Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 1 Reiniging en ontsmetting 2 Preventie van ziekten, insleep en quarantaine 3 Insecten en knaagdierenbestrijding Omwille van: o Besmetten voeders Problemen met bewaren o Overdracht pathogene kiemen o Beschadigen van materialen o Eventuele problemen voor naburige woningen 3.1 Ratten en muizenbestrijding Ruime voorraad voeder Talrijke vlucht en schuilmogelijkheden Weinig vijanden Omgevingstemepratuur Weinig gestoord door de mens 3.1.1 Schade Vernietiging en verspilling van voedingswaren en diervoeders Verpakkingen worden vernield Schade aan gebouwen Kunnen eendagskuikens aanvallen Kunnen dierziekten overdragen elektriciteitspanne 3.1.2 Voornaamste schadelijke soorten en hun levenswijze 3.1.2.1 Bruine rat of rioolrat Tamme rat of laborat 19-27 cm Staart is korten dan lichaam Voortplanting van april/mei en augustus september Drachtduur 22-24 dagen, 4-10 jongen 20 tot 50 jongen per jaar Houdt van waterrijke omgeving Graaft gangen en is een goede zwemmer Zomer: neiging tot rondtrekken Winter: binnenhuis, voorkeur voor benedenverdieping Schade: o vernietigen voedsel en knagen en graven Alleseter o Bij voedseltekort: vleeseter Cultuurvolger 1 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Komt voor waar de mens komt Leeft meestal in familiegroepen met 1 dominant mannetje en enkele vrouwtjes met meerdere nakomelingen Faeces tot 2 cm lang en 0.5 cm breed 3.1.2.2 Zwarte rat, scheepsrat,huisrat Kleiner, slanker en langere staart Verdreven door bruine rat, neemt opnieuw uitbreiding Gebonden aan onderdak o Overleven de winters anders niet o Liefst in bovenste deel van een gebouw Zwemt zelden Graaft niet Heel wantrouwig, kan grote groepen vormen Omnivoor maar vnl graaneter Schade vnl gevolg van opeten en bevuilen van graan en graanproducten 3.1.2.3 Huismuis 8-9 cm lang 16 tot 28 cm Drachtduur 23 dgn worpgrootte 4-10 jongen Karakteristieke geur Vnl binnenhuis, in de zomer ook buiten o Kan wl tegn de koude Alleseter Schade o Opeten en bevuilen van voedsel, vernielen van isolatie en andere materialen 3.1.3 Overdacht van besmettelijke ziekten door ratten en muizen 3.1.3.1 Leptospirose Kunnen via de urineweg hiervan drager zijn en zo oppervlakte water besmetten Dieren als mensen zijn gevoelig hieraan Problemen bij melkvee 3.1.3.2 Hantavirussen Geven bij de mens “hemorragische koorts met renaal syndroom” Knaagdieren blijven levenslang besmet 3.1.3.3 Salmonellose Ratten en muizen bezoedelen granen met hun feces en kunnen salmonelle bact overdragen 3.1.3.4 Rodentiose Wilde knaagdieren zijn reservoirs voor rodentiose 3.1.4 Bestrijding De eigenaar, huurder of gebruiker van een terrein is verantwoordelijk voor de bestrijding van voor planten en dierlijke schadelijke organismen op dat terrein 2 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz Het document vlarem vermeldt dat iedere vergunde veehoiuder doeltreffende maatregelen moet treffen om ongedierte zoals insecten, ratten en muizen te voorkomen 2 luiken in bestrijding o Wering van ongedierte (verhinderen van toegang van ratten en muizen) o Eigenlijke verdelging Biologische en poplatie-dynamische geg o Verblijfplaats Accidentele verblijfplaats en voortplantingsplaatsen o Inzicht in de verspreiding Geïnfecteerde plaats en migratie of kunstmatig via transport Rekening houden met populatie dynamische parameters o Bestrijding optimaal als er een geringe instroom is van nieuwe dieren en de als de aantallen laag zijn Eventuele resistenties, (welke soort) Formulering van het rodenticide o Smakelijker dan het voedsel dat voorhanden is 3.1.5 Rodenticiden 3.1.5.1 Thalliumsulfaat Reukloos, kleurloos en smaakloos o Oa indrenken van tarwekorrels o Traagwerkend o Vooral voor muizen o Toxischa voor de mens o Kan geabsorbeerd worden via de huis 3.1.5.2 Crimidine Gedrenkte tarwekorrels Muizen Werkt snel 3.1.5.3 Scillitoxine, HCN Wordt gebruikt als pasta of als gifgas in afgesloten ruimten HCN wordt gebruikt in schepen en gebouwen 3.1.5.4 Anticoagulantia Langzaam werkend Blokkeren een reductase enzym dat tussenkomt in de productie van actief vit K o Actief vit K is nodig voor de vorming van precursoren van de bloedstolling Het effect komt pas tot uiting als alle vit K in lichaam is opgebruikt o Bloedstollingsstoornissen Na het op de markt brengen in de jaren 50 o Vlug resistentie Sterft na enkele dagen o Pijnloze dood Tweede generatie o Een malige dosis kan fataal zijn Secundaire toxiciteit 3 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Nieuwste middelen: veel toxiciteit o Bij herhaalde bloedstelling 3.1.5.5 Brodifacoum 3.1.5.6 Plaatsen van gif In kisten o Geen verspreiding van gif o Muizen en ratten voelen zich daar veilig Diervoeders verwijderen Op zoek naar loopgangen Bruine ratten eerder op en onder de grond, zwarte zitten hoger Blijven gif geven tot ze dood zijn Granen Pellets en meel Paraffine blokjes Pasta Strooipoeder 3.1.6 Ultrasone knaagdierenbestrijding Menselijk gehoor 20Hz tot 20 KHz Knaagdieren maken gebruik van ultrasone geluiden o Communicatie o Mogelijks echo lokalisatie o Alarmsignalen o Toestellen die continu ultrageluiden produceren Onbehaaglijk gevoel voor knaagdieren Ze verlaten de plaats Er kan eventueel gewenning optreden 3.1.7 Andere niet chemische knaagdierenbestrijdingsmiddelen Natuurlijke vijanden o Katten en honden Ratte en muizevallen o Geschikt voor beperkte aantallen dieren Bacteriologische verdelgingsmiddelen Vogels o Nesten tegengaan o Elektrische draden o schrikgeluiden 4 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 4 Virale kalverdiarree 4.1 Etiologie Veroorzaakers van virussen die darmklachten veroorzaken o Rotavirus o Corona virus o Toro virus BVD virus o Geeft ook diarree maar een geeft een veralgemeend ziektebeeld 4.2 Verspreiding en overdracht Een goede biest geven zo zijn ze beschermd de eerste dagen o Voldoende lange droogstand o Koe moet voldoende antistoffen bezitten Verspreiding van ziekte is afh van o Besmettingsdruk op bedrijf o Maternale immuniteit van het kalf o Virulentie van de kalveren o Huisvesting van de kalveren 4.3 Pathogenese Het