in: Het geven van boeiend onderwijs, waardoor de betrokkenheid van kinderen groot is. Het benoemen van krachten en talenten van kinderen, door leerkrachten, maar ook door andere kinderen en het geven van gerichte complimenten. Het gebruik van verschillende didactische werkvormen, toegespitst op de verschillen in leerstijlen van kinderen. De ruimte die kinderen krijgen in het meedenken in hun eigen begeleiding. De ruimte die kinderen krijgen in het (mee-) organiseren van activiteiten en andere zaken die de Perroen aangaan. De Kinderraad is hierin de spil op schoolniveau. De ruimte die er is om spontaan, onvoorbereid in te spelen op de actualiteit. De inrichting van de lokalen, de hal en het speelterrein: er zijn rustige hoekjes, ruimtes waar je kunt samenwerken en samen spelen, plaatsen waar je ontdekkend bezig kunt zijn. Het met kinderen reflecteren over wat gebeurd is en wat zij geleerd hebben. Het met ouders en andere betrokkenen reflecteren op de wijze waarop we met ons onderwijs omgaan. Een veilige warme leeromgeving wordt vormgegeven door het voorleven en benoemen van goed gedrag en bespreken en corrigeren van onwenselijk gedrag. 2. Passend onderwijs, zicht op eigen kwaliteit Om Passend onderwijs te kunnen realiseren moet de school zicht hebben op haar eigen onderwijskwaliteit en mogelijkheden. In het schoolondersteuningsprofiel (SOP) zijn de kengetallen te lezen m.b.t. de leerling populatie, leerling gewichten, aantallen kinderen die begeleid werden vanuit een LGF, aantal kinderen met een doublure of een versnelling en de plaatsingen in speciale voorzieningen. Belangrijker is het te weten wat de reden van begeleiding was en welke expertise wij als school hierin hebben opgebouwd. Zicht op kwaliteit Op 24 januari 2012 heeft de Inspectie, tijdens een regulier onderzoek OBS de Perroen bezocht met als doel informatie te verzamelen over een aantal indicatoren die Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 3 Schoolondersteuningsprofiel betrekking hebben op de opbrengsten, het onderwijsleerproces, de zorg, de begeleiding en de kwaliteitszorg. Opbrengsten: De eindopbrengsten zijn voldoende in vergelijking met scholen met dezelfde populatie. Er is een stijgende lijn te zien. De tussenopbrengsten waren voldoende, hoewel de toets rekenen en wiskunde voor groep 4 onvoldoende was en het technisch lezen in groep 3 en 4 nipt voldoende. Deze tussenopbrengsten werden ‘kwetsbaar’ genoemd. De inspecteur benoemde de ondernomen stappen op het gebied ter verbetering van het technisch leesonderwijs waardevol. De school gebruikte in 2012 geen volgsysteem om zicht te hebben op de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerlingen en werd op dit gebied derhalve niet als voldoende beoordeeld. Sinds augustus 2012 gebruikt OBS de Perroen het volgsysteem ‘Op School’, dat een goed beeld van het welbevinden van de kinderen en de leerlingen volgt in hun sociaal emotionele ontwikkeling. Er zit echter geen beoordeling aan vast, zoals het LVS Viseon van het CITO. Dit is de reden waarom deze toets niet door de inspectie als ‘goed’ wordt beoordeeld. Leerstofaanbod: Het leerstofaanbod is eigentijds en dekkend voor de kerndoelen. Vanwege de matige resultaten op gebied van technisch lezen in groep 3 adviseerde de inspecteur na te gaan of een andere methode voor aanvankelijk lezen wenselijk zou zijn. Vanaf augustus 2012 wordt er gebruik gemaakt van Veilig Leren Lezen. Deze methode is goed ingevoerd en de resultaten zijn, mede hierdoor, met sprongen vooruit gegaan. Het rekenaanbod wordt, in vergelijking met het vorige inspectiebezoek nu als ‘voldoende’ beoordeeld. Het aanbod in de kleutergroepen werd als ‘matig beredeneerd’ beschouwd, wat mogelijk de oorzaak is van de toets resultaten in groep 2. In schooljaar 2012-2013 heeft de onderbouw als speerpunt ‘doorgaande lijn voor het taal-leesonderwijs’ genomen, gericht op wat de kinderen nodig hebben als zij in groep 3 leren lezen. Naast het aanbod van de leerstof is ook vastgelegd hoe dit georganiseerd is en hoe de ontwikkeling bij kinderen gevolgd wordt. Veiligheid: De school heeft voldoende beleid ontwikkeld dat gericht is op het voorkomen van incidenten. Regels worden thematisch aan de orde gesteld, er is een pestprotocol en een protocol voor huiselijk geweld/kindermishandeling. Deze protocollen zijn geïmplementeerd. De school dient te investeren in het registreren van incidenten en deze te analyseren. Sinds het bezoek van de inspectie worden de incidenten bijgehouden en geanalyseerd. Deze analyse wordt verwerkt in de schoolanalyse/het SAG. Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 4 Schoolondersteuningsprofiel Didactisch handelen: Tijdens de lesobservaties zag de inspecteur dat er efficiënt gebruik gemaakt werd van de geplande onderwijstijd door goede organisatie en rustige sfeer in de groepen. Niet alle leerkrachten gebruiken het directe instructiemodel. Wel is er voldoende aandacht voor het aanbieden/hanteren van verschillende strategieën. Er was maar beperkt sprake van het hanteren van verschillende werkvormen. Vanaf oktober 2012 hanteren alle leerkrachten dagelijks verschillende werkvormen van ‘Slimplan’. Dit komt toe aan de verschillende intelligenties van de kinderen, zorgt voor meer betrokkenheid en door samen te werken en gebruik te maken van een ‘eerlijke beurtverdeling’ beklijft de leerstof beter. Afstemming: De leerkrachten hebben goed zicht op wat de leerlingen nodig hebben (vanuit toetsen, gesprekken etc.), Op belangrijke punten slagen leraren er echter nog te weinig in om daar in hun lessen goed op in te spelen. Op school- en groepsniveau zou de onderwijstijd aangepast moeten/kunnen worden aan bijvoorbeeld de toets resultaten. Ook op individueel niveau worden nog te weinig beslissingen genomen om bijvoorbeeld de leertijd aan te passen als een leerling meer moeite heeft met rekenen. De afgelopen twee jaar is in groepen, bij individuele leerlingen, vaker de onderwijstijd aangepast. Dit gebeurt echter nog op te kleine schaal. De inspecteur heeft tijdens de bezochte lessen geen pre-teaching of verlengde instructie gezien. Dit gebeurt in alle groepen nu ruim voldoende. Zorg en begeleiding: De school beschikt over een gunstige structuur voor de uitvoering van de leerlingenzorg. School specifiek zorgplan, zorgkalender. Deze documenten zijn beoordeeld als ruim voldoende. De leerkrachten zijn weinig toegerust in het maken van goede groepsplannen. Goed analyseren en een diagnose stellen ten aanzien van leerproblemen is voor veel leraren nog moeilijk. In het jaarplan zal het (leren) maken en uitvoeren van goede groepsplannen prominent de aandacht moeten krijgen. In schooljaar 2012-2013 is dit gebeurd en dit is doorgezet naar huidig schooljaar. De meeste groepsplannen zijn nu van een goed kwaliteit. De aandacht is nu gevestigd op goed evalueren, om betere vervolgstappen te kunnen zetten. De school beschikt (jan 2012) in onvoldoende mate over een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures om de leerlingen goed te kunnen volgen. Dit geldt alleen voor de groepen 1 en 2 vanwege het missen van een observatie instrument waarmee kan worden nagegaan of de leerlingen de aangeboden leerstof missen. Samen met de VeerKrachtgroep is er een eigen betrouwbaar observatie instrument ontwikkeld. Deze wordt, naast een logboek, wekelijks bijgehouden. Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 5 Schoolondersteuningsprofiel Kwaliteitszorg: De school heeft de kwaliteit van haar kwaliteitszorg verder ontwikkeld, zodat meer onderdelen als ‘voldoende’ kunnen worden beoordeeld. De school heeft echter nog een beperkt inzicht in de kenmerken van de leerling populatie en de daaruit voortvloeiende onderwijsbehoefte. De school is duidelijk meer opbrengstgericht geworden. Het maken van de schoolanalyse t.b.v. van het SAG werkt hieraan mee. Het advies van de Inspectie om, naast trendanalyses ook dwarsdoorsnedes te maken, is nog niet uitgevoerd. Wel heeft bij de laatste groepsgesprekken (febr. 2014) de vaardigheidsgroei, zowel individueel als op groepsniveau, prominent aandacht gehad. De school kan haar eigen onderwijs nog beter evalueren. Klassenconsultaties krijgen nog geen vertaling naar het schoolniveau. Deze zijn nu nog teveel gericht op coaching en begeleiding van