Aanbiedingsformulier Onderwerp Brief van de gemeente Warmond over de bestuurlijke toekomst van Warmond BESLUITEN I kennis te nemen van de brief van 31 januari 2001 van Burgemeester en Wethouders van Warmond; II Behoudens advies van de commissies ROWV en ABA de raad voor te stellen; 1. de door Burgemeester en Wethouders van Warmond uitgesproken voorkeur om deelgemeente van Leiden te worden indien Warmond niet als zelfstandige gemeente kan voortbestaan, positief te waarderen en de mogelijkheden en consequenties hiervan nader te doen uitwerken; 2. de drie in de brief genoemde belangen, te weten gemeentelijke service dichtbij de bevolking, in stand houden van voorzieningen en de sociale identiteit, alsmede het openhouden van het buitengebied, te onderschrijven en erkennen; 3. in te stemmen met een nadere verkenning en uitwerking van de door Warmond voorgestane oplossingsrichting met inachtneming van de sub 2 genoemde belangen. III 1. Vooruitlopend op de besluitvorming van de raad, na positief advies van de Commissies ROWV en ABA, de gesprekken te starten en de benodigde verkenningen met voorrang op de lopende werkzaamheden te doen uitvoeren. 2. De gemeentesecretaris te verzoeken zorg te dragen voor de ambtelijke coördinatie van de voor de verkenningen benodigde werkzaamheden. Korte overwegingen Bij brief van 31 januari 2001 hebben burgemeester en wethouders van Warmond het College van Leiden benaderd over de bestuurlijke toekomst van Warmond, mede in het licht van de thans op rijks- en provinciaal niveau lopende discussie over krachtige gemeenten. Kort gezegd geeft Warmond aan te streven naar behoud van zelfstandigheid, doch daarnaast wil Warmond zelf zoeken naar mogelijke alternatieven in geval haar zelfstandig voortbestaan in geding komt. Daarbij is een drietal zaken voor Warmond van groot belang: gemeentelijke service dichtbij de bevolking; in stand houden van voorzieningen en de sociale identiteit; het openhouden van het buitengebied. Burgemeester en Wethouders van Warmond hebben een voorkeur uitgesproken om deelgemeente van Leiden te worden en verzoeken de gemeente Leiden deze mogelijkheid gezamenlijk te verkennen en nader uit te werken. Overigens wordt er nadrukkelijk op gewezen dat op dit moment slechts sprake kan zijn van een voorlopige voorkeur en dat eerst na consultatie van de warmondse bevolking en instellingen een definitief standpunt zal kunnen worden ingenomen. Gezien het Kabinetsstandpunt naar aanleiding van de rapportage van de Commissie De Zeeuw (Krachtige Gemeenten) en de opdracht die het Kabinet aan de provincie Zuid-Holland heeft gegeven om voor 1 juli 2001 voorstellen te doen over de inrichting van het lokaal openbaar bestuur in de SLR en SDB regio’s, waarbij rekening dient te worden gehouden met de positie van de centrumgemeente, mag worden aangenomen dat gemeentelijke herindelingen zullen worden overwogen. Daarbij speelt voorts een rol dat een aantal burgemeestersvacatures in de SLR/SDB regio’s, onder welke Warmond, niet is vervuld en thans door waarnemers wordt bekleed. De provincie stelt zich tot op heden op het standpunt dat zij gemeentelijke herindeling ziet als een laatste middel, doch dat zij medewerking zal verlenen aan vrijwillige herindelingsvoorstellen. Niet duidelijk is nog tot welke voorstellen de provincie zal komen. De provincie zal de gevoelens en gedachten van de gemeenten en de samenwerkingsverbanden in het betreffende gebied inwinnen, alvorens tot een standpuntbepaling zal worden gekomen. Of de voorkeur van Warmond door de provincie zal worden gedeeld, is niet bekend. De provincie is van Warmonds voorkeur geïnformeerd, doch heeft hierop nog niet gereageerd. Wel gereageerd hebben