BIOLOGISCHE WERKING VAN FTS LAAGFREQUENT

advertisement
BIOLOGISCHE WERKING VAN FTS LAAGFREQUENT MAGNEETVELD
Inleiding
Door de eeuwen heen werd aan magnetisme geneeskrachtige eigenschappen toegeschreven.
Voorbeelden hiervan zijn de Egyptische mummies die om hun hals een stukje
magnetiet(natuurmagneet)
droegen om gezond in een andere wereld te kunnen komen.
In Zuid-Amerika werden Azteken ter genezing naar ijzermijnen gebracht.
Heden ten dage worden de mijnen van Bad Gastein voor ditzelfde doel gebruikt.
In de 18de eeuw had de arts Mesmer in Parijs veel succes met magneettherapie.
Na de tweede wereldoorlog kwam, op grond van allerlei waarnemingen, het onderzoek
op het gebied van biologische effecten pas goed op gang.
Magnetisme in atomen, moleculen en cellen
Elk atoom en molecule en iedere levende cel bouwt een eigen laagfrequent magneetveld op,
gebaseerd op de bewegingen van de geladen deeltjes zoals elektronen en ionen.
In een atoom draaien elektronen rond een as van protonen en veroorzaken zo een pulserend
magneetveld van een bepaalde frequentie, met voor ieder atoom zijn eigen karakteristiek
magnetisch veld.
Een laag pulserend magneetveld ontstaat door de cirkelende bewegingen van deze
elektronen rondom de kern.
De frequentie van het magnetisch veld van een atoom is gelijk aan het
gemiddelde van alle elektronenfrequenties.
In een organische molecule bepalen de aantrekkende en afstotende krachten tussen de atomen,
de mechanische en alle andere eigenschappen.
In feite ontstaan er op die manier magneetvelden in het molecule, die de onderlinge
samenhang bewerkstelligen.
Overrekking van een pees of spier verstoort het evenwicht in het molecule en
dientengevolge in het magneetveld.
Vreemde stoffen die een molecule binnendringen veroorzaken dit effect.
Herstel van de elektromagnetische eigenschappen door middel van een laagfrequent specifiek
gepulst magneetveld betekent herstel van de eigenschappen van het weefsel.
Dit herstel zal alleen permanent zijn als de juiste verhouding van bouwstoffen aanwezig is.
Bij levende organismen maken we onderscheid tussen niet specifieke cellen, de zgn.
"all-round" cellen en specifieke cellen, zoals spieren en zenuwcellen, ieder met een eigen
karakteristieke bouw en functie.
All-round cellen bestaan uit o.a. kern, celmembraan, mitochondriën en ribosomen. De kern
bevat alle genetische eigenschappen, waarvan de code in de DNA-moleculen vastligt.
Celdeling gaat gepaard met distributie van elektrische krachten (Universiteit van Leuven).
Het celmembraan bestaat uit eiwitten en transporteert op bepaalde plaatsen
nuttige stoffen, Kionen, naar binnen en afvalstoffen, NA-ionen, naar buiten.
Zo bouwt het membraan een bepaald energiepotentiaal op, dat voor het bestaan van de
cel van essentieel belang is.
Wanneer dit energiepotentiaal vermindert, wordt de cel zwak en sterft af.
De cel haalt zijn energie uit het oxydatieproces (verbranding van zuurstof en glucose),
dat in de mitochondriën plaats vindt.
Via een gecompliceerde reactie, gebaseerd op het verspringen van protonen ontstaat het
energierijke ATP (adenosine trifosfaat) uit ADP(adenosine difosfaat).
Al deze processen hebben het karakter van laagfrequente elektromagnetische fenomenen
en kunnen d.m.v. laagfrequente pulserende magneetvelden worden beïnvloed.
Heel afhankelijk zijn deze processen van frequentie en kracht van het magneetveld,
gedoseerd in de juiste tijdseenheid.
Een spiercel is o.a. opgebouwd uit een membraan, waarop de eindplaat van de zenuw eindigt,
kernen, mitochondriën en contractuele moleculen bestaande uit Actine en Myosine.
De krachten, die de samentrekking veroorzaken, bezitten het karakter van een
laagfrequent elektromagnetisch veld, waarvan de kracht in extreme situaties,
zoals overrekking, snel vermindert.
De energie voor samentrekking en ontspanning ontstaat uit het ATP.
De zenuwcel is bijzonder van bouw. Aan de ene kant van het cellichaam
bevinden zich dendrieten (input) en aan de andere kant een axon(output).
Zoals iedere cel heeft ook de zenuwcel een membraan potentiaal dat reageert op
prikkels van binnenuit en van buitenaf. Via het axon krijgen andere cellen dan
s om in aktie te komen. Zo komen de communicatie- eninstructie sturingsprocessen
in het lichaam tot stand (reflexen, geheugen, coördinatie etc.).
De hersenen functioneren op deze basis. Amplitude en frequentie van een bepaalde
boodschap
vormen een unieke code waarop maar één soort reactie mogelijk is.
De werking van het gehele lichaam is de som van alle verschillende elektromagnetische
fenomenen.
De totale stofwisseling, de werking van de spieren, reflexen,regulatie, werking van onze
longen,
emoties, geheugen, liefde, haat en hoop zijn gebaseerd op potentiaal verschillen.
Ze zijn in feite niets anders dan een spel van plussen en minnen.
De meest voorkomende frequenties zijn rond het hart 5 Hz, in de hersenen 2-25 Hz en
bij de spieren 5-300 Hz. De inductiekracht bepaald uiteindelijk het resultaat van de
aangeboden trilling.
