Risico op diabetes type 2 na zwangerschapsdiabetes

advertisement
Informatie voor patiënten
Risico op diabetes type 2
na zwangerschapsdiabetes
zz
1
Tijdens uw zwangerschap is het bloedsuikergehalte (glucosegehalte) in
uw bloed verhoogd geweest. Dit wordt zwangerschapsdiabetes genoemd.
Na de bevalling van uw kind zullen de zwangerschapshormonen die de
zwangerschapsdiabetes mee hebben veroorzaakt, verdwijnen. Daardoor
worden uw bloedwaarden weer normaal. Een vrouw die zwangerschapsdiabetes heeft gehad, heeft echter op de langere termijn een verhoogde
kans op het krijgen van diabetes type 2.
In deze brochure leest u welke factoren een rol spelen bij het ontstaan
van diabetes type 2 en wat u zelf kunt doen om het risico te verkleinen.
Verhoogd risico
Als u zwangerschapsdiabetes hebt gehad, is de kans groter dan gemiddeld dat
u diabetes type 2 krijgt: van alle vrouwen die zwangerschapsdiabetes hebben
gehad, krijgt de helft binnen tien jaar diabetes type 2.
Ook is er 50% kans dat u bij een volgende zwangerschap opnieuw zwangerschapsdiabetes krijgt.
Borstvoeding
Als u uw baby borstvoeding geeft, loopt u minder risico om diabetes type 2 te
krijgen. Ook voor baby’s die gevoed worden met moedermelk, geldt dat de kans
kleiner is dat zij later diabetes type 2 krijgen. Meer informatie over dit onderwerp vindt u op: www.borstvoeding.com
Met vragen over borstvoeding kunt u terecht bij de lactatiekundigen van het
WZA. Vanaf de 25e week in de zwangerschap kunt u tijdens kantooruren een
afspraak maken via afdeling C0, telefoonnummer (0592) 32 53 70. De lactatiekundigen kunnen u informatie geven over het verloop van borstvoeding tijdens
de eerste dagen na de bevalling. Ook kunnen zij u bijvoorbeeld vertellen wat de
voordelen zijn als u tijdens de zwangerschap handmatig gaat kolven.
2
Andere risicofactoren
Naast zwangerschapsdiabetes kunnen bij het ontstaan van diabetes type 2
allerlei andere factoren een rol spelen:






overgewicht
hoge bloeddruk
hart- en vaatziekten
vetstofwisselingsstoornissen, bijvoorbeeld een hoog cholesterolgehalte
roken
erfelijkheid (Iedereen met een vader, moeder, broer of zus met diabetes,
heeft meer kans om ook diabetes te krijgen.)
 etniciteit (Diabetes komt vaker voor bij Hindoestanen, Turken en
Marokkanen, ook op jongere leeftijd (al vanaf het 35e jaar).)
Veel risicofactoren bij diabetes type 2 hebben te maken met een ongezond
eetpatroon en onvoldoende beweging. Vrouwen die zwangerschapsdiabetes
hebben gehad, moeten extra op hun gezondheid letten, omdat zij al een
verhoogde kans hebben om diabetes type 2 te krijgen.
Afvallen
Overgewicht is vooral een risicofactor bij diabetes type 2 als het vet rond de
buik zit. Bij vrouwen is er sprake van overgewicht als de tailleomtrek groter is
dan 88 cm. Ook als uw BMI (Body Mass Index) hoger is dan 25, hebt u overgewicht. Bij BMI gaat het om het lichaamsgewicht in verhouding tot de lichaamslengte. U kunt uw BMI uitrekenen door uw lichaamsgewicht te delen door uw
lengte in het kwadraat. Ook kunt u op www.voedingscentrum.nl een BMI-test
doen.
Als uw tailleomvang groter is dan 88 cm of uw BMI hoger dan 25, is het
verstandig om af te vallen.
3
Bewegen
Om af te vallen, is het belangrijk dat u voldoende beweegt: minstens vijf dagen
in de week een uur per dag.
