86,5 kB - Portfolio Jan Willem van der Werf

advertisement
HvA Onderwijs en Opvoeding
lerarenopleidingen vo/bve
lesplanformulier A 1
naam student
: Jan-Willem van der Werf
naam school
: HvA
werkbegeleider : Hugo van der Berg
opleiding
: Aardrijkskunde
klas
: VMBOT-HAVO 1
datum van de les: 11-12-2012
Lesonderwerp: Klimaten op Aarde (BuiteNLand Hoofdstuk 2):
Water, te veel of te weinig (paragraaf 2.4 blz. 34 & 35)
beginsituatie van de leerlingen
Leerlingen hebben de laatste 2 weken les gehad in temperatuurverschillen op aarde. Twee
weken geleden hebben zij al een inleiding gekregen op paragraaf 3.4. Men heeft de
volgende begrippen al tot zich gekregen:













Breedteligging
Grote en kleine invalshoek
Aanlandige en aflandige winden
Neerslag
Waterdamp
Condenseren
Verdampen
Stijgingsregen, stuwingsregen, kustregen
Breedteligging
Grote en kleine invalshoek
Pooldag
Poolnacht
Albedo (bonus)
Men weet ook dat er op aarde temperatuurverschillen zijn en hoe ze ontstaan.
1
algemene doelstellingen van deze les
begrippen:
 Neerslag
 Waterdamp
 Condenseren
 Verdampen
 Stijgingsregen, stuwingsregen,
kustregen
 Dauw, sneeuw, ijzel
 Gletsjers
 Regenschaduw
 Loef- en lijzijde (bonus)
vaardigheden:
 Gericht luisteren
 Gericht kijken
 Begrijpend lezen
 Samenwerken
 De leerling kan de leerstof van
hoofdstuk 2.4 toepassen door het
maken van een puzzel een begrip te
vinden en deze vervolgens te
verklaren in eigen bewoordingen.
1: De leerling kan aan het eind van de les de
hierboven genoemde begrippen en regels
benoemen of toepassen.
2: De leerling kan de betekenis van de
begrippen en regels uitleggen.
3: De leerling is in staat de verschillende
soorten neerslag te benoemen en kan
uitleggen op welke manier de neerslag tot
stand komt en wat de verschillen zijn
4: Interesse en enthousiasme opwekken bij
de leerlingen voor de onderwerpen zoals
hierboven genoemd.
5: De leerling kan een antwoord voor de klas
presenteren
6: De leerling heeft aan het eind van de les
samen met een medeleerling naar de
antwoorden gezocht.
2
concrete lesdoelen
1: De leerling kan een relatie leggen tussen de straling van de zon en de waterkringloop.
2: De leerling kan door zelfwerkzaamheid achter de begrippen komen en deze verklaren.
3: De leerling kan in eigen bewoordingen uitleggen wat de waterkringloop is en hoe deze
Verloopt.
eigen leerdoelen van de studenten:
A: Ik wil bereiken dat de les ordelijk verloopt; dat de leerlingen goed luisteren en
meedoen tijdens de les. Ik wil dat er sprake is van een rustige leeromgeving waar
de leerlingen zich vrij voelen om een vraag te stellen.
B: Ik wil dat bereiken dat de leerlingen de leerstof op een leuke leerzame manier tot
zich krijgen.
C: Ik wil de leerlingen motiveren voor het vak Aardrijkskunde.
D: Ik wil bereiken dat de deelles en de instap die ik heb voorbereid aansluit op de
beleveniswereld van de leerlingen.
E: Ik wil bereiken dat ik snel de leerlingen aan het werk zet en hen begeleidt in het
verwerven van kennis m.b.t. de eerder genoemde leerstof.
F: Ik wil bereiken dat mijn instructie kort en bondig is.
G: Ik wil mijzelf niet door zenuwen laten blokkeren.
H: Ik wil mijn tijd beter inkaderen.
3
HvA Onderwijs en Opvoeding
lerarenopleidingen
Aardrijkskunde
geplande lesdoel
tijd
nr.
lesinhoud (lesstof)
didactische werkvormen
hulpmiddelen
leeractiviteit:
wat doet de
leerling/student?
Gericht kijken en luisteren
onderwijsactiviteit:
wat doe ik?