virus passeert de maag en primaire virusvermeerdering Treedt reeds op in de dunne darm enkele uren na de besmetting Corona kan ook vermeerden in luchtwegen , zelfs ook in de colon en rectum Het rotavirus zal zich beperken tot de dunne darm De infectie van de darmwand leidt tot afplatting en afsterven van de darmvlokken met malebsorptie, swaterige diarree en deshydratatie 4.4 Symptomen Kalveren zijn o Depressief o Weinig eetlust o Waterige diarree 4.5 Diagnose Meststaal nemen 4.6 Behandeling Antibiotica Orale toediening o D1: 5* daags 1.5-2 l lauwwarm water met elektrolytenoplossing o D2 voedingen elektrolten en 2 voedingen melk o D3: indein nog steeds dezelfde behandeling als D2 5 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 4.7 Preventie 4.7.1 Hygienische maatregelen en gescheiden huisvestigng 4.7.2 Biestmanagement 4.7.3 Vaccinatie 5 Ademhalingsproblemen 5.1 IBR-IPV-IPB (canadese griep, koeiengriep) IBR: infectieuze bovine rhinotracheïts 5.1.1 Etiologie IBR Wordt veroorzaakt door herpesviridae type 1 Na infectie blijft het DNA virus levenslang in koe Virus kan enkele jaren aanwezig zijn zonder dat het de koe ziek maakt Maar kan plots terug aanwakkeren door o Stress o Weersomstandvermindering o Transport o Ziekte o Afkalven Erg gevoelig aan de meeste desinfectantia IPV-IPB serologisch volledig identiek aan het IBR virus Op de enveloppe zitten glyco-proteinen die een belangrijke rol spelen in virulentie en inductie van immuniteit gE zou geen invloed hebben bij het immuun inducerende vermogen deletie vaccin 5.1.2 voorkomen en verspreiding wereldwijd verspreid directe overdracht gebeurt o door latente dragers en o ook bij acute infecties indirecte overdracht via personen, besmlet materiaal bepaalde landen reeds IBR vrij 5.1.3 pathogenese en verspreiding uitscheiding via neus- en oogvloei en vaginale uitvloei (na abortus) sperma direct: vooral neus aan neus indirect: lucht: alleen op korte afstand, hoest via materialen IBR vorm o 1: Opname inhalatie o 2: primaire xxx in bovenste luchtwegen o 3: viraemie in wbc o 4: melkklier, baarmoeder, darm, lymfoide weefsel o 5: virusuitscheiding 6 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz IPV en IPB vorm o 1: direct genitale slijmvliezen o 2: vulvovaginitis o 3: balanoposthitis o 4: mogelijks latent aanwezig in de locale zenuwganglia o Virusuitscheiding 8-14 d 5.1.4 Symptomen Letsels in neusholte Neusvlooei Diarree Ooguitvloei Speekselen Versnelde en bemoeilijkete ademhaling, hoesten Koortst Depressie 5.1.5 Immuniteit Locale immunitei-t: deze immuniteit is stevig (tot jaar) Humorale: vanaf 8-10 dagn ontstaan er seroneutraliserende antistoffen Celgemedieerde immuniteit: Maternale immuniteit; verdwijnen na 2-3 maand 5.1.6 Diagnose Klinische o Neusuitvloeiing o Rode lsijmvliezen o Koorts o Verminderde productie o Versnelde ademhaling o Hoesten o Verminderde eetlust o Verwerpen o Sterfte Directe virusisolatie o Om te controleren of er IBR aanwezig is via de neusgaten, sperma, vaginale swab Seologisch onderzoek o Kan gedaan worden middels gepaarde sera (duidt op primaire infectie) o Tankmalekstaal o Via bloed 2 types antigenen van belang gE of gB Waarom? Belgische vaccins bevatten geen gE De combinatie van de twee testen laat ons toe tot dragers van gevaccineerde dieren te onderscheiden Dieren die nooit met IBR in contact kwamen beziiten geen enkel antilichaam Gevaccineerde dieren 7 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz gE negatief, gBpositief 5.1.7 behandeling en bestrijding verschillende statuten o I1 :geen onderzoek, geen vaccinatie o I2: 2x per jaar vaccineren o I2 Derogatie: o I3: vrij van IBR, alle dieren zijn GE negatief o I4 alle dieren (GE negatief en GB negatief) 5.2 Bovine respiratoir syncytieel virus: BRSV 5.2.1 Wat is BRSV Bovine respiratoir syncytieel virus Komt voor bij ruderen Leeftijd o Bij de jongste dieren weinig o Tussen 1-4m meer o Tuss 4m en 1 j: sterfteoorzaak o Ouder dan 1jminder vatbaar 5.2.2 Vroege infecties Kalveren geboren tussen februari en april die geïnfecteerd worden in de zomer terwijl ze nog zogen bij de moeder, ondergaan de vroege infectie Het wordt ook de midlere vorm van BRSV genoemd 5.2.3 Late infectie Ontstaat in de herfst o Winterperiode: infectie is erger en de gevolgen dan ook zwaarder 5.2.4 Symptomen 1: lichte ademhalingsproblemen 2: zware ademhalingsproblemen 3: dood Oudere dieren o Hijgen o Moeilijk ademen o Gestrekte nek o Tong uit muil o Voorpoten uiteen o Volume borstkas vergrootmeer lucht Kalveren o Vroege infectie Lichte hoest Neusuitvloei Koorts Meeestal overleeft het kalf dit niet Sterfte door bacteriele infectie 8 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Late infectie Droge hoest Neusuitvloei Ooguitvloei Sterfte 5.2.5 Diagnose en staalname Bloedafname om antistoffen te ontdekken Dissectie van de longen 5.2.6 Behandeling Geen werking van antibiotica Vochttoedoening met opgeloste elektrolyten Ontstekingsremmers Scheren Geen krachtvoer meer 5.2.7 Preventie Toedienen van biest Goede stalklimaat Preventie bloedstaalname Stress vermijden Overbezetting vermijden Vaccinatie (werking 1 jaaar) o Monovalente vaccinatie Levend vaccin Virussen zijn verzwakt Intrasanale toediening De beschermde immuniteit zal veel sneller optreden dan bij een parenterale toediening o Multivalente vaccinatie Geïnactiveerd Bovipast injectie 5.3 pasteurella bij kalveren 5.3.1 wat is pasteurella infectie aan luchtwegen veroorzaakt door bacteriën de ziekte komt vooral voor bij kalveren ook dieren tot 2 jaar en zelfs volwassen runderen kunnen besmet worden met pasteurella chronisch, niet dag op dag 5.3.2 besmetting door direct contact tussen de kalveren door de opname van voeding en water, die besmet zijn met neuwuitvloeiing en speeksel van reeds besmette kalveren 9 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 5.3.3 verschijnselen lichte depressie versnelde ademhaling koorts neusvloei verminderde eetlust hoestreflex 5.3.4 vormen subklinische vorm: infectie blijft onopgemerkt gecompenseerde vorm o temperatuursstijging o ademhalingsprobleem o hoest niet gecompenseerde vorm: de