`blanke Belg` in Harlem

advertisement
Een 'Marokkaan' in België, een 'blanke Belg' in Harlem
charif Benhelima
charif Benhelima
Charif Benhelima is een Belg met
Marokkaanse wortels. In Bozar
toont hij 280 polaroidfoto's, die de
evolutie van zijn werk weergeven
vanaf 1999, na de zwart-witfoto's
van vluchtelingen in België. Elk
beeld is bij Benhelima verweven
met identiteit en afkomst. 'Ik ben
Arabier en jood. En ik ben tegelijk
geen van beiden.'
ERIC RINCKHOUT
charif Benhelima
charif Benhelima
Zijn fotografie gaat over hem, zegt
Charif Benhelima. Welcome to
Belgium was een serie groezelige
en confronterende foto's die hij
tussen 1990 en 1999 maakte over
ontheemde kinderen in Antwerpen
en Brussel, vluchtelingen in het
Klein Kasteeltje, een Brussels
onthaaltehuis voor illegalen en, ten
slotte, het verhaal van één
Tunesische vrouw. "Dat is geen
afstandelijke
documentairefotografie. Dat ging
ook over mij, ik was geen
buitenstaander. En dat zie je aan
de foto's." Zeker in die foto, waarin
de fotograaf meekijkt over de
schouders van een zwarte man, die
door de tralies van zijn kamertje
naar het bevroren kanaal van
Brussel staart.
Benhelima heeft een studio in een
groot complex in Antwerpen-Zuid.
Aan de muur hangen twee
uitvergrote polaroids, werken uit de
serie Roots I, waaraan hij sinds
2008 werkt: een fel belichte witte
bloem, waarvan alleen de
contouren zichtbaar zijn, en een
vervagende klimop met Oosterse
tegeltjes op de achtergrond. Zijn
beelden gaan richting abstractie, er
is geen notie van tijd of plaats, en
dat is ook de bedoeling van Charif
Benhelima.
Charif Benhelima: "Het gaat om
een proces. In Welcome to
Brussels wou ik zien wat ik binnen
de klassieke sociale en
documentairefotografie kon doen.
Enerzijds wou ik zeer klassiek
werken, anderzijds wou ik de grens
met het experimentele aftasten. In
de serie zie je een overgang: de
foto's veranderen. Wat ik sindsdien
met polaroids doe, is een heel
ander verhaal. Maar mijn inzet is
altijd dezelfde gebleven: het gaat
over identiteit en het gevoel een
vreemdeling te zijn. Hoe benader je
dat?
"Toen ik in Berlijn was (in 20052006, ER), was iedereen daar met
propagandakunst bezig. Ik vind dat
veel te gemakkelijk. Ik ben wel
beginnen nadenken. Wat betekent
voor mij identiteit? Ik wou mijn
beelden en mijn onderwerp
democratiseren. In de foto's van het
Klein Kasteeltje bepaalde de
achtergrond altijd het onderwerp.
De achtergrond definieerde meteen
de man of vrouw op de foto en
maakte ook meteen duidelijk
waarover die foto's gingen. Het is
dus de achtergrond die bepaalt hoe
je kijkt, maar dat is niet eerlijk, dat
is niet democratisch.
"Om mijn beelden te
democratiseren, heb ik dan de
achtergrond van mijn foto's volledig
neutraal gemaakt. Dat is de serie
Black -Out. Als je de achtergrond
overbelicht, wordt die wit en blijft
alleen nog je onderwerp over. Je
kunt dus niet meer zeggen: die duif
is in een favela gefotografeerd of
op de Grote Markt in Brussel. Je
krijgt het onderwerp, niets anders.
Waar ik nu mee bezig ben, in de
serie Roots I, is het omgekeerde: ik
overbelicht het onderwerp, terwijl
de achtergrond zichtbaar blijft. Daar
is het de achtergrond die alle
informatie geeft."
U neemt dus een stuk informatie uit
Tussen uw documentair werk van
de foto's weg?
de jaren negentig en nu lijkt u een
andere fotograaf te zijn geworden.
© De Morgen
maandag 08 oktober 2012
"Ja. Ik probeer op die manier de
vraag naar identiteit anders te
Pagina 5 (1)
benaderen. Maar ik grijp nooit in de
opname in, ik doe niet aan
fotoshoppen. Ik vergroot alleen de
foto zoals ze uit de polaroidcamera
is gekomen. Het gaat bij polaroid
om een één op één-beeld, er is
geen negatief waar je x aantal
afdrukken van kunt maken.
"Ik wil de kijker een blik gunnen in
mijn atelier. In Bozar toon ik
daarom 280 polaroids, het kleine
formaat dus, waar ik van vertrek.
Daartussen hangen tien
uitvergrotingen, zodat de kijker de
vergelijking kan maken.
