Kalfsvlees met 3 sterren Waarom krijgt dit rosékalfsvlees het Beter

advertisement
Kalfsvlees met 3 sterren
Waarom krijgt dit rosékalfsvlees het Beter Leven-kenmerk met 3 sterren?
• De kalveren komen allemaal van biologische melkveebedrijven;
• De kalfjes worden de eerste weken op stro gehouden;
• De kalveren worden gespeend en gaan volledig over op ruwvoer;
• De kalveren worden gehuisvest in een ruime potstal;
• De kalveren krijgen weidegang;
• Het transport van de kalveren duurt kort.
Kort overzicht belangrijkste verschillen in welzijn tussen gangbare kalverhouderij en
kalverhouderij voor vlees met Beter Leven kenmerk van de Dierenbescherming met 1, 2 of 3
sterren
Aspect
Gangbaar
Ruimte binnen
1,8m2 per kalf.
Huisvesting in
groep.
1e 8 weken
mag
individueel.
1,8m2 per kalf. Bij
ver- en
nieuwbouw doch
uiterlijk 2025 2m2.
Huisvesting in
groep.
1e 8 weken mag
individueel.
2m2 per kalf.
Huisvesting in
groep. 1e 8
weken mag
individueel.
De 1e 14 weken
2,5m2 per kalf in
groep op stro.
Daarna 4m2 per
kalf.
Vloeruitvoering
Volledig
rooster
Volledig rooster.
Geleidelijke
invoering zachte
ligplek van rubber.
Min 50% dicht en
ingestrooid of
voorzien van
rubber mat.
Min 50% dicht en
met stro of
vergelijkbaar
materiaal.
Uitloop
Geen
Geen
Verharde
Vanaf 14 weken
buitenuitloop,
weidegang.
min 2m2 per kalf.
Voeding
Kalvermelk en
vanaf 14
Kalvermelk en
min. 200 en vanaf
Minstens 50%
ruwvoer.
Na 14 weken
volledig over op
Aspect
Gangbaar
dagen min 100 15 weken min 500
en vanaf 15
gram ruwvoer
weken min
250 gram
ruwvoer.
ruwvoer.
Bloedijzergehalte Onvoldoende, Voldoende, geen
bloedarmoede. bloedarmoede.
Ruim voldoende, Ruim voldoende,
geen
geen
bloedarmoede.
bloedarmoede.
Transport
Naar de
boerderij max 8
uur, naar het
slachthuis max.
4 uur.
Geen
tijdslimiet.
Naar de boerderij
max 8 uur, naar
het slachthuis
max. 4 uur.
Naar de
boerderij max 8
uur, naar het
slachthuis max.
4 uur.
Toelichting op het dierenwelzijn bij kalfsvlees met 3 sterren
Drie sterren is het hoogst haalbare bij het Beter Leven kenmerk van de Dierenbescherming.
Het betekent dat de levensomstandigheden van het dier zo goed zijn dat het de belangrijkste
behoeften goed op peil kan houden en geen aanleiding geeft voor stress. Drie sterren
worden toegekend aan biologische producten en aan producten waarbij de dieren een
vergelijkbaar welzijnsniveau hebben als bij biologisch gehouden dieren.
De kalveren komen allemaal van biologische melkveebedrijven
Om melk te blijven geven moet een koe jaarlijks een kalf krijgen. Die kalfjes zijn niet allemaal
nodig voor vervanging van de melkkoeien. De stierkalfjes zijn sowieso ‘waardeloos’ voor de
melkveehouderij, maar ook van de vrouwelijke kalfjes, de vaarsjes, is maar een kwart tot een
derde nodig voor vervanging van de melkveestapel.
Tot voor kort gingen ook de kalfjes van de ca. 330 Nederlandse biologische
melkveehouderijbedrijven allemaal naar de gangbare, intensieve vleeskalverhouderij, om in
6 tot 12 maanden in hokken van zo’n 4 tot 12 dieren op een volledige roostervloer op een
dieet van kunstmelk en ruwvoer en zonder weidegang vetgemest te worden.
