Beschrijving 2thepoint De Rading

advertisement
Intro
Bij een pleegzorgplaatsing is het van belang dat het perspectief voor het kind zo snel mogelijk
duidelijk wordt. Wanneer duidelijkheid over de toekomst uitblijft, kan het kind zich niet adequaat
ontwikkelen, blijven de ouders perspectief houden op terugkeer van het kind en de pleegouders
verkeren in onzekerheid of het kind in hun gezin zal blijven of niet. Voor alle betrokkenen is dit een
ongewenste situatie, maar vooral voor het pleegkind. De langdurige onzekerheid heeft een nadelig
en schadelijk effect op de ontwikkeling van het kind (De Baat & Bartelink, 2012; Bruning, 2000, 2001;
Van den Berg).
De hulpverleningsvariant is de periode van een pleeggezinplaatsing, waarbij het nog niet duidelijk is
of het kind weer terug naar huis kan of dat het elders gaat opgroeien. In deze periode wordt er hulp
aan ouders geboden met het doel om de opvoeding van de kinderen die in pleegzorg verblijven,
weer zelf op zich te nemen. De Rading is vanaf 2006 bezig met het verder concretiseren van de
werkwijze van de hulpverleningsvariant, in samenspraak met PI Research. De hulpverleningsvariant is
in de periode 2012-2015 uitgewerkt tot de methodiek 2thepoint. 2thepoint werkt met 2 opvoeders
(ouders en pleegouders) samen aan een duidelijk perspectief (thepoint). 2thepoint werkt met een
duidelijke fasering en inzet van middelen en interventies. Het doel van 2thepoint is om binnen een
aanvaardbare termijn te komen tot een opvoedingsbesluit voor het kind; liefst thuis en als dat niet
kan, in een pleeggezin.
Samenvatting
Het doel van 2thepoint is het creëren van duidelijkheid over het perspectief voor het kind, waarbij de
mogelijkheid van opgroeien bij de biologische ouders zo goed mogelijk is onderzocht. Met ‘zo goed
mogelijk onderzocht’ wordt bedoeld dat alle partijen om het kind heen (ouders, pleegouders,
gezinsvoogd en andere hulpverleners) hebben samengewerkt om bij ouders thuis een klimaat te
scheppen waarin het kind veilig en succesvol kan opgroeien. Het samenwerken gebeurt onder leiding
van de pleegzorgbegeleider van 2thepoint.
Wat levert het op (doelen, resultaten?)
-
Doel van de 2thepoint:
# Er is duidelijkheid over perspectief van het kind.
# Ouders worden geholpen bij het versterken van opvoedvaardigheden en het oplossen van andere
problemen die verhinderen dat de ouders goed genoeg voor hun kinderen kunnen zorgen.
# Ouders geven invulling aan hun ouderrol tijdens de periode van uithuisplaatsing van het kind.
# Pleegouders geven de ouders ruimte en ondersteuning bij de invulling van hun ouderrol.
# Pleegouders bieden een vaste en veilig structuur aan het kind en bevorderen hiermee de
ontwikkeling van het kind.
De Rading heeft in 2013 onderzoek gedaan naar de resultaten van 2thepoint. Er is een vergelijking
gemaakt met een controlegroep, waarbij geen 2thepoint werd aangeboden. Hieruit kwam naar voren
dat de termijn tot het nemen van een opvoedbesluit werd verkort tot maximaal een jaar. In de
controlegroep kon het soms 2 jaar duren. Verder werden er duidelijke doelen vastgesteld, heldere
termijnen en werd er meer gebruik gemaakt van opvoedondersteunende interventies.
Gezinsvoogden, pleegzorgbegeleiders en gedragswetenschappers gaven aan dat zij de inzet van
2thepoint als zinvol en doelgericht ervaren hebben.
De Rading heeft in 2014 een ouder geïnterviewd over 2thepoint. Zij vertelde: "ik heb me echt
ondersteund gevoeld en heb er vertrouwen in dat ik mijn dochter nu kan opvoeden tot ze groot is”.
Hoe is het project opgezet
De pleegzorgbegeleider werkt binnen 2thepoint met kind, ouders en pleegouders stapsgewijs en
doelgericht aan het bepalen van de keuze rondom het perspectief. De begeleiding binnen 2thepoint
is opgedeeld in vier fasen en een aanloopfase.
De aanloopfase, fase 0, is de mandaatfase. Hierin stemmen alle partijen in met de start van
2thepoint. Is deze instemming er niet, dan zullen er concrete afspraken gemaakt worden hoe lang de
hulpverleningsvariant zal worden uitgesteld of zal er over gegaan worden naar het
opvoedingsbesluit. Bij instemming met 2thepoint wordt gestart met fase 1. Het doel van deze fase is
het opstellen van doelen aan de hand van de beoordelingsboog. In fase 2 worden de doelen
uitgevoerd en wordt er een opvoedondersteunende interventie ingezet. Aan het einde van deze fase
wordt de keuze bepaald. Is de keuze ‘niet naar huis’ dan wordt de overstap naar de
opvoedingsvariant gemaakt en wordt dit besluit duidelijk gemarkeerd. Is de keuze ‘naar huis’ dan
maakt de pleegzorgbegeleider de overstap naar fase 3 van 2thepoint. Fase 3 richt zich op het werken
aan versterking van de thuissituatie met ouders en het toewerken naar afronding met pleegouders.
In fase 4 worden ouders begeleid in het traject naar huis van hun kind, hierbij wordt onderzocht of
en welke extra ondersteuning of begeleiding zij nog nodig hebben.
Wat zijn de succes en risicofactoren
Het succesvolle aan 2thepoint is dat er zeer transparant gewerkt wordt met ouders, waardoor het
voor hen helder is wat de doelen zijn en waar ze aan moeten werken om hun kind weer thuis te
krijgen. Ouders geven aan dat zij zich erkend en gezien voelen, dat er niet over hen maar met hen
gesproken wordt. Ouders ervaren het als waardevol dat zij concrete en intensieve ondersteuning
krijgen bij de opvoedvaardigheden. Wanneer er besloten wordt dat het kind definitief in een
pleeggezin blijft wonen, is de ervaring dat ouders dit besluit beter kunnen begrijpen en beter kunnen
verdragen.
Het is van belang dat alle partijen zich kunnen vinden in het traject en de uitkomsten ervan
respecteren. De gezinsvoogd en pleegouders worden op een intensieve wijze betrokken en het is van
belang dat een ieder zich kan conformeren aan de besluitvorming. Daarnaast is het moeilijk om te
voorspellen hoe de psychiatrische problematiek en/of verslavingsproblematiek van de ouder zich zal
ontwikkelen als het kind weer thuis geplaatst is. Dit vraagt om een goede nazorg en inschatting van
de behandelaar van ouders (doorgaans GGZ).
Wat kost het
De pleegzorgbegeleider van 2thepoint heeft een jaar lang 3 uur per week tijd beschikbaar
om 2thepoint uit te voeren. Aanvullend hierop worden evidence based interventies ingezet,
zoals VIB, PCIT, PMTO, signs of safety, netwerkontwikkeling. Daarnaast kan het noodzakelijk
zijn om diagnostiek in te zetten of externe behandelingen voor ouders, zoals
agressieregulatie, verslavingsproblematiek, behandeling binnen de ggz.
Download