Effekten van het aardmagnetisme
Door de cyclische beweging van de aarde rond de zon ontstaan de seizoenen. Eb en vloed,
maar ook de
levensfasen van verschillende organismen staan onder invloed van o.a. de rotatie van de maan
rond de aarde.
Het enorme elektromagnetische krachtveld, dat daardoor wordt opgewekt, heeft ook zijn
invloed op
de mens. Weersgevoeligheid is daarvan een voorbeeld.
Alle organismen en dus ook de mens maken deel uit van de totale geofysisch omgeving en
worden er door beïnvloed.
Afbuiging en afzwakking van het natuurlijk Geomagnetisch veld door bijvoorbeeld grote
ijzeren constructies of betonnen gebouwen hebben meetbare gevolgen voor
de menselijke gezondheid. Bekend is bijvoorbeeld dat frequenties rond 10Hz een
synchroniserend effect hebben. In de ruimte, buiten het aardmagnetisch veld,
ontbreekt dit synchroniserend effect waardoor onder andere botontkalking kan ontstaan.
Effekten van FTS laagfrequente magneetvelden op levende
organismen
1. Inductiestromen op biologische geleiders (celwand, synapsen, efapsen, axon en
mitochondriën).
Inductiestromen herstellen het membraanpotentiaal op de celwand, waardoor de
natriumkalium pomp beter gaat functioneren.
Zij zorgen voor een beter functioneren van de spiervezels; zij ontspannen bijvoorbeeld
de gladde spiervezel van een bloedvat, met als gevolg een betere doorbloeding.
De Inductiestromen bevorderen eveneens het oxydatieproces in de mitochondriën en
activeren de signaalfunctie van de axon van de zenuwcellen.
Ook voeren zij psychische blokkades af.
2. Beïnvloeding van stromende geladen deeltjes (Lorentzkrachten, Hall-spanningen, diffusie,
trillingsenergie).
Dankzij een magneetveld haaks op de stroomrichting ontstaat de zogenaamde Lorentzkracht,
waarbij geladen deeltjes zich laminair voortbewegen en daardoor gemakkelijker
zonder remmende turbulentie kunnen doorstromen. Tegelijkertijd ontstaat er
een Hallspanning, waardoor eveneens een betere doorstroming mogelijk wordt.
Zo ontstaat een snellere aanvoer van de noodzakelijke voeding- en reparatiestoffen en
verdwijnen afvalstoffen vlugger. Vooral bij weefsels waarin zich weinig bloedvaten bevinden,
zoals kraakbeen, bindweefsel of tussenwervelschijf, is dat van groot belang.
Kortom, het magneetveld bevordert het transport van alle noodzakelijke stoffen.
3. Positieve effecten op chemische reacties en regulerende stoffen.
Een laagfrequent magneetveld versnelt de aanmaak van enzymen, katalysatoren en hormonen,
die noodzakelijk zijn om de verschillende processen in het lichaam op gang te houden of te
brengen.
4. Activering van Van der Waals krachten.
De onderlinge aantrekkingskrachten tussen structuren en moleculen, de zogenaamde Van der
Waals krachten,
worden met behulp van een magneetveld geïntensiveerd. Dankzij impulsen met een specifieke
frequentie
worden de beschadigde moleculen hersteld of gestabiliseerd en wordt degeneratie voorkomen.
Laagfrequent magneetveld therapie is momenteel de enige methode voor dit doel zonder
hinderlijke thermische bijwerking.
5. Opwekking van een supergeleidingeffecten bij "Josephson Junctions".
De ongestoorde werking van organische complexen in het lichaam wordt verhinderd door
slecht geleidende bruggen,
die een te grote weerstand vormen, de zogenaamde "Josephson-Junctions".
Wanneer men een magneetveld op een dergelijke brug richt, krijgt deze eveneens het
karakter van een supergeleider met alle daarbij horende positieve effecten.
6. Beïnvloeding van lichaamsvocht.
Lichaamsvocht speelt een belangrijke rol bij de verschillende functies en structuren
van het lichaam. Magnetische inductie verhoogt de kristallisatiesnelheid, de opnamecapaciteit
van zuurstoffen en
heeft een positieve invloed op de PH-waarde.
Conclusie
FTS Laagfrequent magneetveldtherapie is een succesvolle methode om verstoring van
verschillende
functies in het lichaam te herstellen.
Energietekort vormt volgens vele onderzoekers de oorzaak van de meeste stoornissen.
Laagfrequent magneetveldtherapie reguleert de energieopbouw. Daardoor worden
oxydatieprocessen op gang gebracht,
de ademfunctie, de regulatie en de zuurstofopname van de longen verbeterd, de stroming
van bloed naar belangrijke plaatsen in het lichaam wordt vergemakkelijkt en nuttige stoffen
bereiken aldus eenvoudiger de gewenste plaats in het lichaam.
Verschillende structuren in het lichaam hebben ieder hun eigen frequentie, die door de FTS
Magneetveldtechniek
zeer fijn zijn te behandelen.
Laagfrequent magneetveldtherapie is op de eerste plaats ethologisch gericht, maar kan
tevens een positief effect hebben op symptomen en aldus de pijn draaglijker maken.
Bovendien is het een uitstekend middel om het energetisch evenwicht in het lichaam
te herstellen welke de katalysatoren in het lichaam zal activeren zodat acute en chronische
klachten zullen afnemen.
Download