Bijlage I: Niet gesprongen explosieven

advertisement
Vooronderzoek naar het risico op het
aantreffen van Conventionele Explosieven in
het onderzoeksgebied: “Knooppunt Joure”
Juli 2011
Copyright 2011
. Niets uit deze rapportage mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door
middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch, internet of welke andere wijze dan ook zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de houders van het auteursrecht. De opdrachtgever mag
voor intern gebruik duplicaten maken.
Pagina 1 van 28
Distributielijst:
- Haskoning Nederland BV
- Explosive Clearance Group (ECG)
Auteur:
Ter controle:
Autorisator:
Drs. H. van der Burgt
A. van Hoeven
Ing. F.G. Pas
(Historicus)
(Werkvoorbereider OCE)
(Directeur)
Pagina 2 van 28
INHOUDSOPGAVE
Hoofdfase 1:
De Probleeminventarisatie ............................................................... 4
1
Inleiding ........................................................................................................... 5
1.1
ALGEMEEN ............................................................................................................................................5
1.2
AANLEIDING ..........................................................................................................................................5
1.3
WERKWIJZE ...........................................................................................................................................6
1.4
HET ONDERZOEKSGEBIED .........................................................................................................................7
2
Het historisch onderzoek .................................................................................. 8
2.1
INDELING ..............................................................................................................................................8
2.2
DE DUITSE INVAL IN NEDERLAND TUSSEN 10 EN 15 MEI 1940 ........................................................................8
2.3
DE LUCHTOORLOG TUSSEN MEI 1940 EN MEI 1945 ......................................................................................9
2.4
DE BEVRIJDING IN APRIL 1945 ................................................................................................................12
2.5
LUCHTFOTO INTERPRETATIE ....................................................................................................................13
2.5.1 Doel van de luchtfoto interpretatie .........................................................................................13
2.5.2 Methodiek ..............................................................................................................................13
2.5.3 Grenzen en mogelijkheden van luchtfoto interpretatie ...........................................................13
2.6
IN HET VERLEDEN GEMELDE EN GERUIMDE EXPLOSIEVEN ...............................................................................18
2.7
MIJNENVELDEN ....................................................................................................................................20
2.8
LEEMTEN IN DE KENNIS ..........................................................................................................................21
3
Conclusie ....................................................................................................... 22
4
Advies ............................................................................................................ 23
5
Overzicht van gehanteerde bronnen............................................................... 24
6
Bijlagen .......................................................................................................... 25
Pagina 3 van 28
HOOFDFASE 1:
DE PROBLEEMINVENTARISATIE
Pagina 4 van 28
1 INLEIDING
1.1
ALGEMEEN
Op een onbekend aantal plaatsen in Nederland liggen nog bommen, granaten en andere munitie uit de
Tweede Wereldoorlog. Tot op heden worden bij grond-, water- en wegwerkzaamheden nog nagenoeg
dagelijks Conventionele Explosieven gevonden.
Volgens mondiale, militaire inschatting is van al het materieel dat gedurende de Tweede Wereldoorlog
(1940-1945) verschoten of afgeworpen is, ondergronds 10% en onder water 15% niet tot ontploffing
gekomen. Wanneer deze explosieven bij werkzaamheden worden aangetroffen, kunnen deze gevaar
opleveren voor de publieke veiligheid. Daarnaast kunnen deze vondsten een zware belasting voor het
milieu vormen.1
1.2
AANLEIDING
In opdracht van Royal Haskoning Nederland BV heeft Explosive Clearance Group BV (ECG) een
vooronderzoek conform de huidige BRL-OCE uitgevoerd ter plaatse van het te omschrijven
onderzoeksgebied "Knooppunt Joure". Door de gemeente Skarsterlân, Rijkswaterstaat NoordNederland en de Provincie Fryslân is afgesproken dat zij gezamenlijk een definitieve oplossing willen
realiseren voor het knooppunt Joure. Het knooppunt is verantwoordelijk voor een slechte doorstroming
op de autosnelwegen A6 en A7. Er zijn een aantal varianten mogelijk.
Een onderdeel van het voortraject is de wens om duidelijkheid te verschaffen omtrent de mogelijke
aanwezigheid van niet ontplofte explosieven. De eerste aanzet hiervoor omvat een Vooronderzoek
conform de vigerende BRL-OCE.
Het doel van de eerste fase van het vooronderzoek is het verkrijgen van een, door middel van het
verzamelen en verwerken van relevant historisch feitenmateriaal, gefundeerd antwoord op de volgende
twee kernvragen:
1.
2.
Is het onderzoeksgebied betrokken geweest bij oorlogshandelingen en is er daardoor sprake van
een verhoogd risico op het aantreffen van Conventionele Explosieven?
Wat is de verschijningsvorm van de vermoede explosieven? Met andere woorden: zijn er
explosieven afgeworpen, verschoten, neergelegd, gedumpt etc.?
Omdat de probleeminventarisatie een belangrijke input vormt voor het vervolg van het
explosievenonderzoek met een eventuele probleemanalyse, is het van belang dat de inventarisatie
grondig en nauwkeurig wordt uitgevoerd. Om deze reden wordt de probleeminventarisatie door
academisch opgeleide historici uitgevoerd. De probleemanalyse wordt, indien noodzakelijk, in
samenspraak met een senior OCE (deskundige in het Opsporen van Conventionele Explosieven) en een
civiel technicus opgesteld.
