Coördinatiegroep Zelfreguleringoverleg 6 november 2013 Evaluatieonderzoek referentiemodel ECD: Voorbeelden van getoetste bedingen 1. Voorgeschiedenis Bij gebreke aan een representatieve sectorbrede brancheorganisatie in de ECD-sector zijn in 2007 afspraken gemaakt tussen de Consumentenbond en een aantal individuele bedrijven, de “Initiatiefnemers Zelfreguleringoverleg”, over een meerjarig experiment met een zgn. referentiemodel. Het overleg vond plaats in het kader van de SER Overleggroep Elektronische Communicatiediensten (ECD). Het referentiemodel bestaat uit, ten eerste, tweezijdige referentievoorwaarden met minimum materiële eisen - deels bovenop de wet - voor algemene voorwaarden van ondernemers die internettoegang aanbieden (ISPs). Daarnaast is er de onafhankelijke Toetsingscommissie, die aan haar voorgelegde Algemene Voorwaarden (AV) inhoudelijk toetst aan de referentievoorwaarden. En, ten derde, de Geschillencommissie ECD bij SGC, die geschillen uitsluitend in behandeling neemt als de AV door de toetsingcommissie zijn goedgekeurd. Die goedkeuring krijgt de internetaanbieder alleen als, kort gezegd, zijn AV materieel geen afbreuk doen aan het referentiemodel (zie kader). Referentiemodel Het referentiemodel heeft blijkens zijn preambule tot doel: '(...) de helderheid van de AV voor internettoegang te vergroten; toetsing van de AV mogelijk te maken; door het instellen van de Geschillencommissie ECD te voorzien in een laagdrempelige geschillenbeslechting voor Consumenten en Ondernemers van intemettoegang; het voorkomen dat consumenten met geschillen over verschillende diensten van één bedrijf op verschillende geschillencommissies zijn aangewezen.' De opstellers van het referentiemodel spreken de verwachting uit ‘dat het model ook van toepassing zal worden verklaard op andere elektronische communicatiediensten en/of programmadiensten dan internettoegang. Dit referentiemodel maakt dat ook mogelijk. Aanbieders die hun AV onder het referentiemodel hebben gebracht kunnen ervoor kiezen om ook hun voorwaarden voor andere elektronische communicatiediensten en/of programmadiensten onder het referentiemodel te brengen’. Dit is nadien in ruime mate gebeurd. Toetsingscommissie De Toetsingscommissie Elektronische Communicatiediensten beoordeelt Algemene voorwaarden (AV) voor internettoegang, eventuele overige diensten en wijzigingen daarvan, die haar door individuele Ondernemers zijn voorgelegd. Dit doet zij op verzoek van de Ondernemer bij de invoering van de desbetreffende AV en daarna bij elke inhoudelijke wijziging die een Ondernemer in de AV wenst aan te brengen. De Toetsingscommissie toetst de door de Ondernemer gehanteerde desbetreffende AV inhoudelijk aan de wet en de referentievoorwaarden. Daarbij maakt zij onderscheid tussen bedingen voor onderwerpen die in de referentievoorwaarden zijn geregeld en overige bedingen. De Toetsingscommissie beoordeelt zijn AV in ieder geval op: − verenigbaarheid met hoofdstuk 7 van de Telecommunicatiewet; − verenigbaarheid met afdeling 6:5:3 van het Burgerlijk Wetboek; − verenigbaarheid met de Wet Bescherming Persoonsgegevens; − de vraag of bedingen vanuit de Consument bezien materieel geen afbreuk doen aan de referentievoorwaarden. Van bedingen waarvan de wetgever vermoedt dat zij onredelijk bezwarend zijn (artikel 6:237 BW) beoordeelt de Toetsingscommissie of de Ondernemer aannemelijk kan maken dat het hanteren van een dergelijk beding voor hem noodzakelijk is. De Consumentenbond behoudt zich daarbij de rechten voor die 2 voortvloeien uit artikel 6:240 lid 4 BW (rechterlijke toetsing van voorwaarden op initiatief van een Consumentenorganisatie). Het referentiemodel is niet van toepassing op de andere drie geschillencommissies in de ECD-sector, die elk een eigen juridische basis hebben: de Geschillencommissie Betaalde informatiediensten werkt op basis van tweezijdige branchevoorwaarden; de Geschillencommissie Telecommunicatie op basis van individuele, niet getoetste sets AV. Dat laatste geldt ook voor de Geschillencommissie Centrale Antenne Inrichtingen, die open staat voor bij NLkabel aangesloten bedrijven. In 2010 is de Overleggroep ECD - in verbrede samenstelling - gestart met evaluatieoverleg. Zij besloot al snel om de SER te verzoeken een beperkt onderzoek te laten houden naar de ervaringen met het referentiemodel. Doel daarvan was tweeërlei. Ten eerste, om na te gaan of het wenselijk is de bij de Geschillencommissie ECD gevolgde werkwijze te handhaven of eventueel aan te passen. En ten tweede, of het wenselijk is om de andere geschillencommissies uit de ECD-sector bij het ECD-model onder te brengen, of om misschien wel sectorbreed tot een geheel nieuwe werkwijze te komen. De SER stond positief tegenover dit verzoek en het onderzoek, gefinancierd door de SER, is in 2013 afgerond. In vervolg op dit onderzoek hebben overlegpartijen het overleg hervat over het toekomstbestendig maken van het stelsel van AV en geschillencommissies in de ECDsector. Dit heeft nog niet tot conclusies geleid, ook niet over de toekomst van het referentiemodel. 2. Inhoud en leeswijzer In het evaluatieonderzoek is onder meer bezien welke bepalingen uit de referentievoorwaarden bij de toets tot opmerkingen hebben geleid. Dit betrof vooral: artikel 10 over overmacht: de definitie van het referentiemodel werd nog wel eens te zeer verruimd; artikel 11 over de aansprakelijkheid van de ondernemer: het enige artikel waarover geen overeenstemming was bereikt. Als uitvloeisel hiervan is er een lijst opgesteld met - anonieme -voorbeelden van door ondernemers voorgestelde bedingen die niet door de beugel konden bij de Toetsingscommissie. Die zijn dan ook niet in de uiteindelijke versie van de AV terecht gekomen. Deze instructieve lijst treft u hierna aan in paragraaf 3. Met steeds de tekst uit de referentievoorwaarden die tot de opmerkingen heeft geleid in cursief, gevolgd door de voorgelegde bepaling AV in rood en de aanbeveling van de Toetsingscommissie in groen. 