dieren sterven als ze biet behandeld worden irreversibele gevallen: de dieren sterven binnen de 24 uur o bloedonderzoek wijst op hypoxie en lactatemie 5.3.5 diagnose pasteurella is vaak een stalprobleem in permanent bezette kalver en jongveestallen en vermesterijen moeilijke ademhaling BAL o =Longspoeling via de neus o Voordelen Minder risico’s op contaminatie ter hoogte van de neusholte Onmiddellijke indicatie van de kwaliteit mogelijk Mogelijkheid tot aanvullende celtelling Aanvullende microbiologie Neuswissers o = neusswabs o Voordelen Snel uit te voeren o Nadelen Er kan geen extra informatie verzameld worden 5.3.6 Preventie Zowel moederdieren als kalveren vaccineren tegen virale en bacteriele infecties Goede hygiene Goede biest Kudde droog houden Optimalisatie van het stalklimaat Voldoende ruimte 5.3.7 Resistentie Antibioticaresistentie kan tegen gegaan woirden door o Hoge startdosis in combinatie met een korte behandelingstijd o Na 3 dgn evalueren, indien nodig de behandeling aanpassen Wijze van toediening 10 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Inspuiten is beste manier o Bij orale toediening gebeurt er een metabolisme dat leidt tot een lagere hoeveelheid van antibioticum 5.3.8 Bestrijding vaccinatie Combinatievaccins Het vaccinatiemoment: afhankelijk van de infectiedruk, het seizoen en de bedrijfsvoering Vaccinatie mogelijk vanaf 6 weken Principe: kalveren 2* vaccineren met 1 maand interval 5.4 Longwormen 5.4.1 Wat zijn longwormen De longwormen behoren tot de draadwormen Ze komen voor bij dieren in de longen of in de bronchiën Zij veroorzaken vaak bronchitis en/of longontsteking Vooral kalveren en pinken kunnen vele, 4à8 cm lange wormen in de bronchiën hebben 5.4.2 Ziektebeeld bij kalveren Hoesten na opjagen Pijnlijke droge hoest waarbij kop en hals naar voren worden gestrektµ Conditieverlies en groeiachterstand In erge gevallensterfte De eerste hoestverschijnselen treden op na ongeveer 1 week besmetting Door deze infecties kunnen ernstige longontstekingen veroorzaakt worden Bij ernstige gevallen sterft ongeveer 25% indien niet tijdig worden behandeld 5.4.3 Ziektebeeld bij oudere dieren Oudere dieren die in de opfok de ziekte hebben doorgemaakt: weerstand Toch kunnen ze na massale besmetting ziek worden Versnelde ademhaling Benauwdheid hoesten sterke melkproductiedaling 5.4.4 ziekteverloop^ rechtstreeks cyclus= zonder tussengastheer longwormen zijn parasieten die verschillende ontwikkelingsstadia doormaken eitjeslarvenvolwassen wormen de trektocht begint wanneer het dier zich tijdens de weidegang besmet met longwormlarven de larven gaan doorheen darmwand, via lymfeknopen en het bloed , naar de longen 11 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz in de longen groeien ze uit tot volwassen wormen en deze produceren duizenden eitjes daarna wordend e eitjes opgehoest en terug doorgeslikt in het maagdarmkanaal komen eitjes terug uit en vervolgens komen de larven via de mest in de weide tercht de ontwikkeling duurt 3 tot 4 weken (cyclusduur duurt 4 tot 5 weken) de eerste besmetting ontstaat via voorgaande beweiding met pinken of koeien os soms door overwinterde larven 5.4.5 diagnose via lab onderzoek o microscopisch onderzoek van de mest kijken of er larven aanwezig zijn verse mest en binnen 12 u gekoeld naar het labo sturen 5.4.6 behandeling via injectiemiddelen of pour-on middelen MAAR als de infectie is vastgesteld, is er al veel longschade toegebracht.deze schade heeft een negatieve invleod op de verdere groei en ontwikkeling van het dier Behandelen is arbeidsintensief Beter te voorkomen dan te genezen VACCINEREN 5.4.7 Preventie Inspuiten met bepaalde longwormen o Behandeling van kalveren door het ingeven van bestraalde longwormlarven o Dit gebeurt een eerste maal op min 6 weken voor… o De bestraalde longwormlarven maken hierbij het dier niet ziek, maar prikkelen het wel zodanig dat er afweerstoffen tegen longwormlarven gevormd worden o Met mag niet behandelen tegen longwormen indien men ook vaccineert tegen longwormen, anders worden de bestraalde longwormlarven afgedood en hebben ze geen nut meer Het jongvee zoveel mogelijk omweiden Geen oudere dieren bij jongvee laten, want soms zijn deze dragers Jongvee op droog grasland laten weiden 5.4.8 Curatief Bij optreden van de eerrste ziekteverschijnselen moet men het dier behandelen met longwormmiddelen Men kan het dier naar een ‘schoon’ perceel verweiden. Dit om nieuwe infecties te voorkomen 5.5 Necrobacillose Zwelling van het strottenhoofd Abces7hoge koorts Kortademig Grollend geluid Behandeling 12 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 6 o Langdurig antibiotica o Ontstekkingsremmers o Operatie Preventie o Kalveren met zweer onder tong goed behandelen, dikwijls zelfde kiem Bovine virale diarree-mucosal disease BVD MD 6.1 Etiologie RNA virus Genus pestvirus o Border disease schapen o KVP varkens o BVD MD runderen Kruisimmuniteit met KVP door de antigensiche verwantschappen Veel verschillende virusstammen met verschillende virulentie 6.1.1 Verspreiding Wereldweid Enzootisch in alle runderpopulaties Weinig resistent Directe en indirecte overdracht Alle secreties Het rund zelf is dus virusreservoir 6.2 Pathogenese Niet cytopathogene biotype (=de virussen leven in cellen maar de cellen gaan niet kapot, als er een virus bijkomt die wel celdodend is zal het virus uitbreken bij uitbraak gaan alle slijmvliezen kapot) o Tropisme voor leukocyten en cellen van het immuunsysteem o Cytopathogene biotype Cytopathogene biotype o Tropisme voor enterocyten 6.3 Overdracht Er bestaan 2 overlevingsstrategieen o Hit en run Het virus infecteert individu. De gastheer makt antistoffen aan en geneest of hij sterft o Infect en persist Het virus infecteert zijn gastheer en weet hierin te persisteren door het immuunsysteem te omzeilen 6.3.1 Verticale overracht Transplacentaire besmetting= de mogelijkhied ie er is dat het virus doorheen de vruchtvliezen dringt en zo de foetus besmet Verticale besmetting: van dier op kalf 13 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz IPV: immuuntolerant permanent viraenisch