1
Voor nadere info betreffende regelgeving etc. zie: www.explosievenopsporing.nl
Documentcode: 123-011-VO-001
Pagina 5 van 28
1.3
WERKWIJZE
Om antwoord te kunnen geven op de vraag of er binnen het onderzoeksgebied sprake is van een
verhoogd risico zal een aantal bronnen worden geraadpleegd, te weten: de landelijke en regionale
literatuur, het gemeente archief van Skarsterlân, het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH)
in Den Haag, het archief van het EOCKL te Culemborg, de nationale luchtfotoarchieven te Wageningen en
Zwolle en internationale luchtfotoarchieven in Schotland en in de Verenigde Staten.
Op basis van de onderzoeksresultaten zal worden bepaald of er in (delen van) het onderzoeksgebied een
feitelijk aantoonbaar verhoogd risico op het aantreffen van achtergebleven explosieven aanwezig is.
Indien dit het geval is, zal een overzicht worden opgesteld van de mogelijke verschijningsvorm van de
vermoede explosieven en wordt vervolgens een probleemanalyse opgesteld.
Wanneer uit het bronnenmateriaal belangrijke feiten of conclusies naar voren komen, wordt met behulp
van voetnoten een verwijzing gegeven naar de vindplaats van de betreffende passages, afbeeldingen of
documenten zodat alle gegevens desgewenst verifieerbaar zijn.
Pagina 6 van 28
1.4
HET ONDERZOEKSGEBIED
In dit rapport wordt als onderzoeksgebied de locatie genomen van het voorkeursalternatief en de
aanpassingen in het onderliggende wegennet.
Joure
Haskerhorne
Scharsterbrug
Ouwsterhaule
Fig.1 Het onderzoeksgebied Knooppunt Joure.
Legenda
Onderzoeksgebied
Pagina 7 van 28
2 HET HISTORISCH ONDERZOEK
2.1
INDELING
Om een helder en overzichtelijk beeld te krijgen of het onderzoeksgebied betrokken is geweest bij
oorlogs- en gevechtshandelingen, is gekozen voor een chronologische beschrijving van de
gebeurtenissen. Deze zijn ingedeeld in een drietal historische tijdvakken: de Duitse inval in
Nederland tussen 10 en 15 mei 1940, de luchtoorlog tussen mei 1940 en mei 1945, de bevrijding
in april 1945. Vervolgens worden de luchtfoto's uit de Tweede Wereldoorlog geanalyseerd en
worden de naoorlogse ruimingen van Conventionele Explosieven beschreven.
2.2
DE DUITSE INVAL IN NEDERLAND TUSSEN 10 EN 15 MEI 1940
Bij de Nederlandse verdediging tegen de dreigende Duitse invasie, rekende het Nederlandse
opperbevel niet op een eventuele overwinning op de oosterbuur. De Nederlandse strategie werd
uitgevoerd met het doel de Nederlandse Regering niet in handen van de Duitsers te laten vallen en naar
het veilig geachte Londen te sturen. Om dit te bewerkstelligen werden de meeste Nederlandse troepen
rondom Den Haag, Rotterdam en Utrecht (de Vesting Holland) gestationeerd. Om de dreigende opmars
te kunnen vertragen, werden onder meer in Noord-Brabant en Limburg, de Peel-Raamstelling en de
Maaslinie opgeworpen. Deze linies werden bewapend met zogenaamde kazematten. Wanneer de
Duitse opmars niet langer weerstand geboden kon worden, hadden de Nederlandse strijdkrachten de
opdracht bruggen over de rivieren en kanalen op te blazen en zich richting het westen terug te trekken
om vervolgens onder andere in de Grebbelinie en Kornwerderzand positie te nemen.
Op 11 mei 1940 trokken de Duitsers Joure binnen. De stad en omgeving werd zonder gevechts2
handelingen ingenomen. De Duitse opmars was verder gericht op de Afsluitdijk en de havens aan het
IJsselmeer.
Resumerend kan gesteld worden dat er geen aanwijzingen achterhaald zijn dat er oorlogshandelingen
hebben plaatsgevonden in het onderzoeksgebied.
2
Overzicht Tweede Wereldoorlog Haskerland, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland
1918-1967, inv.nr. 1628, Diverse rapporten en verslagen o.a. over de mislukte landing van een watervliegtuig op het
Tjeukemeer op 15 oktober 1940
Pagina 8 van 28
2.3
DE LUCHTOORLOG TUSSEN MEI 1940 EN MEI 1945
Tussen juli 1940 en juni 1944 woedde aan het westfront in de Tweede Wereldoorlog voornamelijk
een oorlog in de lucht. Hieronder is een overzicht opgenomen van de (lucht)oorlogshandelingen die
mogelijk in de omgeving van het onderzoeksgebied hebben plaatsgevonden.
Datum:
19/20 september
1940
20/21 september
1940
24 april 1941
28 april 1941
31 augustus 1943
22 november
1943
5 januari 1944
Gebeurtenissen:
Bominslagen gemeld op 250 meter ten westen van de Vegelinsweg. Er is
3
mogelijk sprake van een blindganger.
Bominslagen waargenomen in de richting van Noorder Oudeweg - Broek 4
Akmarijp.