3. Referentievoorwaarden ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL 1 2 3 4 5 6 7 8 9 - Definities 3 - Het aanbod 3 – Tot stand komen van de Overeenkomst 4 - Duur en beëindiging van de Overeenkomst 5 - Verhuizing 6 - Administratieve wijzigingen 7 - Wijzigingen in de overeenkomst door de ondernemer 7 - De betaling 8 - Niet-nakoming van de Overeenkomst 9 3 ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL ARTIKEL 10 11 12 13 14 15 - Overmacht 9 Aansprakelijkheid van de Ondernemer 11 Aansprakelijkheid van de Consument 13 Klachten 13 Geschillenregeling 14 Wijzigingen op de dienst bij of krachtens de wet 14 ARTIKEL 1 - Definities In dit referentiemodel wordt verstaan onder: Elektronische communicatiedienst: gewoonlijk tegen vergoeding aangeboden dienst, waaronder internettoegang, die beschikbaar is voor de Consument en die geheel of hoofdzakelijk bestaat uit het overbrengen van signalen via elektronische communicatienetwerken en het al dan niet leveren van zaken; De Ondernemer: natuurlijke of rechtspersoon die een elektronische communicatiedienst aanbiedt; De Consument: een natuurlijke persoon die gebruik maakt van of verzoekt om een dienst voor andere dan bedrijfs- of beroepsdoeleinden; De Overeenkomst: De Overeenkomst gesloten tussen de Consument en de Ondernemer waarin wordt verwezen naar de Algemene voorwaarden; Algemene voorwaarden: De algemene voorwaarden van de Ondernemer voor het verrichten van elektronische communicatiediensten en/of programmadiensten. Geschillencommissie: De Geschillencommissie Elektronische Communicatiediensten, Bordewijklaan 46, Postbus 90600, 2509 LP Den Haag. Deze onafhankelijke geschillencommissie is ondergebracht bij de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken (zie www.degeschillencommissie.nl). ARTIKEL 2 - Het aanbod 1. De Ondernemer brengt het aanbod schriftelijk, elektronisch of mondeling uit. 2. Het aanbod is vrijblijvend en bevat een voor de Consument voldoende gespecificeerde omschrijving van de dienst, de eenmalige en periodieke tarieven en van de voorwaarden waaronder deze worden verricht. Bepaling uit voorstel voor AV Op Contracten en overige betrekkingen tussen Ondernemer en de Consument zijn de gebruikelijke door Ondernemer te hanteren vergoedingen en prijzen van toepassing, tenzij partijen anders zijn overeengekomen. Informatie aangaande de toepasselijke tarieven wordt op verzoek door Ondernemer aan de Consument toegezonden. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikel is naar de mening van de Toetsingscommissie consumentonvriendelijk en moet in overeenstemming met artikel 2 lid 2 van het Referentiemodel worden gebracht. In de Algemene voorwaarden moet worden opgenomen dat de door Ondernemer te hanteren (gebruikelijke) vergoedingen en tarieven expliciet aan de Consument kenbaar worden gemaakt door een voldoende gespecificeerde omschrijving daarvan in het aanbod. 3. Het aanbod bevat een omschrijving van de stappen die nodig zijn alvorens de dienst kan worden verricht alsmede een vermelding van de kosten van de daartoe benodigde werkzaamheden. 4 4. Het aanbod wijst op de toepasselijkheid van de Algemene voorwaarden en gaat vergezeld van een exemplaar daarvan. Indien het aanbod niet onmiddellijk vergezeld kan gaan van de Algemene voorwaarden, worden deze zo snel mogelijk aan de Consument toegezonden. Bepaling uit voorstel voor AV Naast het publiceren van de Algemene Voorwaarden op het publieke deel van de website stelt Ondernemer een gedrukte versie aan de Consument schriftelijk ter beschikking bij het toesturen van het contract dan wel bij de bevestiging van de acceptatie door Ondernemer van de Consument als er niet eerder een eerste schriftelijk contactmoment heeft plaatsgevonden. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid moet in overeenstemming met artikel 2 lid 4 van het Referentiemodel worden gebracht; de Algemene Voorwaarden moeten reeds bij het aanbod (of zo spoedig mogelijk daarna) ter beschikking worden gesteld. 5. De Ondernemer onthoudt zich van oneerlijke handelspraktijken. ARTIKEL 3 – Tot stand komen van de Overeenkomst 1. De Overeenkomst komt tot stand door aanvaarding van het aanbod door de Consument en door acceptatie daarvan door de Ondernemer. 2. De Ondernemer stuurt een schriftelijke of elektronische bevestiging van de acceptatie aan de Consument. 3. Bij Overeenkomsten op afstand, zoals bedoeld in artikel 7:46a van het BW, kan de Consument binnen zeven werkdagen na de bevestiging van de Overeenkomst door de Ondernemer deze schriftelijk of elektronisch ontbinden. De Ondernemer kan in dat geval, behoudens ten hoogste de rechtstreekse kosten van het terugzenden van de zaak, aan de koper geen vergoeding in rekening brengen. Na deze periode is de Ondernemer gerechtigd de kosten in rekening te brengen zoals overeengekomen. Bepaling uit voorstel voor AV Indien sprake is van een overeenkomst van "koop op afstand" (artikel 7:46a BW) heeft de Consument de mogelijkheid binnen zeven werkdagen na de ontvangst van de zaak de koop zonder opgave van redenen telefonisch te ontbinden. (Toelichting Ondernemer: "Ontbinding kan uitsluitend telefonisch gedaan worden (zodat deze direct verwerkt kan worden)". Aanbeveling Toetsingscommissie Ongeacht uw toelichting acht de Toetsingscommissie het feit dat de ontbinding uitsluitend telefonisch gedaan kan worden te beperkt. Voorts dient op grond van artikel 3 lid 3 van het Referentiemodel na de passage: "gedurende zeven werkdagen na de ontvangst van de zaak" te worden toegevoegd: "of na de bevestiging van de overeenkomst door Ondernemer". 4. 5. De eenmalige en periodieke tarieven die de Consument moet betalen worden bij het sluiten van de Overeenkomst vastgesteld. De Ondernemer is gerechtigd redelijke voorwaarden te stellen voor de technische aspecten met betrekking tot de verbinding, aansluiting en hardware van de Consument. 