2 Verlangen, opdracht, vrucht en en gaven

advertisement
Schetsen bij het boek Christus Voorstellen
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Koos van Loo
Dteg – juli 2003
Inhoud
Inleiding ..................................................................................................................................... 1
1. Zending en evangelisatie ........................................................................................................ 3
2. Hoe ver is Christus met zijn reddingsplan? ............................................................................ 5
3. Zendelingen en tentenmakers ................................................................................................. 7
4. Het evangelisatiebevel ............................................................................................................ 9
5. Het begin van de bergrede .................................................................................................... 11
6. Gaat! Ik? Hoe doe ik dat? ..................................................................................................... 13
7. Maakt ! deel 1, Christus voorstellen met daden ................................................................... 15
8. Maakt ! deel 2, Christus voorstellen met woorden............................................................... 17
9. Doopt!................................................................................................................................... 19
10. Leert! .................................................................................................................................. 22
Bijlage 1, bijlage bij schets 4. Visie en missie van de Evangelische Aliantie Nederland ........ 23
Bijlage 2, bijlage bij schets 7. Jezus Voorstellen ..................................................................... 24
Inleiding
Deze schetsenserie bij het boek Christus Voorstellen1 gaat over zending zowel als evangelisatie. Het
gaat over:
- de voortgang van het heil in de tijd
- de voortgang van het heil in de wereld
- het zendings-/evangelisatiebevel in vier stappen: gaat, maakt, doopt en leert!
Daarmee wordt het basisprogramma van de schetsenseries Christus Voorstellen voltooid.
Aan deze serie zijn al andere schetsenseries voorafgegaan. In schetsenserie 1 ging het over Christus
leven, over ons leven over de nieuwe levensgemeenschap. Het ging over leven als vrucht van de
Geest, over leven naar de wetten van Koning Christus. In serie 2 ging het over het verlangen dat je
samen als gemeente kunt hebben, over de opdracht van Christus die je als gemeente kunt uitvoeren en
over de vraag wat jij daarvoor kunt doen. Het ging ook over de vraag waarom de gemeente werkt. Het
ging tenslotte ook over het groeien van de gemeente en het koninkrijk van God. Serie 3 ging over het
reddingsplan van God in oud- en nieuwtestamentische tijd. Met deze schetsenserie 4 komt het
zendings- en evangelisatie bevel zelf dan vol in beeld.
Er was in de eerdere schetsen een zachte link naar het missionaire, soms was de link harder. Dat komt
overeen met de visie dat het missionaire zit ‘ingebakken’ in het christen en gemeente zijn. Anders
gezegd: het hele lichaam van Christus wordt doorstroomd door missionair bloed. Dat neemt niet weg
dat het nu tijd wordt om expliciet naar het zendings-/evangelisatiebevel te kijken.
Moge zo in de loop der tijd in je groep een gezamenlijke kijk (visie) groeien en rijpen op Christus, op
christen zijn en op zijn gemeente in en voor deze wereld zijn.
1
Christus Voorstellen is een uitgave van Kok/Dteg geschreven door Koos van Loo ISBN 90-435-0458-0
Pagina 1 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Bij diverse onderwerpen van deze schets wordt verwezen naar het boek Christus Voorstellen aan de
orde in Deel 1 (nieuw leven en nieuwe levensgemeenschap) en in Deel 2 (Meer gemeente van Jezus
Christus worden).
Je bent altijd welkom op www.christusvoorstellen.nl voor vragen aan de schrijver van deze schetsen,
Koos van Loo (inclusief VGV/FAQ), achtergrondinformatie, enz.
Als je liever voor vragen of opmerkingen contact met Deputaten toerusting evangeliserende
gemeenten contact wilt opnemen, kan dat natuurlijk ook: Dteg, Postbus 499, 8000AL Zwolle tel. 038
4270430 – [email protected]
In de boekhandel (of bij Dteg) kun je ook het boek Christus Voorstellen bestellen.
Alle schetsen zijn gratis te downloaden.
Downloadbare schetsenseries:
1. Nieuw leven en nieuwe levensgemeenschap
2. Verlangen, opdracht, vrucht en gaven en groei
3. Gods reddingsplan voor zijn wereld
4. Gaat, maakt, doopt en leert!
De series 1 t/m 4 vormen één geheel.
De schets over het gebed (uit serie 1) kan ook bij de andere series gebruikt worden en is daarom ook
apart te downloaden.
Verwijzingen
In de tekst wordt verwezen naar verschillende bijbelvertalingen en belijdenisgeschriften. Dit is wat de
afkortingen betekenen:
 NBG – Bijbelvertaling van het NBG van 1951
 GNB – Groot Nieuws Bijbel – er wordt uit de 2e herziene editie geciteerd, dit wordt bij de
tekst vermeld
 H.C. – Heidelbergse Catechismus
Pagina 2 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
1. Zending en evangelisatie
God voert zijn reddingsplan voor zijn wereld uit. Zie daarover schetsenserie 3. Christus is gekomen.
Christus gaf zijn gemeente, koninkrijk van priesters, zijn grote opdracht. Mensen van de gemeente
gaan de wereld door en vertellen van genadige redding van het oordeel en van Gods zegen. Ze
vertellen van het koninkrijk van God. Ze laten zien en ze vertellen wat het is om te leven naar de
wetten van de Koning. Ze doen dat tot Gods eer en het doet anderen ook leven tot Gods eer.
Wij die dat doen zijn door Christus gered van het oordeel. We zijn
geen oude mensen meer, maar nieuwe. De doop is daarvan de
bevestiging. Zie de schets hieronder over ‘Doopt!’
Heel klein van onszelf, zijn we een middel in Gods grote vaderhand.
Je hebt een barmhartige en machtige God, een grote God, die ons niet
doet naar onze zonden. Jij hebt houvast aan Christus, Gods Zoon, die
alle macht heeft gekregen van zijn Vader in hemel en op aarde. Je
bent van Hem. Je kunt geen betere Heer treffen. Dat is zo fijn, je hebt
een eeuwigheid nodig om Hem daarvoor te danken.