Vier brisantbommen afgeworpen op de tabaksfabriek van Douwe Egberts in
5
Joure.
6
Bombardement op Joure. Getroffen werd de fabriek van Douwe Egberts.
7
Tevens werden gebouwen in de omgeving beschadigd.
8
Crash Halifax Mk om 03.53 te Joure.
Bominslagen in weilanden langs de Rijksweg 43 nabij Broek en Boornzwaag.
Er werden een 15 -tal gaten waargenomen in landerijen langs de Rijksweg,
van mogelijk niet geëxplodeerde bommen. Tevens twee kraters met een
9
doorsnede van 12 tot 15 meter.
Een blindganger van een fosfor rubber brandbom van ca. 6/8 kilo, mogelijk
achtergebleven bij de ruiming van de projectielen, die op 22 november 1943
10
nabij Broek en Boornzwaag waren neergekomen, werd opnieuw gemeld.
3
Rapport bommen Gemeente Politie Haskerland daterende 21 september 1940, Gemeentearchief Skarsterlân,
Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1630, diverse stukken uit het politiearchief 1940-1944
4
Rapport Gemeente Politie Haskerland aangaande uitwerpen van bommen, Gemeentearchief Skarsterlân,
Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1630, diverse stukken uit het politiearchief 1940-1944
5
G.J. Zwanenburg, En nooit was het stil… kroniek van een luchtoorlog I (z.p, z.j) 183
Opmerking van G.J. Zwanenburg: Op 26 april 1941 werd in het Duitse KTB nr. 3 van het Commandobereik
Amsterdam gerapporteerd dot op 24.4.1941 om 12.00 uur in Joure vier brisantbommen waren afgeworpen op
de tabaksfabriek van Douwe Egberts. Uit geen enkel Brits document blijkt dot op die tijd RAF-vliegtuigen boven
Nederland waren. Het Gemeente-archief in Joure bracht ook geen uitkomst; uit documenten daar blijkt dot de
aanval op 28 april 1941 ± 12.10 uur moet zijn uitgevoerd. Vraag blijft, hoe de Duitsers reeds op 26 april konden
rapporteren, dot een aanval had plaatsgevonden. Het zou kunnen zijn dat ergens een fout is gemaakt en dat b.v.
de melding later is bijgeschreven. Maar dan nog blijft de vraag waarom 'dezelfde hand van schrijven' die op 26
april de notitie inschreef, op 28 april 1941 wel de aanvallen op De Kooy heeft vermeld, maar niet die op Joure.
6
T. Eversteijn, Bombardementen en verongelukte vliegtuigen in de periode 10 mei 1940 – 5 mei 1945 (z.p.
2003) 607 (Opmerking ECG: zie voorgaande voetnoot).
7
Afwikkeling oorlogsschade Douwe Egberts, daterende 1 december 1956, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief
van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1614, oorlogs- en bezettingsschade: diverse schadegevallen
1945 - 1957
8
Eversteijn, Bombardementen en verongelukte vliegtuigen, 1680. In het register Vliegtuigcrashes in de Tweede
Wereldoorlog Verliesregister 1939 -1945, het jaar 1943, samengesteld door de Studiegroep Luchtoorlog (SGLO),
2008, Nederlands Instituut voor Militaire Historie te Den Haag (NIMH) 82 (T2854) wordt Kuinre aangegeven als
crashlocatie.
9
Proces-verbaal van te Boornzwaag, gemeente Doniawerstal afgeworpen vliegtuigbommen, resp. wel en niet
geëxplodeerd, op Maandag 22 november 1943, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente
Doniawerstal 1925-1983, inv. nr. 824, Stukken betreffende bijzondere voorvallen waaronder vliegtuigaanvallen,
neerstorten van vliegtuigen, aantreffen van bommen en afgeworpen voorwerpen uit vliegtuigen. 1940-1944.
10
Proces-verbaal van een te Boornzwaag afgeworpen en niet geëxplodeerde vliegtuigbom gevonden op 5
januari 1944, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente Doniawerstal 1925-1983, inv. nr. 824,
Stukken betreffende bijzondere voorvallen waaronder vliegtuigaanvallen, neerstorten van vliegtuigen,
aantreffen van bommen en afgeworpen voorwerpen uit vliegtuigen. 1940-1944
Pagina 9 van 28
29 februari 1944
7 mei 1944
5 augustus 1944
15 augustus 1944
16 augustus 1944
11 september
1944
6 oktober 1944
22 oktober 1944
22 februari 1945
Een lege afwerpbare benzinetank werd aangetroffen in een weiland bij
11
Haskerhorne.
12
Neerkomen vier lege benzinetanks bij Oudehaske en Haskerhorne.
Treinbeschietingen bij Follega, tussen Joure en Lemmer. Tramstel van de
13
NTM onder vuur genomen.
Beschieting van een voertuig door een tweetal gevechtsvliegtuigen op de
14
Rijksweg 43 ter hoogte van Westermeer.
15
Beschieting vrachtwagen op de rijksweg 43 onder Westermeer.
Beschietingen van een tweetal vrachtwagens door gevechtsvliegtuigen op de
16
Rijksweg 43 onder behoor van Westermeer.
Beschieting van een schip in de waterweg genaamd "de oude weg" door
17
Geallieerde gevechtsvliegtuigen.
18
Een zevental vliegtuigen beschieten voertuigen op de Rijksweg 43 te Broek.