Doe uw best om bij alles wat u doet extra te bewegen. Neem bijvoorbeeld de
trap in plaats van de lift. Stap een halte eerder uit de bus en loop het laatste
stukje naar uw huis of werk. Doe uw boodschappen zoveel mogelijk lopend of
op de fiets. Huishoudelijk werk (bijvoorbeeld stofzuigen, ramen lappen) is ook
beweging! Probeer regelmatig een wandeling (met uw baby) te maken.
Meer informatie over gezond bewegen vindt u op:
 www.hartstichting.nl
 www.30minutenbewegen.nl
 www.beweegmaatje.nl
 www.fietsenscoort.nl
Gezonde voeding
Voor een gezond eet- en drinkpatroon gelden de volgende adviezen:
 Zorg voor een goede energiebalans. Dat wil zeggen dat de energie die uw
lichaam uit uw voeding haalt, in evenwicht is met de energie die u verbruikt.
 Verdeel uw eten en drinken gelijkmatig over de dag. Hierdoor voorkomt u
grote schommelingen in het bloedsuikergehalte.
 Sla geen maaltijden over. De kans is dan kleiner dat u te veel calorierijke
producten gaat eten. Bij voorkeur drie hoofdmaaltijden en maximaal vier
tussendoortjes.
 Zorg voor variatie. De kans dat u alle benodigde voedingsstoffen binnenkrijgt, is dan het grootst.
4
 Wees matig met verzadigd vet. Verzadigd vet komt vooral voor in dierlijke
producten zoals roomboter (vol)vette kaas, volle melk en melkproducten en
vet(te) vlees(waren) en worstsoorten. Het zit ook in harde margarine, harde
bak- en braadproducten, kant-en-klaar gekochte snacks, gebak, chocolade en
zoutjes. Er zijn ook plantaardige producten die vet bevatten: cacaovet, palmolie en kokosvet (bijvoorbeeld kokosbrood en koffiewitmakers). Kies magere
of halfvolle melk(producten), 20+ of 30+ kaas en mager vlees of magere vleeswaren. Gebruik vloeibare margarine of olie om in te bakken, braden of
frituren.
 Wees matig met zout.
 Gebruik regelmatig vezelrijke producten. Dit heeft een gunstig effect op het
bloedsuikergehalte. Bij vezelrijke producten kunt u bijvoorbeeld denken aan:
volkorenbrood, roggebrood, havermout, groente, fruit, zilvervliesrijst,
peulvruchten, aardappelen en noten.
 Eet voldoende groente en fruit.
 Eet twee keer per week vis, waarvan ten minste één keer vette vis.
 Kies voor dranken die geen calorieën bevatten, zoals water, koffie en thee
(zonder suiker en melk) of frisdranken zonder calorieën (maximaal drie per
dag).
 Drink niet meer dan één glas alcohol per dag. Probeer ook eens een dag over
te slaan.
5
Vitamine D
Het is belangrijk dat u genoeg vitamine D krijgt, want een vitamine D-tekort
verhoogt de kans op diabetes type 2.
Vitamine D zit van nature in: vette vis zoals bokking, haring, makreel, paling en
zalm, in eieren en (in wat kleinere hoeveelheden) in vlees en melkproducten.
Vitamine D wordt toegevoegd aan halvarine, margarine en bak- en braadproducten.
Naast voeding met voldoende vitamine D, is het belangrijk dat u ten minste
iedere dag een kwartier buitenkomt.
Ook uw huidskleur is van invloed: iemand met een lichte huidskleur heeft
minder snel een tekort aan vitamine D dan iemand met een donkere huidskleur.
Vitamine D -preparaat
Het is aan te raden om dagelijks 10 microgram vitamine D extra te gebruiken
in de vorm van een vitaminepreparaat, als u:
 een donkere huidskleur hebt
 minder dan een kwartier per dag buitenkomt
 een sluier draagt
Ook als u zwanger bent of borstvoeding geeft, hebt u dagelijks een vitaminepreparaat nodig van 10 microgram vitamine D.