individuele leerkrachten en niet op de kwaliteitsaspecten van het onderwijs. Hoewel er klassenconsultaties, gericht op de kwaliteit van het leesonderwijs, spelling en het gebruiken van ‘Slimplan’ werkvormen hebben plaatsgevonden is het wenselijk hier verder vorm aan te geven. De school werkt voldoende planmatig aan verbeteractiviteiten die in schoolplan en jaarplannen zijn opgenomen. Conclusie: De inspecteur concludeerde dat de kwaliteit van het onderwijs op de onderzochte onderdelen voldoende is. Slechts een enkele tekortkoming is geconstateerd. Het onderzoek is verricht januari 2012. De school heeft zich sindsdien verder ontwikkeld. De verbeteringen op de door de inspectie genoemde gebieden die van belang zijn in het kader van Passend onderwijs, zijn hierboven (cursief) aangegeven. 3. Zorgprofiel OBS de Perroen wil Passend onderwijs bieden voor alle leerlingen, maar realiseert zich dat dit niet reëel, zelfs niet wenselijk is. De ‘orthobeelden’ zijn te divers en vragen teveel specialistische kennis en vaardigheden van de leerkrachten om goed aan te sluiten bij de verschillende ontwikkelingsbehoeftes van de kinderen. De school streeft ernaar zoveel mogelijk kinderen, binnen de mogelijkheden, Passend onderwijs aan te bieden. Basisondersteuning Aan de basisondersteuning wordt, zoals het inspectierapport aangeeft, voldaan. Dat betekent alle kinderen: met een lager, gemiddeld en een hogere intelligentie met dyslexie met dyscalculie met spraak- en/of taalproblemen (waaronder dysfasie) met adhd met add Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 6 Schoolondersteuningsprofiel met pdd-nos onderwijs kunnen volgen op OBS de Perroen. In de afgelopen jaren hebben de meeste leerkrachten, meestal begeleid door (preventief) ambulante begeleiders en/of door het volgen van scholing, kennis en ervaring opgedaan met de begeleiding van deze kinderen. In de praktijk blijkt dat het begeleiden van kinderen die een groter beroep doen op de didactische vaardigheden van de leerkrachten goed vorm te geven is. Het is een zaak van goed klassenmanagement om op de juiste wijze tegemoet te komen aan de onderwijsbehoefte van deze kinderen. Een goede pedagogische afstemming met kinderen die een al dan niet gediagnosticeerde stoornis hebben, is gecompliceerder. De kennis over ADD en ADHD is, mede door een goede scholing, aanwezig. Het in de praktijk kunnen brengen van deze kennis is niet eenvoudig, omdat we o.a. te maken hebben met interactie tussen kinderen. Vooral als er sprake is van een aantal kinderen met ADHD of een Multi problematiek (bijvoorbeeld ADHD en dyslexie of ADHD en Asperger) vraagt dit veel van een leerkracht. De leerkracht van de Perroen zal in deze gevallen eerder aangeven handelingsverlegen te zijn. Educatief partnerschap is een belangrijk begrip in deze context. Ervaring leert dat het samen optrekken met de ouders, in gesprek blijven, samen keuzes maken, voor het kind bijzonder belangrijk is en daarmee ook voor de groep en de leerkracht. Brede basisondersteuning ASS problematiek Naast bovengenoemde zogenaamde ‘smalle’ basisondersteuning heeft OBS de Perroen de laatste jaren kennis en ervaring opgedaan in het geven van onderwijs aan kinderen met de ASS problematiek (aan autisme verwante stoornissen). We kunnen stellen dat het begeleiden van deze kinderen dusdanig goed verloopt dat wij ons hier graag verder op richten en specialiseren. Twee kinderen met een ASS stoornis in één groep blijkt wel een maximaal aantal te zijn voor een groep. Ook moet per aanmelding bekeken worden of de zwaarte van de te bieden zorg acceptabel is. Hoogebegaafdheid In de basisondersteuning is het onderwijs aan kinderen met een hogere intelligentie gegarandeerd op de Perroen. Omdat de laatste drie jaar er kleuters aangemeld werden waarvan de ouders aangaven dat hun kind een ontwikkelingsvoorsprong had, hebben de leerkrachten van de onderbouw zich hier op gericht. Januari 2013 hebben deze leerkrachten een meerdaagse scholing gevolgd bij mevr. Tessa Kieboom bij het CBO (Centrum voor Begaafdheidsonderzoek) in Antwerpen. Ook in de bovenbouw zijn er leerlingen die meer- of hoogbegaafd zijn, in ieder