Een aantal schepen nabij het Tjeukermeer en op een watergang richting
Scharsterbrug werden door een 16-tal Geallieerde jagers beschoten, een
19
sleepboot werd hierbij tot zinken gebracht.
Vliegtuigen beschieten de gashouders te Joure. Een aantal panden in de
20
buurt liep tevens schade op.
Een Engels vliegtuig beschiet een bus van het Duitse leger op de Rijksweg 43
21
onder het behoor van het dorp Westermeer.
11
Mededeling betreffende het vinden van ledige benzinetanks uit vliegtuigen, daterende 3 maart 1944,
Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr 1623,
Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten luchtaanvallen, 1943-1945
12
Mededeling betreffende het vinden van benzinetanks vliegtuigen, daterende 9 mei 1944, Gemeentearchief
Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst,
meldingsrapporten luchtaanvallen, 1943-1945
13
Zwanenburg, En nooit was het stil II, 265
14
Melding luchtoorlogshandeling 5 augustus 1944, daterende 7 augustus 1944, Gemeentearchief Skarsterlân,
Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten
luchtaanvallen, 1943-1945. Zie bijlage 1 voor het desbetreffende archiefstuk.
15
Verklaring rapportage luchtaanval, daterende 6 september 1944, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de
gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1635, hulpverlening aan slachtoffers en nabestaanden 1940-1945
16
Bevestiging telefonische melding, daterende 16 augustus 1944, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de
gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten luchtaanvallen, 19431945. Zie bijlage 2 voor het desbetreffende archiefstuk.
17
Proces verbaal van onderzoek vliegtuigaanvallen op het schip Gema, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de
gemeente Doniawerstal. 1925-1983, inv. nr. 824, Stukken betreffende bijzondere voorvallen waaronder
vliegtuigaanvallen, neerstorten van vliegtuigen, aantreffen van bommen en afgeworpen voorwerpen uit vliegtuigen.
1940-1944
18
Melding berichtendienst daterende 6 oktober 1944, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente
Doniawerstal. 1925-1983, inv. nr. 824, Stukken betreffende bijzondere voorvallen waaronder vliegtuigaanvallen,
neerstorten van vliegtuigen, aantreffen van bommen en afgeworpen voorwerpen uit vliegtuigen. 1940-1944
19
Melding door Geallieerde beschoten schepen, daterende 23 oktober 1944, Archief van de gemeente Haskerland
1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten luchtaanvallen, 1943-1945
20
Bevestiging telefonische melding, daterende 23 oktober 1944, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de
gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten luchtaanvallen, 19431945 en Inventarisatie en opmaken schade rapporten in verband met geleden oorlogsschade, Gemeentearchief
Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1611, oorlogs- en bezettingsschade 1943 1946
21
Afschrift aan burgemeester der gemeente Haskerland, daterende 23 februari 1945, Gemeentearchief Skarsterlân,
Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten
luchtaanvallen, 1943-1945. Zie bijlage 3 voor het desbetreffende archiefstuk.
Pagina 10 van 28
2 maart 1945
12 maart 1945
22 maart 1945
Een laag overvliegend vliegtuig lost boven Joure een mitrailleursalvo. Hierbij
22
werd o.a. het Theresiahuis getroffen.
23
Een vliegtuig beschiet een aantal woningen in Joure.
Door beschieting vanuit vliegtuigen werd schade toegebracht aan een
24
woning in de Houtmolensteeg te Joure.
Tabel 1. Overzicht achterhaalde luchtoorlogshandelingen.
Resumerend kan gesteld worden dat er in het gehanteerde bronnenmateriaal aanwijzingen zijn
gevonden van oorlogshandelingen op de toenmalige Rijksweg 43 onder behoor van het toenmalige
dorp Westermeer (beschietingen van voertuigen door gevechtsvliegtuigen). Tevens is er sprake van
bominslagen in de landerijen naast de Rijksweg 43 nabij Broek en Boornzwaag. De locaties van deze
oorlogshandelingen zijn op basis van de beschikbare gegevens niet feitelijk te herleiden naar het
onderzoeksgebied.
22
Onderwerp beschieting uit een vliegtuig, daterende 4 maart 1945, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van
de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten luchtaanvallen,
1943-1945.
23
Onderwerp beschieting uit een vliegtuig, daterende 13 maart 1945, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van
de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst, meldingsrapporten luchtaanvallen,
1943-1945.
24
Enquête formulier schade, daterende 2 oktober 1946, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente
Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1611, oorlogs- en bezettingsschade 1943 - 1946
Pagina 11 van 28
2.4
DE BEVRIJDING IN APRIL 1945
Na de invasie in Normandië en de uitbraak uit het bruggenhoofd verliep de Geallieerde opmars tot
september 1944 zeer voorspoedig. Gedurende deze maand waren de Geallieerden reeds tot aan de
Nederlandse grens gevorderd en zag de strategische situatie er voor hen zeer rooskleurig uit. Van
georganiseerde Duitse tegenstand leek geen sprake meer te zijn. Doch de razendsnelle opmars begon
zijn tol te eisen. De ver vooruitgeschoven eenheden kregen moeilijkheden met de bevoorrading en het
landschap werd minder geschikt voor een snelle mobiele oorlogsvoering. Het momentum van de
Geallieerde opmars diende echter zo lang mogelijk gehandhaafd te blijven. De Britse veldmaarschalk
Montgomery pleitte daarom voor een zogenaamde ‘single thrust’ aanval. Hij wilde via een smal front
vanuit België door Nederland naar het Ruhrgebied. Dit werd operatie ‘Market Garden’. In de nasleep
van deze operatie werd Zuid-Nederland beneden de grote rivieren bevrijd. Begin april 1945 werd de
Geallieerde opmars voortgezet richting het noorden.