Sinds 2006 is er ook een biologisch vleeskalverbedrijf; Ecofields van de familie Boon in
Gelderland, waar een deel van de biologische kalfjes naartoe kan. Tot een leeftijd van 14
weken houdt Boon de kalfjes binnen in ruime hokken op stro. Dan worden ze gespeend (dat
wil zeggen ze gaan van de melk af), krijgen alleen nog maar ruwvoer, worden gehuisvest in
een ruime potstal en krijgen weidegang. Op een leeftijd van 8 tot 10 maanden worden de
kalveren geslacht bij een slachterij in de buurt.
De kalveren en het voer zijn van biologische oorsprong. Het kalfsvlees is dan ook biologisch
en wordt verkocht aan horecabedrijven, aan de biologische Groene Weg slagerijen en via
het internet.
De kalfjes worden de eerste weken op stro gehouden
Van nature blijven kalveren zo’n 6 maanden bij de
moederkoe drinken. Vanaf een leeftijd van 14 dagen
oud begint een kalf ook ruwvoer te eten. In de loop
van de tijd eet het steeds meer ruwvoer, en drinkt
steeds minder melk om hier op een leeftijd van zo’n 6
maanden mee te stoppen.
Net als in de gangbare melkveehouderij wordt in de
biologische melkveehouderij het kalf direct na de
geboorte bij de moeder weggehaald. De
Dierenbescherming vindt dat niet goed en er loopt
onderzoek om dit in de biologische melkveehouderij
niet meer te doen.
Net als in de gangbare veehouderij komen de kalfjes al op een leeftijd van 14 dagen naar het
vleeskalverbedrijf. Ze worden in ruime hokken op stro gehuisvest. Vanaf de eerste dag
worden de kalfjes gewend aan vast voer, naast melk. Ze krijgen luzerne en ook al snel
kuilgras. Zo kan het herkauwen en het meermagige stelsel van het kalf zich normaal, gezond
ontwikkelen.
De kalveren worden gespeend en gaan volledig over op ruwvoer
Als de kalveren 14 weken oud zijn worden ze gespeend, dat wil zeggen dat ze volledig van
de melk af gaan en alleen nog maar vast voer krijgen. Naast kuilgras krijgen ze onder meer
snijmaïs en een erwten/gerstmengsel. Uiteraard bevat het ruwvoer voldoende ijzer, zodat de
kalveren geen last hebben van bloedarmoede.
De kalveren worden gehuisvest in een ruime potstal
De kalveren worden gehuisvest in een ruime stal.
Door lichtplaten in het dak en openingen in de nok en
in de zijwanden is er volop daglicht en frisse lucht in
de stal.
Aan de voorkant van elk hok bevindt zich het voerhek,
waar de kalveren hun kop doorheen kunnen steken
om bij het voer te komen dat in de gang voor het hok
ligt.
De eerste 3 meter in het hok direct achter het voerhek
bestaat uit een houten roostervloer. Hierop staan de
kalveren te eten en laten ze de meeste mest en urine
lopen, wat dan door het rooster in de mestput terecht komt.
Achter het roostervloerdeel bevindt zich een dichte vloer met stro of vergelijkbaar materiaal.
Hierop kunnen de kalveren comfortabel en warm liggen. Dagelijks wordt er wat vers strooisel
bij gestrooid, waardoor dit zich oppot, vandaar de naam ‘potstal’.
Als je dat vergelijkt met de lange smalle hokken met volledige roostervloer waarin kalveren in
de gangbare intensieve kalverhouderij gehouden worden, hebben de kalfjes het hier heel wat
beter.
De kalveren krijgen weidegang
In het weideseizoen, van april tot oktober, mogen de
kalveren naar buiten de weide in. Dit is voor de
kalveren natuurlijk een geweldige verrijking. Ze
rennen en springen in de wei om hun poten te
strekken en genieten van de buitenlucht en het verse
gras.
Het transport van de kalveren duurt kort
Voor kalveren die voor het Beter Leven-kenmerk worden gehouden heeft de
Dierenbescherming afgesproken dat de reis naar de vleeskalverhouderij nooit langer dan 8
uur oftewel ongeveer 500 kilometer mag duren. In dit geval duurt de reis nog veel korter,
omdat al de kalfjes uit Nederland komen. Na 8 a 10 maanden gaan de kalveren naar een
slachterij in de buurt.
Download