Raad van de Europese Unie Brussel, 4 april 2017 (OR. en) 8029/17 POLGEN 42 POLMAR 6 COMAR 12 AGRI 187 CLIMA 85 ENV 339 PECHE 141 RELEX 297 TRANS 141 INFORMATIEVE NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad nr. vorig doc.: 7348/1/17 REV 1 Betreft: Conclusies van de Raad "Internationale oceaangovernance: een agenda voor de toekomst van onze oceanen" Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over "Internationale oceaangovernance: een agenda voor de toekomst van onze oceanen", die op 3 april 2017 door de Raad (Landbouw en visserij) zijn vastgesteld. 8029/17 1 GIP 1B NL Conclusies van de Raad over "Internationale oceaangovernance: een agenda voor de toekomst van onze oceanen" DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, GEZIEN: – de conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van 21 en 22 juni 2007 1; – de mededeling van de Commissie "Een geïntegreerd maritiem beleid voor de Europese Unie", met bijbehorend actieplan, van 10 oktober 2007 2; – de conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van 14 december 2007 3; – de mededeling van de Commissie "Ontwikkeling van de internationale dimensie van het geïntegreerd maritiem beleid van de Europese Unie" van 15 oktober 2009 4; – de voortgangsverslagen van de Commissie over het geïntegreerd maritiem beleid van de EU van 15 oktober 2009 en 11 september 2012 5; – de conclusies van de Raad over de integratie van de maritieme bewaking van 17 november 2009 en 23 mei 2011 6; – de mededeling van de Commissie "Blauwe groei, kansen voor duurzame mariene en maritieme groei" van 13 september 2012 7; 1 2 3 4 5 6 7 11177/1/07 REV 1 14631/07 16616/07 14360/09 14363/09 en 13715/12 15176/2/09 REV 2 en 9250/11 13908/12 8029/17 2 GIP 1B NL – de op 8 oktober 2012 aangenomen verklaring van Limassol van de voor het geïntegreerd maritiem beleid bevoegde Europese ministers en de Europese Commissie over een mariene en maritieme agenda voor groei en werkgelegenheid 8; – de conclusies van de Raad over de toegevoegde waarde van macroregionale strategieën van 22 oktober 2013 9; – de conclusies van de Raad over het geïntegreerd maritiem beleid van december 2008, 16 november 2009, 14 juni 2010, 19 december 2011, 11 december 2012, 25 juni 2013 en 24 juni 2014 10, waarin wordt geconstateerd dat er een sterkere internationale oceaangovernance moet komen; – de verklaring van Galway over samenwerking met betrekking tot de Atlantische Oceaan van 24 mei 2013 11, waarbij een onderzoeksalliantie tussen de Europese Unie, Canada en de Verenigde Staten van Amerika tot stand wordt gebracht; – Richtlijn 2014/89/EU van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 tot vaststelling van een kader voor maritieme ruimtelijke planning 12; – de gezamenlijke mededeling van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie "Voor een open en veilig mondiaal maritiem domein: onderdelen voor een maritieme veiligheidsstrategie van de Europese Unie" van 6 maart 2014 13; – de conclusies van de Raad over het Verdrag inzake biologische diversiteit van 17 oktober 201614; – het besluit van de Raad van 15 maart 2016, waarbij machtiging wordt verleend tot het openen van onderhandelingen namens de Unie over de onderdelen van een ontwerptekst voor een juridisch bindend internationaal instrument, in het kader van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, betreffende de instandhouding en het duurzame gebruik van mariene biodiversiteit van gebieden buiten nationale jurisdictie 15; 8 9 10 11 12 13 14 15 DS 1594/2/12 REV 2 14926/13 + ADD 1 16503/1/08 REV 1, 15175/1/09 REV 1, 10300/10, 18279/11, 16553/12 + COR 1, 10790/13 en 11204/14 9429/1/13 REV 1 PB L 257 van 28.8.2014, blz. 135-145 7537/14 13398/14 