Vissen op het droge

advertisement
Friesch Dagblad, 10 april 2017, pagina 16.
Vissen op het droge
Tot op de huid
W
Christiaan Bakker, dermatoloog bij Nij Smellinghe
e fietsen op deze
mooie zomerse dag in
maart langs de zich
een weg door het landschap banende rivier. Stug en dapper slaat het
water zich woest langs de rietkragen. Tussen het riet verscholen zit
een volledig in de omgeving opgaande gecamoufleerde visser.
Mijn zoontje achterop zwaait en
veert op. ,,Kijken” is het commando.
Nieuwsgierig naar de oogst spieken
we in de emmer. Een vrij grote
brasem manoeuvreert zich wat
moeizaam door zijn tijdelijke behuizing. ,,Eten?” vraagt mijn zoon.
,,Nee”, beantwoordt de rimpelige,
vriendelijke man. ,,De vis is alleen
even op bezoek en gaat straks weer
zwemmen in de rivier.”
Gelukkig alleen schaapjes en
geen visjes op het droge, sluit hij af.
Daar staande, drijf ik af en denk aan
‘de vissen’ in ons eigen rivierenstelsel van bloedvaten. Er zwemt namelijk een bijzondere en oneindige
hoeveelheid ‘vissen’ rond, te weten
witte en rode bloedcellen.
Gelukkig voor onszelf wordt er
niet naar ze gevist en kunnen ze
rustig hun belangrijke rol blijven
uitvoeren, zoals zuurstof verplaatsen of rommel opruimen. Soms
belanden ze echter ongewild wel
op het droge. Zo heeft de man die
ik vorige week zag in verband met
spataderen een opvallende bruinverkleuring op zijn onderbenen.
,,Mijn huid is aan het roesten,
dokter!”, zei hij. En eigenlijk zit er
best waarheid in die woorden. De
erythrocyten (rode bloedcellen)/
rode vissen komen in de moeilijkheden, zodra de rivier van bloed
buiten zijn oevers treedt. Dit onverhoopt in de uiterwaarden lopen,
gebeurt bijvoorbeeld tijdens drukverhogende momenten. Mensen
met een staand beroep hebben er
vaak last van en vrouwen tijdens
een zwangerschap. Maar ook als de
rivierbedding wat minder goed is
aangelegd (in sommige families
komen spataderen vaker voor),
zien we dit probleem.
De rode vis spartelt dan in de
Soms belanden de
bloedcellen/rode
vissen ongewild op
het droge
huid waar ’ie niet thuishoort. En
dat gaat mis. De rode bloedcel legt
het loodje. Wat na een tijdje resteert, is het skeletje van ijzer. En
die ijzer-skeletjes geven een bruine kleur aan de huid. Omdat er
geen opruimtroepen voor ijzerskeletten bestaan, blijft dit gebied dus
als een soort kerkhof bestaan. Een
oplossing kon ik dus niet bieden
aan de man. Maar dat was geen
probleem meer, want meneer had
een extra taak op zich genomen: ik
zal goed gaan zorgen voor mijn
kerkhofjes, dokter! Met als nieuwe
doel om de uitbreiding van zijn
‘roest’ een halt toe te roepen, ging
hij op pad.
Bij de rivier trekt mijn zoon aan
mijn broek. Hij wil niet vastroesten. We stappen weer op en fietsen
verder de zomer tegemoet.
Download