Burgemeester en Wethouders van Oegstgeest, die een samenvoeging van de gemeenten Warmond en Oegstgeest prefereren. Aan de voorkeursoptie van Warmond kan wettelijk worden voldaan. De Gemeentewet biedt de raad van een gemeente de mogelijkheid om voor een deel van de gemeente een territoriale commissie (deelgemeenteraad) in het leven te roepen, waaraan bevoegdheden kunnen worden overgedragen die een grote mate van zelfstandigheid van de deelgemeente, met een rechtstreeks gekozen bestuur, mogelijk maakt. De drie door Warmond genoemde wezenlijke belangen kunnen worden onderschreven en erkend. In de door Leiden voorgestane visie op het toekomstig lokaal openbaar bestuur in de Leidse agglomeratie is gemeentelijke service dicht bij de bevolking een uitgangspunt dat wordt onderschreven. Mede gelet op de geografische ligging is het van belang dat zoveel mogelijk gemeentelijke dienstverlening ter plekke kan worden geboden. In de nadere uitwerking zal uiteraard ruim aandacht moeten worden besteed aan de bevoegdheden en financiering van de deelgemeente. De deelgemeente(-raad) kan op zichzelf voldoende worden toegerust om zowel de gemeentelijke service, als de voorzieningen en sociale identiteit in stand te houden. Ten aanzien van het openhouden van het buitengebied zoals door Warmond voorgestaan, wordt opgemerkt dat dit belang ook een Leids belang is. Warmond speelt een belangrijke rol in de recreatie, te land en te water, voor vele Leidse ingezetenen. Hoe zeer Leiden hecht aan de instandhouding van het open buitengebied blijkt onder meer uit het in 1995 door Leiden vastgestelde structuurplan ‘Boomgaard van Kennis’ waarin grote waarde is toegekend aan het behoud van water en groen in de directe omgeving van Leiden. Onlangs nog is dit tot uitdrukking gekomen in zowel de Leidse als de regionale standpuntbepaling over Schiphol. Bovendien is het behoud van het open buitengebied van Warmond mede op leids aandringen neergelegd in het Landschapsbeleidsplan Leidse Regio van het samenwerkingsorgaan ROVLR dat binnenkort (voor de zomer) zal worden vastgesteld. Dit rechtvaardigt dan ook de conclusie dat het instandhouden van het open gebied van Warmond niet allen door Warmond, maar juist ook door Leiden van groot belang wordt geacht, welk belang mogelijk het beste is gediend bij een samengaan van Warmond en Leiden. Uiteraard kan thans nog geen zicht worden gegeven op alle consequenties die aan een en ander zijn verbonden. Eerst na nadere verkenning en uitwerking kunnen de consequenties zichtbaar worden gemaakt, doch dit feit staat het doen verkennen en uitwerken van de door Warmond voorgestane optie niet in de weg. Formatieve consequenties p.m. Begrotingsconsequenties p.m. 2001. Nr. : 01.0017. Dnst. : BD Brief van de gemeente Warmond over de bestuurlijke toekomst van Warmond. Leiden, 6 februari 2001. Bij brief van 31 januari 2001 hebben Burgemeester en Wethouders van Warmond ons College benaderd over de bestuurlijke toekomst van Warmond, mede in het licht van de thans op rijks- en provinciaal niveau lopende discussie over krachtige gemeenten. Warmond geeft in de brief aan te streven naar behoud van zelfstandigheid, doch daarnaast wil het zelf zoeken naar mogelijke alternatieven in geval het voortbestaan als zelfstandige gemeente niet mogelijk zal blijken. Bij de afweging van mogelijke alternatieven speelt een drietal zaken voor Warmond een belangrijke rol. Het gaat hierbij om de volgende punten die door Burgemeester en Wethouders van Warmond van groot belang worden geacht: gemeentelijke service dichtbij de bevolking; in stand houden van voorzieningen en de sociale identiteit; het openhouden van het buitengebied. Het College van Warmond geeft