Ademhaling + oraal Xxx primair Bloed Baarmoeder Niet drachtig drachtig (na 125 d abortus Afwijkingen Of aanmaak antistoffen 6.3.2 Horizontale overdracht overdracht van dier op dier 6.4 Drachtige dieren zonder antistoffen Tot 2maanden: mummificatie, abortus Tussen 40-125 dagen IPV’s (kalf is drager, koe maakt infectie door maar wordt er niet ziek van Na 120/125 dgn: congentiaal: abortus, aangeboren afwijkingen aan ogen, schedel en zenuwstelsel of gezond kalf met heel sterke immuniteit 6.5 Prenatale infectie Tot circa de 125e dag is de foetus immuun incompetent voor BVD virus Wanneer een foetus deze infectie overleeft wordt dit BVD virus als lichaamseigen aanvaard= IMMUNOTOLERANT Ook later als het immuunapparaat daartoe wel in staat is, vormt deze foetus geen antilichaam Dit kalf is geboren.. deze dragers scheiden gedurende het hele leven grote hoeveelheden BVD virus uit 6.6 Symptomen Virulente virusstammen Leeftijd van infectie Immuniteitsstatus van het dier Meeste infecties van 6 tot 24 maand 6.6.1 Infecties bij kalveren 0-2 maand Met maternale antistoffen o Weinig problemen tot milde diarree o Meeste kalveren hebben maternale antistoffen tot 6 maand Indien geen antistoffen o Haemorhagische diarree 14 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Sterfte o Diarree en genezen met antistofopbouw 6.6.2 Infecties bij kalveren ouder dan 2 maand en bij jongvee Meestal subklinisch verloop zonder symptomen Jong: lichte koorts, milde leukopenie Typisch diarre vorm: koorts, lethargie, waterige tot bloederige diarree, leucopenie, beide dieren krijgen heel lange immuniteit achteraf Soms enzootische bronchopneumonie op bedrijf of individueel erge ademhalingsproblemen Soms’ het acuut fataal hemorrhagisch syndroom’ 6.6.3 Infecties bij volwassen runderen Meestal subklinische of lichte klachten en lange actieve immuniteit achteraf Acute uitbraak van BVD opeen bedrijf Bij dracht zonder antistoffen o Embryonale sterfte o Abortus, mummificatie o IPV’s o Congenitale afwijkingen o Seropositieve gezonde kalveren 6.6.4 Symptomen van een IPV Dragers kunnen bij de geboorte: Volkomen normaal zijn: als geen infectie, geen mutatie Een te gering geboortegewicht hebben Lang krullend haar hebben Verminderd levensvatbaar zijn Neurologische afwijkingen vertonen Gevoeliger zijn voor andere ziekten 6.6.5 De ziekte van de slijmvliezen of de MD (mucosal disease) 6.6.5.1 Acute mucosal disease Hoge koorts Waterige tot bloederige diarree Erosies in de muil geven speekselvloei: de papillen in de mond zijn rood, afgestompt en bloeden bij het aanraken, Erosies op de huid van de neusspiegel, vulva, tepels en tussenklauwspleten 6.6.5.2 Chronische Md Vermageren Continue diarree Slechte eetlust Neusvloei Slepende longproblemen Tympanie (verstoppingen in slokdarm) 15 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 6.7 Verspreiding Vooral melk en vleesveebedrijven 6.8 Economische impact Afwijkende kalveren Sterfte van de kalveren Abortussen Dalende vruchtbaarheid Gedaalde vleesaanzet 6.9 Diagnose 6.9.1 Opsporen van antistoffen Wanneer o Ter bevestiging van acute sterfte o Bepaling van BVD/MD status van het bedrijf Wie o Runderen van 6 maand en ouder Wat o Gestold bloed of serum Resultaat o Positief= het dier had contact met het BVD virus o Negatief= nog niet besmet 6.9.2 Opstporen van antigeen of virus Wanneer o Opsporing van immunotolerante dieren (IPV’s) gezien zijn geen antistoffen aanmaken Wie o Ouder dan 5 maand op eigen ebdrijf en bij aankoop o Verdachte kalveren onmiddellijk na de geboorte door middel van navelbloed, voor de biestopname o Moederdieren met immunotolerante runderen omdat ze willen weten of ze zelf IPV is of een horizontaal besmetting opgelopen heeft o Aangekochte dieren Wat o Ongestold bloed Resultaat o Negatief: niet immunotolerant o Positief: transitoir viremisch of immunotolerant. We krijgen hier een uitsluitsel door een tweede onderzoek 5 weken later. Indien opnieuw positief=immunotolerant 6.10 Behandeling Er bestaan geen effectieve behandeling tegen BCD infecties Meeste infecties zijn subklinisch en zelflimiterend Antibiotica kan helpen tegen secundaire infecties 6.11 Preventie IPV’s elimineren op het bedrijf 16 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 7 o Alle nieuwgeboren kalveren onmiddellijk na de geboorte teste op antigenen (via bloedname) Systematisch vaccineren Drachtige dieren moeten antistoffen hebben voor de bevruchting BVD introductie vermijden in de veestapel Bleu tong disease 7.1 Etiologie Door arthropoden overgedragen ziekte bij herkauwers Interactie tussen gastheer, immuunsyteem van de gastheer en de vector Blauwtong wordt veroorzaakt door een RNA virus Aangifteplicht 7.2 Kliniek Het virus vermeerdert in macrofagen en lymfocyten (vooral degene dei geactiveerd zijn voor celdeling) 7.2.1 Schaap Incubatietijd 4 tot 12dgn Klinische symptomen bij schaap o Hoge koorts o Verhoogde respiratiefrequentie o Opgezwollen kop door oedeem o Overvloedig speekselen o Soms tong blauw verkleurt o Zwelling kroonrand van klauwen o Gekromde rug o Abortus mogelijk o Vanaf derde week langzaam herstel 7.2.2 Rund Klinische symptomen bij rund o Geen koorts of kortstondig temperatuursverhoging o Ulcera in muil o Na een week begint de aangetaste huid te verdrogen en komt los 17 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 7.3 Diagnose Gebaseerd op klinische tekens, seizoensgebonden voorkomen, pathologische letsels, serologie en PCR 7.4 Behandeling en preventie 8 bestrijding o Verzorging van de letsels en preventie van secundaire bacteriele besmetting o Pijnbestrijdeing bij erge coronits, breedspectrum antibioticul ter preventie van pneumonie o Soms vaccineren met levend vaccin Behandeling o De herkauwers een uur voor zonsondergang tot een uur na zonsondergang opstallen o Insecticide e, larviciedebehandeling in de stallen en bij de broedplaatsen o Afweermiddelen (afrilaanse boom in spanje) o Ivermectine (insectendodend) Mond en klauwzeer 8.1 Algemeen Gekend als een van de meest besmettelijke virale ziekten van de tweehoevigen 8.2 Het virus Veroorzaakt door picornavirus Overleeft