► Hoeveel mensen in jouw omgeving ken je persoonlijk goed, mensen die geen houvast aan Christus
(troost in de zin van de Heidelbergse Catechismus, zondag 1)?
► Hoeveel mensen in deze wereld leven zonder houvast aan Christus? Met andere woorden: hoever is
God met zijn reddingsplan?
► De dag dat het plan van God is uitgevoerd komt Christus terug. Wat doet je de vraag ‘hoe ver is
God met zijn reddingsplan’ wetend dat Hij niet eerder terugkomt?
Alle volken
In Hand. 1:8b staat: Gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het
uiterste der aarde. Het zendingsgebied wordt aangegeven: de hele wereld.
In Mat. 28:19 (samengevat met de vier woorden: gaat, maakt, doopt en leert!) staat onder andere
‘maakt alle volken tot mijn discipelen’.
Het zendings- en evangelisatie bevel is allereerst gericht op alle volken. Met alle ‘volken’ wordt niet
bedoeld alle mensen. Ook wordt niet bedoeld alle landen. Er wordt bedoeld: alle etnische of
gescheiden groepen, gescheiden in de zin van: als twee volken om reden van taal, politiek, gescheiden
leven, of als ze gescheiden worden door een bergrug of brede rivier, enz. Per volk is dan namelijk een
aparte missionaire kiem nodig, wil iedereen het evangelie echt kunnen horen. Met het woord ‘volk’
van het zendings-/evangelisatiebevel wordt zo’n groep bedoeld.2 Voorbeeld. In India worden 1600
verschillende talen gesproken.Volgelingen van Christus moeten gaan naar al deze 1600 volken om de
grote daden van God te verkondigen.
Het gaat bij ‘alle volken’ er dus om dat in elk volk een kiem-gemeente is of komt. Dat is echter niet
een kiem-gemeente van allerlei individuen los van hun familie, kaste, enz. (eventueel verbannen door
de familie). Het gaat om gemeenschappen die anderen (waaronder hun familieleden) voor Christus
kunnen winnen. Anders is er geen redelijke kans dat iedereen binnen die bevolkingsgroep het
evangelie echt, begrijpend kan horen.
Gelet op dit begrip ‘volk’ kun je zending noemen: het planten van een eerste levende gemeente met
missionaire kracht in een ‘volk’.
Evangelisatie wordt dan vanuit deze kiem-gemeente onder dit volk gedaan door de gemeente.
► Spreekt dit onderscheid van zending en evangelisatie je aan?
Na het bereiken van een ‘volk’ is er voor de kiem-gemeente de stap: naar alle mensen. We weten dat
alle mensen tot de bruiloft genodigd zijn. Mat. 22:1-13. Ze worden genodigd door de leden van
De vakterm voor zo’n groep is Unimax: de grootste groep die voldoende overeenkomsten heeft om een
doelgroep te zijn voor Christus. Daarbij denk jij bij het woord overeenkomst aan: geen belangrijke barrières om
voortgang van het evangelie te stoppen.
2
Pagina 3 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
gemeentes. Ongelovigen worden uitgenodigd door mensen die Christus kennen, door mensen die (de
straten op)gaan.
► Wat betekent dit voor jouw gemeente ten aanzien van zending?
► Wat betekent dit voor jouw gemeente ten aanzien van evangelisatie?
► Wat betekent dit voor jou zelf?
Totdat ….
Abraham ging op reis volgens Gods plan tot zegen van de volken, tot eer van Gods naam (Gen.12:13). God gebruikte vervolgens zijn ene volk Israël als middel om zijn plan voor alle volken uit te
voeren(Ex.19:5,6). God gebruikt zijn ene gemeente om zijn plan voor alle volken uit te voeren (Mat.
28:19, 1 Petr.2:9). God wil eens zijn doel bereiken. Totdat ….
Mat 24: 14 En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een
getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn.
► Wat wordt bedoeld met ‘dit evangelie van het Koninkrijk’?
► ‘En dan zal het einde gekomen zijn.’ Wat stel je je bij die woorden voor?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
De vraag hoever God met zijn reddingsplan is komt de volgende keer aan de orde.
Pagina 4 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
2. Hoe ver is Christus met zijn reddingsplan?
De voortgang van het plan
Het evangelie van redding is voor de zuchtende schepping (Rom. 8:20-22). Gods reddingswerk is door
Christus volbracht. Door de Geest en Christus-mensen voert God het reddingsplan voor de wereld in
de tijd uit. We letten nu op de geschiedenis van de uitvoering het zendings-/evangelisatiebevel.
In het begin ging het evangelie snel voort: In het jaar 80 na Christus, dus binnen 50 jaar na de
hemelvaart van Christus, had 30% van de toenmalige wereldbevolking het evangelie gehoord!!! Na 5
eeuwen was dit 40%. Daarna groeide vele eeuwen het christendom in Europa nauwelijks. Buiten
Europa helemaal niet. Terwijl de wereldbevolking wel groeide.
God gebruikte met name William Carey3 om hier verandering in te brengen. In 1792 schreef hij een
uniek boekje. Daarin werd voor het eerst in de geschiedenis verslag gedaan van een statistisch
wereldwijd zendingsonderzoek van hem. Hij vroeg de kerkleiders waarom ze wel doopten volgens het
zendings- en evangelisatie bevel maar de rest niet deden. Nieuw voor toen was ook dat hij stelde dat
middelen (zeg organisaties) nodig zijn bij de bekering van heidenen. Niet elke predikant was van de
jonge Carey onder de indruk. Toen hij zijn studie presenteerde zei een oude predikant: ‘Jonge man, ga
zitten. Als het God behaagt om de heiden te bekeren, zal Hij het zonder jouw hulp of de mijne doen.’
Vandaag is de wereldbevolking 6 miljard. Deze wereld bevolking is te verdelen is drie groepen van elk
2 miljard personen.