6862/14 8029/17 3 GIP 1B NL – de strategie van de Europese Unie voor maritieme veiligheid van 24 juni 2014 16; – de gezamenlijke mededeling aan het Europees Parlement en de Raad "Een geïntegreerd EU-beleid voor het noordpoolgebied" van 27 april 2016 17; – de conclusies van de Raad over het noordpoolgebied van 20 juni 2016 18; – de conclusies van de Raad "Maak de cirkel rond - Een EU-actieplan voor de circulaire economie" van 20 juni 2016 19; – de integrale EU-strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie 20; – de conclusies van de Raad over de uitvoering van de integrale EU-strategie op het gebied van veiligheid en defensie van 14 november 2016 21; – de mededeling van de Commissie "De volgende stappen voor een duurzame Europese toekomst: Europese actie voor duurzaamheid" van 22 november 2016, 22; – de gezamenlijke mededeling van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie "Internationale oceaangovernance: een agenda voor de toekomst van onze oceanen" 23 van 10 november 2016. 16 17 18 19 20 21 22 23 11205/14 8408/14 10400/14 10518/14 10715/14 14149/14 14774/16 + ADD 1 14332/16 + ADD 1 8029/17 4 GIP 1B NL 1. VERWELKOMT de gezamenlijke mededeling over internationale oceaangovernance van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie als een tijdige en belangrijke bijdrage voor een samenhangende, sectoroverschrijdende, op regels gebaseerde internationale aanpak, en voor betere coördinatie tussen interne en externe aspecten van oceaangerelateerde beleidsterreinen van de EU en betere samenwerking op dat gebied, om ervoor te zorgen dat de oceanen veilig en beveiligd zijn, in stand worden gehouden en op duurzame wijze worden benut en beheerd; 2. HERINNERT AAN de essentiële rol van oceanen voor het leven op aarde, duurzame ontwikkeling, werkgelegenheid en innovatie; WIJST OP de toenemende druk op de oceanen: klimaatverandering, verzuring, eutrofiëring, biodiversiteitsverlies, verontreiniging, overexploitatie en illegale activiteiten, en IS VAN OORDEEL dat de EU en haar lidstaten meer moeten doen om de oceanen en de zeeën te beschermen tegen de negatieve gevolgen van deze druk, met name door het behoud en het duurzame gebruik van de oceanen en de daarin voorkomende rijkdommen te bevorderen, alsmede de vermogens tot klimaatmitigatie en -adaptatie te ontplooien, mariene ecosystemen in de wateren van de lidstaten te beschermen en alle types verontreiniging van het mariene milieu, met name door activiteiten op het land, te beperken; HERINNERT ERAAN dat de kaderrichtlijn mariene strategie de milieupijler van het geïntegreerd maritiem beleid vormt; 3. MOEDIGT de lidstaten, die samen met de EU rechtsmacht hebben over meer dan 10% van de wereldwijde oceaangebieden, AAN als mondiale actoren een leidende rol te blijven vervullen in het versterken van de internationale oceaangovernance, de op oceanen gerichte doelstelling (SDG14) van de universele VN-agenda voor duurzame ontwikkeling 2030 te verwezenlijken, en bij te dragen aan duurzame blauwe groei en maritieme veiligheid. Als verantwoordelijke gebruikers van de rijkdommen van de oceanen moeten de EU en haar lidstaten voortbouwen op hun ervaring met de ontwikkeling van een duurzame en geïntegreerde aanpak van oceaanbeheer, met name door middel van beleidsmaatregelen die bijdragen tot duurzame ontwikkeling en het geïntegreerd maritiem beleid (GMB); HERINNERT ER in dit verband AAN hoe belangrijk de rol, de invloed en de specifieke kenmerken van de ultraperifere regio’s en de landen en gebieden overzee (LGO's) zijn op het gebied van oceaangerelateerde aangelegenheden; 8029/17 5 GIP 1B NL I. Rechtskader 4. HERHALEND dat het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (Unclos) het