Fotografie: Guus Pauka UIT ONDERZOEK BLIJKT DAT 30% VAN DE VERPLEEGHUISGEÏNDICEERDEN BIJ OPNAME AANDACHTSPUNTEN IN HET VERPLEEGHUIS ONDERVOED IS. • ONGEWENST GEWICHTSVERLIES VAN 3 KILO IN ÉÉN MAAND OF 6 KILO IN ZES MAANDEN KAN DUIDEN OP ONDERVOEDING. • WEEG REGELMATIG. GEBRUIK DE RICHTLIJN Zorg voor adequate voeding; gebruik de richtlijn. Maar hoe? Met de korte uitleg van de twee zorglijnen is de basis gelegd. Vergelijk de richtlijn eens met de voorschriften die er zijn in uw instelling op het gebied van vocht en voedsel. Vergelijk het schema van zorglijn 1 en 2 met de werkwijzen bij vocht- en voedselvoorziening in uw verpleeg- of verzorgingshuis. Kijk vervolgens waar verbeteringen mogelijk zijn en aanpassingen nodig zijn. Zoek naar mogelijkheden om uw handelen en het voedingsbeleid in uw instelling te completeren en te optimaliseren. • De wens en behoefte van de cliënt is de basis van vraaggestuurde voedingszorg. • In beide zorglijnen staat de interactie tussen management, professionals en cliënt centraal. • De aanbevelingen uit de richtlijn zijn onderdeel van het zorgplan; dit moet in overeenstemming zijn met de zorgvisie van de instelling. • Er is sprake van een cyclisch verloop van beide zorglijnen, dus evaluatie en bijstelling zijn van essentieel belang. • De complexiteit van een goede vocht- en voedselvoorziening vraagt om deskundigheidsbevordering middels scholing van personeel en vrijwilligers, bij voorkeur door de instelling zelf. Permanente educatie is onmisbaar. De richtlijn is te bestellen bij: Arcares, Telefoon 030 273 93 93 Publicatienummer 01.014. Leden van Arcares kunnen de richtlijn en het scholingsmateriaal downloaden via Arcares Ledennet op www.arcares.nl Deze folder en het scholingsmateriaal zijn ook te downloaden op: www.avvv.nl Deze publicatie is tot stand gekomen in samenwerking met Arcares en is onderdeel van de begeleide implementatie van de richtlijn. Arcares • AVVV • LOC • Koksgilde Nederland NU’91 • NVD • NVE • NVLF • NVVA • VHVG Zorg voor voeding OVER DE MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN VERANTWOORDE VOCHT- EN VOEDSELVOORZIENING VOOR VERPLEEGHUISGEÏNDICEERDEN ZORG VOOR ADEQUATE VOEDING GEBRUIK DE RICHTLIJN © AVVV 2002 ZORG VOOR VOEDING DE RICHTLIJN Het belang van juiste voeding en voldoende inname van vocht en voedsel voor verpleeghuisgeïndiceerden lijkt vanzelfsprekend. Toch wijst de praktijk uit dat het beter kan. Lang niet altijd is het eten en drinken in de zorginstellingen waar u werkt ‘zorg op maat’. Daardoor is de voedingstoestand van cliënten in verpleeg- en verzorgingshuizen vaak niet optimaal. Het doel van de richtlijn is het geven van handvatten waarmee instellingen het voedingsbeleid kunnen formuleren, evalueren en eventueel bijstellen en aanscherpen. U als verpleegkundige of verzorgende speelt een centrale rol in de vocht- en voedselvoorziening van een cliënt. Daarom is het van belang te weten hoe u deze richtlijn kunt gebruiken. De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft het Ministerie van VWS in februari 2000 in een rapport gewezen op knelpunten in de vocht- en voedselvoorziening. De belangrijkste aanbeveling van de Inspectie was het ontwikkelen van een multidisciplinaire richtlijn voor een verantwoorde voeding. Arcares, branche-organisatie voor verpleging en verzorging, heeft deze richtlijn ontwikkeld, in samenwerking met de Algemene Vergadering Verpleegkundigen en Verzorgenden (AVVV) en vertegenwoordigers van verschillende andere beroepsgroepen en de cliënten. U kunt de richtlijn relatief eenvoudig toepassen in uw dagelijks werk. Daartoe bespreken we hier kort de twee zorglijnen die in de richtlijn aan bod komen: schema’s die aangeven hoe de voedingszorg tot stand zou moeten komen en waar de verantwoordelijkheden liggen voor de diverse stappen. IN DEZE FOLDER De multidisciplinaire richtlijn verantwoorde vochten voedselvoorziening voor verpleeghuisgeïndiceerden is nu beschikbaar. Maar alleen met het hebben van een richtlijn zijn we er niet. Een verantwoorde vocht- en voedselvoorziening staat of valt met het gebruik ervan. Dáárover informeren we u in deze folder. De samenwerking tussen de betrokkenen speelt een grote rol. Van belang is om samen met je collega’s bij diverse stappen aan te geven wat het doel, het uitgangspunt en de kwaliteit van handelen is. Ga bewust alle stappen na en stel samen vast wie verantwoordelijk is voor elke stap. Essentieel is tenslotte het evalueren van geboekte resultaten, iets wat eventueel door een voedingsbeleidsteam kan worden ondersteund. Houd altijd uw primaire rol in het oog: u helpt de cliënt om wensen en behoeften qua voeding en voedingssfeer kenbaar te maken. ZORGLIJN 1 Zorglijn 1 staat voor de basis voedingszorg: het organiseren van de zorg van vocht en voedsel voor alle verpleeghuisgeïndiceerden. Het gaat hierbij om basiszorg. Deze zorg is het uitgangspunt voor alle cliënten, ook voor cliënten met voedingsproblemen. Voor deze laatste groep is echter ook aanvullende zorg nodig. Daar komen we bij zorglijn 2 op terug. De basis voedingszorg is verankerd in drie niveaus van de instelling: • rondom de individuele cliënt (microniveau); • rondom de afdelingen (mesoniveau); • rondom het management (macroniveau). ZORGLIJN 2 Zorglijn 2 is uitgewerkt voor cliënten met voedingsproblemen en staat voor het organiseren van specifieke zorgmaatregelen voor de cliënten met voedingsproblemen. Zorglijn 2 geldt wanneer basis voedingszorg vanwege sociale en/of medische voedingsproblemen niet toereikend is. Observaties door verpleegkundigen en verzorgenden staan hierbij centraal, naast de integrale diagnostiek en het integrale beleid. Diagnostiek en behandeling verlopen in multidisciplinaire samenwerking. De richtlijn geeft een samenvatting van de mogelijke activiteiten van betrokken disciplines.