De eerste 2 miljard is christen. Tot christen wordt hier gerekend ieder die zichzelf christen noemt.
Protestanten, Katholieken en Orthodoxen. De één zal meer Christus zijn toegewijd dan de ander. Men
rekent één derde van deze christenen tot meelevende christenen. Deze 2 miljard christenen leven in
6.000 van de 14.000 ‘volken’ in de zin van het zendings-/evangelisatiebevel.
2 miljard
niet-christenen in
‘volken’ zonder een
christelijke gemeente
Toegewijde christenen
11%
Nominale christenen
20 %
Totaal 2 miljard
christenen
Ruim 2 miljard
niet-christenen in
‘volken’ met een
christelijke
gemeente
De twee miljard zijn niet-christenen die het voorrecht hebben om te wonen onder de 2 miljard
christenen.
De overige 2 miljard van de wereldbevolking zijn niet-christenen die leven zonder een christelijke
gemeente als missionaire kiem. Deze 2 miljard leven in 8.000 ‘volken’ (zoals hierboven omschreven),
► Je kunt aan die 4 miljard niet christenen denken maar ook aan je ene kind dat in een christelijk
gezin en de gemeente opgroeide, maar God de rug toekeerde. Waar denk jij aan?
3
William Carey, 1761-1834, schoenmaker, stichter van het Engelse Baptistische Zendingsgenootschap,
professor in de theologie, bijbelvertaler en vooral zendeling.
Pagina 5 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Zending en evangelisatie zijn moeilijk omdat juist hier Satan tegenwerkt. Echter niet voor niets zegt
Jezus in het vers direct voorafgaand aan het zendings-/evangelisatiebevel: Mij is gegeven alle macht in
hemel en op aarde? (Mat.28:18). Je kunt deze laatste woorden op twee manieren lezen:
- God heeft alle macht en wil ook dat die macht overal blijkt.
- God heeft alle macht en wil die macht zijn volgelingen graag geven als ze zijn opdracht, het
zendings- en evangelisatie bevel, uitvoeren.
► Wat betekenen de woorden ‘Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde’ voor jou?
Jezus is gekomen om de wereld te redden van oordeel (Joh. 3:17). Als mensen Jezus door de Geest
aannemen zijn ze vrij van de zondelast en ze zijn vernieuwd tot een nieuw leven 2 Cor. 5:17. Ze leren
leven naar de geboden van Jezus (Mat. 28:19). De landman ontvangt eer (Joh. 15:5). Daarom is het
belangrijk dat elke gemeente het zendings-/evangelisatiebevel centraal stelt.
Tegelijk weten we dat zending en evangelisatie moeilijk kan zijn.
► Welke moeiten zie je bij zending? Wil je die samen voor Gods voeten leggen.
► Welke moeiten zie je bij evangelisatie? Wil je die samen voor Gods voeten leggen.
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Christus werkt door zijn gemeente aan zijn reddingsplan. God gebruikt daarbij zijn gemeente.
Gemeenten dragen daarbij grote verantwoordelijkheid. Problemen en mogelijkhedenheden op dit vlak
komen de volgende keer aan de orde.
Pagina 6 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
3. Zendelingen en tentenmakers
We spreken steeds over het zendings-/evangelisatiebevel (Mat. 28:19). Je zou vanwege het ‘maakt alle
(etnische) volken’ kunnen verdedigen dat het meer een zendingsbevel is dan een evangelisatiebevel.
Evangelisatie vloeit vanzelf uit de door zending gestichte gemeente voortvloeit. Evangelisatie is
immers een ‘normale’ zaak. 4 Of dat door onze zwakte ook zo werkt en of God ook bij evangelisatie
niet de God van middelen is, is een te overdenken vraag.
Deze schets wil enig nader inzicht geven in de voortgang van het evangelie in de wereld door
zendelingen en tentenmakers in het gebied van de aarde dat het minst bewerkt is.
Het 10/40 raam
De Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) hebben zendinggebieden in Zuid-Afrika, Brazilië, Indonesië,
Kalimantan Barat, Irian Jaya, België, Benin, Kongo, Curaçao, Ukraïne, enz. Regelmatig echter horen
we van berichten dat gebieden gesloten worden voor professionele zendelingen.
Gesloten voor professionele zendelingen is een groot probleem voor de voortgang van het evangelie.
Vandaag leeft 80% van de wereldbevolking onder regeringen die professionele zendelingen niet
toelaten in hun land. Heel sterk speelt dat voor een gebied dat wel het 10/40 raam genoemd wordt. Dit
ligt tussen de 10e en 40ste noorderbreedte graad en de Atlantische en Grote oceaan. Zie figuur.
- Hier woont op 1/3 van de aarde 2/3 van de wereldbevolking.
- Hier woont 95% van de wereldbevolking die nog nooit een kans gehad heeft om het evangelie
te horen.
- Hier woont 90% van de armste wereldbevolking.
Politiek, religie, familieleven en geografie remmen hier de voortgang van het evangelie. We hebben
het over:
- 36 moslim landen met 1,1 miljard inwoners
- 2 hindoe landen met 1,1 miljard inwoners
- 12 boeddha landen met 305 miljoen inwoners
Bijna het hele 10/40 raam is gesloten voor de professionele zendelingen. Echter mensen die een
beroep kunnen uitoefenen zijn er vaak wel welkom. Sommige christenen gaan er heen om een beroep
uit te oefenen en tegelijk te evangeliseren, of bij evangelisatie door de plaatselijke gemeente te helpen.
Zulke mensen noemen we geen zendelingen maar tentenmakers. Wat zijn tentenmakers?
Tentenmakers
- gebruiken hun werk elders voor hun inkomen
- dienen als volgeling van Christus in een andere cultuur
- dienen fulltime (ook als ze werken voor de kost dienen ze God)
- getuigen al werkend voor de kost
4
Zie schets De gemeente, Zijn koninkrijk van priesters voor Gods plan, 1 Petr. 2:9,10, schetsenserie 3.
