Dit concert is mede mogelijk dankzij een financiële bijdrage van het Elise Mathilde Fonds Welkom Hartelijk welkom in deze Lutherse Kerk bij ons concert ter gelegenheid van de start van de Tour in Utrecht. Ons koor brengt muziek uit alle tijden en alle windstreken en in vele talen. Bij het vorige concert zongen we ter gelegenheid van Allerzielen het Requiem van Gabriel Fauré en stukken van Schütz, Brahms, en Monteverdi. Dit concert is volstrekt anders. Nu is het thema de “Grand Départ” van de Tour de France in Utrecht en zingen we muziek van Nederlandse, Belgische en Franse componisten uit de negentiende, twintigste en eenentwintigste eeuw. Er zijn gedichten van Paul van Ostaijen en verhalen van verteller Bastiaan de Zwitser. Het is een luchtig en vrolijk concert, maar met donkere ondertonen zoals die ook bij de Tour voorkomen. We wensen u veel luisterplezier. En mocht u dan denken ‘dat lijkt me nou een leuk koor!’ én u hebt koorervaring, kijk dan eens op www.kamerkoor-4bij4.nl. U bent van harte welkom. Paul Verhagen, voorzitter Kamerkoor 4bij4 Meer informatie over Kamerkoor 4 bij 4 vind je op www.kamerkoor-4bij4.nl. Via de site kun je je ook opgeven als geïnteresseerde alt, tenor of bas. We nemen dan snel contact met je op. Dit boekje werd samengesteld en vormgegeven door Veronique Huijbregts, Ton van Ling, Hugo Mutsaers en Paul Verhagen. Concert Kamerkoor 4bij4 Dag Ventje met de Fiets Lutherse Kerk, Utrecht Zondag 21 juni 2015 Dirigent Gerrit Maas Solisten Caroline Kuijpers, piano Linda Vink, sopraan Verteller Bastiaan de Zwitser Kamerkoor 4 bij 4 Sopranen Jeltje Berends Saskia Frankema Jolanda van de Logt Saskia Looijen Florentine Sikkel Saskia Wubbolts Gera Zoer Alten Saskia Davids Brenda van Garden Veronique Huijbregts Hetty Klompé Marjan Kylstra Teddy Steen Marleen van Venrooij Tenoren Ben Driever Eelco Grimm Fons Klaase Rob den Heijer (projectzanger) Bassen Ton van Ling Hugo Mutsaers Hugo Quené Paul Verhagen PROGRAMMA Joost Termont (1962) Marc groet 's morgens de dingen. Deel 1: Het vertrek van Gaston Vincent d' Indy (1851-1931) Gentil coqu’licot Maurice Ravel (1875-1931) Nicolette Maurice Ravel Trois beaux oiseaux Kurt Bikkembergs (1963) Wals van kwart voor middernacht Kurt Bikkembergs Polonaise Henk Badings (1907-1987) Soir d’été Deel 2: de drie ontmoetingen Vic Nees (1936-2013) Sporting Saraband Maurice Ravel Ronde Francois-Auguste Gevaert (1828-1908) L’abandonnée Francois-Auguste Gevaert La vache égarée Deel 3: De achtervolging Henk Badings La nuit en mer Johan Wagenaar (1862-1941) Calme des nuits Vic Nees Sur le pont d'Avignon Albert de Klerk (1917-1998) Streets Deel 4: Finale in Parijs Kurt Bikkembergs Boere-Charleston Kamerkoor 4 bij 4 Kamerkoor 4 bij 4 werd in 1986 opgericht door studenten die in het voormalige Rosaklooster woonden, tussen Vecht en Lauwerecht. Het koor heette aanvankelijk Rosaria. Het repeteerde in de kloosterkeuken, die een oppervlakte had van 4 bij 4 meter. Omdat elke stemgroep ook vier leden had, was het bíjna logisch dat de naam Rosario in ‘4 bij 4’ veranderde. Inmiddels telt ons kamerkoor meer leden. Wat onveranderd is gebleven is dat we allemaal enthousiaste zangers zijn, met stevige ambities. We vertolken een gevarieerd repertoire. Sinds 2012 doen we dat onder de inspirerende leiding van Gerrit Maas. Gerrit Maas, dirigent Gerrit Maas is koor- en orkestdirigent. Hij studeerde muziekwetenschap aan de Universiteit Utrecht en orkestdirectie bij Lucas Vis aan het Conservatorium van Amsterdam. Daarnaast volgde hij directielessen bij Jos Vermunt en Johan Rooze, en masterclasses bij