rechtskader vormt waarbinnen alle activiteiten in de oceanen en zeeën moeten worden uitgevoerd en van strategisch belang is als grondslag voor de nationale, regionale en mondiale acties en samenwerking in de mariene sector, BENADRUKKEND dat alle activiteiten in de oceanen en zeeën, met name acties in het kader van het GMB, moeten stroken met de verdragen en het rechtskader dat is vastgesteld bij het Unclos, MEMOREERT het universele en geharmoniseerde karakter van het Unclos en BEKLEMTOONT dat maatregelen ter versterking van de internationale oceaangovernance dienen te stoelen op het rechtskader dat is ingesteld bij het Unclos, alsmede bij regionale zeeverdragen, regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB's), toepasselijke multilaterale milieuovereenkomsten en andere toepasselijke internationale instrumenten; 5. BEVESTIGT zijn steun voor het lopende VN-proces betreffende onderhandelingen over een nieuwe juridisch bindende uitvoeringsovereenkomst in het kader van het Unclos inzake de instandhouding en het duurzame gebruik van mariene biodiversiteit in gebieden buiten de nationale jurisdictie; MEMOREERT het op 22 maart 2016 aangenomen besluit van de Raad 24; ROEPT de Algemene Vergadering ERTOE OP om vóór het einde van haar 72e zitting een intergouvernementele conferentie 25 te starten om de tekst van een internationaal juridisch bindend instrument uit hoofde van het verdrag op te stellen; 6. IS INGENOMEN MET de toezegging van de Commissie om maatregelen voor te stellen die de doeltreffendheid van de bestaande ROVB's moeten ondersteunen en versterken, en in voorkomend geval de governance ervan moeten verbeteren; 24 25 Besluit (EU) 2016/455 van de Raad van 22 maart 2016 waarbij machtiging wordt verleend tot het openen van onderhandelingen namens de Unie over de onderdelen van een ontwerptekst voor een juridisch bindend internationaal instrument, in het kader van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, betreffende de instandhouding en het duurzame gebruik van mariene biodiversiteit van gebieden buiten nationale jurisdictie. Onder de auspiciën van de Verenigde Naties, met het mandaat om te onderhandelen over een overeenkomst voor de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, betreffende de instandhouding en het duurzame gebruik van mariene biodiversiteit van gebieden buiten nationale jurisdictie. 8029/17 6 GIP 1B NL 7. ONDERKENT de dringende behoefte aan mondiale inspanningen, met name in het kader van de Overeenkomst van Parijs inzake klimaatverandering, ter verlaging en voorkoming van de grote risico's ten gevolge van klimaatverandering en de milieueffecten in het noordpoolgebied, die vooral door wereldwijde activiteiten worden veroorzaakt; MEMOREERT zijn op 20 juni 2016 aangenomen conclusies 26; VERWELKOMT de deelname van de EU aan de onderhandelingen over een internationale overeenkomst ter voorkoming van ongereglementeerde visserij in het centrale deel van de Noordelijke IJszee; 8. VERZOEKT de lidstaten zich meer in te spannen voor de ondertekening, ratificatie en effectieve tenuitvoerlegging van belangrijke mondiale en regionale instrumenten voor oceaangovernance die moeten zorgen voor een gelijk speelveld, en VERZOEKT de Commissie en de lidstaten meer te doen om hun samenwerking te verbeteren, onder meer door beste praktijken te delen en te zorgen voor coördinatie tussen internationale, regionale en sectorale organisaties die zich bezighouden met oceaangerelateerde aangelegenheden; ROEPT OP tot grotere inspanningen om tot een steeds samenhangender aanpak te komen tussen de interne en de externe aspecten van oceaangerelateerde beleidsmaatregelen van de EU en haar lidstaten, bijvoorbeeld door meer synergieën met