in gekoelde, bevroeren, gezouten, verduurzaamde en gedeelteijke gekookte vleeswaren met een neutrale pH Virus overleeft in sperma en embryo’s Tast zowel tweehoevigen, ratten, egels, kamelen aan Mest van aangetaste dieren blijven 3 to 6 maanden infectieus 8.3 Ziekteverschijnselen Meest voorkomende symptomen Blaren op neus, lippen, uier, tong, tandvlees Blaren op kroonrand en tussenklauwspleet Smakken, speekselen en tanden knarsen Koorts Sterfte bij jonge dieren Kreupelheid Daling melkgift Ontschoening (varkens) 8.4 Diagnose Klinisch beeld en bevestiging met bloedstaal 8.5 Preventie Momenteel is belgie vrij van MKZ Goede sanitaire maatregelen 18 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz Het is verboden van import van dieren uit besmette gebieden evenals het voederen van etensresten aan varkens 8.6 Vaccinatie Vroeger werden ze jaarlijks gevaccineerd tgn mkz nu niet meer Soms als er besmetting is worden noodvaccinaties uitgevoerd om de versrpeiding te stoppen maar de dieren moeten wel achteraf worden afgemaakt 9 Klassieke varkenspest 9.1 Epidemiologie 9.1.1 Virus Veroorzaakt door pestvirus Wordt geïnactiveerd bij een pH lager dan 3 of hoger dan 11 Inactiveren kan tevens ook door formol, cresol, natriumhydroxide, natriumcarbonaat, detergenten 9.1.2 Gastheer Varkens zijn het enige natuurlijk reservoir voor de varkenspest 9.1.3 Verticale overdracht Transplacentaire infectie is mogelijk: biggen raken al in de baarmoeder van de zeug besmet en kunnen na de geboorte het virus verder versrpeiden 9.1.4 Horizontale overdracht Direct o Virus bevindt zich in alle lichaamsdelen van het zieke of dode varken o Infectie gebeurt via orale opname, wondes, inseminatie Indirect o Bezoekers, dierenartsen, handelaars o Vuile naalden, gebruikte instrumenten, voertuigen o Afval van de keukens dt onvoldoedne gekookt werd Kan zich niet via de lucht verspreiden maar wl over korte afstanden 9.1.5 Omgeving Grote delen azie, centraal en zuid amerika Incubatieperiode 2-14 dgn 9.2 Symptomen 9.2.1 Acute vorm Hoge koorts Onderhuidse bloedingen Blauwe verkleuring oren, poten,staart en rond de ogen Constipatie gevolgd door stinkende diarree 19 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz Ataxiee Varkens liggen vaak dicht tegeneen Sterfte na 5-15 dgn 100% mortaliteit in jonge varkens 9.2.2 Chronische vorm Wisselvalige eetlust Koorts Persisterende diarree tot 1 maand Dieren kunnen herstellen maar herval is niet onmogelijk met zelf sterfte als gevolg 9.2.3 Congenitale vorm Zwakke Trilbiggen 9.2.4 Milde vorm Koorts en wisselvallige eetlust Fetale sterfte of resoptie/mummificatie 9.3 Diagnose 9.3.1 Bloedonderzoek Geeft frequent leuco- en thromboctopenie 9.3.2 Klinisch Bloeduitstrotingen Infarcering van de rand van de milt Grote lymfeknopen Encephalomyelitis 9.3.3 Laboratoriumdiagnose Aantonen in o Het bloed o Nieren o Milt o Lymfeknopen 9.4 Behandeling Geen behandeling op voorhanden Bestrijdingsplan bij uitbraak is ‘stamping out’ o Diagnose o Standstil o Screenen o Opruimen van zieke dieren en verdachte dieren o Schutkring o Screenen o Sanitaire maatregelen 20 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 9.5 Preventie 9.5.1 Sanitaire maatregelen Goede en efficiente communicatie tss overheid en dierenartsen en varkenshouders Strikt opvolgen van het invoerbeleid tot betrekking varkens en varkensvlees Efficiente verhitting van het keukenafval voeder voor varkens 9.5.2 Vaccinatie Er bestaan vaccinaties maar omdat veel landen vrij zijn van varkenspest wordt routinematige vaccinatie niet toegestaan Bij uitroeiing worden nood vaccinaties uitgevoerd maar de dieren moeten dan wel afgemaakt worden 9.5.3 Maatregelen tijdens uitbraak Besmette bedrijven ruimen Schutkring Verbranden van alle karkassen Desinfectie van de stallen Epidemiologisch onderzoek om zowel de mogelijke bron als het mogelijke verspreidingspatroon te kennen 10 Spijsverteringen bij varkens 10.1 Voornaamste problemen kraamstal Doodgeboren biggen Te weinig melkgifte Diarree en sterfte pasgeboren biggen Milde diarree bij biggen 2-3 weken Gewrichtsontsteking Bleke biggen Niezen/neusvloei 10.2 Voornaamste problemen biggenstal Speenproblemen o Diarree o Plotse sterfte o Slecht groeien Wegkwijnen en sterven Hersenvliesontsteking Hoesten en andere ademhalingsproblemen 10.3 Voornaamste problemen afmeststal Hoesten Hoesten, buikslag en sterfte Diarree Slecht groeien Teveel plotse sterfte 21 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 10.4 Spijsverteringsaandoeningen bi varkens 10.4.1 Zuigende biggen 10.4.1.1 Escherichia coli diarree Voorkomen bij o Pasgeboren biggen o Binnen 24 u na geboorte o Steeds<7 dagen Oorzaken o Bacterieel (productie toxines) o Onvoldoende biestopname Symptomen o Waterige diarree kort na geboorte o Achterblijvers o Sterfte (uitdroging) Diarree bij volledige toom Bacteriologische onderzoek Lijkschouwing o Macroscopisch: dehydratatie (uitgedroogd; diepliggende ogen, huid uitgedroogd), opgezette dunne darm, vleibare inhoud dikke darm, volle maag o Microscopisch Behandeling o Antibioticum 3-5 dagen o Electrolyten o Omgevingstemperatuur verhogen (plaatselijk) Preventie o Vaccinatie zeugen 10.4.1.2 Clostridium perfringens= bloedziekte Voorkomen bij o <14 dagen biggen ouderdom Oorzaken o Bacterie in de darm o Sporen kunnen overleven in omgeving (opgenomen door biggen) Symptomen o Plotse sterfte o Bloederige diarree (darmwand aantasten, bloedvaten komen bloot) o Chronische: mager, bleke dieren o Soms tot zwarte mest Lijkschouwing o Rood gekleurde darm, o Bloederige inhoud 22 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz Bacteriologische onderzoek o Kiem isolatie o Toxine typering: belangrijk ivm vaccinatie Suiseng Covexin 10 Miloxan Behandeling o Antibiotica: gevoeligheid testen o Hygiene verbeteren Preventie o Vaccinatie zeugen o Preventie darm stress Aanslaan andere kiemen vermijden Voedselveranderingen Florawijzigingen door overmatig AB gebruik 10.4.1.3 Coccidiose Voorkomen o Vanaf 10 dagen meestal Oorzaak o Isopora suis: 1 cellige parasiet o Eieren overleven lange tijd in omgeving Symptomen o Witte pasteuze