geval een andere uitdaging nodig hebben en op hun eigen denkniveau aangesproken moeten worden. Op teamniveau heeft er scholing plaatsgevonden en is beleid geformuleerd. Naast de Plusklas, bedoeld voor kinderen die regelmatig met gelijkgestemde kinderen moeten kunnen werken en voor wie het nodig is om te Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 7 Schoolondersteuningsprofiel leren leren, wordt er Frans gegeven aan leerlingen die deze ‘uitdaging’ goed kunnen gebruiken. Het onderwijsaanbod in de groep zelf is aangepast, maar behoeft nog verbetering. Wij willen de reeds opgedane expertise op het gebied van meer- en hoogbegaafdheid de komende jaren verder uitbouwen, zodat wij kinderen op dit terrein de ondersteuning kunnen bieden zie zij nodig hebben. Geen zorg In de inleiding is al beschreven dat in sommige situaties OBS de Perroen niet de zorg kan bieden waar een kind recht op heeft. Het kan zijn dat dit gedurende de loopbaan op onze school geconstateerd wordt. Samen met een externe deskundige gaan we dan op zoek naar een andere reguliere basisschool of school voor speciaal onderwijs (S.O. of speciaal basisonderwijs. (S.B.O.) Soms is bij een kennismaking al duidelijk dat wij die zorg niet kunnen bieden. Dat zal zijn bij kinderen met een fysieke beperking (doof, slecht ziend of blind) Kinderen met een andere fysieke beperking worden aangenomen als wij, na overleg met externen, weten dat wij het kind in ieder geval een aantal jaren kunnen begeleiden. Kinderen met een verstandelijke beperking , bijvoorbeeld met het syndroom van Down zullen slechts in zeer specifieke situaties worden aangenomen ( Bijvoorbeeld als het een broertje of zusje van een andere kind op de Perroen is en we ervan overtuigd zijn dat desbetreffend kind bij ons zich goed verder kan ontwikkelen, de groep waarin het kind geplaatst zal worden evenwichtig is en we voldoende externe begeleiding krijgen.) Ook kinderen met een ernstige angststoornis kunnen wij niet bieden waar zij recht op hebben. 4. Deskundigheid Basisondersteuning De laatste drie jaar heeft het maken en evalueren van, werken met groepsplannen veel aandacht gehad. De meeste leerkrachten zijn in staat doel- en handelingsgericht onderwijs te geven. Toch blijft dit aandachtspunt, omdat dit nog niet echt geïmplementeerd is. Het bespreken van de groepsplannen vindt sinds begin 2014 plaats tijdens de groepsbespreking. Dit is bijzonder effectief gebleken. Kinderen met een lagere, gemiddelde en hogere intelligentie zijn in dit groepsplan opgenomen. Dyslexie: Dankzij nascholing, zowel individueel, gericht op dyslexie, als schoolbreed, gericht op het geven van goed lees- en spellingonderwijs, en de aanschaf van extra ondersteunende materialen (o.a. sprint+) zijn de leerkrachten goed in staat kinderen met dyslexie te begeleiden. De huidige leerkrachten van groep 3 geven aan Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 8 Schoolondersteuningsprofiel specifieke kennis over dyslexie bij kinderen in groep 3 te missen. Een eerste scholingsbijeenkomst is gepland in april 2014. Een vervolg zal wenselijk zijn. Dyscalculie: Risicoleerlingen op het gebied van rekenen en wiskunde worden in het groepsplan in subgroep 2 opgenomen. Iedere leerkracht werkt met deze leerlingen vanuit eigen kennis en ervaring. In schooljaar 2012-2013 hebben Ingrid van Loon en Sandra Hellenbrand een korte nascholing gevolgd over dyscalculie. Davina Deiana heeft een scholing hierover gevolgd januari 2014. Met het team is deze kennis gedeeld. De rekenmethode ‘Rekenrijk’ voldoet niet meer aan de huidige kennis over het rekenonderwijs. Het traject naar een nieuwe rekenmethode is ingezet maart 2014. Het rekenonderwijs op de Perroen, m.n. gericht op de risicoleerlingen, is één van de speerpunten in het jaarplan 2014-2015. Kinderen met taal- en/of spraakproblemen: OBS de Perroen heeft nog weinig ervaring met kinderen met een spraak- en/of taal achterstand. In groep 7 zit een leerling die vanuit deze problematiek begeleid wordt vanuit een LGF. Op dit moment zitten in de kleutergroep 4 kinderen die op spraaken/of taalgebied een achterstand hebben. Expertise wordt in