"Ik toon ze in een prachtige ruimte
die Horta speciaal bestemd heeft
voor fotografie. Toen ik die ruimte
zag, besefte ik dat het hét moment
was om mijn polaroids te tonen."
"Is polaroid trouwens wel
fotografie? Het is een ander
medium, het leunt misschien wel
sterker aan tegen schilderkunst.
Omgekeerd heeft de laatste twintig
jaar schilderkunst meer te maken
met fotografie dan met
schilderkunst op zich. Die twee
media kruisen elkaar al een hele
tijd."
Kunt u nog wel werken met
polaroid? De productie ervan is
toch stopgezet?
"Ik heb de laatste duizend films
gekocht (lacht). Ik kon niet anders,
het was alles of niets. Ik heb er mijn
laatste spaarcenten aan gegeven.
Maar nu kan ik de rest van mijn
leven doorwerken, er schieten er
nog zevenhonderd over."
Wanneer begon u met polaroids?
Semites, een portrettenreeks uit
"Ik heb heel lang met een
kleinbeeldcamera gewerkt. Op een
bepaald moment wordt dat een
automatisme. Met die camera heb
ik Welcome to Belgium gemaakt:
een concept, een formule en een
boek. Als dat af is, kun je twee
dingen doen: jezelf herhalen of iets
totaal nieuws beginnen. Ik wilde die
uitdaging wel aangaan. Toen ik in
1998 in New York was, heb ik daar
een polaroidcamera gekocht. En ik
fotografeer nu al veertien jaar lang
met polaroid. Maar Polaroid kreeg
rond 1998 financiële problemen. De
digitale fotografie begon en zij
wilden iets doen om Polaroid te
stimuleren. Ze lanceerden de
zwart-witfilm toen ik in Harlem
verbleef. Fantastisch was dat, maar
helaas was het geen succes en na
een jaar stopten ze met de
productie. Daar stond ik dus, terwijl
ik volop aan een project bezig was.
Ik had geen films meer. Ik heb dan,
als alternatief, een roodfilter voor
mijn lens gezet. Zo kreeg ik zwartroodbeelden."
2003-2005, neemt een aparte
plaats in uw werk in.
"Er hangt een merkwaardig verhaal
aan vast. In New York kocht ik,
zoals zovelen, mijn fotomateriaal in
de bekende winkel B&H. Op een
dag geef ik een kaartje met mijn
naam af. De winkelbediende bekijkt
mij en zegt: 'Benhelima? Dat is een
joodse naam.' Een tijd later ben ik
er weer en diezelfde man zegt: 'Ik
heb het telefoonnummer van uw
grootmoeder in Marokko
gevonden.' Ik was even verward,
moet ik toegeven. Ik kom dus in
New York te weten dat mijn
Marokkaanse vader en zijn
grootouders van joodse komaf zijn.
Ik heb contact opgenomen met de
ambassade en die informatie bleek
te kloppen. In Marokko zitten
inderdaad veel Sefardische joden.
En in mijn geval was er een
vermenging gebeurd van de
Arabische en de joodse families."
geweest in de Arabische landen.
Families waren vaak gemengd.
Later zijn we dat allemaal beginnen
scheiden. In Marokko zijn er nog
joden actief als zilversmeden en in
de transportbusiness. Zelfs de
adviseur van de Marokkaanse
koning is joods.
"In 2004 ben ik dan mijn familie in
Marokko gaan opzoeken. Toen ik
de foto's van familieleden
reproduceerde, realiseerde ik me
dat ik dat niet zomaar kon doen. Ik
weet niet hoe die mensen er echt
uitzien. Bovendien, als je iemand
lang niet meer gezien hebt,
vervaagt de voorstelling, je hebt
alleen maar een wazige
herinnering. Daarom heb ik die
familieportretten gefotografeerd
met flits. Sommige gelaatstrekken
zijn wat duidelijker, van andere
mensen schiet alleen een witte vlek
over als gezicht."
Waarom koos u de titel Semites?
"Semieten zijn de volkeren die de
Semitische staal spreken,
Arabieren én joden. Dat is één
groep, en tegelijk zijn ze in conflict
met elkaar. Het voordeel van
'Semiet' is dat je niet spreekt over
religie maar over cultuur.
"We kijken altijd naar de verschillen
tussen volkeren, terwijl we zouden
moeten zoeken naar wat we
gemeenschappelijk hebben. Toen
ik in Berlijn zat, werd ik daar nog
met de Muur geconfronteerd.
Daarom heb ik de Arabieren en de
joden van elkaar gescheiden.
Subtiel. In de grote toonkast staan
sommige foto's wat meer naar
voren, andere wat meer naar
achter. Als je ver staat, merk je dat
verschil niet. Het is één familie, en
toch zijn ze gescheiden. Zoek maar
uit wie de joden en wie de
Arabieren zijn: ze hebben zoveel
gemeen."