Verwelkom leerlingen en
geef aan wat zij gaan doen
deze les
Bord, internetverbinding,
powerpointpresentatie
2 min
4
Leerlingen verwelkomen en
programma van deze les met
hen doornemen
5 min
4
Instap film verschillende
soorten regen
Gericht luisteren en kijken
naar de film
Ik geef eventueel een korte
toelichting
Bord, internetverbinding,
powerpointpresentatie
15 min
1 ,2 en
3 en 6
Kern 1: Puzzel over de
waterkringloop maken in 2tallen
Begrijpend lezen en
verbanden leggen.
Beantwoordt de vragen van
de puzzel en werkt samen
Ik loop rond en begeleid de
leerlingen door vragen te
beantwoorden. Controleer
meteen de antwoorden.
Bord, internetverbinding,
powerpointpresentatie, A4
met daarop de puzzel
20 min
5 en 6
Kern 2: Presenteren
antwoorden.
Gericht luisteren, maakt
aantekeningen, stelt en
beantwoordt vragen. Per 2 tal
geven de leerling de
antwoorden op de puzzel.
Ik geef eventueel toelichting
en of correctie
Bord, internetverbinding,
powerpointpresentatie, A4
met daarop de puzzel
8 min
4
Uitsmijter Tekening Fokke en
Sukke over straling van de zon
en de waterkringloop. Opgeven
huiswerk
Luistert en noteert huiswerk
Geeft het huiswerk op.
Presentatie, bord
4
Water, te veel of te weinig
Horizontaal 2. Neerslag wordt veroorzaakt door wolken die tegen de loefzijde van gebergte stuiten en dan naar boven worden geduwd 5. Gebied waar vaak
meer dan 2000 mm neerslag per jaar valt 8. Regen die ontstaat als koude lucht het land bereikt 9. Water als onzichtbaar gas 10. De faseovergang van gas- of
damp-vorm naar vloeistof en is het tegenovergestelde van koken 12. Het droge gebied dat achter de lijzijde van de bergen ligt 14. Zeer koude regen dat
bevriest wanneer het de grond raakt 15. Een hele boel waterdruppeltjes en of ijskristalletjes bij elkaar in de lucht
Verticaal 1. Grote IJspakketten in de hooggebergten 2. Vorm van neerslag (vooral in de winter en in bergen) 3. Regen die ontstaat door warme lucht die
opstijgt en dan weer afkoelt 4. Bron van aandrijving van kringloop van water 6. H2O 7. Vorm van neerslag die je als kleine druppeltjes water in de ochtend
en avond op voorwerpen vindt 11. Er valt zo'n gemiddeld 800 mm neerslag in een jaar 13. De beweging van de lucht rond de aarde
5
Across
2. Neerslag wordt veroorzaakt door wolken die tegen de loefzijde van gebergte stuiten en dan naar boven worden geduwd
Stuwingsregen
5. Gebied waar vaak meer dan 2000 mm neerslag per jaar valt 8. Regen die ontstaat als koude lucht het land bereikt
Tropen
8. Regen die ontstaat als koude lucht het land bereikt
Kustregen
9. Water als onzichtbaar gas
Waterdamp
10. De faseovergang van gas- of damp-vorm naar vloeistof en is het tegenovergestelde van koken
Condenseren
12. Het droge gebied dat achter de lijzijde van de bergen ligt
Regenschaduw
14. Zeer koude regen dat bevriest wanneer het de grond raakt
IJzel
15. Een hele boel waterdruppeltjes en of ijskristalletjes bij elkaar in de lucht
Wolken
Down
1. Grote IJspakketten in de hooggebergten
Gletsjers
2. Vorm van neerslag (vooral in de winter en in bergen)
Sneeuw
3. Regen die ontstaat door warme lucht die opstijgt en dan weer afkoelt
Stijgingsregen
4. Bron van aandrijving van kringloop van water
Zon
6. H2O
Water
7. Vorm van neerslag die je als kleine druppeltjes water in de ochtend en avond op voorwerpen vindt
Dauw
11. Er valt zo'n gemiddeld 800 mm neerslag in een jaar
Nederland
13. De beweging van de lucht rond de aarde
Wind
Gezocht woord: Waterkringloop
6
Download