tot waterige diarree o Groei vertraging: 235 gr per dag ipv 260 gr per dag : 11% groeiachterstand o Sterfte o Niet alle biggen in 1 nest Witte pasteuze diarree bij biggen 5-15 dgn Lijkschouwing o Macroscopisch: fibrine in darm o Dikke darm: stopverfachtige inhoud Parasitologisch onderzoek mest: eieren isopora suis Behandelen o Coccidiostatica: baycox Preventie o Coccidiostatica: voor 7 dagen ouderdom o Hygiene: AL in/ AL out: wassen zeugen voor werpen o Stal mooi desinfecteren 10.4.1.4 Rotavirus 10.4.1.5 (TGE) 10.4.1.6 (PED) 10.4.2 Gespeende biggen en vleesvarkens <50 kg 10.4.2.1 Hemolytische E coli = slingerziekte Gespeende biggen 4-5 dgn na spenen Oorzaken 23 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Bacterie o Overconsumptie na periode van vasten: kiegroei o Toxineproductie en opname toxines in bloed Symptomen o Gezwollen oogleden o Zenuwsymptomen o Acute sterfte o Verhoogde uitval Diagnose o Lijkschouwing Gevulde maag Gevulde darmen Uitdroging Lymfeklieren opgezet o Kiemisolatie o Bepalen gevoeligheid: resistentie colistine (soort antibiotica) Behandeling en preventie o Aangepaste antibiotica oraal (dagelijkse bereiding maken niet voor 5 dgn ver maken, geen colistine houdende antibiotica o Grondige R&O batterij o Ondersteuning speenovergang Geleidelijke overgang vast voeder Stress vermijden Voldoende voederruimte Vreetplaatsen verdubbelen in grote groepen o Aanzuren drinkwater 10.4.2.2 Speendiarree Voorkomen bij o Binnen 10dgn na spenen Oorzaken o Bacterie e coli o Dieetveranderingen o Wegvallen antistoffen uit biest o Stress o Hygiene onvoldoende Symptomen o Grijsbruine diarree, minder voederopname Diagnose Behandeling o AB/vocht/warmte Preventie o Stimulatie voederopname (24 u licht) 10.4.2.3 Maagzweer 15-50 kg Oorzaak o Stress o Soort voeder (te fijn) 24 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz Symptomen o Bleke varkens, slechte groei Diagnose o Lijkschouwing : zwarte mest 10.4.2.4 (TGE/PED) 10.4.2.5 Salmonellose 10.4.3 Vleesvarkens >50 kg 10.4.3.1 Dysenterie Oorzaken o Bacterie: brachyspira hyodysenteriae o Overleeft in omgeving o Besmeeting al in de kraamstallen o Via knaagdieren overgedragen o Transport: risico besmetting o Dragers na infectie Symptomen o Grijze diarree, met bloed, slijm o Groeivertraging, VC stijgt o Ruwe haren o Uitdroging en sterfte Overdracht o Direct o Indirect Ongedierte, vliegen, vogels, honden, materiaal Overleving en uitscheiding o Varkens Uitscheiding tot 3 maanden o Ongedierte Muizen tot 6maanden Ratten 2 dagen Vlieg 4 dagen o Vogels: mus: 8 u o Hond 13 dagn o Mest: kiem overleeft 60 dagen in mest Diagnose o Langzaam verspreiding diarree o Lijkschouwinf o Bacteriologisch onderzoek Isoleren kiem en MIC bepaling ivm resistentie Behandeling o Individueel dier o Stal met zieke dieren o Eradicatie Alle dieren behandelen is DUUR Partieel: zeugen behandelen :vrije biggen Ongedierte bestrijding, R&O, bioveiligheid 25 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 10.4.3.2 Salmonella Symptomen o Geen o Koorts o Gele diarree o Acute sterfte Wordt binnengebracht door: o Aangekochte varkens o Vogels o Angedierte o Honden en katten o Schoeisel o Voeder Ook in bloed Enkel in darm Diagnose o Lijkschouwing o Kiemisolatie weefsel in darm o Bepalen of er veel kans is op salmonella op het bedrijf Bestrijding o Strikt AI/AO o Steeds R&O o Gescheiden materiaal vleesvarken/zeug o Quarantaine en ziekenboeg gescheiden van bedrijf o Ongediertebestrijding o Geen huisdieren o Drinkwaterhygiene o Sanitair lokaal o Verleggen, overleggen en terugleggen vermijden o Geen transporteurs in stal 10.4.3.3 Proliferatieve enteropathie PIA Voorkomen o Gespeende biggen o Vleesvarkens o Gelten Oorzaak o Bacterie: lawsonia intracellularis xxxx en de enterocyten delen snellen o Verdikte darmwand Acute vorm 26 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Snel verlopende bloederige diarree o Sterfte bij zwakke vleesvarkens Chronische vorm o Klinisch o Subklinisch Ongelijke groei Verlengde mestperiode Hogere voerkosten: VC stijgt/voeropname daalt Diagnose o Lijkschouwing Bloeding dunne darm Verdikte darmwand Microscoop: teveel darmcellen o Antigen detectie Pcr Immunofluorescentie Behandeling en preventie o Antibiotica o Vacinatie biggen Individueel peroraal drenching Via drinkbakken Doseerapparaat drinkwater Economische impact PIA o Vertraagde groei o Stijging voederverbruik o Hogere sterfte o Behandelingskosten o Verminderde uniformiteit slachtgewicht o Lagere gemiddelde prijs per kg slechtgewicht 10.4.3.4 Maagzweren 10.4.3.5 Spirochetose 10.4.3.6 (PED) 10.4.4 Gelten en zeugen 10.4.4.1 Liggingsveranderingen Voornaamste reden zeugensterfte Mogelijkheden o Maag: uitzetting, draaiing, scheur o Draaiing o Milt torsie (bloedvaten afgesnoerd o Leverkwab torsie Diagnose 27 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Lijkschouwing 10.4.4.2 Maagzweren 10.4.4.3 Dysenterie 10.4.4.4 PHE 11 Spijsverteringsproblemen bij kalveren 11.1 Diarree met infectieuze oorzaak Micro organismen vermeerderen zich in het maagdarmkanaal Door vermeerdering en door toxineproductie treedt er beschadiging van het maagdarmkanaal op Besmetting kan plaats vinden via o Slijmvliezen in de darm o Ademhalingswegen o Maagdarmkanaal o Wondjes: in de navel 11.1.1 E colie Etiologie o Bacterie, meest voorkomende diarree Besmetting o Via besmet water, voeder en mest o Ocolie overwoekert andere darmbacteriën, verstoort de functie dan het darmslijmvlies Symptomen o Tussen dag 1 en dag 5 o Waterige mest o Geen slijmvorming o Slechte eetlust o Sterfte binnen 12 tot 24 uur Diagnose o Mestonderzoek o Sectie op het dode dier Behandeling o Melk vervangen door water met elektrolyten o Via de muil chemotherapeutica (pillen) o Injectie met chemotherapeurita/antibiotica Preventie o Goede hygiene o Biestvoorziening o Voorkomen dat de dieren de mest opnemen o Inenten dan moederdieren 11.1.2 Salmonella Etiologie: bacterie 28 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz Besmetting o Via mest van besmette dieren o Via besmet voeder Symptonen o Diarree met bloed o Hoge koorts o Lusteloos o