onder andere Helmuth Rilling, Georg Grün en Jorma Panula. Gerrit debuteerde op zeventienjarige leeftijd als dirigent van een schoolvoorstelling van Mozarts Zauberflöte. In 2009 sloot hij zijn conservatoriumstudie af met twee uitvoeringen van Beethovens Negende Symfonie. In het verleden werkte hij met kamerkoor Concerto Cherise en met Studenten Philharmonisch Orkest Muse Art. Hij leidde ensembles van het Conservatorium van Amsterdam in vocale werken van Monteverdi en in nieuw werk van Jacob ter Veldhuis voor saxofoonorkest en elektronica. Als repetitor en assistent-dirigent werkte hij onder meer met het Toonkunstkoor Amsterdam, Philharmonisch Orkest Mozart en het Utrechts Studenten Koor en Orkest. Gerrit is de vaste dirigent van Vocaal Ensemble Kwarts in Haarlem, de Christelijke Oratorium Vereniging Zaanstreek, Kamerkoor 4 bij 4 en Vocalise in Ede. Hij leidt de Utrechtse Bachcantatediensten in de Geertekerk en is organist in de Thomaskerk in Zeist. Daarnaast is hij actief als continuospeler op klavecimbel, orgel en contrabas. Verteller Bastiaan de Zwitser Verhalen vertellen is zo oud als de mensheid. Iedereen doet het, ook verhalenverteller Bastiaan de Zwitser. Bastiaan is geboren in Nederland maar groeide op in de romantische sagenwereld van Zwitserland. Tussen de reusachtige bergen en de feeërieke weiden ging hij wandelen met draken van leraren, dronk hij appelsap met duivels mooie meiden en raakte hij betoverd door hun verhalen. Sindsdien laten die verhalen hem niet meer los en moet hij ze doorvertellen. Als u wilt, vertelt hij ze ook aan u en de uwen. www.bastiaan.com Pianiste Caroline Kuijpers Caroline behaalde haar diploma docerend musicus bij Polo de Haas aan het Utrechts Conservatorium en het diploma uitvoerend musicus bij Matthijs Verschoor aan het Amsterdams Conservatorium. Daarnaast volgde zij masterclasses bij John Bingham. Caroline treedt op met verschillende kamermuziekensembles, werkt veel met zangers en is als pianist verbonden aan meerdere zangkoren. Zij treedt ook op als solist, vaak met muziek van Claude Debussy en Maurice Ravel. Van die laatste speelt ze het pianoconcert voor de linkerhand. Daarnaast werkt ze parttime als projectcoördinator muziek bij Stichting Kunstzinnige Vorming te Rotterdam. Sopraan Linda Vink Linda kreeg vanaf haar achtste jaar vioollessen bij Jörgen Rodenmeijer en Amerentia van Lammeren. In het jongerenkoor Non Solus ontdekte ze haar passie voor zingen. Ze volgde zanglessen bij Lourens Krouwel en Gera van Heezik-Douw en vanaf 2012 bij de Bulgaarse sopraan Dobrinka Yankova. Linda volgt nu aan de bacheloropleiding Klassiek Zang op het Utrechts Conservatorium, met haar hoofdvak bij Dobrinka Yankova. De componisten Joost Termont (1962) Joost Termont groeide op in een muzikale familie. Hij studeerde aan de muziekacademie van Mariakerke in Gent en aan het Lemmensinstituut in Leuven. In 1984 behaalde hij het diploma orgel en muziekpedagogie. Van 1988 tot 2006 was hij organist van het Koninklijk Sint-Pieterszangkoor en bij de Zusters van het Heilig Graf in Leuven. Hij zong in vooraanstaande koren en vocale ensembles en werkte mee aan veel muziekopnames van concerten, missen en opera’s. Termont is leraar orgel, begeleidingspraktijk en AMT aan het Stedelijk Conservatorium voor Muziek, Woord en Dans in Hasselt. Vincent d’Indy (1851-1931) De Franse componist, muziekpedagoog en muziektheoreticus Vincent d’Indy was afkomstig uit een adellijke en muzikale familie in Vivarais (Ardèche). Hij speelde piano, cello, cornet en slagwerk en werkte in verschillende orkesten. D'Indy's composities