aan een tweetal mogelijkheden voor ogen te hebben: enerzijds de vorming van een nieuwe gemeente, Teijlingen, door samenvoeging van de huidige gemeenten Sassenheim, Voorhout en Warmond, en anderzijds een constructie waarbij Warmond na vrijwillige herindeling bij de gemeente Leiden, als deelgemeente van Leiden, met een grote mate van zelfstandigheid zal kunnen blijven voortbestaan met behoud van de eigen identiteit en de bestaande sociale structuren. In genoemde brief spreekt het College van Warmond een voorkeur uit voor laatstgenoemde mogelijkheid en verzoekt zij de gemeente Leiden deze mogelijkheid te verkennen en nader uit te werken. Voorts wordt er nadrukkelijk op gewezen dat op dit moment slechts sprake kan zijn van een voorlopige voorkeur en dat eerst na consultatie van de warmondse bevolking en instellingen een definitief standpunt zal kunnen worden ingenomen. Gezien het Kabinetsstandpunt naar aanleiding van de rapportage van de Commissie De Zeeuw (Krachtige Gemeenten) en de opdracht die het Kabinet aan de provincie ZuidHolland heeft gegeven om voor 1 juli 2001 voorstellen te doen over de inrichting van het lokaal openbaar bestuur in de SLR en SDB regio’s, waarbij rekening dient te worden gehouden met de positie van de centrumgemeente, mag worden aangenomen dat gemeentelijke herindelingen zullen worden overwogen. Daarbij speelt voorts een rol dat een aantal burgemeestersvacatures in de SLR/SDB regio’s, onder welke Warmond, niet is vervuld en thans door waarnemers wordt bekleed. De provincie stelt zich tot op heden op het standpunt dat zij gemeentelijke herindeling ziet als een laatste middel, doch dat zij medewerking zal verlenen aan vrijwillige herindelingsvoorstellen. Provincie en rijk zijn huiverig voor het anders dan op vrijwillige basis opheffen van gemeenten, maar gaan wel uit van in voldoende mate voor hun taak toegeruste, robuuste gemeenten. Niet duidelijk is nog tot welke voorstellen de provincie zal komen. De provincie zal de gevoelens en gedachten van de gemeenten en de samenwerkingsverbanden in het betreffende gebied inwinnen, alvorens tot een standpuntbepaling zal worden gekomen. Of de voorkeur van Warmond door de provincie zal worden gedeeld, is niet bekend. De provincie is van Warmonds voorkeur geïnformeerd, doch heeft hierop nog niet gereageerd. Wel gereageerd hebben Burgemeester en Wethouders van Oegstgeest, die een samenvoeging van de gemeenten Warmond en Oegstgeest prefereren. Aan de voorkeursoptie van Warmond kan wettelijk worden voldaan. De Gemeentewet biedt de Raad van een gemeente de mogelijkheid om voor een deel van de gemeente een territoriale commissie (deelgemeenteraad) in het leven te roepen, waaraan bevoegdheden kunnen worden overgedragen die een grote mate van zelfstandigheid van de deelgemeente, met een rechtstreeks gekozen bestuur, mogelijk maakt. Ook kunnen de drie door Warmond genoemde wezenlijke belangen door ons worden onderschreven en erkend. In de door Leiden voorgestane visie op het toekomstig lokaal openbaar bestuur in de Leidse agglomeratie is gemeentelijke service dicht bij de bevolking een herkenbaar uitgangspunt dat waarvan wij de waarde onderschrijven. Mede gelet op de geografische ligging is het een te respecteren belang dat zoveel mogelijk gemeentelijke dienstverlening ter plekke kan blijven worden geboden. In de nadere uitwerking zal uiteraard ruim aandacht moeten worden besteed aan de bevoegdheden en financiering van de deelgemeente. De deelgemeente(-raad) kan op zichzelf voldoende worden toegerust om zowel de gemeentelijke service, als de voorzieningen en sociale identiteit in stand te houden, en wij achten het ook wenselijk, ingeval de deelgemeenteoptie zal worden