Koorts o Dunnen , stinkende diarree o Later vermengd met witachtige-slijmige vlokken en bloed o Toxinen , via de darmwand in het bloed kunnen zich in alle organen verspreiden o Hierdoor ontstaat er mogelijk Gewrichtsontsteking Hersenvliesontsteking Longontsteking o Bij jonge dieren veel sterfte o Bij oudere dienen is het ziekteverloop gunstiger o Dragers kunnen later ng toxinen afgeven Diagnose o Via mestonderzoek o Bloedonderzoek o Sectie op dode dier Behandeling o Antibiotica o Moeilijk en langdurig Preventie o Goede hygiene o Voorkomen van mestopname o Voorkom aankoop van besmette dieren 11.1.3 Rotavirus Etiologie o Virus Besmetting o Via jonge kalveren Symptomen 29 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Tussen dag 3 en dag 14 o Waterige tot slijmerige mest o Matige eetlust (1ste symptoom) Behandeling o Melk vervangen door water met elektrolyten o Preventie o Goede hygiene o Goede biestvoorziening o Vaccinatie koeien 11.1.4 Coronavirus Etiologie o Virus Besmetting o Via mest van koe op kalf Symptomen o Tussen dag 5 en dag 30 o Waterige diarree, soms met bloed o Sufheid, blijven wel drinken o Diarree duurt 4 a 5 dagen o Meest ernstige vorm van diarree Behandeling o Melk vervangen door water met elektrolyten Preventie o Goede hygiene o Goede biestvoorziening o Vaccinatie koeien 11.1.5 Cryptosporidium parvum Ziekteveroorzaker o Ubiquitaire protozoa o Wordt gekenmerkt door een ingewikkelde levenscyclus Besmetting o Volwassen runderen zijn reservoir voor de oocysten kiem wordt onder bepaalde stressomstandigheden afgegeven o Bv rond kalven o Opname van eitjes o Via fecale route o Drinkwater, grond en voedsel Periode o In de eerste levensmaand van het kalf o Piektussen 5 tot 15 dgn o Kalfjes worden besmetde kiem gaat zich massaal gaan vermenigvuldigen Symptomen o Waterige, slijmerige diarree, groene of gele kleur soms met bloed o Slappe achterhand (dronken) o Sterk vermageren eventueel sterfte o Veel kalfjes op zelfde ogenblik ziek 30 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Lichte koorts o Snel uitdrogen Diagnose o Ook bij deze parasiet vaststellen van aanwezigheid in de mest (fecaal onderzoek) Behandeling o Zeer moeilijk parasiet om te bestrijden o Weinig middelen die werkzaam zijn o Darmvlokken worden door parasiet aangetast o Oppervlak van de darmwand verkleind en opname van stoffen wordt bemoeilijkt Behandeling o Sturing van de zuurgraad belangrijk om schade te beperken o Elektrolytenom uitdroging van het kalf te voorkomen o Energie blijven gevenkrachtvoeder zodat het kalf niet kan sterven aan energietekort dit is mogelijk door kleine hoeveelheden biest te verstrekken o Halocur (erkend middel) Dood niet maar remt de kiemen Helder gele oplossing voor inname via de mond Gebruik van gabrovet Preventie o Hygiene o Kiem heel resistent tegen desinfecteermiddelen o Stoom of heet water gebruiken o Droogstand o Gebruik van gabrovet o Preventief gebruik maken van halocur o Bij pasgeboren kalveren o Inname via de mond na voeding o 1 maal per dag, 7 opeenvolgende dagen 11.1.6 Coccidiose Voorkomen o Vanaf 10 dagen meestal Oorzaak o Isopora suis: 1 cellige parasiet o Eieren overleven lange tijd in omgeving Symptomen o Witte pasteuze tot waterige diarree o Groei vertraging: 235 gr per dag ipv 260 gr per dag : 11% groeiachterstand o Sterfte o Niet alle biggen in 1 nest Witte pasteuze diarree bij biggen 5-15 dgn Lijkschouwing o Macroscopisch: fibrine in darm o Dikke darm: stopverfachtige inhoud Parasitologisch onderzoek mest: eieren isopora suis Behandelen 31 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Coccidiostatica: baycox Preventie o Coccidiostatica: voor 7 dagen ouderdom o Hygiene: AL in/ AL out: wassen zeugen voor werpen o Stal mooi desinfecteren 11.1.7 Giardia Ziekteveroorzaker o Eencellige darmparasiet o Persistent inwater o Incubatieperiode van 1 a 2 weken o Cyclus 2 fasen o Vegetatieve stadium binnen gastheer o In de darmcystewand verweekt door lage pH van darmsap parasitiet komt vrij Besmetting o Opname van eitjes via fecale-orale weg, via besmet voeder en drinken o Eitjes -_>overleven 1 jaar buiten gastheer o Zzonose besmettelijk voor mens Periode o Voornamelijk in het voorjaar infectiedruk is dan hoogst o Bij kalveren tussen 1 a 3 maanden Symptomen o Dunne, bruinkleurige mest o Papperig en vettig o Geen bloedsporen o Kalveren niet echt ziekblijven normaal eten en drinken o Groeien niet Diagnose o Kan enkel teruggevonden worden door mestonderzoek in labo Behandeling o Geen specifieke medicijnen o Orale behandeling gedurende 3 dagen met Al bendazole Fenbendazole Panacur toedienen Preventie o Panacur o Gabrovet o Hygiene o Voldoende leegstand 11.2 Diarree zonder infectieuze oorzaak De vertering van melk is verstoord De vertering moet hersteld worden door de oorzaak weg te nemen Voorkomen van voedingsdiarree door het toedienen van melk o In kleine proporties o Goede kwaliteit 32 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o Juiste bereiding o Licht verteerbaar o Voldoende vocht 11.2.1 Vetdiarree Oorzaak o Een verstoorde vertering van te grote vetdeeltjes. Reden: onjuiste bereiding of een slechte kwaliteit van de kunstmelk o Bij vetdiarree bestaat DS van de mest voor een groot deel uit onverteerde vetten of uit zouten van vetzuren Preventie o Goede kwaliteit en goede bereiding van de kunstmelk 11.2.2 Pensdrinkers Oorzaak o Slokdarmsleuf functioneert niet goedmelk komt in de pens terecht o De pens kan geen melk verteren en wordt bacterieel afgebroken o De penswand raakt chronisch ontstoken , vaak gevolgd door een ontsteking van de lebmaag Behandeling o Het leeghalen van de pens met een sonde Preventie o Zuiggedrag stimuleren door gebruik van een speenemmer o Melk in kleine porties geven o Vleesvee vroegtijdig ruwvoer verstrekken 11.2.3 Overvoeding Oorzaak o Te veel melk in 1 keer geven o Eerste afbraak van eiwitten verstoord o Overmatige groei van de normaal aanwezige bacteriesoorten in de darm en ze krijden onverteerbare eiwitten te verwerken Behandeling o Melk vervangen door water met elektrolyten. Na 2 dagen terug melk maar vaker en in kleine