regionale strategieën na te streven; 9. BENADRUKT dat de exploratie en exploitatie van minerale rijkdommen in de zeebodem in gebieden binnen en buiten de nationale jurisdictie erop gericht moeten zijn mogelijke risico's voor het milieu te onderkennen en te voorkomen of te beperken; II. Sociale dimensie 10. BENADRUKT hoe belangrijk het is banen in het zeevervoer, het toerisme, de visserij en andere sectoren te ondersteunen, en BEVESTIGT dat een gelijk speelveld op de arbeidsmarkt moet worden bevorderd en dat moet worden gezorgd voor een eerlijke behandeling door de desbetreffende internationale overeenkomsten zoals het Maritiem Arbeidsverdrag van de IAO (2006) en het Verdrag betreffende werk in de visserijsector (2007) daadwerkelijk toe te passen; 26 10172/1/16 REV 1 8029/17 7 GIP 1B NL III. Strategische kaders, partnerschappen en samenwerking binnen de EU en met derde landen 11. HERINNERT AAN de toezegging van de EU en haar lidstaten om de universele VN-Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling uit te voeren op een alomvattende, consistente en holistische manier, zowel binnen als buiten de EU, onder meer wat betreft de doelstelling inzake de instandhouding en het duurzame gebruik van de oceanen (SDG 14), ermee rekening houdend dat de SDG's onderling geïntegreerd en ondeelbaar zijn; HOOPT OP vorderingen in de richting van een strategische aanpak ter verwezenlijking van duurzame ontwikkeling in Europa en de wereld; ONDERKENT dat samenwerking op regionaal niveau een betekenisvolle bijdrage kan leveren aan de verwezenlijking van de SDG 14; 12. HERINNERT AAN de doelstelling, in het kader van de integrale strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie, om een aan regels onderworpen goed bestuur op zee te bevorderen; ENGAGEERT ZICH ERTOE om het concept vreedzame beslechting van maritieme geschillen en de mechanismen voor geschillenbeslechting van het Unclos, waaronder het Internationaal Hof voor het Recht van de Zee (Itlos) en het Internationaal Gerechtshof, alsmede de volledige uitvoering van beslissingen van de rechterlijke instanties die krachtens het Unclos zijn ingesteld of waarnaar het Unclos verwijst, uit te dragen in de politieke dialogen van de EU en haar lidstaten met derde landen en regionale organisaties; 13. MOEDIGT DE COMMISSIE AAN om per geval aan de Raad initiatieven voor te stellen met het oog op de ontwikkeling van oceaanpartnerschappen met belangrijke internationale partners, als een middel om een betere mondiale governance en beleidscoherentie met betrekking tot de oceanen te bewerkstelligen, voortbouwend op bestaande bilaterale samenwerkingskaders zoals de dialogen op hoog niveau over visserij en maritieme zaken en met inachtneming van de in de integrale EU-strategie vervatte prioriteiten voor mondiale governance voor de 21e eeuw; 14. ROEPT de Commissie, de EDEO en de lidstaten OP gebruik te maken van hun ontwikkelingsbeleid om, in samenwerking met internationale organisaties en andere relevante partners en belanghebbenden, een betere oceaangovernance, een betere instandhouding en een beter herstel van de biodiversiteit te bevorderen en hiervoor capaciteit op te bouwen, de (cumulatieve) druk op de oceanen te verminderen en de ontwikkeling van duurzame blauwe economieën en duurzame visserij te bevorderen; 8029/17 8 GIP 1B NL IV. Maritieme beveiliging 15. ONDERSTEUNT het consistente gebruik en de verdere ontwikkeling van alle bestaande toepasselijke EU- en internationale instrumenten en operationele oplossingen om sectoroverschrijdende samenwerking te faciliteren, zoals de gemeenschappelijke gegevensuitwisselingsstructuur (CISE), SafeSeaNet en andere geïntegreerde maritieme systemen en diensten om de uitwisseling