Fig.2 Overzicht Geallieerde
opmars in Friesland.
Met de blauwe stip is de
onderzoekslocatie (globaal)
aangegeven.
Bron:
H. Bollen en P. Vroemen,
Canadezen in actie.
Nederland najaar '44 voorjaar '46 (Warnsveld
1994) 197
De 8th Canadian Infantry Brigade had de opdracht het gebied ten westen van Heerenveen richting
Afsluitdijk te bevrijden. Le Régiment de la Chaudiére, een Frans-Canadees regiment van de 3e Canadese
Infantry Division, kreeg de opdracht om via Joure, Sneek te bevrijden om vervolgens weer naar Lemmer
25
af te zakken om de aldaar verwachtte vluchtende Duitsers de pas af te snijden. Op 15 april werd Joure
26
zonder strijd bevrijd. In de opmars richting Lemmer werden rond Scharsterbrug gevechten geleverd.
27
Met behulp van artillerie werden de Duitsers uiteindelijk verdreven.
Voor het tijdvak van de bevrijding zijn er op basis van de gehanteerde bronnen geen feitelijke
aanwijzingen gevonden van oorlogshandelingen binnen het onderzoeksgebied.
25
M. H. Huizinga, Maple Leaf Up, de Canadese opmars in Noord-Nederland april 1945 (Groningen 1980) 225
Overzicht Tweede Wereldoorlog Haskerland, Gemeentearchief Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland
1918-1967, inv.nr. 1628, Diverse rapporten en verslagen o.a. over de mislukte landing van een watervliegtuig op het
Tjeukemeer op 15 oktober 1940. 1946-1979
27
Huizinga, Maple Leaf Up, 232
26
Pagina 12 van 28
2.5
LUCHTFOTO INTERPRETATIE
Luchtfoto’s uit de Tweede Wereldoorlog kunnen in een aantal gevallen een zeer bruikbare bron vormen
bij het vergaren van informatie voor het opsporen van Conventionele Explosieven.
2.5.1 Doel van de luchtfoto interpretatie
Het primaire doel van de luchtfoto interpretatie is het vaststellen of een gebied zichtbaar betrokken is
geweest bij oorlogshandelingen. Met andere woorden: zijn er sporen waarneembaar van kraters,
stellingen en andere oorlogsgerelateerde handelingen. Ten gevolge van deze constatering kan een
inschatting worden gemaakt of er een verhoogde kans bestaat op het aantreffen van achtergebleven
Conventionele Explosieven.
Als er op de foto’s sprake is van zichtbare oorlogshandelingen kan men op basis hiervan tot een meer
exacte lokalisering van verdachte gebieden komen.
2.5.2 Methodiek
Het interpreteren van luchtfoto’s uit de Tweede Wereldoorlog gebeurt op diverse manieren.
Eenvoudig gesteld: de foto’s worden zou nauwkeurig mogelijk afgescand op zichtbare verstoringen die
mogelijk in verband staan met oorlogshandelingen. Het merendeel van de foto’s heeft een minimale
overlap van 40%, dit om het zogenaamde stereoscopisch interpreteren mogelijk te maken.
2.5.3 Grenzen en mogelijkheden van luchtfoto interpretatie
Het hanteren van luchtfoto’s bij explosievenonderzoek wordt sterk beïnvloed door een aantal kwaliteitsen randvoorwaarden:
◊
◊
◊
◊
◊
◊
◊
Beschikbaarheid van luchtfoto’s van het gebied;
Opnamedata;
Beeldkwaliteit;
Opnamehoogte (schaal);
Beschikbare neveninformatie (bijv. bombardements- en aanvalsdata);
Ondersteunende technische mogelijkheden (bijv. analoge of digitale
interpretatiesystemen);
Ervaring van het uitvoerende personeel met interpreteren/analyseren.
Daarnaast blijft een luchtfoto een momentopname van een situatie die bijvoorbeeld een week, een
maand of een jaar later totaal anders zou kunnen zijn. Het is goed denkbaar dat een bomkrater of een
loopgraaf op de ene foto wel, maar op een eerdere of latere luchtfoto niet meer zichtbaar is. Tussentijdse
herstel- en/of dempwerkzaamheden kunnen een vertekend beeld geven. Bovendien kunnen bijv.
jaargetijden, schaduwwerking, wolken, puin, begroeiing en water een belemmerend effect hebben op
het ontlenen van gegevens aan luchtfotografie.
De luchtfotoarchieven van de Speciale Collecties, Universiteit Wageningen, het Kadaster te Zwolle, The
Aerial Reconnaissance Archives (TARA) behorende tot de Royal Commision on the Ancient and Historical
Monuments of Scotland te Edingburgh (RCAHMS) en de National Archives and Records Administration in
Washington (NARA) zijn voor deze interpretatie geraadpleegd. Voor dit onderzoek zijn de volgende
fotodata bekeken en geanalyseerd.