zijn sterk beïnvloed door Wagner. Na zijn studie aan het Conservatoire de Paris werd hij in 1875 organist van de kerk St. Leu-La-Foret in Parijs. Hij was voorts tweede paukenist in het orkest van Édouard Colonne en, tot 1878, koordirigent van de Concerts Colonne. Succesvolle premières van zijn opera's Fervaal (1897) en L'Étranger (1903) en belangrijke orkestwerken zoals de Istar-Variaties (1896) en de Tweede Symfonie (1903) gaven hem bekendheid bij een breder publiek. Naast zijn werk als docent aan de Schola Cantorum was hij van 1912 tot 1929 professor aan het Conservatoire National Supérieur de Musique in Parijs. Maurice Ravel (1875-1931) Ravel, zoon van een Zwitserse vader en een Baskische moeder, voelde zich het meest thuis in Baskenland. Na zijn middelbare school in Parijs studeerde hij piano aan het conservatorium, waar hij mee op moest houden, omdat hij het talent daarvoor miste. De studie compositie die hij daarna volgde was evenmin een groot succes. In 1910 richtte Ravel de Société Musicale Independante op, waar hij muziek van zichzelf en van geestverwanten kon uitvoeren, zoals van Debussy en Fauré, en van zijn compositieleerling en vriend Ralph Vaughan Williams. In de Eerste Wereldoorlog diende Ravel zijn vaderland als vrachtwagenchauffeur in het leger. Ravel, die buiten Frankrijk veel succes had, bleef in Frankrijk zelf altijd een eenling. Zijn muzikale preoccupatie met mechaniekjes, zoals tot uitdrukking komt in Boléro en zijn pianoconcert, en met de kindertijd ('L'Enfant et les sortilèges' en 'Ma mère l'oye') gaat vrijwel altijd gepaard met een onderliggend gevoel van verlies en dood. Ravel stierf in 1937, 62 jaar oud, in een Parijs ziekenhuis. Kurt Bikkembergs (1963) Kurt Bikkembergs, die aan het conservatorium van Hasselt en aan het Lemmensinstituut studeerde, heeft zich gespecialiseerd in muziekpedagogie, compositie, koordirectie en orkestleiding. Hij is koorleider en docent aan het Lemmensinstituut, artistiek leider van de Capella di Voce en het Nederlands Studenten Kamerkoor en gastdirigent bij het Vlaams Radiokoor. Van 2002 tot 2008 was hij koorleider aan de Vlaamse Opera, van 2007 tot 2010 dirigent en artistiek leider van het EuroChor (AGEC) en van 2002 tot 2013 Kapelmeester aan de St. Michael en St. Goedele Kathedraal te Brussel. Hij werkt mee aan Europa Cantat en het EMJ te Neerpelt. Henk Badings (1907-1987) Badings werd geboren op Java en kwam in 1915 als wees naar Nederland. Badings was niet alleen muzikaal, maar kon ook goed schilderen, boetseren en dichten. Hij was bovendien goed in wiskunde. Na zijn studie mijnbouw aan de Technische Hogeschool in Delft ging hij compositie studeren bij Willem Pijper. In 1934 werd hij leraar compositie aan het Conservatorium van Amsterdam en het Rotterdams Conservatorium. Van 1941 tot 1945 was hij directeur van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Daarna was hij leraar compositie aan de Internationale Orgel Academie te Haarlem en docent akoestiek aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Van 1962 tot 1972 was hij hoogleraar compositie aan de Hochschule für Musik und Darstellende Kunst in Stuttgart. Als componist schakelde Badings ogenschijnlijk moeiteloos over van serieuze concertmuziek naar de stijl van de grote Amerikaanse 'wind bands', elektronische muziek en educatieve bundels, en van omvangrijke en dramatische koorwerken naar werken voor amateurorkest. Victor (Vic) Nees (1936 – 2013) De Belgische componist, dirigent en organist Vic Nees, zoon van beiaardier en componist Staf Nees, wordt beschouwd als een van de belangrijkste