van informatie tussen de EU en de lidstaten te bevorderen; ONDERSTREEPT het belang van onverwijlde samenwerking tussen de nationale autoriteiten en de drie agentschappen (Frontex, het EMSA en het EFCA), overeenkomstig hun respectieve mandaten, en met name om de gezamenlijke capaciteit voor maritieme bewaking op basis van geavanceerde technologie operationeel te maken. Dit zal bijdragen tot een betere bewaking in gebieden zoals het centrale en oostelijke Middellandse Zeegebied; 16. IS ZICH BEWUST VAN de vorderingen die de EU en haar lidstaten tot dusver hebben gemaakt met de uitvoering van de EU-strategie voor maritieme veiligheid (EUSMV) en het bijbehorende actieplan, alsmede inzake de uitvoering van regionale maritieme strategieën zoals die met betrekking tot de Golf van Guinee en de Hoorn van Afrika, om maritieme bedreigingen en risico's te beperken en aan te pakken, en MOEDIGT de permanente uitvoering ervan AAN; HERINNERT ERAAN dat het EUSMV-actieplan een plan van voortschrijdende aard is, waarvan de vorderingen worden geëvalueerd en dat kan worden herzien om rekening te houden met actuele ontwikkelingen en voltooide acties waarvoor de doelstellingen zijn gehaald; V. Klimaat 17. IS INGENOMEN MET de inspanningen van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) om technische samenwerking en capaciteitsopbouw te bevorderen met als doel te zorgen voor de effectieve uitvoering en handhaving van de desbetreffende internationale instrumenten, met name door uitvoering te geven aan de gezamenlijke projecten van de EU en de IMO voor de opbouw van capaciteit voor klimaatmitigatie; 8029/17 9 GIP 1B NL 18. VERZOEKT de lidstaten om, samen met de Commissie, werk te maken van de vaststelling, in 2018, van een ambitieuze eerste IMO-strategie inzake de beperking van de uitstoot van broeikasgassen van schepen, daarbij rekening houdend met de "ruim onder de 2°C"doelstelling van de Overeenkomst van Parijs, die verdere maatregelen op korte, middellange en lange termijn bevat ter bepaling van de bijdrage van de scheepvaartsector aan de internationale inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen; VERZOEKT daartoe de lidstaten en de Commissie toenadering te zoeken tot derde landen en industrietakken om een ambitieuze strategie aangenomen te krijgen in het voorjaar van 2018, capaciteitsopbouw te ondersteunen, met inbegrip van initiatieven waaruit de voordelen van decarbonisatie van de scheepvaartsector blijken, en onderzoek en investeringen te bevorderen opdat geen enkel land achterblijft bij de aanpak van de klimaatverandering; 19. WIJST OP de essentiële rol van oceanen voor het klimaat van de aarde en op de rol van ecosystemen op zee en aan de kust om het leven op aarde in stand te houden, die voorzien in een scala van ecosysteemdiensten zoals de opslag van koolstof en het beperken van de gevolgen van de klimaatverandering; en BENADRUKT het belang van goed functionerende ecosystemen om de natuurlijke veerkracht ten aanzien van de negatieve gevolgen van klimaatverandering te verhogen en het risico voor kustgemeenschappen, bijvoorbeeld op kleine eilanden, in insulaire regio's, en in ultraperifere gebieden te beperken; HERINNERT AAN het belangrijke werk dat de EU en haar lidstaten hebben verricht in het kader van de uitvoering en monitoring van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering; BENADRUKT de noodzaak om hierin het voortouw te blijven nemen; BESCHOUWT de Overeenkomst van Parijs als een mijlpaal in de strijd tegen de klimaatverandering; ROEPT ERTOE OP het thema oceanen verder te integreren in de werkzaamheden van het Intergouvernementeel Panel over klimaatverandering; STEUNT het idee om uiterlijk in 2020 internationale