6
Aanbevolen dagelijkse hoeveelheden
Voor een gezonde voeding is het verstandig om iedere dag de volgende
hoeveelheden aan te houden:
Vrouwen van
Vrouwen die borstvoeding
19 tot 50 jaar
geven
200 g
200 g
4 opscheplepels
4 opscheplepels
200 g
300 g
2 stuks
3 stuks
210 g
280 g
6 sneetjes
8 sneetjes
Aardappelen, rijst, pasta,
200 g
250 g
peulvruchten
4 aardappelen /
5 aardappelen/opscheplepels
Productgroep
Groente
Fruit
Brood
opscheplepels
Melk(producten)
450 ml
450 ml
Kaas
1,5 plak (30 g)
1,5 plak (30 g)
Vlees(waren), vis, kip,
100-125 g
125-150 g
30 g
40 g
eieren, vleesvervangers
Halvarine
5 g per sneetje
Bereidingsvetten
Dranken
15 g
15 g
1 eetlepel
1 eetlepel
1.5-2 liter
2-2,5 liter
7
Variaties broodmaaltijd
Brood en broodvervangers
In plaats van 1 sneetje brood kunt u nemen:
 2 beschuiten
 2 sneetjes knäckebröd
 1 sneetje roggebrood
 1 sneetje krentenbrood of rozijnenbrood zonder spijs
 ½ (volkoren)broodje
Broodbeleg
 bij voorkeur 20+ of 30+ kaas/smeerkaas (bijvoorbeeld Westlight, Milner,
Cantenaar, Maaslander), Zwitserse strooikaas en Hüttenkäse
 magere vleeswaren, zoals rosbief, rookvlees, fricandeau, runderrollade,
casselerrib, kipfilet, kip-of kalkoenrollade, magere achterham, tong of filet
américain
 ei in plaats van kaas of vleeswaren; maximaal drie keer per week 1 ei
 sandwichspread, groentespread of salade (bijvoorbeeld selderijsalade)
 rauwkost, zoals tomaat, komkommer en radijs
 zoet beleg: alle soorten behalve chocolade- en kokosproducten
Soep
 magere soep of bouillon. (Schep eventueel het vet af van afgekoelde bouillon.
Gebruik een bouillonblokje of bouillonpoeder.)
Aardappelen
In plaats van 4 kleine aardappelen (=200 g) kunt u nemen:
 4 opscheplepels gare (volkoren) pasta
 4 opscheplepels gare (zilvervlies)rijst
 4 opscheplepels aardappelpuree zonder boter of margarine
 4 opscheplepels gare peulvruchten
 2 sneetjes brood (bruin of volkoren)
8
Groente
 alle soorten groente (gekookt en rauw) zonder boter of saus; eventueel rauwkost op smaak maken met een vinaigrette van olie, azijn en kruiden of met
slasaus
Vlees en vleesvervangers
 magere vleessoorten, zoals mager rund-, kalfs-, lamsvlees, biefstuk, varkenshaas, varkensfilet, varkensfricandeau, tartaar, lever, tong, mager runder- of
kalfsgehakt
 magere vissoorten, zoals kabeljauw, schelvis, schol, tong, tarbot, wijting,
poon, tonijn; één keer per week vette vis. zoals makreel
 wild, kip of kalkoen zonder vel
 vleesvervangers: alle soorten peulvruchten, tahoe, tempé, Quorn, sojavlees
Jus en saus
 magere jus: van koude jus het vet of olielaagje afscheppen en alleen het
bruine deel gebruiken. (Desgewenst op smaak maken met kruiden, specerijen of tomatenpuree.)
 rode sauzen (bijvoorbeeld ketchup en barbecuesaus) of piccalilly en mosterd
Nagerecht
 magere (vruchten)kwark of magere (vruchten)yoghurt, bij voorkeur zonder
suiker
 magere vla, pap of pudding gemaakt van magere of halfvolle melk of
karnemelk
 sojadessert
 fruit, vruchtengelatinepudding, watergruwel
 sorbetijs of waterijs
Dranken
In plaats van 1 glas halfvolle melk (150ml) kunt u nemen:
 1 glas karnemelk
 1 schaaltje magere (vruchten)yoghurt of magere (vruchten)kwark zonder
suiker (bijvoorbeeld Optimel, Vitalinea).