Pagina 7 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
- dienen ook in hun vrije tijd (werken mee in een gemeente, doen vertaalwerk, enz.)
- zijn geen tweederangs getuigen
- en zijn geen Einzelgängers.
- kunnen werken waar professionele zendelingen niet mogen werken.
Paulus was de eerste tentenmaker.
STELLING: Tentenmakers geven inhoud aan het zendings- en evangelisatie bevel, dat begint met
‘Gaat!’ Ze dienen door hun thuisgemeente naar het zendings-/evangelisatiebevel uit gestuurd te
worden. De gemeente van Jezus Christus zegt: Gaat!
► Ben je het met deze stelling eens?
► Wie anders dan de gemeente stuurt zendelingen naar ongelovigen? Wie anders dan de gemeente
stuurt tentenmakers naar ongelovigen?
► Sommige tentenmakers leven niet alleen van inkomsten in het land verkregen maar ook van giften
van de zendende thuisgemeente. Als jouw gemeente een lid heeft uitgezonden als tentenmaker/ster,
wat zou jij als gemeentelid voor die persoon willen doen?
► In het 10/40-raam leven 2 miljard mensen zonder ooit van Jezus gehoord te hebben. Professionele
zendelingen hebben geen toegang. Is dat niet een reden om ons te herbezinnen op onze
zendingsstrategie: prioriteit geven aan het uitzenden van tentenmakers?
Door de Christelijke Gereformeerde Kerk te Amsterdam (ds. S.J. Wierda, predikant voor
gemeentestichting aldaar) werd in 2002 het begrip tentenmaker ook gebruikt voor christenen die in
Nederland: ‘mensen die naast een gewone baan een groot deel van hun tijd aan missionair werk willen
geven’5.
► Waarin verschilt deze definitie van die welke hierboven is gegeven?
Bijbelvertaling
Voor de voortgang van het Woord is het noodzakelijk dat elk ‘volk’ een bijbel heeft. Er zijn tenminste
6700 talen! In 1996 was de bijbel in 320 talen vertaald met daarnaast het Nieuwe Testament in 800
talen.
► Hoe zie je de missionaire verantwoordelijkheid van jouw gemeente en van jezelf in verband met
bijbelvertaalwerk?
MAF, OM, Interserve, enz.
Er zijn allerlei christelijke zendingsorganisaties.
► Welke ken je en wat doen ze?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Zendelingen zijn gemeenteleden die zich geroepen weten door God om zich door de gemeente te laten
uitsturen. Daarnaast heeft elk gemeentelid persoonlijke contacten met één of meer ongelovige.
Daarover gaat het de volgende keer.
5
Zie voor meer informatie hierover www.christusvoorstellen.nl onder Reader > Projecten, congressen, acties >
‘Gereformeerden in Amsterdam willen gemeenten stichten’.
Pagina 8 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
4. Het evangelisatiebevel
In de voorgaande schetsen en schetsenseries is bij gelegenheid een link gelegd tussen Mat. 28:18 en
vers 19. Het mij is gegeven alle macht (vers 18) wordt effectief door de uitvoering van het zendingsen evangelisatie bevel (vers 19). Deze gedachte vind je onder andere in bijlage 2 van deze
schetsenserie. Hier gaat het nu verder over het zendings- en evangelisatie bevel zelf.
We spreken in deze schetsenseries van het zendings-/evangelisatiebevel. In de vorige schets hebben
we onderscheid gemaakt tussen: zending onder ‘alle volken’ om te komen tot een levende kiemgemeente per ‘volk’ en evangelisatie door die levende kiemen van gemeentes.
We zagen dat er zijn zendelingen (inclusief tentenmakers/sters, MAF-mensen, OM-medewerkers,
enz.). Ze weten zich geroepen door God om te gaan. Als hun roeping door hun gemeente is bevestigd
stuurt de gemeente hen uit.
Bij evangelisatie is dat gaan iets anders. Alle gemeenteleden zijn het zout van de wereld. Elk
gemeentelid is priester met een taak tussen God en zijn / haar ongelovige omgeving. Gemeenteleden
blijven niet knus op de bank zitten. Ze leven in de wereld en zijn het zout en het licht. Het is normaal
voor een christen te leven met ongelovigen. Dat is ‘gaande’ leven. Je kunt natuurlijk bidden om
betekenisvolle relaties. Dat bidden is dan eveneens een vorm van ‘gaan’.
En daarnaast geldt dat die gemeenteleden, die de gave van evangelisatie hebben, speciale dingen doen
op het vlak van evangelisatie. (Voor gaven van de Geest zie schetsenserie 2.)
In alle gevallen van ‘gaan’ ondersteunt en bemoedigt de gemeente. Bij zending zowel als evangelisatie
is de gemeente, geplaatst door Christus tussen God en de wereld (zie schema bij 1 Petr. 2:9,
schetsenserie 3). De zendende instantie, de gemeente zegt: ‘Gaat!’
Gij zijt het zout der aarde; indien nu het zout zijn kracht verliest, waarmede zal het gezouten worden?
Het deugt nergens meer toe dan om weggeworpen en door de mensen vertreden te worden. Gij zijt het
licht der wereld. Een stad, die op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. Ook steekt men geen lamp
aan en zet haar onder de korenmaat, maar op de standaard, en zij schijnt voor allen, die in het huis
zijn. Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de
hemelen is, verheerlijken.
Mat. 5:13-16
► Stel je hebt een baan en gaat naar een tweedaags evangelisatiecongres. Zou je van tevoren tegen je
collega’s zeggen wat je die twee vrije dagen gaat doen? Waarom wel, waarom niet? Wat is de
betekenis van wel doen? Wat is het risico van niet doen?
► Je hoort nogal eens zeggen dat evangelisatie moeilijk is. Dat ligt aan de ander, maar het kan ook
aan jezelf, je gemeente, enz. liggen. Zijn er punten die je remmen om te evangeliseren? Welke? Noem
zoveel mogelijk punten.