5 Bepaling uit voorstel voor AV De Overeenkomst komt tot stand door aanvaarding van het aanbod door de Consument en door acceptatie daarvan door Ondernemer. Ondernemer behoudt zich het recht voor om nadere vereisten te stellen voor de totstandkoming van de Overeenkomst. Aanbeveling Toetsingscommissie De Toetsingscommissie stelt vast dat dit artikel, door de eventueel te stellen nader vereisten voor de totstandkoming van de overeenkomst niet te beperken tot (redelijke voorwaarden voor) de technische aspecten met betrekking tot de verbinding, aansluiting en hardware van de consument, materieel afbreuk doet aan artikel 3.5 van het Referentiemodel. Dit artikel moet naar het oordeel van de toetsingscommissie in overeenstemming met het Referentiemodel worden gebracht. Bepaling uit voorstel voor AV Indien migratie van de bestaande aanbieder van de Consument naar de Dienst van Ondernemer om technische of andere redenen niet mogelijk blijkt ... Aanbeveling Toetsingscommissie De Toetsingscommissie ontvangt graag nadere uitleg: wat wordt bedoeld met andere (dan technische) redenen op grond waarvan migratie van de bestaande aanbieder van de Consument naar de dienst van Ondernemer niet mogelijk blijkt? De gekozen formulering komt de Toetsingscommissie nogal breed voor; ook deze lijkt niet in overeenstemming met artikel 3.5 van het Referentiemodel. ARTIKEL 4 - Duur en beëindiging van de Overeenkomst 1. De Overeenkomst wordt aangegaan voor bepaalde of onbepaalde tijd. 2. De opzegtermijn voor de Consument bedraagt bij Overeenkomsten voor bepaalde tijd één maand voor het einde van de duur van de Overeenkomst en bij Overeenkomsten voor onbepaalde tijd één maand. Als moment van opzeggen geldt het moment van ontvangst van de opzegging door de Ondernemer. Bepaling uit voorstel voor AV Ieder der Partijen is gerechtigd de Overeenkomst op te zeggen met een opzegtermijn van één maand; tenzij er sprake is van een initiële contractduur van één jaar. In dat geval kunnen Partijen de overeenkomst eerst na ommekomst van het eerste contractjaar opzeggen. Na het verstrijken van de initiële contractduur, geldt een opzegtermijn van één maand. Aanbeveling Toetsingscommissie Betekent het bepaalde in dit artikel dat na ommekomst van het jaar nog een termijn van één maand in acht moet worden genomen? Dit acht de Toetsingscommissie in strijd met artikel 4 lid 2 van het Referentiemodel. De Toetsingscommissie stelt voor de woorden "eerst na ommekomst van het eerste contractjaar" te vervangen door: "tegen het einde van dat jaar". 3. De Ondernemer stelt de Consument schriftelijk of elektronisch op de hoogte van de ontvangst van de opzegging en de datum waarop de dienstverlening wordt beëindigd. Bepaling uit voorstel voor AV Extra Lid 4 Indien de Overeenkomst om welke reden dan ook tussentijds wordt beëindigd is de Consument van een XDSL abonnement aan Ondernemer de volgende afsluitkosten verschuldigd: - binnen het eerste jaar: € ... - na het eerste jaar binnen het tweede contractsjaar: € ... - na het tweede jaar binnen het derde contractsjaar: € ... - na het derde contractsjaar: geen afsluitkosten. 6 Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid bepaalt dat de Consument van een XDSL abonnement aan Ondernemer afsluitkosten verschuldigd is, indien de Overeenkomst om welke reden dan ook tussentijds wordt beëindigd. De Toetsingscommissie vindt deze omschrijving te ruim. Immers, de woorden "om welke reden dan ook" impliceren dat de Consument ook afsluitkosten én abonnement aan Ondernemer verschuldigd is, in geval van overmacht of indien Ondernemer zelf in gebreke is. Dit komt de Toetsingscommissie niet redelijk voor. Naar het oordeel van de Toetsingscommissie is de formulering van lid 4 bovendien onduidelijk en innerlijk in tegenspraak. De Toetsingscommissie wijst daarbij op het volgende. Een tussentijdse beëindiging duidt volgens de Toetsingscommissie op een overeenkomst voor bepaalde tijd die door de Consument vóór de bij het aangaan van de overeenkomst vastgestelde einddatum wordt opgezegd. Na opzegging lopen voor de Consument de verplichtingen uit de overeenkomst door. De Consument is dus gehouden tot doorbetaling van de abonnementskosten tot de overeengekomen einddatum. Op grond van het bepaalde in lid 4 is hij daarnaast tevens afsluitkosten verschuldigd, waarvoor hij een reductie kan krijgen naarmate de overeenkomst langer heeft geduurd. Op grond van het bepaalde in lid 2 kunnen overeenkomsten voor onbepaalde tijd door de Consument altijd met een opzegtermijn worden opgezegd. Gelet op de huidige formulering is lid 4 op Consumenten met een overeenkomst voor onbepaalde tijd niet van toepassing. De Toetsingscommissie ontvangt graag uitleg over de ratio van het verschil in behandeling tussen Consumenten met een overeenkomst voor bepaalde tijd en Consumenten met een overeenkomst voor onbepaalde tijd. Ook is het de Toetsingscommissie niet duidelijk waarom bij een overeenkomst voor bepaalde tijd door de Consument (gestaffelde) afsluitkosten verschuldigd zijn, terwijl ook al de gehoudenheid bestaat om de abonnementskosten voor het restant van de oorspronkelijk overeengekomen looptijd van de overeenkomst door te betalen. ARTIKEL 5 - Verhuizing 1. Onder verhuizing wordt verstaan het wijzigen van het woonadres van de Consument of het adres waar de dienst van de Ondernemer beschikbaar is. 2. De Consument dient de verhuizing tijdig, maar in elk geval binnen de in de Algemene Voorwaarden bepaalde redelijke termijn te melden op de wijze zoals aangegeven in de Algemene voorwaarden van de Ondernemer. Bepaling uit voorstel voor AV De Consument dient de verhuizing tijdig, maar in elk geval binnen de in de Algemene Voorwaarden bepaalde redelijke termijn te melden op de wijze zoals aangegeven in de Algemene voorwaarden van de Ondernemer. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid stemt - zoals u terecht opmerkt – inhoudelijk overeen met artikel 5 van het Referentiemodel. Echter, het Referentiemodel bepaalt dat de Consument de verhuizing tijdig, maar in elk geval binnen de in de Algemene Voorwaarden bepaalde redelijke termijn dient te melden op de wijze zoals aangegeven in de Algemene Voorwaarden van de Ondernemer. In de Algemene Voorwaarden dient derhalve expliciet de (redelijke) termijn en de wijze van melden te worden genoemd. Dit artikellid moet daarom worden aangepast. 3. De Ondernemer is gerechtigd om de aan de verhuizing redelijkerwijs verbonden kosten in rekening te brengen. De hoogte van de kosten worden op genoegzame wijze bekend gemaakt. Bepaling uit voorstel voor AV De Overeenkomst loopt voor, tijdens en na de verhuizing door. De Consument blijft gehouden de vergoedingen te betalen als bedoeld in artikel .. en de kosten verbonden aan verhuizing van de aansluiting. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid dient in overeenstemming met artikel 5 lid 3 van de Referentievoorwaarden te worden gebracht. Alleen de redelijkerwijs aan de verhuizing verbonden kosten kunnen door Ondernemer bij de Consument in rekening worden gebracht. 7 4. Indien de Ondernemer niet dezelfde of een vergelijkbare dienst op de nieuwe locatie levert, dan zijn de Consument en de Ondernemer, met inachtneming van een redelijke opzegtermijn, gerechtigd tot opzegging. ARTIKEL 6 - Administratieve wijzigingen Een Consument dient de wijziging van zijn persoonlijke gegevens (dit kunnen zijn: email-en postadres, rekeningnummer en telefoonnummer) tijdig mede te delen op de wijze zoals aangegeven in de Algemene Voorwaarden van de Ondernemer. Bepaling uit voorstel voor AV De Consument dient Ondernemer onmiddellijk te informeren over elke verandering van zijn naam, aders, woonplaats, bank- of girorekening alsmede over andere (gewijzigde) omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de uitvoering van de Overeenkomst. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid moet in overeenstemming met artikel 6 van de Referentievoorwaarden worden gebracht. Het woord "onmiddellijk" moet worden vervangen door: "tijdig". ARTIKEL 7 - Wijzigingen in de overeenkomst door de ondernemer 1. Ten minste vier weken voordat een voorgenomen wijziging van een Beding uit de overeenkomst van kracht wordt stelt de ondernemer de consument op genoegzame wijze op de hoogte van de inhoud van de voorgenomen wijziging. Bepaling uit voorstel voor AV Ondernemer heeft het recht deze Algemene voorwaarden te wijzigen. Ook is Ondernemer gerechtigd aanvullende en afwijkende bepalingen van toepassing te verklaren. Zulke wijzigingen gelden eveneens ten aanzien van reeds met de Consument gesloten overeenkomsten en zullen daarop steeds van toepassing zijn met inachtneming van het navolgende artikel. Wijzigingen treden in werking op een door Ondernemer te bepalen datum. Ondernemer zal een minimum periode van 21 dagen tussen de datum van bekendmaking en de datum van inwerkingtreding in acht nemen. Indien Ondernemer geen datum van inwerkingtreding heeft bepaald, geldt voor de datum van inwerkingtreding een periode van 30 dagen na bekendmaking. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikel is op twee punten in strijd met artikel 7 lid l van het Referentiemodel, te weten: 1) een voorgenomen wijziging moet ten minste vier weken (in plaats van 21 dagen) vóór het van kracht worden daarvan bekend worden gemaakt; 2) er moet worden aangegeven hoe de bekendmaking van de voorgenomen wijziging zal plaatsvinden. Het Referentiemodel vermeldt dat de bekendmaking "op genoegzame wijze" moet plaatsvinden. De Toetsingscommissie wijst u er in dit verband op dat individuele berichtgeving aan de consument moet plaatsvinden; bekendmaking van een voorgenomen wijziging op de website is dus onvoldoende. De Toetsingscommissie wijst u er voorts op dat ook voorgenomen wijzigingen van de Algemene Contractsvoorwaarden ter toetsing aan de Toetsingscommissie moeten worden voorgelegd. 2. Indien de wijziging objectief ten nadele van de consument strekt biedt de ondernemer de consument daarbij de mogelijkheid om de overeenkomst kosteloos te beëindigen. Bepaling uit voorstel voor AV De Consument is gerechtigd is de Overeenkomst zonder schadeplichtig te worden te ontbinden, indien de wijzigingen (van de(ze) Algemene Voorwaarden en/of tarieven als bedoeld in artikel.. van de(ze) Algemene Voorwaarden en bij wijziging van de dienstverlening als bedoeld in artikel.. van de(ze) Algemene Voorwaarden) leiden tot een aanmerkelijke verzwaring van zijn verplichtingen, dan wel tot een dienstverlening die wezenlijk afwijkt van de dienstverlening zoals die vóór de wijziging gold. 8 Aanbeveling Toetsingscommissie De Toetsingscommissie is van oordeel dat (de onderstreepte woorden in) dit artikellid in strijd (zijn) is met artikel 7 lid 2 van de Referentievoorwaarden, inhoudende dat de consument de mogelijkheid heeft om de overeenkomst kosteloos te beëindigen, indien de wijziging (van een beding uit de overeenkomst) objectief ten nadele van de consument strekt. Een en ander moet in overeenstemming met artikel 7 lid 2 van de Referentievoorwaarden worden gebracht. 3. 4. 5. Indien de wijziging objectief niet ten nadele van de consument strekt informeert de ondernemer de consument hierover en vermeldt de ondernemer dat de wijziging niet ten nadele van de consument is en dat de consument als gevolg hiervan de overeenkomst niet kosteloos kan beëindigen. Technische wijzigingen in de aansluiting waartoe de ondernemer door de overheid is genoodzaakt of die door de ondernemer op verzoek van de consument zijn aangebracht vallen niet onder de strekking van dit artikel. Technische wijzigingen in de aansluiting die door de consument zelf en op eigen initiatief zijn aangebracht kunnen leiden tot het in rekening brengen van redelijke kosten of kunnen, indien de dienst hierdoor niet meer kan worden geleverd, aanleiding geven tot beëindiging van de overeenkomst door de ondernemer. ARTIKEL 8 - De betaling 1. De door de Consument aan Ondernemer verschuldigde bedragen voor de dienst(en) worden in rekening gebracht en voldaan zoals overeengekomen. 