K407 Opslag, uitscheiding en bescherming

advertisement
K407
Opslag, uitscheiding en
bescherming
Deze toets bestaat uit 40 vragen. Hiervoor zijn maximaal 53 punten te
behalen.
Bij deze toets hoort een bijlage
1pt
1pt
1pt
1pt
1pt
Geef
1
2
3
4
5
van de beweringen 1 t/m a aan of deze juist zijn of onjuist
Bij de mens vindt via de longen uitscheiding plaats
De resten van afgebroken rode bloedcellen komen in de gal terecht
Overtollige zouten worden door de nieren uit het bloed verwijderd
De lever ligt in de borstholte vlak boven het middenrif
Doordat er meer zweet geproduceerd wordt, vermindert de hoeveelheid
warmte die het lichaam afgeeft aan de omgeving
De volgende bewegingen horen bij de vragen 6 en 7.
1pt
1pt
In de afbeelding hiernaast zijn de lever, een stukje dunne
darm en de aansluitende bloedvaten schematisch
weergegeven. De pijlen geven de stroomrichting van het
bloed aan.
Een uur na een broodmaaltijd worden het glucosegehalte
en het zuurstofgehalte van het bloed in bloedvat 1 vergeleken
met die in bloedvat 2.
6
In bloedvat 1 is het glucosegehalte van het bloed hoger
dan in bloedvat 2
7
In bloedvat 1 is het zuurstofgehalte hoger dan in bloedvat 2
De volgende gegevens horen bij de vragen 8 en 9.
1pt
1pt
In de tekening hiernaast is een nier met aan- en
afvoerwegen schematisch getekend.
8
De hoeveelheid vloeistof die per uur door 1 gaat
is gelijk aan de hoeveelheid vloeistof die door 2
gaat.
9
De hoeveelheid zuurstof die per uur door 1 gaat
is gelijk aan de hoeveelheid zuurstof die door 2
gaat.
In de tekening hiernaast zijn de nieren en de
urinewegen van de mens schematisch getekend.
1pt
1pt
1pt
1pt
10
11
12
13
1pt
14
Hoe heet nummer 2?
Hoe heet nummer 4?
Met welk nummer is de urineblaas aangegeven?
Met welk nummer is de plaats aangegeven
waar urine gemaakt wordt?
Met welk nummer is het bloedvat aangegeven
waarin zich bloed bevindt met het hoogste
glucosegehalte?
In de afbeelding hieronder zijn de huid en het onderhuidse bindweefsel
schematisch getekend.
1pt
1pt
1pt
1pt
1pt
1pt
15
16
17
18
19
20
Hoe heet nummer 5?
Hoe heet nummer 14?
Met welk nummer is een haarspiertje aangegeven?
Met welk nummer is een porie aangegeven?
Met welk nummer is de plaats aangegeven waar vet opgeslagen is?
Met welk nummer is een deel van de huid aangegeven waar talg
gemaakt wordt?
2pt
21
In het lichaam van een mens kunnen eiwitten, glucose en vetten
voorkomen.
Welke van deze stoffen kunnen als reservestoffen opgeslagen worden in
het gele beenmerg?
A
alleen vetten
B
alleen eiwitten en vetten
C
alleen glucose en vetten
D
eiwitten, glucose en vetten
2pt
22
Wat
A
B
C
D
is de functie van het pigment in de huid van de mens?
het regelen van de lichaamstemperatuur
het soepel houden van de huid
het beschermen tegen zonnestraling
het beschermen tegen uitdroging
2pt
23
Hieronder worden enkele processen genoemd die zich in het menselijk
lichaam afspelen:
1
afbraak van rode bloedcellen
2
productie van bloedplaatjes
3
productie van gal
4
verbranding van glucose
Welke van deze processen vinden plaats in de lever?
A
alleen de processen 1 en 2
B
alleen de processen 3 en 4
C
alleen de processen 1, 3 en 4
D
de processen 1, 2, 3 en 4
2pt
24
Iemand heeft een schaafwond opgelopen die gaat bloeden.
Welke laag of welke lagen zijn dan in ieder geval beschadigd?
A
alleen de hoornlaag
B
alleen de hoornlaag en de kiemlaag
C
alleen de hoornlaag, de kiemlaag en de lederhuid
D
de hoornlaag, de kiemlaag, de lederhuid en het onderhuidse
bindweefsel
2pt
25
Bij zoogdieren kan de lichaamstemperatuur beïnvloed worden door
verschillende processen, zoals:
1
het samentrekken van de haarspiertjes in de huid
2
het wijder worden van de bloedvaten in de huid
3
het activeren van de zweetklieren in de huid
Welk(e) van deze processen treedt (treden) op bij een kat die van een
warme in een koude ruimte wordt gebracht?
A
alleen proces 1
B
alleen de processen 1 en 2
C
alleen de processen 2 en 3
D
de processen 1, 2 en 3
2pt
26
Verkoudheid kan worden veroorzaakt door verschillende virussen.
Linda is net genezen van een verkoudheid die door een bepaald
virus is veroorzaakt. Kort daarna wordt zij opnieuw verkouden als
gevolg van een virusinfectie.
Een biologiedocent vraagt aan een leerling wat hiervoor de
verklaring kan zijn.
Karin zegt:"De tweede verkoudheid is veroorzaakt door een ander virus
dan de eerste verkoudheid. De antistof die tegen dat eerste virus is
gevormd, biedt geen bescherming tegen het tweede virus".