publiek-private partnerschappen op te zetten met als doel "groen/blauwe infrastructuur" (ecosystemen op zee en aan de kust) te herstellen, aan te passen of te ontwikkelen; 20. STEUNT de ontwikkeling van allianties tussen gouvernementele, intergouvernementele en maatschappelijke organisaties en wetenschapsinitiatieven, met name het "Ocean and Climate Platform", die zich toespitsen op de rol van de oceanen in de agenda voor mondiale klimaatactie (Global Climate Action Agenda) en bij de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs, en op de ontwikkeling van oceaangerelateerde projecten; MOEDIGT de ontwikkeling van hernieuwbare mariene-energieprojecten AAN; ONDERKENT de integratie van oceaangerelateerde acties in de nationale follow-up van verbintenissen die zijn aangegaan in het kader van de Overeenkomst van Parijs; 8029/17 10 GIP 1B NL VI. Milieu 21. SPREEKT ZIJN WAARDERING UIT voor het internationale leiderschap van de EU bij het maken van concrete vorderingen in de strijd tegen illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO), en voor haar vastbeslotenheid om uitvoering te geven aan doeltreffende maatregelen tegen IOO-visserij; HERINNERT AAN de inspanningen van de EU om haar internationale acties tegen IOO-visserij te versterken op bilateraal, regionaal en multilateraal niveau, onder meer door de voortzetting van bilaterale dialogen met derde partners, door gebruik te maken van instrumenten voor het opsporen van vaartuigen en door ervoor te zorgen dat belangrijke internationale agentschappen zoals Interpol een grotere rol kunnen vervullen; ROEPT de autoriteiten van de lidstaten ertoe OP actief steun te verlenen aan de werkzaamheden van de Commissie om een elektronisch instrument voor het beheer van vangstcertificaten tot stand te brengen; IS ZICH BEWUST van de negatieve gevolgen van schadelijke visserijsubsidies, overbevissing, overcapaciteit en IOO-visserij, HERINNERT in het verlengde van SDG 14 en de bijbehorende subdoelstellingen 4 en 6 AAN de inspanningen van de EU tijdens multilaterale onderhandelingen in de Wereldhandelsorganisatie om schadelijke visserijsubsidies te verbieden, en MOEDIGT de Commissie en de lidstaten AAN bij andere WTO-leden steun te zoeken voor het voorstel dat de EU in oktober 2016 bij de WTO heeft ingediend; 22. HERHAALT de noodzaak van verdere maatregelen op nationaal, regionaal en mondiaal niveau om te voorkomen dat zeezwerfvuil, en met name kunststoffen en microplastics, in het mariene milieu terechtkomen, teneinde tegen 2020 tot een significante vermindering te komen; IS VAN OORDEEL dat het ecologisch ontwerp van kunststoffen en kunststofproducten, alsmede een goed beheer van alle afvalstoffen, waaronder kunststoffen, essentieel zijn om vervuiling te voorkomen; IS VERHEUGD OVER de vrijwillige initiatieven van het bedrijfsleven; ROEPT de Commissie OP krachtige maatregelen voor te stellen om de introductie van macro- en microplastics in het mariene milieu terug te dringen, als onderdeel van de uiterlijk voor 2017 aangekondigde strategie inzake kunststoffen, waaronder een voorstel om een verbod op microplastics in bijvoorbeeld producten voor persoonlijke verzorging en detergenten in te stellen en voorstellen om, in voorkomend geval, andere producten die zeezwerfvuil genereren tegen te gaan, met inachtneming van de lopende werkzaamheden in het kader van regionale zeeverdragen, namelijk het OSPAR-Verdrag, het Verdrag van Helsinki, het Verdrag van Barcelona en het Verdrag van Boekarest; en tevens rekening te houden met CBD-besluit XIII/10 van het Biodiversiteitsverdrag inzake zeezwerfvuil en met Resolutie 2/11 van de Milieuvergadering van de Verenigde Naties inzake kunststofzwerfvuil in zee en microplastics; ONDERKENT