GBS

advertisement
VSV Preventie groep B streptokokken ziekte neonaat
september 2011
1.0 EPIDEMIOLOGIE
In Nederland is circa 20% van alle zwangeren draagster van GBS. Naar schatting zal
gemiddeld 50% van alle kinderen, van wie de moeder GBS-draagster is, tijdens de geboorte
gekoloniseerd raken. Ongeveer 1% van de gekoloniseerde pasgeborenen ontwikkelt een
infectie. Bij 5% van hen worden neurologische restverschijnselen gevonden, met name na
meningitis, dat in circa 10% van deze gevallen optreedt. De mortaliteit is ongeveer 5 per 100
aangedane kinderen.
De incidentie van de vroege vorm van (met positieve kweken bewezen) neonatale GBS-sepsis
in Nederland werd berekend uit verzamelde gegevens van het Nederlands Signalerings
Centrum Kindergeneeskunde (NSCK) over de periode 1997-1998 en bedroeg 0,4 per 1000
levendgeborenen. De totale incidentie van GBS-ziekte (aantal bewezen plus waarschijnlijke
GBS-sepsis) werd na correctie geschat op 1,9/1000.
2.0 ZIEKTEBEELD
Bij 70% van de gevallen treden de eerste symptomen binnen 12 uur na geboorte op, bij 93%
binnen 24 uur en 4% van de kinderen wordt ziek tussen de tweede en zevende dag.
Frequente eerste symptomen zijn:
kreunen
ademhalingsproblemen
slecht drinken
wisselende temperatuur
Het valt te verwachten dat vroege her- en onderkenning van de eerste klinische symptomen
kan bijdragen aan een verbetering van de neonatale uitkomst van (vroege) GBS-ziekte.
3.0 RISICOFACTOREN
Er is een aantal factoren waarvan bekend is dat zij, bij aanwezigheid van GBS in het
baringskanaal, het risico op een neonatale vroege infectie aanzienlijk vergroten.
Hiertoe worden gerekend:
vroeggeboorte (< 37 weken)
langdurig gebroken vliezen (> 18 uur)
maternale koorts tijdens de baring (> 38ºC, rectaal)
ernstige maternale GBS-kolonisatie in de huidige zwangerschap (blijkend uit
bacteriurie of urineweginfectie door GBS)
eerder kind met GBS-ziekte
Zie ook figuur 1 (bijlage) beslisboom bij preventie van neonatale GBS ziekte.
Uit Nederlandse gegevens (NSCK, 1997-1998) blijkt dat de twee eerstgenoemde
risicofactoren het meest voorkomen.
NB In de dagelijkse verloskundige praktijk in Nederland (VIL) wordt overigens in geval van
langdurig gebroken vliezen een periode van ten minste 24 uur gehanteerd, terwijl in de
NVOG-NVK-richtlijn een termijn van 18 uur gebroken vliezen l wordt genoemd
4.0 BELEID
Uitgangspunt voor deze richtlijn is de NVOG-NVK-richtlijn, derhalve wordt uitgegaan van
een positieve kweek in de huidige graviditeit, dus wordt niet het adagium “once a colonizer,
always a colonizer” danwel “once a heavy colonizer’’, always a heavy colonizer gehanteerd.
Dit betekent dat vrouwen met een bekend dragerschap zonder eerder zieke kinderen in de
voorgeschiedenis kunnen in de 1e lijn gecontroleerd worden. Bij deze zwangeren wordt rond
32 weken een introïtuskweek op GBS afgenomen.Reden om de kweek zo laat mogelijk in de
zwangerschap af te nemen is dat ook tijdens de zwangerschap GBS wisselend aangetoond
wordt in kweken, maar dat m.n. een positieve kweek laat in de zwangerschap het meest
correleert met de kans op problematiek bij de pasgeborene.
Indien de kweek positief is wordt bij 36 weken een urinekweek op GBS ingezet. Alleen in
geval van een positieve vaginakweek en aanvullende risicofactoren worden zij doorverwezen
naar de 2e lijn voor antibioticaprofylaxe durante partu.
Een positieve urinekweek (heavy colonizer) geldt als risicofactor (ook bij evt negatieve
introituskweek) en is derhalve een indicatie voor verwijzing naar de 2e lijn.
Onafhankelijk van eventueel dragerschap krijgen vrouwen met een eerder kind met GBS
ziekte antibiotische bescherming durante partu. Zij worden vanaf 36 weken in de 2e lijn
gecontroleerd, tevoren kunnen de prenatale controles plaatsvinden in de eerste lijn.
