Functietypering Verpleegkundige (Organieke functietypering VUmc

advertisement
Functietypering Verpleegkundige
(Organieke functietypering VUmc)
1. Doel van de functie:
a. Verlenen van verpleegkundige zorg, zowel ondersteunend aan het geneeskundig proces als
zelfstandig binnen het verpleegkundig domein.
b. Het, binnen de verantwoordelijkheden van de functie, bewerkstelligen van voorwaarden voor die
zorg, zodanig dat het vastgestelde zorgbeleid voor de patiënt wordt gerealiseerd en aansluit op
de ondersteuningsvraag van de patiënt.
c. Een actieve en coördinerende rol vervullen in het inter- en multidisciplinair zorgteam inzake de
hem/haar toegewezen patiënten(groep)rond patiënt(groepen).
d. Op de werkplek meewerken aan opleiding, onderwijs en onderzoek van de eigen
beroepsgenoten en anderen.
2. Plaats in de organisatie:
De verpleegkundige krijgt operationeel leiding van de teamleider. Het hoofd zorgeenheid is de
hiërarchisch leidinggevende. Zie standaardorganogram voor verpleging, KwaliteitsNet.
3. Resultaatgebieden
3.1 Methodische beroepsuitoefening
a. Geeft de totale verpleegkundige zorg aan de aan haar/hem toegewezen patiënten.
b. Handelt methodisch volgens geldende methodiek in VUmc. Baseert het handelen waar mogelijk
op Evidence Based Practise.
c. Handelt volgens de verpleegkundige standaard VUmc, protocollen en richtlijnen van VUmc en de
beroepsgroep en het kwaliteits- en veiligheidsbeleid van VUmc.
d. Kan onderbouwen waarom van toepassing zijnde protocol of richtlijn niet is of wordt gevolgd in
een bepaalde situatie.
e. draagt bij aan de aanpassing en/of ontwikkeling van een protocol of richtlijn.
f. handelt bij veranderingen in gezondheidstoestand in afwachting van arts op basis van
standaardprotocol of –richtlijn.
Hierdoor geeft de verpleegkundige op basis van de ondersteuningsvraag van de patiënt, medische
opdrachten en analyse van de zorgrisico’s binnen het verpleegkundig domein planmatig uitvoering
aan het vastgestelde zorgbeleid voor de patiënt, op een zodanig wijze dat dat continuïteit van de
zorg wordt gewaarborgd en inzichtelijk is voor anderen waarom bepaalde zorg is gegeven of
gepland, welke acties hebben plaatsgevonden en welk effect is bereikt.
3.2 Coördinatie en organisatie van zorg
Coördineert de zorg rondom de aan haar/hem toegewezen patiënten en houdt of regelt toezicht op
de uitvoering ervan. Oefent zo nodig de zorginhoudelijke regiefunctie op de werkplek uit. Zorgt
voor een adequate overdracht naar een opvolgende dienst, andere discipline(s) of in de zorgketen.
In het zorgteam vervult de verpleegkundige een actieve en coördinerende rol: informeert, zorgt
voor afstemming tussen het eigen beleid en dat van andere zorgverleners, regelt de afspraken en
ziet toe op voortgang en continuïteit van de zorg, binnen de mogelijkheden en bevoegdheden van
het verpleegkundig beroep. Kan omgaan met de gebruikelijke ICT-systemen.
Hierdoor coördineert de verpleegkundige de zorg rondom de aan haar/hem toegewezen patiënten
zodanig dat de zorg aansluit bij de behoefte en de mogelijkheden van de patiënten en de
continuïteit van de zorg voor de patiënt is gewaarborgd.
3.3 Preventie en GVO
a. Past op basis van de ondersteuningsvraag en analyse van de zorgrisio’s binnen het
verpleegkundig domein preventieve activiteiten toe, gericht op de patiënt en/of de voor de
patiënt relevante andere(n), rekening houdend met de aandoening, het begrip en de leeftijd van
de patiënt.
b. Informeert, instrueert en licht de patiënt en, indien nodig, de voor de patiënt relevante
andere(n) voor, voor zover de professionele verantwoordelijkheid van de verpleegkundige reikt.
Schaal: 7
Datum actualisatie: oktober 2013 door zorgmanagers
Schaal vastgesteld door drs. Y.A. van der Linden, directeur P&O
c. Werkt mee aan de voorbereiding en uitvoering van GVO aan groepen.
Hierdoor is de patiënt en relevante andere(n) op een op hem/hen afstemde wijze geïnformeerd over
de ziekte/aandoening, onderzoek, behandeling en/of (na)zorg, voor zover de professionele
verantwoordelijkheid van de verpleegkundige reikt. De patiënt weet wat hij kan doen om het
optreden van nieuwe stoornissen of het verergeren van bestaande stoornissen te voorkomen.
