711 Sociale Zekerheid 748.50KB

advertisement
7.11 Veranderingen in de
sociale zekerheid en zorg
Actuele stand van zaken in
aanvulling op het tekstboek
Keuzes overheid binnen de
sociale zekerheid
• Werken wie werken kan!
– Accent op ‘arbeidsgeschiktheid’
• Financiële prikkels voor
werkgevers, werknemers en
uitvoerders
• Acceptatieplicht tot werken t.b.v.
behoud uitkering
Vergrijzing en ontgroening
• 2004: 7 miljoen werkenden t.o.v. 4,2 miljoen
uitkeringsgerechtigden
… er komen twee miljoen AOW-ers bij de komende
twintig jaar
• 2020: schatting 6 miljoen werkenden t.o.v. 6 miljoen
uitkeringsgerechtigden
Veranderingen Ziektewet
• Financiële prikkels voor werkgever om verzuim te
verminderen
– Premiedifferentiatie (1992)
– Werkgever betaalt 1 jaar loon bij ziekte zelf (1996)
(Wet ULBZ)
– Ziektewet is vangnetvoorziening geworden (1996)
• 2004: Wet verlenging loonbetalingsverplichting bij
ziekte (Wet VLZ doorbetaling 2e jaar)
Voorbeeld ‘afslanken’:
maatregelen WAO/ WAZ
•
•
•
•
•
•
•
•
1985:
1987:
1992:
1993:
1998:
2002:
2004:
2006:
vermindering uitkering 80% naar 70%
opheffen verdiscontering werkloosheid
invoering bonus / malus regeling
Wet TBA
Pemba, WAZ en Wajong (wet REA)
Wet verbetering poortwachter
Afschaffing WAZ per 1 augustus 2004
WIA (Wet Werk en inkomen naar
arbeidsvermogen)
Wet werk en inkomen naar
arbeidsvermogen (WIA)
Ziek na 1-1-2004
1e ziektejaar : 100%
2e ziektejaar: 70%
WIA-beoordeling
door UWV
0 – 35% a.o.
35-80% a.o.
> 80% a.o.
WW
WGA - LGU
IVA
< 50 jaar
WWB
> 50 jaar
IOAW
WGAvervolguitk.
WAO-herziening in 2006
• WAO wordt WIA – Wet Werk en inkomen naar
arbeidsvermogen – bestaat uit de regelingen:
– IVA
– WGA
• IVA = Inkomensvoorziening volledig
arbeidsongeschikten
• WGA = Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten
Inkomensvoorziening Volledig
Arbeidsongeschikten
• Volledig en duurzaam arbeidsongeschikt (duurzaam is
binnen vijf jaar geen herstel meer mogelijk)
– Ook recht op IVA bij slechts geringe kans op herstel  dan
wel jaarlijkse herbeoordeling gedurende 5 jaar
• IVA uitkering = 70% van het dagloon (laatst
verdiende loon) tot 65 jaar
– Verhoging IVA-uitkering naar 75% van dagloon indien
doelstelling (< 25.000 mensen in IVA in 2006) EN dat
afspraak van 170% loon over twee ziektejaren wordt
nageleefd
Loonverlies < 35%
• Gedeeltelijk arbeidsongeschikt is iemand met
loonverlies > 35%
• Bij minder loonverlies geldt geen bijzondere regeling
(dus reguliere WW en bijstand)
Wet Werk en Bijstand voor werklozen < 50 jaar
= met vermogenstoets en partnertoets
IOAW voor werklozen > 50 jaar
= wel partnertoets, geen vermogenstoets
Vermogenstoets Wet Werk en
Bijstand
• Vermogen is waarde in economisch verkeer bij vrije
oplevering en is van invloed op hoogte vaststelling
uitkering
• Grensbedragen (2005):
– € 5.105,- voor een alleenstaande
– € 10.210,- voor een alleenstaande ouder
– € 10.210,- voor gehuwden gezamenlijk
– Grensbedragen eigen woning
- EUR 43.100 (grenzen kunnen worden aangepast)
Partnertoets (inkomenstoets) bij
alle bijstandsregelingen)
• Alleen bijstandsaanvulling indien totale
gezinsinkomen onder sociaal minimum ligt
• Sociaal minimum is afhankelijk van leefsituatie:
– Gehuwd of daarmee samengesteld: 100%
minimumloon
– Alleenstaande ouder met kind(eren) onder de 18
jaar – 90% van het minimumloon
– Alleenstaanden (overig) – 70% van het
minimumloon
Regeling WGA
bij loonverlies > 35%
• Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten
• Eerst een WGA loongerelateerde uitkering
(conform duur werkloosheidswet)
- Hoogte uitkering is 70% van verschil tussen
voormalig loon en hetgeen op dat moment met
werken wordt verdiend
- Indien geen werk dan heeft betrokkene altijd nog
70% van laatste loon (tot max. € 43.770) over
Uitkering na WGA
loongerelateerde uitkering
Afhankelijk van loon in relatie met verdiencapaciteit
- Nieuw loon < 50% van theor. verdiencapaciteit 
vervolguitkering gebaseerd op 70% van
minimumloon * arbeidsongeschiktheidspercentage
- Nieuw loon > 50% van theor. Verdiencapaciteit 
loonaanvullingsregeling gebaseerd op 70% van
het loonverlies door de arbeidsongeschiktheid
• Indien totale gezinsinkomen onder sociaal minimum ligt, dan
geldt WGA bijstandsaanvulling door UWV (zonder
vermogenstoets)
Waarom een nieuw
zorgstelsel?