Nora zegt:"Na de eerste verkoudheid is een hoeveelheid verkoudheidsvirus achtergebleven. Door de tweede infectie wordt de hoeveelheid
verkoudheidsvirus zo groot, dat ze niet voldoende antistof kan maken".
Wie geeft de juiste verklaring?
A
alleen Karin geeft de juiste verklaring
B
alleen Nora geeft de juiste verklaring
C
Karin en Nora geven beiden een juiste verklaring
D
geen van beiden geeft een juiste verklaring
2pt
27
In de afbeelding zijn drie plaatsen aangegeven met een letter.
Welke letter geeft een plaats aan waar urine wordt gemaakt?
A
letter P
B
letter Q
C
letter R
2pt
28
Van drie verschillende vloeistoffen in het uitscheidingsstelsel wordt een
kleine hoeveelheid afgenomen voor onderzoek. In de tabel staan enkele
verschillen genoemd tussen de drie vloeistoffen.
Welke vloeistof is urine?
A
vloeistof X
B
vloeistof Y
C
vloeistof Z
1pt
29
Leg uit waarvoor het aantal witte bloedcellen toeneemt als er een
infectie is.
2pt
30
Als zich in de urinewegen blaasstenen
of nierstenen bevinden, kunnen
binnengedrongen bacteriën zich in zo’n
steen nestelen. Zulke bacteriën zijn
moeilijk te bestrijden en kunnen
de oorzaak zijn van een steeds
terugkerende blaasontsteking.
Blaasstenen zijn vaak ontstaan als
nierstenen in het nierbekken. Zo’n
niersteen is dan met de urine in de
blaas terechtgekomen.
In de afbeelding zijn op een
röntgenfoto urinewegen weergegeven.
Welke letter geeft het nierbekken aan?
A letter P
B letter Q
C letter R
D letter S
2pt
31
de foto hierboven is in een model een aantal organen in de buik- en
borstholte te zien.
Welke letter geeft de lever aan?
A
letter P
B
letter Q
C
letter R
D
letter S
2pt
32
Eén van de gevolgen van levercirrose is dat er minder gal vanuit de
lever via de galbuis naar het verteringskanaal wordt afgevoerd.
Hierdoor worden vetten uit het voedsel minder goed door
verteringsenzymen afgebroken.
In welk deel van het verteringskanaal komt de galbuis uit?
A
in de maag
B
in de twaalfvingerige darm
C
in de dikke darm
D
in de endeldarm
2pt
33
Als levercellen door levercirrose afsterven, stroomt het bloed minder
goed door de lever heen. Het gevolg is dat stoffen niet meer goed aanen afgevoerd worden.
Twee bloedvaten voeren bloed naar de lever toe: de leverslagader voert
bloed vanuit de aorta aan en de poortader voert bloed vanuit het
verteringskanaal naar de lever.
Het bloed in de poortader bevat minder zuurstof dan het bloed in de
leverslagader (zie de afbeelding hieronder).
Leg uit waardoor het bloed in de poortader minder zuurstof bevat dan
het bloed in de leverslagader.
2pt
34
Eén van de stoffen die door het bloed uit de lever worden afgevoerd, is
ureum. Ureum is een afvalstof die ontstaat als de lever eiwitten
afbreekt.
Door welk orgaan of door welke organen wordt ureum uitgescheiden?
A
door de endeldarm
B
door de galblaas
C
door de lever
D
door de nieren
Lees eerst de bijlage met informatie 1 tot en met 10 en beantwoord dan vraag 35 tot
en met 40. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken.
1pt
35
In informatie 2 worden onder andere twee soorten huidversieringen
beschreven: beschildering met henna en blijvende tatoeage.
In de afbeelding van informatie 1 zijn drie lagen met een cijfer
aangegeven.
Met welk cijfer wordt de laag aangegeven, waarin de kleurstoffen van
de hennapasta terechtkomen?
En met welk cijfer de laag, waarin de kleurstoffen van een blijvende
tatoeage terechtkomen?
Schrijf je antwoord zo op:
De kleurstoffen van de hennapasta in laag ................................
De kleurstoffen van de blijvende tatoeage in laag ......................
1pt
36
Hennabeschilderingen verdwijnen na enkele weken vanzelf, ook zonder
wassen.
Leg uit waardoor de hennabeschildering verdwijnt.
1pt
37
Iemand laat een blijvende tatoeage zetten. De wondjes die hierdoor
ontstaan gaan bloeden.
Welke laag is of welke lagen zijn dan in ieder geval beschadigd?
A alleen de hoornlaag
B alleen de hoornlaag en de kiemlaag
C alleen de hoornlaag, de kiemlaag en de lederhuid
D de hoornlaag, de kiemlaag, de lederhuid en het onderhuids
bindweefsel
38
Noem drie maatregelen uit de informatie, waardoor besmetting met
bacteriën tijdens het zetten van een blijvende tatoeage kan worden
voorkomen.
39
In de informatie van de GGD staat dat ringen of staafjes van een
piercing van een speciaal soort metaal moeten zijn.
Leg met behulp van de informatie uit waardoor niet elk metaal geschikt
is voor zulke ringen of staafjes.
40
In informatie 7 staat hoeveel water een persoon per dag gemiddeld
verliest.
Bij de verbranding in het lichaam ontstaat gemiddeld per dag 400 ml
water. De rest van het waterverlies moet worden aangevuld door eten
en drinken.
Hoeveel ml water moet iemand gemiddeld per dag opnemen met eten
en drinken om het verlies aan te vullen?
A 3000 ml
B 3400 ml
C 3800 ml
1pt
1pt
1pt
<<EINDE>>
Download