We geven drie aanduidingen van het begrip evangelisatie:
- Waar het hart vol van is, loopt de mond van over.
- De ene bedelaar vertelt de andere bedelaar waar je brood, genadebrood kunt halen.
- Jezus Christus voorstellen door de kracht van de heilige Geest, opdat mensen hun vertrouwen
op God zullen stellen. Om Hem aan te nemen als hun redder, Hem te dienen als hun Koning in
de gemeenschap van zijn kerk.
► Welke aanduiding spreekt je aan, en waarom?
► Loop samen stap voor stap door de derde aanduiding. Wat herken je goed en wat herken je minder
in je eigen leven?
Evangeliseren is:
- Jezus Christus voorstellen.
- door de kracht van de heilige Geest.
Pagina 9 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
-
opdat mensen hun vertrouwen op God zullen stellen.
Om Hem aan te nemen als hun redder.
Hem te dienen als hun Koning.
in de gemeenschap van zijn kerk.
► In deze schetsen wordt steeds gesteld: evangelisatie is een opdracht voor elk gemeentelid. Wat vind
je eigenlijk van dat uitgangspunt?
► In deze schetsen wordt steeds gesteld: evangelisatie is een opdracht voor elk gemeentelid dat
daartoe bemoedigd en ondersteund wordt door de gemeente. Wat vind je eigenlijk van dat
uitgangspunt?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Evangelisatie heeft heel veel te maken met wie je in Christus bent. Daarover gaat het in de bergrede.
De zaligsprekingen en het zout en licht zijn, dat zijn de onderwerpen voor de volgende keer.
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen wordt onder andere over ‘Evangeliseren’ geschreven op de pagina’s
58-71. Over nieuw leven en de betekenis daarvan lees je op pagina 28-33.
Pagina 10 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
5. Het begin van de bergrede
Evangeliseren heeft alles te maken met je leven in Christus. Denk wat betreft leven (of nieuw leven)
aan de onderwerpen uit de eerste schetsenserie ‘horen en doen’ en ‘Wandelen in het licht’. Vanuit dit
leven willen we nadenken over evangelisatie. Over leven als volgeling en leerling van Christus sprak
Jezus zelf aan het begin van zijn optreden op aarde.
Toen Hij nu de scharen zag, ging Hij de berg op en nadat Hij Zich had nedergezet, kwamen zijn
discipelen tot Hem. En Hij opende zijn mond en leerde hen, zeggende:
Zalig de armen van geest, want hunner is het Koninkrijk der hemelen. Zalig die treuren, want zij
zullen vertroost worden. Zalig de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven. Zalig die hongeren
en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. Zalig de barmhartigen, want hun
zal barmhartigheid geschieden. Zalig de reinen van hart, want zij zullen God zien. Zalig de
vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden. Zalig de vervolgden om der
gerechtigheid wil, want hunner is het Koninkrijk der hemelen. Zalig zijt gij, wanneer men u smaadt en
vervolgt en liegende allerlei kwaad van u spreekt om Mijnentwil. Verblijdt u en verheugt u, want uw
loon is groot in de hemelen; want alzo hebben zij de profeten voor u vervolgd.
Mat. 5:1-12
► Tot wie is de bergrede uitgesproken?
► De bergrede staat in jouw bijbel. Geldt wat hier staat ook voor jou? Zo ja, hoe?
Voor het woord zalig kun je ook lezen: gefeliciteerd.
► Ben jij te feliciteren met Jezus Christus?
Over wat het woord zalig betekent denken mensen verschillend, zoals:
- Christus zegt: als je leeft naar wat ik zeg ben je zalig
- Christus zegt: als je zo leeft word je eens zalig.
► Wat betekent dat woordje zijt in ‘Zalig zijt gij’ voor jou?
Gij zijt het zout der aarde; indien nu het zout zijn kracht verliest, waarmede zal het gezouten worden?
Het deugt nergens meer toe dan om weggeworpen en door de mensen vertreden te worden. Gij zijt het
licht der wereld. Een stad, die op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. Ook steekt men geen lamp
aan en zet haar onder de korenmaat, maar op de standaard, en zij schijnt voor allen, die in het huis
zijn. Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de
hemelen is, verheerlijken.
Mat. 5:13-16
► Men zegt wel dat de zaligsprekingen (vers 1-12) worden samengevat in de verzen over het zout en
het licht van de wereld zijn (vers 13-16). Klopt dat?
► Zo ja, wat betekent dan de verzen 1 tot 12 voor jouw ‘het zout van de aarde’ en ‘het licht van de
wereld’ zijn?
► Er staat dat je het zout van de wereld bent, er staat niet dat je het zout moet zijn of moet worden.
Wat betekent het voor jou dat je het bent?
Je kunt ‘het zout en licht van de wereld’ zijn vergelijken met het feit dat de gemeente als enige
organisatie geplaatst is tussen God en de wereld. Zie het onderwerp ‘De gemeente is er voor de
wereld’ van schetsenserie 3 over 1 Petr. 2:9 en het unieke van de gemeente t.o.v. de wereld (Godgemeente-wereld).
► Er staat ‘het zout’ en ‘het licht’. Er staat niet ‘zout’ en ‘licht’. Wat is het verschil? Wat betekent het
dat jij het zout van de aarde bent?
Pagina 11 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
De bergrede houdt ook een oordeel in. Namelijk: wie zo niet leeft, die wordt op straat gegooid en
vertrapt. Het dient nergens meer voor. Dit brengt ons bij de volgende vragen:
► Waarvoor dient zout? Noem zoveel mogelijk punten.
► Wat betekent het voor je omgeving dat je het zout bent? Noem weer zoveel mogelijk punten.
► Waarom is het goed dat je vertrapt wordt als je geen zout meer bent?
► Zout moet niet in het zoutvat blijven. Dat zou geen ‘gaan’ zijn. Het moet contact maken met de
omgeving. Dat geldt voor het zout voor de aardappels. En dat geldt voor christenen voor hun wereld.