hedendaagse koorcomponisten van Vlaanderen. Hij was een veelgevraagd jurylid bij nationale en internationale koorwedstrijden. Door zijn directie-ervaring met niet-professionele koren en zijn vele activiteiten in het amateurcircuit, voelde hij de grenzen van het zingen door amateurs feilloos aan. Als componist lette hij er sterk op dat bij koormuziek woord en muziek naadloos op elkaar aansluiten. François Gevaert (1828-1908) François-Auguste baron Gevaert was een Belgisch componist, muziekpedagoog, musicoloog en organist. Hij studeerde harmonie en contrapunt bij Martin-Joseph Mengal, directeur van het Koninklijk Conservatorium van Gent en werd als 15-jarige jongeman organist van de Jezuïetenkerk te Gent. In 1848 ging zijn grote opera Hugues de Somerghem in Gent in première en een jaar later zijn opera La comédie à la ville. In 1853 ging hij in Parijs wonen, waar hij in 1867 artistiek directeur werd van de Opéra, het belangrijkste operahuis van Europa. Het uitbreken van de Frans-Duitse Oorlog maakte een bruusk einde aan zijn carrière in Parijs. Na zijn terugkeer in België werd hij 1871 directeur van het Koninklijk Conservatorium te Brussel. Hij werd internationaal gewaardeerd om zijn publicaties over muziek uit de oudheid, kerkmuziek, orkestratie en instrumentatie. In 1907 benoemde Koning Leopold II van België hem tot baron. Johan Wagenaar (1862-1941) De Utrechtse componist Johan Wagenaar is erg belangrijk geweest voor het Utrechtse muziekleven. Hij was jarenlang organist van de Domkerk, directeur van de Utrechtse muziekschool en dirigent van het Toonkunstkoor Utrecht. Hij was ook het middelpunt van een ludiek Utrechts kunstgenootschap, de Shelfishclub (later Muzikale Kring). Wagenaars typische ironische humor kwam tot uiting in werken als de cantate De schipbreuk (1889) en de opera’s De doge van Venetië (Utrecht, 1908) en De Cid (Utrecht, 1916). De Universiteit Utrecht verleende hem in 1916 een eredoctoraat vanwege zijn verdiensten voor het muziekleven. Albert de Klerk (1917-1998) Albert de Klerk was dirigent, componist en organist. Hij studeerde orgel aan het Amsterdams conservatorium en was van zijn zestiende jaar tot zijn dood organist van de Sint Josephkerk in Haarlem. Hij was ook stadsorganist in Haarlem en organist van de Grote of Sint-Bavokerk. Van 1946 tot 1991 dirigeerde hij het door hemzelf opgerichte Koor Katholiek Haarlem (het tegenwoordige Concertkoor Haarlem). Ook gaf hij van 1946 tot 1964 orgelles in Utrecht. Van 1965 tot 1985 was hij hoofddocent orgel aan het Amsterdams conservatorium. Hij componeerde muziek voor orgelsolo, drie concerten voor orgel en orkest, diverse orkestwerken, vocale muziek, kerkmuziek en beiaardmuziek. Joost Termont: Marc groet 's morgens de Dingen Dag ventje met de fiets op de vaas met de bloem ploem ploem dag stoel naast de tafel dag brood op de tafel dag visserke-vis met de pijp en dag visserke-vis met de pet pet en pijp van het visserke-vis goeiendag Daa-ag vis dag lieve vis dag klein visselijn mijn Deel 1 Het vertrek van Gaston Vincent 'd Indy: Gentil coqu’licot: Aardige haan Ik daalde naar mijn tuin af, om er rozemarijn te plukken Aardige haan, dames, knappe haan! Mannen zijn niets waard, en jongens nog minder Over de dames vertelt hij niets, maar over de jongedames veel goeds. Maurice Ravel: Trois chansons Nicolette Nicolette ging, rond vespertijd, wandelen in de wei. Madeliefjes plukken, narcissen en lelietjes-van-dalen. Huppelend en springend naar alle kanten spiedend. Ze kwam een oude grommende wolf tegen. Met z’n haren recht overeind en schitterende ogen. “Hela, mijn