Economische crisis Tegenwoordig hebben we af en toe een kleine dip in de wereld economie, soms groeit zo’n dip uit tot een zware recessie, waarin grote én kleine bedrijven in de moeilijkheden komen. Dan word altijd personeel ontslagen, waardoor uiteindelijk een grote werkeloosheid ontstaat. Zo hadden we vanaf eind 2007 ook een zwaar dieptepunt in de economie. Maar hoe ontstond deze recessie, en hoe gaan we dit in de toekomst voorkomen? Eind 2007 komt de wereld economie in grote problemen wanneer de huizenmarkt instort en de mensen hun hypotheken (voor bijvoorbeeld hun huis) niet meer kunnen betalen, waardoor hypotheekbanken op het punt staan failliet verklaard te worden, doordat ze geen geld meer binnen krijgen. Op 7 september 2008 nationaliseerd de Amerikaanse overheid de twee grootste hypotheekbanken (Fannie Mae en Freddie Mac) om ze uit de financiële problemen te halen en erger te voorkomen. Op 15 september 2008 kan ook effectenmarkt Lehman Brothers niet meer uit de problemen blijven, en gaat failliet. Bellegers verliezen hun vertrouwen in de markt, daardoor komt de de aandelenbeurs Als het ware in een ‘vrije val’. Door de sterke verbondenheid tussen de internationale financiele markten, Komen de Europese en Aziatische banken in 2008 ook in de problemen. Hierdoor kunnen bedrijven (bijna) geen kredieten meer krijgen omdat het vertrouwen in de economie daalt. Hiedoor komt het bedrijfsleven dus ook in de problemen, en word de crisis alleen maar groter. Toen in 2009 eindelijk een einde kwam aan de economische crisis, kwam er een nieuw probleem aan het licht: de schuldencrisis van Griekenland. Deze crisis bestaat nu nog steeds want het is moeilijk te bestrijden, omdat: als Europa geen steun geeft aan Griekenland,zij zich niet aan de regels houden omdat ze hebben afgesproken in verdragen dat Europese Unie landen elkaar zouden helpen in moeilijke tijden. Én als ze niet zouden helpen daalt de waarde van de Euro, en dat wil de Europese Unie ook niet! Tegenwoordig proberen we een economische crisis te voorkomen door goed samen te werken. De Europese-Unie landen betalen eens in de tijd een bijdrage aan het IMF (Internationaal Monetair Fonds). Het IMF leent dan het geld uit aan landen die het geld nodig hebben. Het IMF richt zich op: 1. het promoten van monetaire samenwerking en stabiliteit. 2. het bewaken van econmische groei, het wisselkoerssysteem en de werkgelegenheid (via jaarlijkse rapporten). 3. tijdelijke financiële hulp aan landen om tekorten op de betalingsbalans te corrigeren. Zo hebben de betrokken landen de nodige tijd om binnenlandse maatregelen uit te voeren. Bij toetreding tot het IMF betaalt het betreffende land een quota (lidgeld). Bij de vaststelling van het quota word rekening gehouden met het BBP (Bruto Binnenlands Product). Om de vijf jaar worden de quota's herbekeken en eventueel aangepast. In 2008 had het IMF 185 lidstaten, en heeft 107 miljard dollar in leningen uitstaan aan 87 landen.