proporties Preventie o Vaker melk geven in kleine hoeveelheden 11.2.4 Andere te koude te warme melk bedorven melk antibiotica melk te weinig eiwit in het voeder te weinig structuur in het voeder te veel zand in het voeder bevroren voeder gebrek aan mineralen 33 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 12 uiergezondheid bij melkvee 12.1 eco belang reforme koeien naweeen bevruchting% daalt productiedaaling arbeid + 4 u behandelingskosten ab melk 12.2 wat is mastitis infectie van het uierweefsel o bacteriën, schimmels, gisten o via slotgat o ontstekingsreactie o toename ontstekingscellen: celgetal interactie o gastheer o kiem o omgeving o management 12.3 bacterien uiergebonden o screptococcus agalactiae koegebonden o staphylococcus aureus o sterptococcus dysgalatiae o stafylococcen omgevingsgebonden o ecoli o streptococcus uberis (vuile stallen) 12.4 oorzaken 12.4.1 streptococcus agalactie in de uier van de melkkloeien wordt overgedragen door het melken makkelijk controle te krijgen door hygiënische maatregelen 12.4.2 streptococcus dysgalactiae zowel op als in de uier veroorzaakt klinische uierontsteking wordt overgedragen via het melken zowel de besmette uiers als de omgeving kunnen de oorsprong van de besmetting zijn onder controle te krijgen door hygiënische maatregelen 34 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 12.4.3 staphyloccocus aureus komt zowel op als in de uier voor overdracht gebeurt via het melken (handen) celgetal kan hoog en laag zijn bij koeien met hoog celgetal steeds bacteriologisch onderzoek doen hygiene 12.4.4 staphylococcus hyicus en S speciës weinig pathogeen kunnen een tankcelgetal verhoging geven van 600 000 tot 800 000 cellen per ml kunnen het tepelkanaal koloniseren onder controle te krijgen door hygiënische maatregelen 12.4.5 streptococcus uberis behoort tot de groep van de esculine positieve kokken overleeft op de uierhuid, melkspiegel, buikhuid en ook in de uier. Kan zich ook goed vermenigvuldigen en handhaven in de buurt van de koeien komt meest voor bij het einde van de droogstand en begin lactatie onder controle houden met hygiënische maatregelen 12.4.6 gramnegatieve bacteriën hiertoe behoren : ecolie, pseudomonas dit zijn kiemen uit het milieu komt voor tijdens de droogstand en de eerste maanden van de lactatie tijdens de lactatie komt het vooral door het melken dit heeft tot gevolg dat de productie van 10 tot 70 % kan dalen hier moet men ook de hygiënische maatregelen toepassen 12.5 multifactorieel probleem koe o o kiem o bedrijf o o o ras, lactatiestadium leeftijd omgevingsgebonden of koegebonden huisvesting en hygiene veehouder adviserende dierenarts 12.6 symptomen klinisch o lokaal pijn, warmte, roodheid, zwelling o afwijkende melk: kleur geur, vlokken o algemeen ziek: koorts, shock, geen eetlust o melkproductie subklinisch o melk ziet er normaal uit o celgetal stijgt o melkproductie zakt 35 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz o infectiebron voor andere koeien 12.7 aanpak en preventie van omgevingsmastitis blootstelling omgevingskiemen vermijden o proper stro beter dan schaveling, zaagsel speenconditie o gekwetste spenen, hyperkeratose (wrat) afweer koe o metabole stoornissen vermijden o goede droogstand (herstel van de uier) snel en doeltreffend ontsteking bestrijden: toxines vermijden snelle detectie door veehouder CMT test (californische mastitis test) 12.8 hygienische maatregelen wachtruimte moet zo proper mogelijk zijn voorbehandelen o voormelken: eerste melkstraal verwijderen want dit bevat de meeste kiemen o droog reinigen met individuele papieren doekjes dippen en sprayen o speentop rondom goed geraakt o na het dippen de koe een uurtje aan het voerhek o contactmiddelen en barrieremiddelen contactmiddelen zijn bedoeld voor de gewone bedrijven en bedrijven let een hoog tankcelgetal desinfectans en huidverzorgende middel barrieremiddelen: na opdrogen een laagje over de speentop aangewezen op laag tankcelgetalbedrijven 12.9 aanpak en preventie van besmettelijke mastitis opruimen van chronisch geïnfecteerde koeien correcte melktechniek correct functioneerde melkmachine droogzetten met antibiotica 12.10 droogstandperiode rustperiode: cruciaal voor o productie o vruchtbaarheid o gezondheid fysiologische aanpassingen o grootste groei vrucht o collostrumproductie o uierweefsel involutiefase rustfase collostrogenese opbouwfase 36 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 12.11 doelstellingen goede droogstand uierweefsel herstellen nieuwe infecties tijdens droogstand voorkomen uier voorbereiden op nieuwe locatie 12.12 risicoperiode ontstaan nieuwe infecties vlak na droogzetten vlak voor en rondom afkalven oorzaak? Fysiologische, anatomische en immunologische veranderingen 12.13 risicofactoren tijdens droogstand kwartier: speenkolonisatie, speenconditie, speenletsels, keratineplug koe: immuniteit, melkproductie voor eht droogzetten, lengte droogstand bedrijf: hygiene, huisvestiging, omgeving, comfort, ventilatie keratineplug o mechanische afweer o antibacterieloe werking o 5% kwartieren krijgt geen plug Alle koeien droogzetten met antibiotica o Subklinische mastitis genezen o Vermijden nieuwe besmetting Onder strikt hygiënische omstandigheden 12.14 Beperkingen antibiotica Slechts 40 a 60 % bestaande infecties geneest tijdens droogstand Reductie ontstaan nieuwe infectie Antibioticum ganse droogstand o Laatste dagen aanwezig o Te lange droogstand o Hulp van externe teat sealer 12.15 Soorten droogzetters Standaard droogzetter: gram + spectrum o Focus op bestaande infecties o Geen bescherming tegen nieuwe omgevingskiemen e coli o Breedspectrum droogzetter Kans op genezing bestaande infecties dalen bij o Stijging leeftijd o Meer besmette kwartieren o Hoger celgetal o Klinische mastitis gehad tijdens lactatie 12.16 Alternatieven Niet behandelen Selectief droogzetten Selectief droogzetten gecombineerd met teat sealer Alle dieren met antibiotica en teat sealer droogzetten Zie vb in powerpoints 37 Generated by Unregistered Batch DOC & DOCX Converter 2012.4.109.1532, please register! samenvatting dgz 38