Pagina 13 van 28
Sortienr.:
7-1616
4-1175
Datum:
28-05-1944
29-10-1944
Schaal:
46.000
13.000
16-1536
140-1535
26-12-1944
21-02-1945
30.000
30.000
34W-S0007 19-06-1945
30.000
Beeldnummer:
7009
3047, 3048, 3049,
3050, 3051, 3052,
3053, 4047, 4048,
4049, 4050, 4051,
4052
4054, 4056
3019, 3020, 3021,
3022
5075, 5076, 5077
Aantal:
1
13
Kwaliteit:
B
A/B
Archief:
TARA/RCAHMS
TARA/RCAHMS
2
4
A
A/B
Kadaster
TARA/RCAHMS
3
A
TARA/RCAHMS
Tabel 2. Datalijst van de gebruikte luchtopnames.
Hierna volgen enkele afbeeldingen met betrekking tot de fotodekking en de luchtfotoanalyse.
Legenda
Grens luchtfoto interpretatie
Onderzoeksgebied
Fig.3 Overzicht luchtfotodekking Knooppunt Joure.
Pagina 14 van 28
Fig.4 Detailaanzicht luchtfoto van 29 oktober 1944, sortienummer 4-1175, fotonummer 3050. Op de foto zijn
buiten het onderzoekstracé een aantal niet definieerbare verstoringen waarneembaar. Locatie ten zuiden van
de huidige Morseweg. Het onderzoeksgebied is een middels transparante laag zichtbaar gemaakt.
Legenda
,
Niet definieerbare verstoring
Onderzoeksgebied
Middels de luchtfotoanalyse is getracht om de locaties van een aantal van de achterhaalde
oorlogshandelingen (uit paragraaf 2.3: Tabel 1 o.a. de beschietingen van voertuigen op de Rijksweg 43 op
5 augustus 1944 en 15/16 augustus 1944 door Geallieerde gevechtsvliegtuigen onder Westermeer) te
achterhalen. Op de qua tijdsspanne meest nabij liggende fotodata (daterende 29 oktober 1944) zijn geen
sporen zichtbaar van de beschreven luchtaanvallen.
Pagina 15 van 28
Onbestraat zandbed
Fig.5 Detailaanzicht luchtfoto van 29 oktober 1944, sortienummer 4-1175, fotonummer 4049. De toenmalige
Rijksweg 43 is deels nog in aanbouw. Het zandbed is reeds aanwezig maar slechts voor een deel bestraat.
Locatie ter plaatse van de huidige rotonde. Het onderzoeksgebied is middels een transparante laag zichtbaar
gemaakt.
Legenda
Onderzoeksgebied
Fig.6 Het onderzoekstracé op een luchtfoto van 19 juni 1945, sortienummer 34W-0007, fotonummer 5076.
Legenda
Onderzoeksgebied
Pagina 16 van 28
Resumerend kan gesteld worden dat er op de geraadpleegde luchtopnames geen sporen van
oorlogshandelingen in het onderzoeksgebied zijn waargenomen.
Pagina 17 van 28
2.6
IN HET VERLEDEN GEMELDE EN GERUIMDE EXPLOSIEVEN
Voor de probleeminventarisatie is het archief van de Explosieven Opruimingdienst Defensie in Culemborg
(EODD) geraadpleegd. In dit archief vindt men de meldingslijsten en de ruimrapporten van explosieven,
zoals die bij de EODD tot op heden bekend zijn. Een nadeel van deze bron is dat deze niet volledig is: over
de meldingen tussen 1940 en begin jaren ’70 zijn geen gegevens beschikbaar en recente ruimingen zijn
nog niet gearchiveerd en raadpleegbaar.
ECG heeft een overzicht van de meldingslijsten voor het onderzoeksgebied en omliggend gebied
28
ontvangen. Uit dit overzicht zijn de meldingen geselecteerd die betrekking hebben op (de omgeving
van) het onderzoeksgebied. De locatie omschrijvingen zijn inclusief spelfouten e.d. letterlijk
overgenomen. Uit de praktijk is gebleken dat door de EODD en haar voorgangers het dichtstbijzijnde
adres in de omgeving van de vindplaats als locatie aanduiding wordt gehanteerd. Dit kan betekenen dat
het gemelde of geruimde object op een locatie (bijvoorbeeld in akkerland achter het vermelde adres) is
gevonden die naderhand slechts bij benadering kan worden aangegeven. Locatie aanduidingen als
buro/politiebureau hebben als nadeel dat de herkomst van het aangetroffen explosief nauwelijks nog te
achterhalen valt.
Mora.nr: Data melding:
19732155
13-09-1973
Cat.:
C
29
Adres:
Jousterweg 9
Plaats:
Nije Haske
Aangetroffen bij ruiming:
1x 8cm Brisant mortiergranaat
19732773
22-11-1973
D
Jousterweg 9
Nije Haske
Niet aangeleverd door de EODD
19792831
05-10-1979
C
Jousterweg 9
Nije Haske
Niet aangeleverd door de EODD
19792950
15-10-1979
ZA
Jousterweg 9
Nije Haske
Niet aangeleverd door de EODD
19821845
25-05-1982
D
Politiebureau
Joure
19841962
05-06-1984
B
Vuilstortplaats
Ouwsterhaule
19843225
01-10-1984
D
Politiebureau
19850127
28-01-1985
D
Politiebureau
19852986
25-09-1985
D
Politiebureau
19883445
25-11-1988
A
Stuurboord (?)