• Stijging van de zorgkosten
– mede door vergrijzing / nieuwe technologieën
• Overheidsmaatregelen kostenbeheersing zijn beperkt
– Gebudgetteerde zorg leidde tot wachtlijsten
– Vaste tarieven in zorg worden geleidelijk losgelaten
• Macht NU bij zorgaanbieder  heeft belang bij hoge
verzuimconsumptie
– Verzekeraars keren slechts uit, hebben nu nog weinig
invloed om schade te beperken
Nieuw Zorgstelsel moet
doelmatiger en kostenbewuster!
• Van aanbod naar vraag (vraag van klant staat
centraal)
• Zorginkoop door verzekeraars (afspraken over
volume, prestatie en prijs)
–
zorgaanbieders moeten contracten afsluiten met
verzekeraars
• Er ontstaat geleidelijk markt / concurrentiewerking
– Verzekerden mogen jaarlijks wisselen, dus verzekeraars
worden afgerekend op goede prijs / kwaliteit
– Zorgaanbieders zullen ook goede tarieven moeten hebben,
anders gaan verzekeraars naar buurman verderop
Eén basisverzekering voor
iedereen gelijk
• Geen onderscheid tussen particulier en ziekenfonds
• Basisverzekering is gebaseerd op ziekenfondsdekking
van noodzakelijke zorg
• Iedereen heeft recht op zorg! Verzekeraar bepaalt
waar!
=
Basisverzekering is vervanging van huidige ziekenfonds, de particuliere
ziektekostenverzekering en de publiekrechtelijke regelingen voor
ambtenaren. Ziekenfondsen worden zorgverzekeraars (mogen 1e 10
jaar geen winstoogmerk hebben). De particuliere verzekering eindigt
van rechtswege (voor gedeelte gelijk aan basisdekking).
Basisverzekering
• Acceptatieplicht voor verzekeraar
– ongeacht zorgconsumptie gebruik
• Risicoverevening via het Zorgverzekeringsfonds
– (leeftijd, geslacht, regio, medicijngebruik, aandoeningen en
aard van het inkomen)
• No claim regeling (< 255 euro)
– Huisarts, medische zorg voor kinderen en verloskundige hulp
vallen buiten no claimregeling
• Vrijwillig eigen risico (€ 100, € 200, € 300, € 400, €
500)
Concurrentie tussen verzekeraars
op prijs en kwaliteit
• Er ontstaan veel verschillende polisvarianten met
verschillende nominale premies:
– Polis in natura (vergelijkbaar met huidige ziekenfonds)
– Restitutie polis (vergelijkbaar met particulier ziektekosten)
– Gecontracteerde zorgpolis (werknemer beperkt zijn keuze
tot zorgaanbieders waar verzekeraars gunstige contracten
mee heeft afgesloten, daardoor goedkopere polis)
• Zorg collectief of niet? – Werkgever heeft belang bij
goede en SNELLE gezondheidszorg
Premiestructuur nieuw stelsel
• Nominale premie (verschillend per polisvariant) voor
elke volwassene (premie is ca. 1100 tot 1200 euro
per jaar).
• Procentuele inkomensafhankelijk bijdrage
(verplicht door werkgever) = 5,96% van loon over
max. € 30.800
• Kinderen tot 18 jaar betalen geen premie!
• Compenserende zorgtoeslag via de Belastingdienst
Hervorming van de AWBZ
• AWBZ terug naar kern – wat is onverzekerbare zorg?
(AWBZ gaat over in nieuwe wet op de
Maatschappelijke Ondersteuning)
– Zorg voor gehandicapten
– Zorg voor zorgbehoevende ouderen
– Zorg voor (psychiatrische) patiënten die langer
dan een jaar in een inrichting verblijven
• WMO = samenvoeging van de AWBZ, WVG (Wet
Voorzieningen Gehandicapten) en de Welzijnswet 
gemeente is verantwoordelijk voor uitvoering
(Nabije) toekomst
• Cultuuromslag (niet alleen rechten, ook plichten)
– ‘werken voor uitkering’
– ‘passende arbeid voor loon’
– financiële prikkels werknemers in eerste ziektejaar
• Integratie van arbozorg, reïntegratie, zorg- en
inkomensverzekeringen
• Arbeidspools : op brancheniveau, industrieterreinen,
tussen toeleveranciers en afnemers, bevriende
ondernemers, ondernemerskringen)
De toekomst: Werken wie werken
kan
Download