Wat betekent deze gedachte voor jouw leven?
► Is er een volgeling van Christus die kan zeggen Mat. 5:13-16 geldt niet voor mij?
► Hoe helpt jouw gemeente jou het zout en het licht voor je ongelovige kennissen te zijn?
► Hoe help jij andere gemeenteleden het zout en het licht voor hun ongelovige kennissen te zijn?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Het zendings-/evangelisatiebevel kent vier stappen: gaat, maakt, doopt en leert!. In de volgende
schetsen gaan we alle stappen langs. We beginnen met Gaat!
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen wordt onder andere over ‘Het begin van de bergrede’ geschreven op
de pagina’s 28, 29, 132. over de gemeente en evangelie lees je op de pagina’s 68, 137, 140, 144
Pagina 12 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
6. Gaat! Ik? Hoe doe ik dat?
Gaat wordt wel beperkt tot het gaan naar de zendingsvelden. Die velden zijn wit om te oogsten. Hoe
zit het dan met de velden om ons heen. Zijn die wit? Wie zal daar heen gaan?
Stelling: God geeft aan mensen-in-wie-Hij-leeft (mensen zoals jij) contacten met ongelovigen in hun
omgeving met een doel.
► Wat vind je van deze stelling? Welk doel wordt in de stelling bedoeld?
En Jezus trad naderbij en sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle macht in de hemel en op de
aarde.
Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des
Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb.
En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der wereld.
Mat. 28:18-20
Jezus zegt nadat zijn werk op aarde voltooid is en Hij terug gaat naar zijn Vader, tegen zijn leerlingen
wat ze moeten doen. Eerder is aangegeven dat gelet op 1 Pet. 2:9 dit bevel ook voor vandaag, voor de
gemeente geldt.
Je kunt zeggen dat ongelovigen de gemeente kunnen zien. Dat is echter beperkt. De buren van het
kerkgebouw zien wat. En als een gemeentelid hulp nodig heeft en andere gemeenteleden springen bij,
dan merken enkele ongelovige kennissen van het hulpbehoevende gemeentelid dat op. Prachtig.
Er is echter meer te zeggen. De leden van de gemeente hebben op allerlei plekken in de wereld
contacten met ongelovigen. Gelovigen, volgelingen van Christus, leven door zijn Geest temidden van
ongelovigen. Op het werk, de thuishulp die de zieke broeder/zuster ontvangt, op de volleybalclub, enz.
Wij geven met ons leven het zout van de wereld het leven van ongelovigen smaak! Soms geven we
zelfs onze gemeenschap smaak. Gods schepping krijgt soms weer smaak door Christus-mensen.
Als je dat ziet, kijk je anders tegen het bevel ‘Gaat!’ aan.
Stelling: Gaat! Dat bevel houdt in: heb oog voor de betekenis van je contact met een ongelovige
kennis, relatie. Zoek biddend contacten. Werk er aan. Investeer er in. Bid er voor, persoonlijk en als
gemeente. Bemoedig elkaar in de gemeente. Bid voor elkaars contacten in de gemeente.
► Spreekt dit leven je aan? Wat wel, wat niet? Waarom?
► Heb je nog van vroeger (school, werk, club, enz., enz.) kennissen? Ken je nog mensen die Christus
niet kennen? Zou jij het leuk vinden die nog eens te ontmoeten? Zou die ander het leuk vinden om jou
nog eens te ontmoeten? Jij hebt inmiddels een en ander meegemaakt. En die ander ook. Zou het van
betekenis zijn om eens bij te praten?
► Je hebt vandaag ongelovige kennissen. Zou je niet met één van hen iets meer contact kunnen
hebben. Eens samen ergens heen willen gaan? Met kinderen of zonder?
Als je doet zoals in de vragen wordt aangegeven, wat betekent dat? Je komt dichterbij een ander. De
ander merkt iets meer van je. Misschien proeft de ander hoe je nu bent? Zou die ander het prettig
vinden als deze merkt dat je luistert? Dat de ander merkt dat jij ook wel eens ergens mee zit? Dat jij je
juist bij moeiten je waardevol weet. Want jij bent van God.
► Wat vind je van de stelling: Evangeliseren is allereerst biddend een relatie opbouwen om elkaar
beter te begrijpen.
► Schrijf drie namen op van personen met wie je een relatie wilt opbouwen om elkaar beter te
begrijpen.
► Wil je God om hulp vragen om je verlangen om met deze drie personen een relatie op te bouwen?
Geloof je dat God je daarbij wil helpen? Geloof je dat God je daarbij kan helpen?
► Wil je dit verlangen delen met een ander gemeentelid? Vraag hem / haar voor je contact te bidden.
► Wat zul je bidden?
Pagina 13 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
► Geloof je dat als God je een contact geeft, dat dit goed is.
Afzonderlijke gemeenteleden ‘gaan’. Ze gebruiken contacten met ongelovige kennissen, enz.
Ze gaan gevoed, bemoedigd, levend naar Gods gebod ‘Gaat!’
Je leert in de gemeente van Christus om naar Christus’ eigen bevel te gaan.
Stelling: Zonder gemeente van Christus is er geen ‘gaan’ in Christus en voor Christus. Je houdt het in
ieder geval niet vol.
► Wat vind je van deze stelling?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Na Gaat! komt Maakt! Daarover de volgende twee keer. Eerst maakt als Christus voorstellen met
daden. Daarna Christus voorstellen met woorden.
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen wordt over ‘Gaat!’ geschreven op de pagina’s 59, 60, 68.
Pagina 14 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
7. Maakt ! deel 1, Christus voorstellen met daden
Na het bevel om te gaan, volgt in één adem het tweede bevel: Maakt! Maakt alle volken tot mijn
discipelen. In dit ene korte zinnetje gaat het over drie belangrijke punten:
1. Maakt, 2. alle volken, 3. mijn discipelen. Over ‘alle volken’ ging de schets ‘Zending en
evangelisatie’. Over discipelen gaat het straks bij de schets ‘Leert!’. In deze schets kijken we naar het
woordje ‘maakt’. Daarbij letten we op maakt door evangeliseren met daden (deze schets) . De
volgende schets gaat dan over maakt, evangeliseren met woorden.