1x Oefen anti-tank brisant raket
3.5 inch (verschoten)
Joure
1x Vliegtuig mijnbom 50 kg
(Oud Hollands) zonder
ontsteker
Joure
5x Klein kaliber munitie,
1x Patroonhouder,
4x Valst (onleesbaar),
1x Onst. dm 41
Scharsterbrug 2x Scherfhandgranaat Mills 36,
10x Oefenhandgranaat (Oud
Hollands)
Scharsterbrug 1x Oefen anti-tank
brisantgranaat 105mm
(verschoten),
1x Pantsergranaat 25 ponder
(verschoten)
Haskerland
Niet aangeleverd door de EODD
19890775
28-03-1989
D
Bureau Joure
Skarsterlân
Niet aangeleverd door de EODD
28
Om een zo nauwkeurig mogelijk beeld te kunnen schetsen of een gebied bloot heeft gestaan aan een bepaald
soort oorlogshandelingen (beschietingen, bombardementen etc.), hanteert ECG een ruimere afbakening
rondom het onderzoeksgebied bij het aanvragen van de meldings- en ruimrapporten.
29
De urgentie van de melding en/of gewenste ruiming wordt aangeduid in een categorie door de letters A tot D: A is
hoogste prioriteit, D is geen prioriteit, maar betreft de normale procedure en doorlooptijd.
Pagina 18 van 28
19893736
21-11-1989
C
Jousterweg 1
Skarsterlân
19910450
14-03-1991
A
19940397
10-03-1994
C
Stadhuis
Joure
Niet aangeleverd door de EODD
Heermaatstraat
De Scharre
Scharsterbrug Niet aangeleverd door de EODD
19952591
24-11-1995
C
Oude Haske
Skarsterlân
Niet aangeleverd door de EODD
19970973
30-04-1997
C
Niet aangeleverd door de EODD
19991842
05-10-1999
C
20002171
09-11-2000
C
Jetze Veldstra- Skarsterlân
weg 46
Industrieterrein Joure
1, De Vries
Transportbedrijf
Midstraat 187
Joure
20031313
22-08-2003
D
Buro
Joure
1x Rookgranaat (leeg)
20070120
25-01-2007
D
Buro.
Joure
1x Traangashandgranaat
20080307
10-03-2008
C
Jetze Veldstraweg 89
OuwsterNijega
2x MK 86 Oefenbom (USA) met
mogelijke aandrijflading
Niet aangeleverd door de EODD
Geen explosief
1x Handgranaat Mills 36
Tabel 3. Overzicht meldingen EODD archief met de bij de ruimingen aangetroffen objecten.
Ruiming transportbedrijf:
Mora 19991842
Ruimingen op Politiebureau
Ruiming op vuilstort: Mora 19841962
Legenda
Ý̧ EODD Ruiming
Onderzoeksgebied
Fig.7 Overzicht aangegeven locaties ruimingen Conventionele Explosieven (een deel van de ruimingslocaties is bij
benadering aangegeven).
Resumerend kan gesteld worden dat er geen gegevens zijn achterhaald die erop duiden dat er in het
onderzoeksgebied ruimingen hebben plaatsgevonden van Conventionele Explosieven.
Pagina 19 van 28
2.7
MIJNENVELDEN
Bij de EODD zijn gegevens opgevraagd over de aanwezigheid van mijnenvelden in en nabij het
30
onderzoeksgebied. De EODD heeft de onderstaande kaart aangeleverd.
Fig.8 Mijnenkaart Joure.
Bron: EODD Culemborg
Resumerend kan gesteld worden dat er bij de EODD geen gegevens bekend zijn omtrent de aanwezigheid
van mijnenvelden in het onderzoeksgebied.
30
De EODD is recent overgegaan tot het gebruik van een Geografisch Informatie Systeem. Een aantal mijnenkaarten
zijn door een transformatie fout in het systeem niet juist gepositioneerd. Het gevolg is dat er sprake kan zijn van
enige afwijking. Het probleem is erkend en zou binnen afzienbare tijd verholpen worden (mailcorrespondentie ECG
-EODD, daterende 16 juni 2011).
Pagina 20 van 28
2.8
LEEMTEN IN DE KENNIS
Van eventuele meldingen of ruimingen van (vermoede) explosieven in of direct grenzend aan
het onderzoeksgebied zijn over de periode 1940 – 1970 geen gegevens meer bekend bij de
EODD te Culemborg.
Een aantal van de aangevraagde ruimrapporten is vooralsnog niet aangeleverd door de EODD.
De reden hiervoor ligt waarschijnlijk in het ten tijde van onderzoek opgestarte digitalisering van
het ruimingsarchief, waardoor bepaalde rapporten tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Voor de periode van de bevrijding in april 1945 zijn geen luchtfoto’s beschikbaar.
Pagina 21 van 28
3 CONCLUSIE
Zoals in het inleidende deel van deze probleeminventarisatie beschreven, heeft de
probleeminventarisatie als doel antwoord te geven op de volgende twee vraagstellingen:
1.
2.
Is het onderzoeksgebied betrokken geweest bij oorlogshandelingen en is er daardoor sprake van
een verhoogd risico op het aantreffen van Conventionele Explosieven?