2. De Consument is in verzuim vanaf het verstrijken van de betalingsdatum. De Ondernemer zendt na het verstrijken van die datum een betalingsherinnering en geeft de Consument de gelegenheid om binnen 14 dagen na ontvangst van deze herinnering alsnog te betalen. Bepaling uit voorstel voor AV De consument is in verzuim vanaf het verstrijken van de betalingsdatum. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid moet in overeenstemming met artikel 8.2 van het Referentiemodel worden gebracht. Ondernemer dient na het verstrijken van de betalingsdatum een betalingsherinnering te zenden en de Consument de gelegenheid te geven om binnen 14 dagen na ontvangst van deze herinnering alsnog te betalen. 3. Als na het verstrijken van de betalingsherinnering nog steeds niet is betaald, is de Ondernemer gerechtigd rente in rekening te brengen vanaf het verstrijken van de betalingsdatum. Deze rente is gelijk aan de wettelijke rente. Bepaling uit voorstel voor AV Vanaf de datum van het verzuim is de Consument over al hetgeen hij aan Ondernemer verschuldigd is, rente verschuldigd van 2% per maand of gedeelte van de maand over de vervallen bedragen vanaf de vervaldatum tot en met de datum der algehele betaling. In het geval de wettelijke rente (tijdelijk) hoger mocht zijn dan de contractuele rente, is de wettelijke rente over die periode verschuldigd. Aanbeveling Toetsingscommissie De door Ondernemer bij verzuim in rekening te brengen rente mag op grond van artikel 8 lid 3 van het Referentiemodel niet hoger zijn dan de wettelijke rente. Dit artikellid moet dienovereenkomstig worden aangepast. 9 4. Bezwaren tegen de hoogte van de door Ondernemer in rekening gebrachte en/of afgeschreven bedragen dient de Consument binnen dertig dagen na factuurdatum bij een door de Ondernemer aangegeven contactadres kenbaar te maken. Na het verstrijken van die datum wordt de Consument geacht akkoord te zijn gegaan met de hoogte van het bedrag dat op de rekening is vermeld. ARTIKEL 9 - Niet-nakoming van de Overeenkomst 1. Als een van de partijen een verplichting uit de Overeenkomst of uit enige toepasselijk verklaarde voorwaarde niet nakomt, dan mag de wederpartij de nakoming van de daartegenover staande verplichting opschorten. Bij gedeeltelijke of niet-behoorlijke nakoming is opschorting slechts toegestaan voor zover de tekortkoming dat rechtvaardigt. 2. De Ondernemer kan de Overeenkomst zonder nadere ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst geheel of gedeeltelijk ontbinden, zijn diensten staken dan wel opschorten indien: − de Consument de Overeenkomst onder valse voorwendselen is aangegaan of heeft nagelaten juiste gegevens of wijzigingen daarvan door te geven aan de Ondernemer met het oogmerk te frauderen; − de Ondernemer aannemelijk kan maken dat de Consument handelt in strijd met de wet of schade toebrengt aan een ander dan wel niet aan de uit de Overeenkomst voortvloeiende verplichtingen zal voldoen, tenzij de tekortkoming gezien haar geringe betekenis de ontbinding niet rechtvaardigt. De Ondernemer stelt de Consument daarvan zo spoedig mogelijk op de hoogte. 3. Als de Ondernemer enige verplichting uit de Overeenkomst of uit enige toepasselijk verklaarde voorwaarde niet nakomt, is de Consument bevoegd de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden. Dit kan echter pas nadat de Consument de Ondernemer schriftelijk of elektronisch in gebreke heeft gesteld bij het bij de Ondernemer aangegeven contactadres en de Ondernemer er niet in is geslaagd de tekortkoming binnen de aangezegde redelijke termijn te herstellen. Een en ander tenzij de tekortkoming van de Ondernemer gezien haar geringe betekenis de ontbinding niet rechtvaardigt. ARTIKEL 10 - Overmacht 1. Een tekortkoming in de dienstverlening kan de Ondernemer niet worden toegerekend, indien zij niet te wijten is aan zijn schuld, noch krachtens wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt (overmacht). In geval van overmacht, vervalt de verplichting van de Ondernemer tot nakoming van de Overeenkomst. De Ondernemer is dan geen schadevergoeding verschuldigd. De opschorting geldt voor de duur van de overmacht. De Ondernemer is gehouden aan een consument een met de duur van de verstoring evenredige restitutie te geven van zijn abonnementsgeld tenzij dit redelijkerwijs, met in achtneming van duur en omstandigheden niet van hem kan worden gevraagd. Bepaling uit voorstel voor AV Als een Dienst of een substantieel deel daarvan gedurende meer dan 5 aaneengesloten kalenderdagen niet beschikbaar is, betaalt Ondernemer aan die Consument een evenredig deel van de maandelijkse abonnementsvergoeding terug. Is de niet-beschikbaarheid het gevolg van een storing, dan vervalt de bedoelde verplichting tot terugbetaling als de Consument de storing niet binnen l maand na het ontstaan daarvan aan Ondernemer heeft gemeld. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid acht de Toetsingscommissie in strijd met artikel 10 lid l van het Referentiemodel. De 10 Toetsingscommissie stelt voor de termijn van 5 aaneengesloten dagen als ondergrens voor de gehoudenheid van Ondernemer tot terugbetaling van (een evenredig deel van) de maandelijkse abonnementsvergoeding te laten vervallen en uitsluitend het in artikel .. (conform artikel 11 lid 4 van het Referentiemodel) opgenomen drempelbedrag voor schadevergoeding, zijnde € 10,--, als ondergrens aan te houden. 