Nicolette, ga je niet mee naar grootmoeder?” Nicolette vluchtte weg, buiten adem, terwijl ze haar hoedje en witte sokken achterliet. Ze kwam een knappe knaap tegen met blauwe broek en grijze wambuis. “Hela mijn Nicolette, wil je geen lief vriendje?” Verstandig draaide ze zich om, heel langzaam, met een zwaar hart. Ze kwam een kale man tegen. Lelijk lijf, stinkend en met een dikke buik. “Hela, mijn Nicolette, wil je niet graag al deze duiten?” Ze sprong snel in zijn armen. Goede Nicolette, en is nooit meer in de wei teruggekomen. Maurice Ravel: Trois chansons Drie mooie Paradijsvogels Drie mooie Paradijsvogels (mijn vriend is naar de oorlog vertrokken) zijn hier voorbijgekomen De eerste was blauwer dan de hemel (Mijn vriend is naar de oorlog vertrokken) De tweede was wit als sneeuw De derde felrood. Mooie Paradijsvogeltjes (Mijn vriend is naar de oorlog vertrokken) wat brengen jullie hierheen? ‘Ik breng een oogopslag met de kleur van de hemel’ (Je vriend is naar de oorlog gegaan) ‘En ik, op een mooi sneeuwwit voorhoofd, moet ik een nog zuiverder kus drukken.’ Felrode Paradijsvogel (Mijn vriend is ten oorlog getrokken) Wat breng jij hierheen? ‘Een mooi dieprood hart.’ (Je vriend is naar de oorlog vertrokken) Ah, ik voel mijn hart verkillen, Neem dat ook maar mee. Kurt Bikkembergs / Paul van Ostaijen: Wals voor kwart voor middernacht Alsof zij iets zingen ging trilt de luit en de lieve luit achterna hinkepinkt de piano linkepoot linkepoot Ik denk niet dat de luit iets zeggen zal kwart vóór middernacht al trilt - zij trilt toch? - de luit nu weer Eer de luit daarover heeft gedacht of zij zingen zal kwart vóór middernacht is het lang reeds kwart na middernacht Waarom trilt de luit dan zo klokjekwart vóór middernacht Wist maar iemand dat dat trillen van de luit Lieveke dieveke doderideine do en deinen De luit heeft zich bedacht en zwijgt Heb ik dat van dat trillen wel verwacht Kurt Bikkembergs / Paul van Ostaijen: Polonaise Ik zag Cecilia komen op een zomernacht twee oren om te horen twee ogen om te zien twee handen om te grijpen en verre vingers tien Ik zag Cecilia komen op een zomernacht aan haar rechterhand is Hansje aan haar linkerhand is Grietje Hansje heeft een rozekransje Grietje een vergeet-mij-nietje de menseëter heeft ze niet gegeten ik heb ze niet vergeten ei ei ik en gij de ezel speelt schalmei voor Hansje en voor Grietje Hansje met zijn rozekransje Grietje met haar vergeet-mij-nietje zijn langs de sterren gegaan Venus is van koper de andere zijn goedkoper de andere zijn van blik en van safraan is Janneke-maan Twee oren om te oren twee ogen om te zien Twee handen in het lege en verre vingers tien Henk Badings: chansons Bretonnes Soir d’été: Zomeravond Lison, mijn schatje, laten we de heuvel verlaten want de dag loopt ten einde, naar de rode horizon. Laten we voordat het [licht] uitdooft profiteren van dit uur in onze woning, kom binnen Lison! In de onmetelijke vrede van de avond die begint, weerklinkt de lieflijke melodie van de kleine krekels, en de gemaaide vlakte die Phebus doet opvlammen smaakt het genot van de laatste stralen. Zoetgevooisde stemmen klinken uit de steeneik. Het zijn de wiegeliedjes van de vogels. En met gesloten deur zingt Rose, de boerin, Hetzelfde (lied) tussen twee wiegen Het is het zuivere uur Waarop in het gewei het gemurmel ruist Van de straffe wind die is gaan liggen. Het is het kwijnende uur Het uur waarop de verliefde haar arm door die van haar geliefde haakt. Het is het roerende uur waarop alles ons betovert en de klok in de verte het Angelus zingt En het is het bedwelmende uur