Wat is de verschijningsvorm van de vermoede explosieven? Met andere woorden: zijn er
explosieven afgeworpen, verschoten, neergelegd, gedumpt etc.?
De eerste vraagstelling kan als volgt worden beantwoord:
Er zijn geen feiten achterhaald die erop duiden dat het onderzoeksgebied betrokken is geweest bij
oorlogshandelingen.
De beantwoording van de tweede vraagstelling (“Wat is de verschijningsvorm van de vermoede
explosieven?”) is derhalve niet van toepassing.
Op basis van de onderzoeksresultaten, zoals beschreven in de paragrafen 2.2 t/m 2.8 kan het volgende
worden geconcludeerd:
Op basis van het beschikbare en gehanteerde historisch bronnenmateriaal zijn voor de
onderzoekslocatie geen feitelijke gegevens aangetroffen die duiden op een verhoogd risico op het
aantreffen van Conventionele Explosieven.
Pagina 22 van 28
4
ADVIES
Op basis van de conclusie dat er voor het onderzoeksgebied geen feitelijkheden zijn achterhaald
die duiden op een verhoogd risico van het aantreffen van achtergebleven Conventionele
Explosieven, wordt u geadviseerd om het traject van explosievenopsporing niet verder voort te
zetten.
Desalniettemin wordt u aangeraden om het uitvoerend personeel altijd te instrueren om bij het
onverhoopt aantreffen van munitieverdachte objecten, deze niet te beroeren, de werkzaamheden
ter plaatse onmiddellijk te staken en de plaatselijke politie van de vondst op de hoogte te stellen.
Pagina 23 van 28
5 OVERZICHT VAN GEHANTEERDE BRONNEN
Archivalia:
-
Explosieven Opruimingsdienst Defensie te Culemborg
Gemeentearchief Skarsterlân
Luchtfotoarchief Topografische Dienst Kadaster te Emmen/Zwolle
National Archives and Records Administration in Washington
Nederlands Instituut voor Militaire Historie te Den Haag
Royal Commission on the Ancient and Historical Monuments of Scotland te Edinburgh
Literatuur:
-
-
-
e
Amersfoort, H. en P. Kamphuis, red., Mei 1940. De strijd op Nederlands grondgebied (2 druk;
Den Haag 2005)
Bollen, H, en P. Vroemen, Canadezen in actie. Nederland najaar '44 - voorjaar '46 (Warnsveld
1994)
Huizinga, M.H., Maple leaf up, de Canadese opmars in Noord-Nederland april 1945 (Groningen
1980)
Jansen, A, Wespennest Leeuwarden. De geschiedenis van de strijd van de Duitse nachtjagers en
geallieerde luchtmachten boven Noord-Nederland in de jaren 1940-1945, delen 1, 2 en 3
(Baarn 1976)
Jansen, A, Sporen aan de Hemel. Kroniek van een luchtoorlog 1943-1945. De strijd van de
Amerikaanse luchtmacht tegen de Duitse Luftwaffe boven Nederland, delen 1, 2 en 3 (Baarn
1981)
Pater de, B.C. en B. Schoenmaker, e.a., Grote atlas van Nederland 1930-1950 (Zierikzee
2005)
Veer, J. j. van der, De luchtoorlog boven Zuidwest-Friesland '40-'45 (Bolsward 1980)
Zwanenburg, G.J., En nooit was het stil… kroniek van een luchtoorlog (z.p, z.j)
Niet gedrukte bron:
-
Eversteijn T., Bombardementen en verongelukte vliegtuigen in de periode 10 mei 1940 – 5
mei 1945 (z.p. 2003)
Aanvullende documentatie:
-
Atelier Friesland, Landgoed de Jouwer, kansen voor de ontwikkeling van ruimtelijke kwaliteit
rondom het nieuwe knooppunt Joure (Leeuwarden 2010)
Internet:
-
www.jouwjoure.nl
Pagina 24 van 28
6 BIJLAGEN
Pagina 25 van 28
Bijlage 1:
Archiefstuk met beschrijving beschieting voertuig op de Rijksweg 43
Aanduiding Rijksweg
43 t.h.v. Westermeer
Bron: Melding luchtoorlogshandeling 5 augustus 1944, daterende 7 augustus 1944, Gemeentearchief
Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst,
meldingsrapporten luchtaanvallen, 1943-1945
Pagina 26 van 28
Bijlage 2:
Archiefstuk met beschrijving beschieting voertuigen op de Rijksweg 43
Aanduiding Rijksweg
43 t.h.v. Westermeer
Bron: Bevestiging telefonische melding, daterende 16 augustus 1944, Gemeentearchief Skarsterlân,
Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst,
meldingsrapporten luchtaanvallen, 1943-1945
Pagina 27 van 28
Bijlage 3:
Archiefstuk met beschrijving beschieting autobus op de Rijksweg 43
Aanduiding Rijksweg
43 t.h.v. Westermeer
Bron: Afschrift aan burgemeester der gemeente Haskerland, daterende 23 februari 1945, Gemeentearchief
Skarsterlân, Archief van de gemeente Haskerland 1918-1967, inv.nr. 1623, Luchtbeschermingsdienst,
meldingsrapporten luchtaanvallen, 1943-1945
Pagina 28 van 28
Download