Maakt. Leerlingen van Jezus Christus maken volgelingen, christenen? Bekeren wij mensen?
Het is simpel: geen mens geeft zich uit zichzelf over aan een gekruisigde. Hoe zullen wij dan
‘maken’? Dat kan alleen de Geest. Had die oude predikant toch gelijk toen hij tegen William Carey6
zei: ‘Jonge man, ga zitten. Als het God behaagt om de heiden te bekeren, zal Hij het zonder jouw hulp
of de mijne doen.’ Toch beveelt Jezus ons Maakt!
Stelling: Wij kunnen niemand het geloof aanpraten. Het geloof is een geschenk van God. Wij zullen
naar het zendings-/evangelisatiebevel het geschenk van het geloof wel aanbieden.
► Bespreek deze stelling.
Het geschenk aanbieden. Hoe doe je dat? In een schets het ‘Het evangelisatiebevel’ werd gezegd:
evangeliseren is Christus voorstellen. Dat komt in de buurt van een geschenk aanbieden.
Hoe stel je Christus voor? We stellen Christus voor met daden. En we stellen Hem voor met woorden.
Psalm 92 gaat over het eerste, aanbieden met daden.
Een psalm. Een lied voor de sabbat. Heer, allerhoogste God, het is goed u hulde te brengen, voor u te
zingen, in de ochtend en in de avond, onder het spelen op de harp, bij het getokkel op de lier. Het is
goed om te verkondigen hoe liefdevol, hoe trouw u bent. Want wat u doet, maakt mij blij, ik juich om
wat u tot stand brengt. Groot zijn uw daden, Heer, diep uw gedachten! Bekrompen geesten vatten het
niet, het gaat hun verstand te boven. Zeker, mensen zonder God of gebod gaat het voorspoedig, ze
groeien als onkruid. Maar wat staat hun te wachten? De ondergang, eens en voor al! U, Heer, zit
hoog op uw troon, voor altijd. Maar uw vijanden, uw vijanden komen om; wie kwaad doen, worden
uiteengeslagen. Maar mij maakt u sterk als een buffel, ik ben weer fris en krachtig. Onbevreesd zie ik
mijn belagers in de ogen, rustig hoor ik hen aan. Wie eerlijk leven, zullen groeien als palmen, als
ceders op de Libanon. Geplant bij het huis van onze God, op de pleinen van de tempel, zullen zij
groeien en bloeien. In hoge ouderdom dragen zij nog vrucht, op hoge leeftijd zijn ze nog fris en groen.
Zij zijn het levende bewijs dat de Heer rechtvaardig is. Hij is mijn rots, op hem kan ik bouwen, in hem
is geen onrecht. Psalm 92, GNB-vertaling
Psalm 92 zegt: Wij zijn het levende bewijs dat de Heer rechtvaardig is. Anders gezegd: levend uit het
geloof in Christus stellen we Christus met daden voor aan onze omgeving.
Bij evangelisatie zijn we echter gewend om alleen te denken aan woorden. Toch zou het in veel
gevallen kunnen zijn dat we Christus allereerst voorstellen met onze daden: als je leeft in Christus in
je omgeving, goede werken doende. (H.C.zondag 32, antwoord 86, de naaste voor Christus winnen
door goede werken te doen). 7
► Stel jij Christus wel eens voor met daden? Hoe?
Het gedicht ‘Jezus Voorstellen’ achter in je deze schetsenserie is een voorbeeld hoe betekenisvol het
leven (Christus voorstellen met daden) van een christen kan zijn voor een niet-christen.
► Bespreek het gedicht ‘Jezus Voorstellen’.
6
7
Zie schets ‘2. Hoe ver is Christus met zijn plan?’
Zie voor ‘met ons hele leven tonen’ uit de H.C. antw. 86 ook schetsenserie 1, schets 7 Dankbaar.
Pagina 15 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
► Iemand zei eens i.v.m. evangelisatie: wij zijn zelf het evangelie.8 Wat zou hij bedoeld hebben? Is
dat hetzelfde als Christus voorstellen met je daden? Het levende bewijs zijn?
► Christus voorstellen met je daden, is dat moeilijk? Is dat krachtig?
► Met goede daden Christus voorstellen, vind je dat idealistisch?
► Wat zegt Gal. 5:22 je in dit verband? Liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid,
goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.
► Als je de fout ingaat, als je zichtbaar zondigt, komt dat niet goed over bij je ongelovige kennis. Wat
doe je dan? Wat zeg je dan?
► Als je de fout ingaat, zeker als je het systematisch doet, besef je dat je dan een dwaallicht van
Christus af bent?
► Wat zul je bidden in verband met jouw Christus voorstellen met daden?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
De volgende keer gaat het over Maakt!, Christus voorstellen met woorden.
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen wordt over ‘Maakt!’ met daden geschreven op de pagina’s 28, 29,
32, 60-66, 122-124.
Zie voor bedoelde tekst www.christusvoorstellen.nl onder Reader> Het evangelie zijn – christen zijn>Jullie zijn
zelf de boodschap.
8
Pagina 16 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
8. Maakt ! deel 2, Christus voorstellen met woorden
We zijn gewend om bij evangelisatie allereerst te denken aan getuigen met de mond. Bij huis-aan-huis
evangelisatie, zeepkist werkt op een plein of evangelisatie vanuit een marktkraampje is dat ook het
eerste.
Echter omdat vandaag steeds minder mensen nog iets weten van de bijbel, komen woorden steeds
moeilijker, of langzamer over. Gelukkig is er sinds oude tijden (Psalm 92) Christus voorstellen met
daden. Vandaag (de postmoderne tijd) is het delen van beleefde ervaring noodzakelijke voorwaarde
voor communicatie. Daarom Christus voorstellen met daden extra belangrijk. Blijft dat evangelisatie
nooit kan zonder woorden. Hoe zal men geloven zonder prediker?