2. Gevallen van overmacht kunnen zijn tekortkomingen in de nakoming door de Ondernemer als gevolg van uitval van stroomvoorziening aan zijn zijde en tekortkomingen in het netwerk van een derde. Bepaling uit voorstel voor AV Onder overmacht wordt verstaan elke van de wil van Ondernemer onafhankelijke omstandigheid, waardoor de nakoming van haar verplichtingen jegens de Consument geheel of gedeeltelijk wordt verhinderd of waardoor de nakoming van haar verplichtingen in redelijkheid niet van Ondernemer kan worden verlangd, ongeacht of die omstandigheid ten tijd van het sluiten van de Overeenkomst te voorzien was. Tot die omstandigheden worden ook gerekend: stroomstoringen, storingen in de verbinding met het internet, storingen in de telecommunicatie-infrastructuur, storingen in netwerken, tekortkomingen van ingeschakelde derden of toeleveranciers, stakingen en bedrijfssluitingen. Aanbeveling Toetsingscommissie Brief l - De Toetsingscommissie vraagt zich af waarom niet is gekozen voor de definitie van het begrip "overmacht" uit artikel 10 lid l van het Referentiemodel. Wat is het voordeel van de in het onderhavige artikel opgenomen afwijkende omschrijving van dit begrip? Voorts sluit ook het tweede gedeelte van deze bepaling niet aan bij (artikel 10 lid 2 van) het Referentiemodel. Immers, het Referentiemodel bepaalt dat: "Gevallen van overmacht kunnen zijn.....", terwijl deze bepaling lid 2 vermeldt: "Tot die omstandigheden worden ook gerekend:'....". Ook de in deze bepaling genoemde voorbeelden van overmachtgevallen zijn niet in overeenstemming met het Referentiemodel. Daarbij merkt de Toetsingscommissie op dat een tekortkoming van ingeschakelde derden of toeleveranciers in ieder geval niet als een geval overmacht kan worden bestempeld. De Toetsingscommissie wijst in dit verband op artikel 237 (sub f) van boek 6 van het Burgerlijk Wetboek. Brief 2 - De definitie van het begrip 'overmacht" in deze bepaling stemt niet overeen met de definitie die in de wet en in het Referentiemodel is opgenomen. Door het gebruik van de passage "elke van de wil van Ondernemer afwijkende omstandigheid" is de door definitie in de AV veel ruimer dan die in het Referentiemodel. De Toetsingscommissie is van oordeel dat de definitie van artikel 10 lid l van het Referentiemodel moet worden overgenomen. Het onderhavige artikel moet in die zin worden aangepast. Bepaling uit voorstel voor AV Ondernemer zal de Consument zo spoedig mogelijk van een (dreigende) overmachttoestand op de hoogte stellen. Ondernemer heeft ook het recht zich op overmacht te beroepen, indien de omstandigheid die (verdere) nakoming verhindert, intreedt nadat Ondernemer haar verbintenissen had moeten nakomen. Aanbeveling Toetsingscommissie De Toetsingscommissie ontvangt graag nadere uitleg over dit artikellid dat Ondernemer het recht geeft om, hoewel zij reeds in verzuim is, toch het recht geeft (met terugwerkende kracht?) een beroep op overmacht te doen. Bepaling uit voorstel voor AV Indien de overmachttoestand langer dan twee weken heeft geduurd hebben beide partijen het recht de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, voor zover de overmachtsituatie dit rechtvaardigt. De Consument heeft ingeval van overmacht van Ondernemer geen recht op schadevergoeding. 11 Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikel dient in overeenstemming te worden gebracht met artikel 10 lid l van het Referentiemodel; de gehoudenheid van Ondernemer tot restitutie van het abonnementsgeld dient in dit artikel te worden opgenomen. Bepaling uit voorstel voor AV Omstandigheden als bedoeld in het vorige lid zijn onder meer, maar niet uitsluitend: storingen in de verbindingen van en met het Internet, storingen in de energie- of materiaalaanvoer, transportvertragingen, stakingen, uitsluiting, overheidsmaatregelen, het door vervoerders, leveranciers en/of andere derden tekortschieten in de nakoming van hun verplichtingen. Onder deze omstandigheden wordt tevens begrepen iedere gebeurtenis of omstandigheid ten gevolge waarvan nakoming door Ondernemer zo bezwaarlijk en/of kostbaar is geworden in vergelijking met de omstandigheden ten tijde van het aangaan van de Overeenkomst dat nakoming, naar het oordeel van Ondernemer, in redelijkheid niet meer kan worden verlangd. Aanbeveling Toetsingscommissie Brief l - Dit artikellid bevat een veel bredere omschrijving van gevallen van overmacht dan artikel 10 lid 2 van het Referentiemodel en moet dus worden herzien. Brief 2 - De Toetsingscommissie handhaaft haar eerdere opmerking; dit artikellid wijkt af van artikel 10 van het Referentiemodel en moet daarom worden aangepast. Bepaling uit voorstel voor AV Een tekortkoming in de nakoming van de Overeenkomst door Ondernemer kan haar niet worden toegerekend, indien sprake is van overmacht. Onder overmacht wordt in ieder geval verstaan: stroomstoringen, uitval van haar aansluitpunt, van het door Ondernemer geëxploiteerde of gebruikte netwerk, of verhindering of weigering van nakoming door leveranciers van wie Ondernemer bij de uitvoering van de Overeenkomst afhankelijk is, alsmede iedere andere omstandigheid die niet te wijten is aan de schuld van Ondernemer noch krachtens wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvatting voor rekening van Ondernemer komt. Gedurende de periode van overmacht kan de Consument geen nakoming van de Overeenkomst vorderen. Aanbeveling Toetsingscommissie Brief l - De omschrijving van overmachtsituaties in dit artikellid gaat verder dan die in artikel 10 van de Referentievoorwaarden. De Toetsingscommissie is te dien aanzien van oordeel dat "verhindering of weigering van nakoming door leveranciers van wie Ondernemer bij de uitvoering van de Overeenkomst afhankelijk is" niet als overmacht kan worden bestempeld. Daarnaast beveelt zij aan om na "uitval van het aansluitpunt" toe te voegen: "niet voor risico van Ondernemer komende uitval" (van het door Ondernemer geëxploiteerde of gebruikte netwerk). Brief 2 - De omschrijving van overmachtsituaties is nog steeds te ruim. De bepaling moet in overeenstemming met artikel 10 van het Referentiemodel worden gebracht. ARTIKEL 11 - Aansprakelijkheid van de Ondernemer * 1. De Ondernemer is in geval van een toerekenbare tekortkoming tegenover de Consument aansprakelijk voor schade voor zover de wet dat bepaalt. 