Vlaams actieplan suïcidepreventie

advertisement
Vlaams actieplan
suïcidepreventie



Iedere dag sterven in Vlaanderen 3 mensen
door zelfdoding
Op jaarbasis: plusminus 1000 mensen(in
2006:70 jongeren van 15-24jaar)
Een veelvoud hiervan onderneemt een
zelfmoordpoging.(Elke 7 uur een zelfdoding, elke 35
minuten een poging tot zelfdoding)

Belangrijkste doodsoorzaak bij twintigers,
dertigers en bij mannen ook bij veertigers
75
70
65
60
55
50
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
-5
-10
Li t ouwen
E st l and
K az akhst an
B el ar us
Sr i
Lanka
O e k r a ïn e
B el gi ë
België
M ol davi ë
Oost enr i j k
C uba
Japan
P ol en
N i euw- Zeel and
Joegosl avi ë
R o e me n i ë
Zweden
N oor wegen
I er l and
T r i ni dad en T obago
U r uguay
P uer t o R i co
E l
Sa l v a d o r
K or ea R ep.
Nederland
Si n g a p o r e
I t al i ë
Se y c h e l l e n
B el i z e
V er eni gd K oni nkr i j k
Z i mb a b w e
P or t ugal
B ar bados
V enez uel a
T u r k me n i s t a n
E cuador
Suïciderates in de wereld
Gr i ekenl and
P a n a ma
Mannen
Vrouwen
C o l o mb i ë
M exi co
B ahr ei n
A r me n i ë
A l bani ë
B a h a ma s
K oewei t
G u e t ma l a
J a ma ïc a
Sy r i ë
Sa o T o me e n P r i n c i p e
H ondur as
Sa i n t
K i t t s en N evi s
-15
-20
Jongeren (15-24 jaar)
Evolutie suïcide in vlaanderen
Evolutie suïcide 15-24 jr Vlaanderen (Bron: Ministerie Vlaamse Gemeenschap)
Rates (per 100.000 inwoners)
30
25
20
mannen
15
vrouw en
10
5
0
1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004
Vlaams actieplan
suïcidepreventie
De sterfte door zelfdoding moet
tegen 2010 verminderd zijn met
8% ten opzichte van 2000.
Dankzij: daling van aantal suïcidepogers
daling van suïcidale gedachten
daling van aantal depressies
Het suïcidale proces:
concept voor hulpverlening en preventie
Zelfmoordgedachten
Zelfmoordwens
Zelfmoordplan
Zelfmoordpoging
Zelfdoding
Achtergronden van suïcidaal gedrag
1.(Aangeboren)
Kwetsbaarheid
2.(Toename van) Stress
3.Denkprocessen
4.Uitlokkende factoren
5.Ontremmende factoren
Ontbreken van
6.Beschermende
factoren
Suïcidaal
Proces
Achtergronden van suïcidaal gedrag
1. kwetsbaarheid
Psychiatrische Risicofactoren
(90 % van de mensen die sterven door zelfdoding
lijden aan een psychische en/of psychiatrische
ziekte)
A) depressie
= Belangrijkste risico-indicator voor suïcidaal gedrag(70%)
B) schizofrenie (10%)
C) manisch-depressieve stoornis (5%)
D) alcohol – en middelenafhankelijkheid
( 1 op de 3 jongeren die sterven door zelfdoding)
Achtergronden van suïcidaal gedrag
1. kwetsbaarheid
Risicogroepen in onze samenleving:










Alleenstaanden
Werklozen
Ouderen / jongeren
Holebi’s
Bepaalde beroepsgroepen (politie, huisartsen,…)
Hoogbegaafdheid
Migrantenmeisjes
4de wereld (armoede)
Nabestaanden
Suïcidepogers (risico op suïcide = 150x hoger) :

< 1j. 12-30% nieuwe poging

< 1j. 1-3% sterft door zelfdoding, < 5j. tot 9%, < 10j. tot 12%
Achtergronden van suïcidaal gedrag
2. Stress



Traumatische ervaringen binnen het gezin van
oorsprong
(seksueel - fysiek misbruik / mishandeling,
verwaarlozing)
Relatieproblemen – echtscheiding
Psychiatrische problematiek en/of zelfmoordpoging van
ouder(s)



Kinderen van ouders met psychiatrische problemen(kopp)
Geïsoleerd leven, weinig vrienden
Lichamelijke ziekte (aids, kanker, chronische pijn…)
Achtergronden van suïcidaal gedrag
3. denkprocessen
•
•
•
Hopeloosheid – gevoel in de val, vast te zitten
Impulsiviteit
Vernauwing - Tunnelzicht
•
•
•
•
•
•
•
beleving van de eigen situatie
Kijk op eigen mogelijkheden
Gevoelswereld
Tijdsbesef & ruimtebeleving
Intermenselijke relaties
Probleemoplossend vermogen
Denkfouten
•
•
•
•
Zwart-wit denken
« loser » status
No escape
No rescue
Achtergronden van suïcidaal gedrag
4.Uitlokkende factoren
= Recente ingrijpende levensgebeurtenissen (triggers)
Bvb. werkelijk of dreigend verlies van:
-Partner – liefde
-Status
-Werk
-Kind
-Vrijheid
-Gezondheid
(relatieproblemen , ruzie)
(werk, vrije tijd)
(ontslag)
(overlijden, ziekte)
(gevangenis, psychiatrische opname)
(lichamelijke, psychische ziekte)
Achtergronden van suïcidaal gedrag
5. Ontremmende factoren