de komende jaren vanuit de praktijk opgebouwd. ADD en ADHD: Het hele team heeft oktober 2012 een viertal nascholingsbijeenkomsten (middagen) gevolgd over gedragsstoornissen bij Giel Vaessens. Deze waren voornamelijk gericht op het herkennen van gedrag van kinderen met ADD/ADHD/ODD en de aan autisme verwante stoornissen, om in gedrag en benadering beter af te kunnen stemmen op deze kinderen. September 2013 heeft de Perroen zich met Giel Vaessens gebogen over regels en het handhaven hiervan, om kinderen, met of zonder gedragsproblemen meer duidelijkheid en veiligheid te bieden. Deze regels zijn vastgesteld en geïmplementeerd. Goed omgaan met kinderen die opvallend, storend gedrag vertonen en sociaal emotionele vorming in het algemeen hebben in de laatste twee schooljaren veel aandacht gekregen op de Perroen. Er is een leerlingvolgsysteem aangeschaft (‘Op school’ )dat niet alleen het welzijn en het gevoel van veiligheid meet, maar ook handelingsplannen genereert uit deze ingevulde vragenlijsten. Er is een methode voor sociaal emotionele vorming aangeschaft (Goed gedaan), die goed gebruikt wordt in de groepen. Schoolbreed kan hier echter nog meer uitgehaald worden. Er zijn een 5 tal gedragsregels opgesteld. Deze vervingen de 25 regels en afspraken die door hun veelheid niet te handhaven waren. Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 9 Schoolondersteuningsprofiel Gedragsverandering proberen we zoveel mogelijk te realiseren door uit te gaan van positieve gerichte feedback onder het motto: alles wat je voedt, groeit. Brede basisondersteuning 1. ASS problematiek Enkele jaren geleden is een leerling met Asperger zijn hele schoolloopbaan leerling van OBS de Perroen geweest. In zijn kleuterperiode werd hij hele dagen individueel begeleid door externen. In de loop der jaren is deze begeleiding afgebouwd tot enkele uren per week. Bijna alle leerkrachten hebben deze leerling in de groep gehad en op deze wijze goed leren afstemmen op de begeleidingsbehoefte van kinderen vanuit deze problematiek. Vanuit deze basiskennis is het gemakkelijker gebleken om andere kinderen met deze stoornissen te herkennen en goed aan te kunnen sluiten. De scholing die Giel Vaessens gaf heeft het team de theoretische kennis rond deze stoornissen verdiept. 2. Kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong Door de aanmelding van kleuters, waarvan ouders aangaven dat er sprake was van een versnelde ontwikkeling bij hun kind, hebben de leerkrachten van de onderbouw een 2 daagse scholing gevolgd bij het CBO in Antwerpen. Deze kleuters worden nu sneller herkend en het aanbod beter afgestemd. Onderpresteren ligt nu nauwelijks meer op de loer. Het is zaak om dit aanbod van betekenisvolle en uitdagende opdrachten vol te houden als de kinderen ouder worden. De volgende specialistische deskundigheid heeft OBS de Perroen in huis: Gedragsspecialist: Marijke Jessen SEN (Special Education Needs) : Vivian Rikers, met als afstudeerspecialisatie: Hoog- en meerbegaafdheid Psychomotorische remedial teaching: Jean Pierre Guyaux 5. Verdere ontwikkeling In het komend schooljaar zal de ontwikkeling van OBS de Perroen, v.w.b. het geven van Passend Onderwijs zich verder richten op: Goed pedagogisch klimaat: Het geven van positieve, gerichte feedback. Scholing door team en invoeren van de Kanjertraining, gericht op o.a. voorkomen van pesten en het goed reageren op pestgedrag door volwassenen, team en ouders. Het schoolbreed vaker inzetten van ‘Goed gedaan’ Handelingsplannen vanuit ‘Op school’ in team bespreken. Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 10 Schoolondersteuningsprofiel Intervisie Rekenen en Wiskunde Visie op goed rekenonderwijs formuleren. Invoeren van een nieuwe rekenmethode. Scholing ‘Ernstige rekenproblemen en dyscalculie’ Meer- en hoogbegaafdheid Kennis over wat kinderen die meer- en hoogbegaafd zijn nodig hebben aan attitudes van leerkrachten. Uitbreiden van het aanbod (bv. filosofie) Doorgaande lijn in het aanbod en de afstemming van het onderwijs Verder realiseren van het geformuleerde beleid. Passend onderwijs op OBS de Perroen Pagina 11 Schoolondersteuningsprofiel