de noodzaak van verdere maatregelen ter beperking van de negatieve gevolgen voor het mariene leven van achtergelaten, verloren of anderszins weggegooid vistuig; 8029/17 11 GIP 1B NL 23. BEVESTIGT dat de bescherming van het mariene milieu erop vooruit is gegaan doordat het lozen van scheepsafval en ladingresiduen in zee is verminderd dankzij de uitvoering en handhaving van de richtlijn inzake havenontvangstvoorzieningen en de toepassing van de richtsnoeren voor de interpretatie van deze richtlijn; VERZOEKT de lidstaten ervoor te zorgen dat adequate en toereikende havenontvangstvoorzieningen voor scheepsafval en ladingresiduen beschikbaar zijn, en ZIET UIT naar de resultaten van de aan de gang zijnde evaluatie van de richtlijn inzake havenontvangstvoorzieningen; 24. VERWELKOMT de toenemende wereldwijde belangstelling voor maritieme ruimtelijke planning (MRP) en de ervaring die de EU en haar lidstaten hiermee hebben opgedaan, met name door de uitvoering van de richtlijn inzake maritieme ruimtelijke planning; ZIET UIT NAAR overleg met de IOC-Unesco met het oog op de verdere ondersteuning, in de passende institutionele context, van de internationale MRP-richtsnoeren, alsmede de vergaring en uitwisseling van ervaringen en beste praktijken met betrekking tot MRP; MOEDIGT de Commissie en de lidstaten ertoe AAN ecosysteemgebaseerde MRP te blijven bevorderen en uit te voeren, onder meer door relevante beleidsmaatregelen en partnerschappen in de passende institutionele context te ontwikkelen; VII. Biodiversiteit 25. ERKENT dat aanzienlijke vorderingen moeten worden gemaakt met het oog op het verwezenlijken van de mondiale doelstelling om 10% van de kust- en mariene gebieden, vooral de gebieden die van bijzonder belang zijn voor de biodiversiteit en de ecosysteemdiensten, in stand te houden door middel van effectieve en op billijke wijze beheerde, ecologisch gezien representatieve en goed verbonden systemen van beschermde gebieden en andere effectieve gebiedsgebonden instandhoudingsmaatregelen, geïntegreerd in de bredere land- en zeegezichten. ROEPT de EU en haar lidstaten OP het voortouw te nemen, bijvoorbeeld bij het opvoeren van de inspanningen om deze doelstelling snel te verwezenlijken en daarbij rekening te houden met het beginsel beste beschikbare wetenschappelijke informatie en het voorzorgsbeginsel; 26. ERKENT de zeer belangrijke rol van koraalriffen en mangroves die tal van voordelen bieden, onder meer voor klimaatadaptatie en -mitigatie en het bereiken van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen in het kader van de Agenda 2030; WIJST OP de belangrijke rol van natuurlijk en cultureel erfgoed met betrekking tot economische ontwikkeling en het scheppen van banen; 8029/17 12 GIP 1B NL 27. IS INGENOMEN MET het voornemen van de Commissie om maatregelen voor te stellen die bijdragen tot de doeltreffendheid en de uitbreiding van beschermde mariene zones in de hele wereld, door de uitwisseling van beste praktijken te propageren, steun te verlenen voor de opbouw van coherente netwerken, regionale en internationale samenwerking aan te moedigen, houdbare financieringsmechanismen op de lange termijn voor beschermde mariene zones te ontwikkelen, de laatste hand te leggen aan een twinning-project voor beschermde mariene zones waardoor de uitwisseling van beste praktijken wordt vergemakkelijkt, en door binnen de grenzen van de beschikbare middelen te voorzien in financieringsmogelijkheden voor marien onderzoek, uit hoofde van de Horizon 2020- en de LIFE-programma's; 28. MEMOREERT de Aichi-biodiversiteitsdoelstelling dat uiterlijk in 2020 alle vissen, ongewervelde dieren en waterplanten duurzaam, legaal en volgens de ecosysteemgerichte aanpak