Waarin de zachte bries Doordrenkt wordt van de geur van het hooi: Het is het uur waarop alles liefheeft, Waar, moe van zijn gevloek, zelfs de booswicht, een beetje een beter mens is. Het hart ontdoet zich van alles wat het bezoedelt De ziel knielt neer voor de Heer! Lison, mijn kleintje, laat ons snel bidden Opdat we elkaar nooit en te nimmer zullen verlaten, En moge (het, hij?) ons uitnodigen Deel 2: Drie ontmoetingen Vic Nees: Sporting Saraband Sergei Yelena… Isinbayeva, Feofanova, Stacy Dragila, Kim Howe, Sergei Bubka Isinbayeva, Feofanova, Stacy Dragila, Thierry Vigneron Inge de Bruijn, Pieter van den Hoogenband, Tia Hellebaut, Blanka Vlasic, Anna Chicherova, Stefka Kostadinova, Inge de Bruijn, Pieter van den Hoogenband, Tia Hellebaut, Svetlana Bolshakova, Leontien van Moorsel Isinbayeva, Feofanova, Stacy Dragila, Kim Howe, Sergei Bubka. Isinbayeva, Feofanova, Stacy Dragila, Thierry Vigneron Bolt, Usain Bolt, Usain Bolt, Kim Gevaert, Kim Gevaert. El Gerouch, El Gerouch, El Gerouch Veronica Campbell. Kluft, Carolina Kluft, Steffi Graf, Stosur, Clijsters, Hantuchova, Dementieva, Sharapova, Mauresmo, Federer, Nadal, Andy Murray, Djokovic, Serena, Venus Bartoli, Bartoli Cecilia? Non, Bartoli Marion. Clijsters, Henin, enfin Justine Henin Isinbayeva, Feofanova, Stacy Dragila, Kim Howe, Sergei Bubka. Isinbayeva, Feofanova, Stacy Dragila, Thierry Vigneron. Bubka, Yelena Maurice Ravel: Ronde Ga niet naar het bos van Ormonde, meisjes, ga niet! Er zijn daar volop saters, centaurs, kwade tovenaars, kabouters, duivels, faunen, aardmannetjes, heksen, duivels, grote duivels, duiveltjes, geitenpoten, gnomen, demonen, weerwolven, elfen, wormen, betoveraars, magiërs, (enzovoort enzovoort enzovoort). Djinns, dodenbezweerders, kobolden…. Ga niet naar het bos d’Ormonde, ga niet, ga niet naar het bos, ga niet naar het bos! Jongemannen, ga niet naar het bos, ga niet! Het zit er vol demonen, enzovoort enzovoort. Ga niet naar het bos van Ormonde! Ah! We zullen niet meer naar het bos van Ormonde gaan. Helaas, we zullen nooit meer naar het bos gaan. Er zijn geen saters meer (enzovoort), geen faunen, geen duiveltjes en duivels, geen geitenpoten. Geen weerwolven, geen djinns, geen dodenbezweerders, geen kobolden…! Ah! Ga niet naar het bos d ‘Ormonde, De oudjes, die vermaledijde (stomme) oudjes, hebben ze (de duivels enzovoort) allemaal weggejaagd … Ah! Francois Auguste Gevaert L’abondonnée: De verlatene Oh grootmoeder, kom dicht bij mij, zie mijn tranen stromen. Mijn jeugd is gestorven met zijn trouw. Ongevoelig voor al zijn charmes. Voor hem alleen waren al mijn tedere gevoelens. Ik hield van hem met al mijn liefde. Zonder mankeren! Oh grootmoeder, kom dicht bij mij, zie mijn tranen stromen. Ik hield van hem. De ondankbare laat me in de steek, en mijn hart was vol geluk voor hem! Oh grootmoeder, kom dicht bij me, zie mijn tranen stromen. Francois Auguste Gevaert La vache égarée : De afgedwaalde koe Daarboven op de berg, Als de ochtend van een nieuwe dag mijn witte kudde terugbrengt Daar ginder houdt mijn afgedwaalde koe me geen gezelschap meer. Op een dag dat hij me van liefde sprak. Daarboven op de berg dwaal ik als de dag voorbij is Maar degene van wie ik zielsveel hield Houd me daar geen gezelschap meer En zal nooit meer komen, Degene van wie ik zielsveel hield, Een lied herinnert eraan Dat een jonge koningszoon Een herderinnetje zijn hart en zijn woord van trouw gaf. Hij kwam terug uit de oorlog Het herderinnetje was dood Trouw aan haar gegeven woord. Daarboven op de berg, onder de grote blauwe hemel Wisselden we onze belofte van