De grens tussen de Arabische en
"Met de beperkingen van een
polaroidcamera kan je juist veel
doen. Ik ben ook na een tijd in kleur
beginnen werken. Zolang ik een
kleinbeeldcamera gebruikte, zou ik
nooit in kleur zijn gaan werken. Ik
dacht toen in zwart-wit.
© De Morgen
joodse wereld loopt door u heen.
"Ik ben Arabier en jood, ik ben
beide en tegelijk geen van de twee.
"De joodse gemeenschap is
historisch gezien altijd aanwezig
maandag 08 oktober 2012
Door te flitsen maakt u hun
identiteit waziger.
"Ja. En door overbelichting maak ik
de kijker ook bewust van het feit
dat ik daar niet was. Dat het
reproducties zijn. En reconstructies.
Pagina 5 (2)
Voor een deel is dit mijn familie,
maar ik heb er andere foto's aan
toegevoegd. Ik zit er zelf ook twee
keer in."
Hoe belangrijk was die ontdekking
van uw joodse voorouders?
"Het was raar, zeer raar. In België
ben ik een Marokkaan, in New York
hoor ik dat ik joodse familie heb.
Hoe complex is dat! Ik wist niet hoe
ik dat moest plaatsen."
Uw vader is naar België gekomen
als 'gastarbeider', zoals dat toen
werd genoemd.
"Ik begin Welcome to Belgium met
een document uit 1964 dat
verspreid werd om Marokkaanse
en Tunesische arbeiders naar
België te lokken, een uitnodiging
om in de mijnen te komen werken.
Mijn vader is door die belofte naar
België gekomen. Zovele jaren later
spreekt men van een politiek
'probleem'. Maar men vergeet waar
de uitnodiging vandaan kwam.
Bovendien: wij zijn niet
verantwoordelijk voor de keuzes
van onze ouders
"Maar ik ben met heel die
problematiek altijd heel voorzichtig
en nooit agressief omgesprongen.
Het is allemaal heel fragiel. Zie
naar mijn Semites: wat ons
verdeelt, is niet de inzet. Door te
kijken naar wat we
gemeenschappelijk hebben,
kunnen we zoeken naar
oplossingen. Dat is altijd mijn keuze
geweest. Ik ben geen moslim of
Arabier, ik kom daarvandaan, ik
ben geen jood, ik kom
daarvandaan. Ik ben nu wie ik ben,
maar ik heb wel mijn geschiedenis.
Daar wil ik op mijn manier over
spreken."
white man'. Ik werd opgenomen in
de gemeenschap, maar ik was een
fucking Belg. Het perspectief werd
omgekeerd. En hier ben ik een
'allochtoon'. Toen ik dat aan mijn
vrouw, een Braziliaanse, vertelde,
barstte zij in lachen uit. In Brazilië is
iedereen 'allochtoon', in de States
ook, behalve de Indianen.
"Ik werd eens opgebeld door een
journalist die me wou interviewen
en vroeg of ik Marokkaanse kunst
maakte. Nee, dus. Ik ben in België
opgegroeid. Mijn achtergrond
bepaalt wel mijn manier van kijken,
maar nee, ik maak geen
Marokkaanse kunst. En toen ik een
appartement wou huren, ging alles
goed aan de telefoon: ik heb een
West-Vlaams accent. Tot ik mijn
naam noemde. Oei, een
Marokkaan, dacht de man aan de
andere kant. Weg appartement."
Uw volgende tentoonstelling heet
De allochtoon. Vervelend voor deze
krant, die het woord uit haar
kolommen probeert te weren.
"(lacht) Dat is volgend jaar, in
Charleroi. Ik ben daar al lang mee
bezig, maar ik werk altijd traag.
Beelden moeten een tijd kunnen
rusten en ik moet afstand kunnen
nemen. Ik wil het begrip an sich
aanpakken. Ik toon een voetballer,
een straatcrimineel... ik ga alle
clichés tonen van wat mensen
verstaan onder dat woord."
Charif Benhelima, Polaroids 19982012 tot 18 november in Bozar,
Ravensteinstraat, Brussel.
www.bozar.be.
,,
'Mijn inzet is altijd dezelfde
gebleven: het gaat over identiteit en
het gevoel een vreemdeling te zijn.
Hoe benader je dat?',,
Voet u zich Belg?
"(lacht) In de eerste plaats ben ik
Belg. Ik ben Belg geworden in de
States. In Harlem werd ik met alles
geconfronteerd waar ik hier ook
doorheen ben gegaan. Maar daar
was ik opeens een blanke. In
Harlem is het duidelijk ik was 'a
© De Morgen
,,
Charif Benhelima,,
maandag 08 oktober 2012
Pagina 5 (3)
Download