Urologie Röntgenonderzoek van de urineleider, het nierbekken en de nierkelken met behulp van contrastvloeistof Retrograde pyelografie Urologie Inleiding U bent onlangs met klachten bij de uroloog geweest. Om meer over de oorzaak van uw klachten te weten te komen wordt er een röntgenonderzoek van de urineleider, het nierbekken en de nierkelken gedaan. De arts gebruikt bij dit onderzoek een cystoscoop: een dun hol buisje (bij vrouwen) of een buigzame slang (bij mannen) die aangesloten is op een lichtbron. Via een lens op het uiteinde van de cystoscoop kan de arts door een kijker in de blaas kijken en de urineleider opzoeken. Met behulp van contrast­ vloeistof en een röntgencamera worden er foto’s gemaakt. Het onderzoek vindt plaats op het functiecentrum Urologie en duurt ongeveer 30 minuten. nier met nierkelken nierbekken urineleider blaas plasbuis Zwangerschap Röntgenstralen kunnen schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Als u zwanger bent of denkt te zijn, moet u dit voor het onderzoek melden. 1 Röntgenonderzoek van de urineleider, het nierbekken en de nierkelken met behulp van contrastvloeistof Voorbereiding Urineweginfectie Als u verschijnselen van een urineweginfectie heeft zoals troebele urine, koorts of pijn bij het plassen, vragen wij u dit zo snel mogelijk door te geven aan de secretaresse. Het onderzoek kan namelijk niet doorgaan als u een urineweginfectie heeft. Menstruatie Voor vrouwen geldt dat het onderzoek gewoon door kan gaan wanneer u menstrueert. Wanneer u een tampon gebruikt, zal deze meestal kunnen blijven zitten. Antibiotica U heeft een recept meegekregen voor een tablet antibiotica. Met dit recept kunt u de antibiotica bij de apotheek ophalen. Wij adviseren u de antibiotica een uur voor het onderzoek in te nemen. De antibiotica krijgt u om een infectie als gevolg van het onderzoek te voorkomen. Wilt u doorgeven als u borstvoeding geeft? De arts zal dan mogelijk een andere antibioticumkuur voorschrijven. Verloop van het onderzoek U gaat naar een kleedkamer waar u de kleding van het onder­ lichaam uittrekt. U kunt van tevoren nog even naar het toilet gaan. Vervolgens gaat u in de onderzoekskamer op de röntgentafel liggen met uw benen gespreid in beensteunen. De verpleeg­ kundige reinigt bij mannen de penis en bij vrouwen de uitgang van de plasbuis met een zeepoplossing. Vervolgens brengt de verpleegkundige gel in de plasbuis. Dit kan een schrijnend gevoel geven. De gel dient als verdovingsmiddel van het slijmvlies waardoor eventuele pijn tot een minimum wordt beperkt. De gel 2 Urologie werkt heel snel. De gel dient tevens als glijmiddel om een cystoscoop (kijkbuis) in te brengen. Het is belangrijk dat u, voor zover mogelijk, zich goed ontspant waardoor het inbrengen van de cystoscoop zo weinig mogelijk ongemak met zich meebrengt. De arts brengt de cystoscoop via de plasbuis in de blaas. Om de binnenkant van de blaas goed zichtbaar te maken, wordt de blaas via de cystoscoop gevuld met warm water. Wanneer de blaas gevuld is, kunt u aandrang krijgen om te plassen. Waarschuw de arts wanneer de aandrang te groot wordt of wanneer u pijn krijgt. De arts bekijkt de blaas en zoekt met behulp van de cystoscoop de urineleider op. Daarna spuit de arts contrastvloeistof via een dun slangetje door de urineleider naar de nier. Dit geeft soms een drukkend en pijnlijk gevoel in de flank. Met behulp van een röntgencamera zijn uw nier en urineleider nu zichtbaar op een beeldscherm. Vervolgens worden er enkele röntgenfoto’s gemaakt. Tijdens het maken van de foto’s vraagt de arts u om even niet te ademen en om vervolgens weer door te ademen. Als er foto’s van beide nieren gemaakt moeten worden, maakt de arts aansluitend foto’s van de andere nier. Daarna verwijdert de arts de cystoscoop en is het onderzoek klaar. Na afloop van het onderzoek Wanneer u naar het toilet gaat, plast u het water vanzelf uit. Daarna kunt u zich wassen en aankleden. U krijgt van de arts direct de uitslag van het onderzoek. Vervolgens kunt u naar huis gaan. Gebruik van fiets, auto of openbaar vervoer is geen probleem. U kunt thuis uw dagelijkse activiteiten weer hervatten. Enkele uren en soms zelfs enkele dagen na het onderzoek kunt u bij het plassen een branderig gevoel krijgen of last hebben van een versterkte plasdrang. Soms zit er wat bloed in de urine. Dit is niet 3 Röntgenonderzoek van de urineleider, het nierbekken en de nierkelken met behulp van contrastvloeistof verontrustend en niet gevaarlijk. Het is belangrijk dat u na het onderzoek veel drinkt. Door het vele drinken worden de blaas en urinewegen schoongespoeld. Complicaties Na dit onderzoek komen zelden complicaties voor. Neemt u contact op met het ziekenhuis wanneer u: • bloed met stolsels plast • koorts heeft, hoger dan 38,5 °C • veel pijn heeft. U kunt maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.30 uur contact opnemen met de afdeling Urologie, het telefoonnummer is (050) 36144 11. Buiten deze tijden kunt u bellen naar het algemene nummer van het UMCG, (050) 361 61 61 en vragen naar de dienst­ doende uroloog. Wat te doen in geval van ziekte of verhindering Als u door ziekte of om een andere reden verhinderd bent uw afspraak na te komen, vragen wij u om zo snel mogelijk contact op te nemen met het functiecentrum Urologie. Het functiecentrum is van maandag t/m vrijdag van 9.00 tot 12.00 uur bereikbaar, telefoonnummer (050) 361 21 67. In uw plaats kan dan een andere patiënt worden geholpen. Vragen Als u naar aanleiding van deze brochure nog vragen heeft dan kunt u op werkdagen van 9.00 tot 12.00 uur contact opnemen met een medewerker van het functiecentrum Urologie. Het telefoon­ nummer is (050) 361 21 67. 4 Patiënteninformatie vlc 600/0904