Verlagen de drempel om tot suïcidaal
gedrag over te gaan:






Alcohol, medicatie, drugs
Impulsiviteit
Eerder suïcidaal gedrag
Beschikbaarheid van het suïcidemiddel
Informatie over dodelijkheid van middel
Voorbeelden van suïcidaal gedrag in de
omgeving (familie, vrienden, media,…)
Achtergronden van suïcidaal gedrag
6. Beschermende factoren

Sociale steun – netwerk (Partner, familie, vrienden, klasgenoten)




Sociale vaardigheden en zelfvertrouwen
Afkeurende (i.t.t. permissieve houding) t.o.v. zelfdoding
« Suïcide is geen normale reactie op stresserende levensomstandigheden »
Bespreekbaarheid van gevoelens en gedachten
(hulpzoekgedrag)
Probleemoplossende vaardigheden
(advies vragen, open staan voor ervaringen en nieuwe kennis)




Toegankelijkheid van geestelijke gezondheidszorg (hulpaanbod)
Kennis & attitude i.v.m. geestelijke gezondheidszorg
Goede prestaties op school, in sportvereniging,…
Ouderschap: voor vrouwen: kind < 2j.
Vlaams actieplan
suïcidepreventie




Gezondheidsconferentie 2002
Expertengroep
Keuze van 5 strategieën die
internationaal hun nut hebben
bewezen
Actieplan, goedgekeurd door Vlaamse
regering, loopt tot 2011
Vlaams actieplan suïcidepreventie
5 strategieën





1. bevorderen van de geestelijke
gezondheid bij individu en maatschappij
2. bevorderen van de laagdrempelige
telezorg
3. bevorderen van deskundigheid van
professionelen en optimaliseren van
netwerking
4. uitlokken van zelfdoding tegengaan
5. aandacht voor specifieke doelgroepen
Strategie 1: bevorderen van de
geestelijke gezondheid


Campagne ‘fit in je hoofd, goed in je vel’: tvspot, interactieve website. Adviezen met
betrekking tot 10 domeinen in het leven.
www.fitinjehoofd.be
Campagne herhaald in februari 2009,
gekoppeld aan een zelfbeoordelingstest:
“neem een kijkje in je hoofd”
Strategie 2: bevorderen van
laagdrempelige telezorg


In Vlaanderen zijn er verschillende
telefonische hulplijnen: Tele-Onthaal,
zelfmoordlijn,..
Onlinehulpverlening
(communicatiemiddel vooral door jongeren gebruikt.
9/10 gebruikers onder de dertig jaar)

Toekomst: samenwerking CPZ met
netlog
Strategie 3: bevorderen van deskundigheid
professionelen en optimalisatie netwerking



Deskundigheidsbevordering huisartsen via
elektronisch interactief leerpakket
Deskundigheidsbevordering andere
professionelen (leerkrachten, Centra voor
leerlingenbegeleiding, politie…)via
geautoriseerd vormingspakket
Locoregionale werkgroepen (met specifieke
opdrachten rond
deskundigheidsbevordering)
Strategie 4: uitlokken van zelfdoding
tegengaan



Mediarichtlijnen: do’s en don’ts
Mediaonderscheiding
Afstemming met federale overheid:
kleinere verpakkingen van geneesmiddelen,
wapenwetgeving, preventie treinsuïcides,
beveiliging van hoge gebouwen,..
Strategie 5: aandacht voor specifieke
doelgroepen



Suïcidepogers (project integrale zorg
suïcidepogers – R. Vanhove)
Schizofrenie (vroegdetectie initiële
psychoses)(www.flippen.be)
Jongeren (naar een geïntegreerd geestelijk
gezondheidsbeleid op school)
!!! Nieuw project in 2009: aanstelling van preventiecoachen geestelijke
gezondheidszorg in secundaire scholen (1,1 miljoen euro)
Strategie 5: aandacht voor specifieke
doelgroepen




Holebi’s (deskundigheidsbevordering)
Kopp-kinderen (onderzoek)
Mindfullness-based cognitive therapy
bij recidive depressies (onderzoek).
Nabestaanden na
zelfdoding(www.werkgroepverder.be)
www.flippen.be
Huidige cijfers

Doelstelling
actieplan: 8%
minder in het jaar
2010 in vergelijking
met het jaar 2000

Max. 1080 overlijdens
in 2010

2000: 1174
2001: 1139
2002: 1100
2003: 1074
2004: 1085
2005: 1115
2006: 980






Vlaams actieplan
suïcidepreventie
Bedankt voor uw aandacht.
Download