3.4 Werkbegeleiding
a. Geeft aan de student of nieuwe medewerker werkbegeleiding binnen het niveau van de eigen
functie.
b. Instrueert en begeleidt de student of nieuwe medewerker bij het uitvoeren van leeractiviteiten,
werkzaamheden en het ontwikkelen van een beroepshouding.
c. Volgt, evalueert en beoordeelt de leervorderingen van de student of nieuwe medewerker en
bespreekt dit met de betrokkene en de werkbegeleider, praktijkopleider en/of teamleider.
d. Biedt aan de student of nieuwe medewerker leersituaties aan.
Hierdoor is de student of nieuwe medewerker in staat gesteld de door haar/hem gewenste
leerdoelen te behalen en heeft inzicht gekregen in haar/zijn mogelijke verbeterpunten.
3.5 Kwaliteit- en veiligheidszorg
a. Prioriteert het handelen naar (patiënt)veiligheid en handelt bewust ten aanzien van
veiligheidsaspecten.
b. Signaleert knelpunten, draagt oplossingen hiervoor aan, realiseert zo mogelijk voorwaarden
voor verbetering en participeert in het realiseren van de verbetering.
c. Werkt mee aan projecten op de werkplek ten behoeve van de bewaking, borging en/of
bevordering van de kwaliteit en veiligheid van zorg.
d. Vertaalt ontwikkelingen in de zorg en het beroep naar nieuwe werkwijzen, richtlijnen of kaders.
e. Werkt vanuit eigen functie mee aan de verbetering van de efficiency en effectiviteit van de
organisatie en de kwaliteit en veiligheid van de zorg
Hierdoor draagt de verpleegkundige er aan bij dat de gegeven zorg voldoet of kan voldoen aan de
geldende verpleegkundige normen en standaarden en aan het actuele kwaliteit- en
veiligheidsbeleid.
3.6 Deskundigheidsbevordering
a. Houdt de eigen deskundigheid op peil en levert bijdrage aan deskundigheidsbevordering van
anderen.
b. Neemt standpunten in over ontwikkelingen in de gezondheidszorg.
c. Levert bijdrage aan de ontwikkeling van het beroep.
d. Instrueert zorgverleners in- en extern over specifieke verpleegkundige handelingen.
e. Participeert z.m. in verpleegkundige wetenschappelijk onderzoek.
Hierdoor sluit de deskundigheid van de verpleegkundige aan bij het zorgniveau van de werkplek,
door het volgen van klinische lessen, bij- en nascholingen, werkoverleggen e.d. Tevens stelt zij/hij
anderen in staat de eigen deskundigheid op peil te houden/brengen.
4. Speelruimte
- Legt verantwoording af aan de direct leidinggevende over de activiteiten die binnen de
bovengenoemde resultaatgebieden vallen.
- De belangrijkste kaders worden gevormd door het verpleegkundig beleid, protocollen,
standaardprocedures en voorschriften met betrekking tot handelingen en functionele richtlijnen.
- Functionaris neemt beslissingen binnen de verantwoordelijkheden zoals benoemd in de
resultaatgebieden van de functie en geeft functionele opdrachten aan de assistent ZE of
helpende.
5. Contacten
Schaal: 7
Datum actualisatie: oktober 2013 door zorgmanagers
Schaal vastgesteld door drs. Y.A. van der Linden, directeur P&O
-
-
Met de patiënt en de voor de patiënt relevante andere(n) over zorggerelateerde onderwerpen
om hen te informeren, met hen te overleggen en hen erbij te betrekken en besluitvorming voor
te bereiden.
Met andere zorgverleners over het gevoerde zorgbeleid rondom de patiënt en de effecten
hiervan.
Met verpleegkundigen over de overdracht van patiënten.
Met deskundigen om consult te vragen en overleg te voeren over de optimale verpleegkundige
zorg.
Met assistenten ZE en/of helpenden om hen aanwijzingen te geven over de uitvoering van
zorgtaken.
Met student of nieuwe medewerker om hen instructies te geven en te begeleiden.
Met de werkbegeleider, teamleider of praktijkopleider over de voortgang van het leerproces van
de leerling of nieuwe medewerker.
6. Functie eisen
6.1 Kwalificatie
- Verpleegkundige met BIG-registratie.
6.2 Gedragscriteria
Zie CanMEDS voor verpleegkundigen in VUmc, zoals te vinden op KwaliteitsNet.
7. Loopbaanmogelijkheden
Zie voor carrièremogelijkheden op Intranet onder letter L voor ‘Loopbaan Verpleegkundigen’
8. Competenties
Zie CanMEDS voor verpleegkundigen in VUmc, zoals te vinden op KwaliteitsNet.
VUmc-competenties: klantgericht, resultaatgericht en kwaliteitsgericht.
Schaal: 7
Datum actualisatie: oktober 2013 door zorgmanagers
Schaal vastgesteld door drs. Y.A. van der Linden, directeur P&O
Download