trouw uit Adieu, lieve gezellin, Zei hij tegelijkertijd Ik vertrek en wel voor lange tijd Hij moest ten oorlog trekken De jonge koningszoon En zei tegen zijn herderinnetje Houd van me en behoed me met je gegeven woord. Kwellende afwezigheid Bestaat er een grotere en wredere pijn in het hart? De trouwe hoop roept vergeefs herinneringen op. De hoop brengt in mijn arme, vermoeide hart het voorbije geluk in herinnering Als mei straalt en de bloemen bloeien Als mei straalt Ken ik in mijn voortdurende treurnis rozen, noch lente. Henk Badings: chansons Bretonnes La nuit en mer: Nacht op zee De bries doet ons zeil opbollen. Hier schijnt de eerste ster op de golven waarop we deinen. Vrienden, laten we in stilte rondwarenIn de nacht Alle geluiden zijn verstomd, het lijkt wel alsof alles op aarde dood is: mensen, dingen, vogels, rozen alles valt in slaap Maar de zee, zij leeft volop, Is de eeuwige, onmetelijke beweging, Met haar golven die aanvallen Onverschillig voor dag of nacht Buiten haar bestaat er niets anders Dan de grote vuurtoren met zijn trieste weerspiegeling Vrienden, mijn vrienden. Laten we onze netten op de beste plaats uitwerpen en dan opgerold in onze zeilen, het voorhoofd bloot onder de sterren gaan slapen. Laat ons dromen in diepe vrede over allen van wie we houden in dit aardse bestaan. Laten we in onze schoeners slapen zoals we in onze kinderwiegjes sliepen En morgen zullen we, bij vloed in triomf Terugkeren naar de kust. In triomf, in triomf! Deel 3 De achtervolging Johan Wagenaar: Calme des nuits / Nachtelijke rust Nachtelijke stilte, avondfrisheid Flonkerende weidsheid van de werelden. Grote stilte van de donkere spelonken Jullie betoveren de diepe zielen. De zonnestralen, vrolijkheid en lawaai Bekoren de lichtzinnigere (zielen). Alleen de dichter wordt beheerst Door de liefde voor rustige dingen. Vic Nees: Sur le pont d’Avignon Op de brug van Avignon danst men, danst men. De mooie dames doen zus en dan nog eens zo (denk er buigingen en zo voort bij). Meneer de burgemeester doet zus en dan nog eens zo. De soldaten…De schoenlappers… De blekers (blanchisser: wit maken)…. Albert de Klerk: Streets / Straten Laat ons de horlepiep dansen! Ik hield vooral van haar mooie ogen, Helderder dan de ster aan de hemel, Ik hield van haar ogen, haar ondeugende ogen. Laat ons de horlepiep dansen… Ze had werkelijk manieren Om een arme minnaar wanhopig te maken, Dat deed ze werkelijk heel charmant, heel charmant! Laat ons de horlepiep dansen! Maar de kus van haar bloeiende lippen Bevalt me nog veel beter, Sinds ze voor mijn hart gestorven is. Laat ons de horlepiep dansen! Ik herinner me de uren en gesprekken, En die zijn mijn dierbaarste bezit. Laat ons de horlepiep dansen. Deel 4 Finale in Parijs Kurt Bikkembergs/Paul van Ostaijen: Boere-Charleston Tulpebollen bolle tulpen tulpetuilen rozetuilen boererozen boerewangen boerelongen boerelongen ballen wangen ballen bolle bekkens bugel en basson - o hop! Marie-Katelijne Marie-Katerien wie heeft er de kleinen bugel gezien wie heeft er de groten bugel gezien en wie Gaston met zijnen basson want dit is geen pavane of geen sarabande meer dat is geen gigue of geen allemande meer en geen wals dat is 'nen charleston ‘nen boerecharleston van Gaston op zijnen basson En wie heeft er de kleinen bugel gezien en wie heeft er de groten bugel gezien en wie Gaston met zijnen basson De kleine bugel zit in 'nen rozetuil bij Rozalie de grote bugel zit in de sjees bij Melanie Marie-Katelijne Marie-Katerien En Gaston die zit ‘In de Ton’ ik vraag u pardon Bolle wangen ballen bekkens bugel en basson