2. De Ondernemer is voor het verrichten van informatiediensten niet verder aansprakelijk dan voor zover dat uit artikel 6:196 sub c BW volgt. 3. De Ondernemer is tegenover de Consument slechts aansprakelijk tot maximaal tweemaal het door de Consument aan de Ondernemer verschuldigde jaarabonnement voor de desbetreffende dienst(en). Per jaar is de Ondernemer tegenover een en dezelfde Consument slechts aansprakelijk tot maximaal viermaal het door de Consument aan de Ondernemer verschuldigde jaarabonnement voor de desbetreffende dienst(en). 4. Voor schadevergoeding geldt een drempelbedrag van 10 Euro voor de 12 5. Consument, met dien verstande dat bij overschrijding het drempelbedrag mede wordt vergoed. De Ondernemer is niet aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het missen van gegevens omdat de dienst niet door de Consument is ontvangen noch voor schade die het gevolg is van gegevens die via het netwerk zijn getransporteerd. * Deze Referentievoorwaarden van Initiatiefnemers Zelfreguleringsoverleg zijn tot stand gekomen in overleg met de Consumentenbond in het kader van de Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg van de SociaalEconomische Raad. Het overleg heeft geleid tot overeenstemming over referentievoorwaarden, met uitzondering van het artikel over aansprakelijkheid van de Ondernemer (artikel 11) dat wel wordt opgenomen in de referentievoorwaarden maar waarbij de Consumentenbond zich het recht tot collectieve actie voorbehoudt. De Consumentenbond begrijpt de consequenties die een vergaande aansprakelijkheid voor een ISP met zich mee kan brengen, maar kan zich vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid niet verenigen met de in dit artikel opgenomen aansprakelijkheidsbeperkingen. De in het overleg participerende Ondernemers begrijpen deze stelling name, maar wijzen op de onmogelijkheid een algemene aansprakelijkheid te aanvaarden: deze zou onoverzienbare risico’s met zich mee brengen, wat zij zich onder meer tegenover de Consument zelf niet kunnen en mogen permitteren. NB. Deze tekst wordt niet naar de consument gecommuniceerd. Bepaling uit voorstel voor AV Behalve in geval van opzet of grove schuld, is Ondernemer uitsluitend aansprakelijk voor schade die door een haar toerekenbare tekortkoming is ontstaan in de navolgende gevallen en tot ten hoogste de daarbij aangegeven bedragen: a) ...; b)...; c)...; d) indien het schade betreft als gevolg van het door Ondernemer buiten gebruikstellen van de Dienst als bedoeld in artikel .. van deze Algemene Voorwaarden zonder dat daarvoor een grond bestond, tot ten hoogste € 2.250,-- per benadeelde, met een maximum van € 900.000,per gebeurtenis; Aanbeveling Toetsingscommissie De beperking van de aansprakelijkheid van Ondernemer is voor zover het betreft maximering per gebeurtenis naar het oordeel van de Toetsingscommissie een niet toegestane beperking van artikel 11 lid 3 van de Referentievoorwaarden. De woorden: "met een maximum van € 900.000,-- per gebeurtenis" moeten dan ook worden geschrapt. Bepaling uit voorstel voor AV Lid l Ondernemer is niet aansprakelijk, op grond van de wet noch op grond van de Overeenkomst, voor zogenoemde gevolgschade die de Consument of een derde mocht lijden terzake van de uitvoering door Ondernemer van de Overeenkomst c.q, het gebruik door de Consument van de Dienst, hieronder mede begrepen bedrijfsschade, verlies van gegevens en immateriële schade. Met name ook wordt onder gevolgschade verstaan … Lid 2 In elk geval is de contractuele en wettelijke aansprakelijkheid van Ondernemer te allen tijde beperkt tot de in het lopende contractjaar daadwerkelijk door de Consument aan Ondernemer betaalde vergoedingen exclusief BTW, zulks met een maximum van EUR 10.000,-- per gebeurtenis, waarbij een samenhangende reeks van gebeurtenissen als één gebeurtenis geldt. Lid 4 Voorts zal Ondernemer geen beroep doen op aansprakelijkheidsbeperkingen voor zover de schade het rechtstreeks gevolg is van opzet of grove schuld van Ondernemer dan wel haar leidinggevend personeel. Aanbeveling Toetsingscommissie Brief l - Lid l bevat een algemene exoneratie van de aansprakelijkheid van Ondernemer die naar het oordeel van de Toetsingscommissie te ver gaat. Immers, in lid 2 wordt de aansprakelijkheid van Ondernemer reeds beperkt tot een bepaald bedrag. Deze beperking van de aansprakelijkheid geldt voor alle schade, dus zowel voor directe als indirecte schade. De aparte uitsluiting van aansprakelijkheid voor gevolgschade in lid l naast de beperking van de aansprakelijkheid in lid 2 is niet in overeenstemming met het Referentiemodel. Immers, op grond van artikel 11 van de Referentievoorwaarden mag de ondernemer de aansprakelijkheid wel beperken conform de in dit artikel genoemde criteria, maar is algehele uitsluiting van de aansprakelijkheid niet geoorloofd. De wet geeft voorts aan, dat een algemene exoneratie wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn (zie: artikel 6:237 aanhef en sub f BW). Lid 2 Dit artikellid moet worden aangepast aan het bepaalde in artikel 11 lid 3 van het Referentiemodel. 