beheerd en geoogst worden, zodat overbevissing wordt voorkomen, herstelplannen en -maatregelen uitgevoerd worden voor alle overbeviste soorten, de visserij geen ernstige negatieve effecten heeft op bedreigde soorten en kwetsbare ecosystemen, en de gevolgen van de visserij voor de bestanden, soorten en ecosystemen binnen aanvaardbare ecologische grenzen blijven; BEVORDERT op internationaal niveau de Europese aanpak voor het beheer van biologische rijkdommen van de zee, zoals die is ontwikkeld in het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB); VIII. Wetenschap en onderzoek 29. MOEDIGT de Commissie AAN in haar voornemen om maatregelen voor te stellen die activiteiten op het gebied van marien en maritiem onderzoek en innovatie in het kader van Horizon 2020 en het vervolgprogramma daarvan verder moeten versterken, alsmede om initiatieven in te dienen voor meer internationale samenwerking op het gebied van marien en maritiem onderzoek en innovatie; ROEPT de Commissie en de lidstaten OP het uitwisselen van wetenschappelijke kennis te bevorderen als een belangrijke bijdrage tot de bescherming en het duurzame gebruik van de oceanen; en VERZOEKT de Commissie initiatieven voor te stellen om de ontwikkeling van marien en maritiem onderzoek en wetenschappelijke partnerschappen per geval te faciliteren in nauwe samenwerking en in synergie met de betrokken autoriteiten in de lidstaten, en voort te bouwen op bestaande kaders zoals de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES) en op succesvolle initiatieven uit het verleden, zoals de trans-Atlantische alliantie voor oceaanonderzoek, het gemeenschappelijk onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma voor de Oostzee (Bonus), en de strategische onderzoeks- en innovatieagenda voor het Middellandse Zeegebied (Blue MED); 8029/17 13 GIP 1B NL 30. ZIET UIT naar de Commissievoorstellen om onderzoeks- en observatieactiviteiten van de EU te coördineren met internationale partners, en na te gaan hoe de kwaliteit van het onderzoek kan worden verbeterd, onder meer door de uitbreiding van bestaande onderzoeks- en observatie-instrumenten en -activiteiten van de EU, zoals het Europees marien observatieen datanetwerk (EMODnet) met het oog op het opzetten van een gemeenschappelijke gegevensbank, het Europees programma voor aardobservatie (Copernicus), het Europees mondiaal oceaanobservatiesysteem (EuroGOOS), en het initiatief voor gezamenlijke programmering "Gezonde en productieve zeeën en oceanen" (JPI Oceans), dit alles met de doelstelling om een internationaal marien en maritiem datanetwerk op te zetten, en MOEDIGT de verdere ontwikkeling van onderzoeks- en beleidsinitiatieven AAN met het oog op het uitbouwen van een geïntegreerd rekeningsysteem voor natuurlijk kapitaal en ecosysteemdiensten; IX. Slotbepalingen 31. ZIET UIT naar de voorstellen en initiatieven van de Commissie, in volledige overeenstemming met de respectieve bevoegdheden van de EU en haar lidstaten en de institutionele en procedurele vereisten van de Verdragen, en met inachtneming van het toepasselijke internationale rechtskader; 32. IS INGENOMEN MET de VN-conferentie over oceanen "Our Oceans, our future: partnering for the implementation on Sustainable Development Goal 14" (onze oceanen, onze toekomst: partnerschappen aangaan voor de verwezenlijking van duurzame-ontwikkelingsdoelstelling 14), die van 5 tot en met 9 juni 2017 te New York zal worden gehouden; 33. IS ERMEE INGENOMEN dat de EU de vierde bijeenkomst van de Conferentie "Our Ocean" op 5 en 6 oktober 2017 in Malta organiseert, en ZIET UIT naar vrijwillige toezeggingen van alle deelnemers voor veilige, beveiligde, schone en duurzaam beheerde oceanen. 8029/17 14 GIP 1B NL