9
Tussendoortjes
Fruit
 alle soorten fruit, bij voorkeur vers fruit (verdeeld over de dag maximaal 3
stuks)
 ongezoete of light vruchtensap (verdeeld over de dag maximaal 3 glazen)
Vrij te gebruiken
 thee of zwarte koffie zonder suiker
 mineraalwater (eventueel met wat citroensap)
 tomatensap of groentesap.
 light frisdranken (maximaal 3 glazen per dag)
Natuurlijk mag u af en toe iets lekkers nemen. U kunt het beste kiezen uit:
 zoete extraatjes: drop, (suikervrije) kauwgom, zuurtjes, 2 (volkoren)biscuitjes, 2 speculaasjes, 2 Sultana's, 1 Evergreen, 1 plak ontbijtkoek, 1 kleine
eierkoek
 hartige extraatjes: Japanse mix, zoute stokjes
 rauwkost: sla, tomaat, komkommer, augurk, radijs, paprika
Meer informatie over gezonde voeding vindt u op:
 www.voedingscentrum.nl
 www.hartstichting.nl
 www.diabetesfonds.nl
10
Controles
Zes weken na de bevalling
Het is verstandig om zes weken na de bevalling bij uw huisarts uw bloedsuikergehalte te laten bepalen.
Jaarlijkse controle
In de eerste tien jaar na de bevalling is het belangrijk dat u uw bloedsuikergehalte jaarlijks laat controleren. Omdat u zwangerschapsdiabetes hebt gehad,
is er namelijk 50% kans dat u binnen tien jaar diabetes type 2 krijgt.
Voor deze controles kunt u terecht bij uw huisarts. Behalve uw bloedsuikergehalte kan de huisarts ook het vetgehalte van uw bloed, uw bloeddruk, uw
gewicht, uw BMI en uw tailleomvang controleren.
Zwangerschap
Mocht u opnieuw zwanger worden, dan is het van belang dat u zo snel mogelijk
uw bloedsuikergehalte laat bepalen. Als u één keer zwangerschapsdiabetes hebt
gehad, is de kans 50% dat u bij een volgende zwangerschap ook weer zwangerschapsdiabetes krijgt. Voor de ontwikkeling van de ongeboren baby is een
goede bloedsuikerregulatie juist in het begin erg belangrijk!
Vragen?
Als u nog vragen hebt over diabetes type 2, kunt u het beste contact opnemen
met uw huisarts.
Hebt u een opmerking of een klacht?
De medewerkers en specialisten van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen doen hun best u de
juiste (medische) zorg te geven. Mocht er toch iets gebeuren waarover u niet tevreden
bent, dan verzoeken wij u om dit door te geven. U kunt dat het beste doen aan degene die
direct verantwoordelijk is. Als u dat moeilijk vindt of een gesprek heeft niet het gewenste
resultaat, kunt u zich wenden tot de ombudsfunctionaris van het ziekenhuis. Deze is
bereikbaar via:
 e-mailadres: [email protected]
 telefoonnummer: (0592) 32 56 24/32 55 55 (maandag t/m donderdag)
 postadres: WZA t.a.v. ombudsfunctionaris, postbus 30.001, 9400 RA Assen
Meer informatie over de klachtenprocedure vindt u op www.wza.nl
Diabetes Centrum Wilhelmina
Het Diabetes Centrum Wilhelmina is gehuisvest in het
Medisch Centrum Wilhelmina. Dit is onderdeel van het
Wilhelmina Ziekenhuis Assen.
inter34 – februari 2016
Borgstee 17
9403 TS Assen
Telefoon (0592) 76 00 40 (diabetesverpleegkundigen)
(0592) 34 00 53 (Medisch Centrum Wilhelmina)
www.mcwilhelmina.nl/www.wza.nl
© 2016 WZA
Download