13 Lid 4 In dit artikellid is bepaald dat Ondernemer geen beroep zal doen op de Aansprakelijkheidsbeperkingen voor zover de schade het rechtstreeks gevolg is van opzet op grove schuld van Ondernemer dan wel haar leidinggevend personeel. Dit artikellid sluit derhalve (impliciet) opzet en grove schuld van niet tot het leidinggevend personeel behorende personen uit. Deze exoneratie is naar het oordeel van de Toetsingscommissie eveneens in strijd met de Referentiemodel en met dwingend recht, De Toetsingscommissie verwijst naar haar opmerking bij lid 1. Brief 2 (Lid l was door Ondernemer niet aangepast) De Toetsingscommissie is van oordeel dat uitsluiting van (andere dan de in artikel 11 lid 5 van het Referentiemodel) indirecte schade tegenover de Consument niet geoorloofd is, en ook niet strikt noodzakelijk omdat de schadevergoeding sowieso is beperkt tot de in lid 2 genoemde bedragen. Bepaling uit voorstel voor AV Aansprakelijkheid van Ondernemer voor indirecte of gevolgschade, waaronder begrepen bedrijfsschade, inkomstenderving, immateriële schade of gemiste besparingen is te allen tijde uitgesloten. Aanbeveling Toetsingscommissie Dit artikellid stemt niet overeen met artikel 11 van het Referentiemodel. Daarin wordt geen onderscheid gemaakt tussen directe en indirecte schade; slechts de toerekenbaarheid van de schade is een criterium. Bepaling uit voorstel voor AV Ondernemer is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan aan hard- of software van de Consument, of voor wijzigingen aan de instellingen van de hard- of software als gevolg van het installeren van Software of als gevolg van onjuist of oneigenlijk gebruik van de Dienst en/of het Installatiepakket. Aanbeveling Toetsingscommissie De uitsluiting van aansprakelijkheid van Ondernemer voor schade als gevolg van het installeren van software gaat naar het oordeel van de Toetsingscommissie te ver. Op grond van artikel 11 van de Referentievoorwaarden mag de ondernemer de aansprakelijkheid wel beperken conform de in dit artikel genoemde criteria, maar is algehele uitsluiting van de aansprakelijkheid niet geoorloofd. De wet geeft aan, dat een algemene exoneratie wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn (zie: artikel 6:237 aanhef en sub f BW). ARTIKEL 12 - Aansprakelijkheid van de Consument 1. De Consument is in geval van een toerekenbare tekortkoming tegenover de Ondernemer aansprakelijk voor schade voor zover de wet dat bepaalt. 2. Onder schade als bedoeld is het vorige lid valt eveneens schade als gevolg van tenietgaan, verlies of beschadiging van door de Ondernemer aan de Consument ter beschikking gestelde apparatuur. 3. De Consument vrijwaart de Ondernemer tegen aanspraken van derden op vergoeding van schade, voorzover deze aanspraak is gegrond op het gebruik dat van de dienst is gemaakt en/of het de inhoud van de verzonden gegevens betreft. ARTIKEL 13 - Klachten Klachten over de uitvoering van de Overeenkomst moeten volledig en duidelijk omschreven worden ingediend bij de Ondernemer tijdig nadat de Consument de gebrekkige uitvoering van de dienst heeft ontdekt bij het daartoe strekkende contactadres van de Ondernemer. De Ondernemer zal hierop passend en tijdig reageren. Niet tijdig indienen van de klacht kan tot gevolg hebben dat de Consument zijn rechten terzake verliest. 14 ARTIKEL 14 - Geschillenregeling 1. Geschillen tussen Consument en Ondernemer over totstandkoming of de uitvoering van Overeenkomsten met betrekking tot door de Ondernemer te leveren of geleverde diensten en zaken, kunnen zowel door de Consument als door de Ondernemer aanhangig worden gemaakt bij de geschillencommissie. Informatie over het aanhangig maken van geschillen kan worden gevonden op www.degeschillencommissie.nl. 2. Een geschil wordt door de Geschillencommissie slechts in behandeling genomen, indien de Consument zijn klacht eerst bij de Ondernemer heeft ingediend. 3. Nadat de klacht bij de Ondernemer is ingediend, moet het geschil uiterlijk drie maanden na het ontstaan daarvan bij de Geschillencommissie aanhangig worden gemaakt. 4. Wanneer de Consument een geschil aanhangig maakt bij de Geschillencommissie, is de Ondernemer aan deze keuze gebonden. Indien de Ondernemer een geschil aanhangig wil maken bij de Geschillencommissie, moet hij de Consument vragen zich binnen vijf weken uit te spreken of hij daarmee akkoord gaat. De Ondernemer dient daarbij aan te kondigen dat hij zich na het verstrijken van de voornoemde termijn vrij zal achten het geschil bij de rechter aanhangig te maken. 5. De Geschillencommissie doet uitspraak met inachtneming van de bepalingen van het voor haar geldende reglement. De beslissingen van de Geschillencommissie geschieden krachtens dat reglement bij wege van bindend advies. Het reglement wordt desgevraagd toegezonden. Voor de behandeling van een geschil is een vergoeding verschuldigd. 6. Uitsluitend de rechter dan wel de hierboven genoemde Geschillencommissie is bevoegd van geschillen kennis te nemen. Bepaling uit voorstel voor AV Op de Overeenkomst is Nederlands recht van toepassing. Geschillen die niet in der minne kunnen worden geschikt, zullen ter beoordeling worden voorgelegd aan de bevoegde rechter in de rechtbank Amsterdam. De Consument kan desgewenst geschillen met betrekking tot de door Ondernemer geleverde Diensten voorleggen aan de Geschillencommissie Telecommunicatie te Den Haag. Aanbeveling Toetsingscommissie Voorwaarde voor aansluiting bij de Geschillencommissie Elektronische Communicatiediensten is dat de geschillenregeling van artikel 14 van het Referentiemodel integraal in de algemene voorwaarden is opgenomen. De artikelen .. en .. moeten dus worden gewijzigd, waarbij ten aanzien van artikel .. nog uitdrukkelijk wordt opgemerkt dat dit in strijd is met artikel 14 lid 4 van het Referentiemodel; de ondernemer kan het geschil pas voorleggen aan de rechter - een verwijzing naar de rechtbank Amsterdam is overigens wel toegestaan – na het verstrijken van de in artikel 14 lid 4 van het Referentiemodel genoemde termijn van vijf weken. ARTIKEL 15 - Wijzigingen op de dienst bij of krachtens de wet Indien een bij of krachtens wettelijke regeling vastgestelde maatregel dan wel een voor branche relevante gerechtelijke uitspraak de Ondernemers noodzaakt tot het veranderen van de Overeenkomst en/of de dienstverlening, kan de Consument hieraan geen recht ontlenen de Overeenkomst te ontbinden of te beëindigen.