gerealiseerd, zo weinig mogelijk beperkingen aan de te verlenen bevoegdheden te stellen. Ten aanzien van het openhouden van het buitengebied zoals door Warmond voorgestaan, wordt opgemerkt dat dit belang ook een Leids belang is en ook als zodanig door Leiden wordt onderschreven. Warmond speelt een belangrijke rol in de recreatie, te land en te water, voor vele Leidse ingezetenen. Hoezeer Leiden hecht aan de instandhouding van het open buitengebied blijkt onder meer uit het in 1995 door Leiden vastgestelde structuurplan ‘Boomgaard van Kennis’ waarin grote waarde is toegekend aan het behoud van water en groen in de directe omgeving van Leiden, als belangrijke voorwaarde voor een aangenaam stedelijk milieu. Onlangs nog is dit tot uitdrukking gekomen in zowel de Leidse als de regionale standpunt-bepaling over Schiphol, waarin is ingezet op de verbinding tussen binnenstedelijke groen- en waterstructuren met de grote recreatieve ruimten van zee en de duinen, het Groene Hart en het plassengebied. Daarbij is gewezen op het belang rekening te houden met onder meer gebieden die vanwege hun cultuurhistorische en/of natuurwaarden om bescherming vragen. In het bijzonder wordt gepleit voor het behoud en de recreatieve ontsluiting van de Kagerplassen, in combinatie met het versterken van de cultuurhistorische en natuurwaarden van de aldaar aanwezige polders. Bovendien zijn de functie en het belang van het plassen- en recreatiegebied (open buitengebied) van Warmond, mede op Leids aandringen, nadrukkelijk erkend in het Landschapsbeleidsplan Leidse Regio van het samenwerkingsorgaan ROVLR dat binnenkort (voor de zomer) zal worden vastgesteld en dat als bouwsteen zal dienen voor de Structuurvisie Leidse Regio die voor 2001 is voorzien. Dit rechtvaardigt dan ook de conclusie dat het instandhouden van het open gebied van Warmond niet alleen door Warmond, maar juist ook door Leiden van groot belang wordt geacht, welk belang mogelijk het beste is gediend bij een samengaan van Warmond en Leiden. Uiteraard kan thans nog geen zicht worden gegeven op alle consequenties die aan een en ander zijn verbonden. Eerst na nadere verkenning en uitwerking kunnen de consequenties zichtbaar worden gemaakt. Wij stellen u voor om de mogelijkheid van Warmond als deelgemeente van Leiden positief te waarderen en de mogelijkheden en consequenties nader te doen uitwerken. Met verwijzing naar het advies van de Commissies voor Ruimtelijke Ordening, Wonen en Verkeer en voor Algemene en Bestuurlijke Aangelegenheden en de overige in de leeskamer ter inzage gelegde stukken, geven wij u in overweging het hierna in ontwerp afgedrukte besluit te nemen. Burgemeester en Wethouders van Leiden, de loco-Secretaris, de E.H.T. v.d. VLIST. J.K.T. POSTMA. Burgemeester, De Raad der gemeente Leiden; Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders (raadsvoorstel nr. 01.0017 van 2001); B E S L U I T: 1. de door Burgemeester en Wethouders van Warmond uitgesproken voorkeur om deelgemeente van Leiden te worden indien Warmond niet als zelfstandige gemeente kan voortbestaan, positief te waarderen en de mogelijkheden en consequenties hiervan nader te doen uitwerken; 2. de de drie in de brief genoemde belangen, te weten gemeentelijke service dichtbij bevolking, in stand houden van voorzieningen en de sociale identiteit, alsmede het openhouden van het buitengebied, te onderschrijven en erkennen; 3. in te stemmen met een nadere verkenning en uitwerking van de door Warmond voorgestane oplossingsrichting met inachtneming van de sub 2 genoemde belangen, waarbij het initiatief steeds bij de gemeente Warmond wordt gelaten. Gedaan ter openbare vergadering van De Secretaris, De Voorzitter,