RumiAdd DiarFix: één van de sleutelwoorden tegen Cryptosporidiose. Tegenwoordig is kalverdiarree een factorenziekte. Het aanslaan van bacteriën, virussen en parasieten wordt bepaald door de infectiedruk, hygiëne en weerstandsopbouw in de darm van het kalf. In de eerste 4 weken van het leven zijn de belangrijkste verwekkers: Rotaen Coronavirus, E. coli en Cryptosporidiose. In de meeste gevallen begint de diarree met de darmparasiet Cryptosporidium parvum, die het ziektebeeld cryptosporidiose veroorzaakt. Vele melkveehouders herkennen de vlaachtige gelige diarree, die vaak al na een aantal dagen begint. Cryptosporidum parvum kan op een aantal manieren voor besmetting zorgen: Via de ontlasting scheiden koeien kleine hoeveelheden eieren van deze parasiet uit, waardoor kalveren al direct na de geboorte besmet kunnen raken. In het kalf vermenigvuldigt Cryptosporidium parvum zich in de dikke darm van het kalf om vervolgens eieren te gaan produceren. Deze eieren kunnen door het kalf al 4 dagen na de eerste opname uitgescheiden worden. Deze eieren zijn op hun beurt een bron van besmetting voor hetzelfde kalf, maar ook voor andere kalveren! Let op, de eieren hebben een zeer dikke wand waardoor ze meerdere maanden in de omgeving infectieus, dus gevaarlijk blijven. Symptomen: Cryptosporidium parvum kan diarree veroorzaken bij kalveren tot 4 weken leeftijd. Vaak veroorzaakt Cryptosporidium parvum pas ziekte als er gelijktijdig een Rota- of Coronavirus in het spel is, of als een E. Coli en/of coccidiose aanwezig is: Uit een praktijkonderzoek bleek dit in meer dan de helft van de gevallen zo te zijn (DGZ vlaanderen 2001). De Gezondheidsdienst toonde bij kalveren in de tweede leeftijdsweek met “vlaachtige” mest in 66% van de monsters cryptosporidum parvum aan (febr 2010). De ziekte geeft over het algemeen een diarree beeld, waardoor een verminderde groei en (extreme) vermagering door nutriëntenverlies ontstaat. Sterfte door Cryptosporidiose is vaak minimaal en treedt vooral op bij jonge kalveren, jonger dan 2 weken leeftijd. Kalveren ouder dan 14 dagen leeftijd hebben snel een actieve afweer ontwikkeld. Herinfecties zullen slechts in geringe mate tot een ziektebeeld leiden. Maar kalveren met een verminderde weerstand en/of conditie kunnen wel problemen met Cryptosporidium parvum krijgen! Denk hierbij aan kalveren met stress, navelontstekingen, longproblemen, BVD, vermagering en/of kalveren die geen of onvoldoende biest hebben gekregen. In deze situaties kan een kalf onvoldoende weerstand opbouwen tegen deze parasiet en kan het fatale gevolgen hebben. Diagnose en behandeling: Voor bevestiging van de diagnose kan mestonderzoek plaatsvinden. Dit kan middels een sneltest of door het opsturen van mestmonsters naar een laboratorium. De enige geregistreerde behandeling van cryptosporidiose is een behandeling met Halofuginone base (Halocur©). Dit middel heeft een cryptosporidiostatisch effect: Het vertraagt de groei van de parasiet. Dat resulteert in een verminderde uitscheiding van eieren. Bovendien kan hierdoor een actieve afweer in de darm plaatsvinden! Bij ernstig verzwakte en uitgedroogde kalveren kan een infuus noodzakelijk zijn. Naast de behandeling tegen de parasiet is het vaak van groter belang om ook de gevolgen van de diarree te bestrijden (vooral vanwege het vaak multifactoriële karakter). Dit houdt o.a. in het geven van extra water en electrolyten (denk hierbij aan het extra vochtverlies via de ontlasting), kalf huisvesten op stro en een juist ingestelde therapie. Daarvoor heeft RumiAdd Rumi DiarFix ontwikkeld. Rumi DiarFix is een electrolyt, die de vochtbalans en de energievoorziening van het kalf herstelt. Bovendien zijn aan DiarFix stoppende middelen en gelatines toegevoegd om de passagesnelheden te remmen en daarmee de diarree in te dammen. Nieuw in Rumi DiarFix is de toevoeging van middelen, die snel de hoeveelheid immunoglobulinen op peil brengen en het aantal oöcysten (eitjes) van m.n. cryptosporidiose vermindert. Uit onderzoek is gebleken dat het aantal oöcysten 3x werd verlaagd en dat de diarreescore significant verbeterde. (Nocek, 2009) Toediening: 15 tot 20 gram/ liter koemelk/kunstmelk Preventie: Behalve de behandeling van het individuele besmette kalf is de verspreiding en de (her)infectie van kalveren van belang. Een correct management en een optimale hygiëne zijn een vereiste. Bij hygiëne moet men vooral denken aan een schone omgeving, waaronder vers drinkwater/melk en ruwvoer (zonder mestresten) en het afzonderen van het besmette kalf. Daarnaast is het van belang een juiste en correcte reiniging en ontsmetting te laten plaatsvinden van de omgeving om zodoende de infectiedruk te verminderen. Voor meer informatie over het gebruik van Rumi DiarFix bij kalverdiarree kunt u contact opnemen met: Bertus Lenferink Iewe Hofstede Martijn Hoogeslag