4.1 Direct therapie durante partu
vroeggeboorte (< 37 weken) en bekend dragerschap in de huidige graviditeit
langdurig gebroken vliezen (> 18 uur) en bekend dragerschap in de huidige graviditeit
maternale koorts tijdens de baring (> 38ºC, rectaal)
ernstige maternale GBS-kolonisatie in de huidige zwangerschap, blijkend uit
bacteriurie of urineweginfectie door GBS in de huidige graviditeit
eerder kind met GBS-ziekte onafhankelijk van evt kweken in de huidige graviditeit
4.2 Indicatie voor onderzoek naar GBS (in geval nog geen kweek is
afgenomen
(dreigende) vroeggeboorte (<37 weken)
langdurig gebroken vliezen (>24 uur)
4.3 Diagnostiek
Introïtuskweek.
Evt. urinekweek.
4.4 THERAPIE
Maternale behandeling met intraveneuze antibiotica tijdens de bevalling geldt thans als de
meest effectieve methode om het aantal neonatale GBS-infecties te reduceren. Uit een
Cochrane Review blijkt dat behandeling van GBS-gekoloniseerde vrouwen met antibiotica
tijdens de baring de incidentie van de vroege vorm van neonatale GBS-ziekte met circa 80%
doet afnemen.
In Nederland wordt tot op heden geadviseerd om ten minste 4 uur vóór de geboorte bij
voorkeur te starten met 5 miljoen IE Penicilline G waarna elke 4 uur 2,5 miljoen IE wordt
gegeven. Bij overgevoeligheid voor Penicilline kan Clindamycine gegeven worden, 900 mg
elke acht uur tot de geboorte of Erytromycine 500 mg elke 6 uur tot de geboorte.
Indien er twee giften of meer zijn gegeven wordt de behandeling als adequaat beschouwd.
Na adequate profylaxe volstaat observatie gedurende 24 uur in het ziekenhuis. Indien geen of
inadequate profylaxe wordt gegeven wordt 48 uur observatie nodig geacht. Bij prematuriteit
wordt de neonaat opgenomen op de couveuse afdeling.
Bijlage 1:
Bijlage 2: instructies vagina kweekafname
Werkwijze afname vaginakweek
De kweek neemt u af met PAMM kweekmedium nr1, een steriele swab met
transportmedium.
De vagina kweek:
Open de verpakking van de swab aan de kant waar staat 'PEEL HERE'.
Verwijder de witte dop van het transportbuisje (met de zwarte gelei onderin).
Haal de wattenstok (zwarte dop) uit de verpakking, zorg ervoor dat de wattenstok niet in
contact komt met de
omgeving.
Maak een uitstreek van de introitus vaginae.
Stop de wattenstok in het transportbuisje (tip verdwijnt in de zwarte gelei) en druk de dop
stevig aan.
Plak een barcode sticker van de aanvraagbon in de lengterichting op het buisje.
Invullen van aanvraagbon PAMM
Vul bovenaan op de bon de gegevens van de cliënt in.
Bij "aanvrager" uw naam als verloskundige invullen.
Eventueel kunnen we dit erbij vermelden: Bij "kopie aan" invullen, gynaecologie Elkerliek
ziekenhuis.
Vul de datum en tijd van afname in.
Bij "klinische gegevens" vermelden zwangere, aantal weken graviditeit en vermelden dat het
om GBS gaat.
Werkwijze versturen materiaal
De materialen per afname in het bijbehorend zakje plaatsen, samen met het
aanvraagformulier.
De materialen kunnen volgens bestaande afspraken verstuurd.
Bijlage 3: instructies urine kweekafname
Werkwijze afname urinekweek
Laat een gewassen plas opvangen in een steriel urinepotje.
Invullen van aanvraagbon PAMM
Vul bovenaan op de bon de gegevens van de cliënt in.
Bij "aanvrager" uw naam als verloskundige invullen.
Eventueel kunnen we dit erbij vermelden: Bij "kopie aan" invullen, gynaecologie Elkerliek
ziekenhuis.
Vul de datum en tijd van afname in.
Bij "klinische gegevens" vermelden zwangere, aantal weken graviditeit en vermelden dat het
om GBS gaat.
Werkwijze versturen materiaal
De materialen per afname in het bijbehorend zakje plaatsen, samen met het
aanvraagformulier.
De materialen kunnen volgens bestaande afspraken verstuurd.
Bronnen
Preventie van neonatale Groep B streptokokken ziekte (2.0) NVOG richtlijn (2008)
VSV protocol preventie van neonatale Groep B streptokokken ziekte, maxima
medisch centrum, Velldhoven
Download