Rom. 10:14 Hoe zullen zij dan Hem aanroepen, in wie zij niet geloofd hebben? Hoe geloven in Hem,
van wie zij niet gehoord hebben? Hoe horen zonder prediker?
► Als je met je leven Christus voorstelt (daden) en als je tegelijk een persoonlijke relatie hebt met een
ongelovige kennis, zou die kennis dan niet willen weten waarom je bent zoals je bent? Met andere
woorden is het dan natuurlijk of onnatuurlijk om de ander Christus met woorden voor te stellen?
► Heb je wel eens iemand Christus voorgesteld met woorden? Hoe ging dat?
Christus met woorden aan iemand voorstellen, werkt meestal niet door een uit het hoofd geleerd lesje
op te zeggen. Dat werkt zeker niet in deze postmoderne tijd. Het vraagt -aansluitend op een heilig
leven (Christus voorstellen met daden) - dat je in voor de ander begrijpelijk taal het evangelie vertelt.
► Vind je het moeilijk of makkelijk om iemand die het evangelie niet kent te vertellen wie Christus
is? Zo ja, wat vind je moeilijk. Zo nee, hoe doe je dat?
► Wat zou je je ongelovige kennis van Christus willen vertellen?
► Soms denken gemeenteleden dat je in één keer een ongelovige het evangelie moet, kunt vertellen.
Wat denk jij?
► Mensen die zappend TV kijken, hoe vertel je hen het evangelie? Hoe lang houden ze het vol om
begrijpend naar je te luisteren?
► De apostelen verkondigden het koninkrijk van God en Jezus Christus, Hand. 8:12, 28:30,31.
Vergelijk ook Mat. 4:17, Mat. 6:33. Wat zegt dit voor ons evangelisatiecontact?
► Wat is dat, het koninkrijk van God verkondigen?
Bedenk, het gaat helemaal niet om veel of om mooie woorden.
Het gaat allereerst om een gelovig hart dat van genade alleen leeft.
En het gaat er om dat je een hart hebt voor jouw ongelovige kennis.
Bedenk bij je eventuele twijfel aan je zelf verder: Eerst getuigt de Geest, de Geest van Christus die alle
macht heeft in hemel en op aarde.
Die Christus is met je en met jouw gemeente.
► Wat vind je van deze gedachten?
Het is hier niet de plaats om allerlei modellen voor Christus voorstellen met woorden uit een te zetten.
Het is ook beter als u dat samen ontdekt. Dat vraagt wel tijd mar werkt het best.
Wij zijn uit gewoonte geneigd om de voorstelling aan niet-christenen van het evangelie te benaderen
van uit de trits: ellende-verlossing-dankbaarheid. Dan begin je bij het zondig zijn en het zonden doen.
Dat is helder voor wie al gelooft.
► Is dat ook helder voor wie niet gelooft, voor iemand die niet uit gelovige ouders ‘geboren’ is? Praat
daar eens met elkaar over.
► Is het ook denkbaar dat je het evangelie vertelt door eerst te wijzen op wat God voor jou betekent?
Wat God voor mensen betekent sinds eeuwen. En dan te vertellen waarom dat zo belangrijk is, voor
God en voor die mensen? Zo maar een idee voor een insteek, goed of niet goed, jij mag het zeggen.
Op de cursus Aanstekelijk Christen van Agapè leer je onder andere het evangelie vertellen. Je leert om
op jouw manier twee verhalen te vertellen: ‘Zijn verhaal’ en ‘mijn verhaal’.
Pagina 17 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Het evangelie van Jezus Christus vertellen heet dan ‘Zijn verhaal’ vertellen. Wij zouden misschien
zeggen: het verhaal vertellen.
Echter je leert dan ook nog een tweede verhaal vertellen, ‘mijn verhaal’. ‘Mijn verhaal’ is dan het
verhaal dat aangeeft wat het voor mij betekent dat ik geloof in Jezus Christus, mijn Verlosser die leeft.
Wie een bekeringsverhaal heeft, vertelt dat.
Het gaat bij ‘Zijn verhaal’ en ‘mijn verhaal’ om een paar kernpunten van geloof vertellen in je eigen
woorden op een manier dat de ander begrijpt. Het gaat altijd om het verkondigen van Gods grote
daden. Hoe eenvoudig jouw eerste aanzet misschien ook is, de Geest maakt er graag iets moois van.
Het kan heel goed dat er na je gesprek vragen bij de ander overblijven, vragen die jij niet duidelijk kan
beantwoorden. Prima. Vraag dan of iemand anders je daarbij mag/wil helpen. Evangelisatie is een
opdracht aan de gemeente. Ook dit doen we samen in de Naam van Jezus.
► Is het te veel gevraagd van een toegewijde volgeling van Christus om ‘Zijn verhaal’ te leren
vertellen?
► Zou je dat eens willen proberen om ‘Zijn verhaal’ te oefenen in een veilige omgeving?
► Is het te veel gevraagd van een toegewijde volgeling van Christus om ‘mijn verhaal’ te leren
vertellen?
► Zou je dat eens willen proberen om ‘mijn verhaal’ te oefenen in een veilige omgeving?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Na Gaat! en Maakt! volgt vanzelf Doopt!
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen wordt over ‘Maakt! Met woorden’ geschreven op de pagina’s 29, 6066, 126-131.
Pagina 18 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
9. Doopt!
We dopen op het bevel van Jezus dat luidt: gaat, maakt, doopt en leert! Dit derde bevel voert de
gemeente al vele eeuwen trouw uit. De gemeente doopt haar kleine kinderen. En de gemeente doopt
hen die zich bekeren. De doop is een eenvoudige handeling in de Gereformeerde Kerken
(Vrijgemaakt). Een eenvoudige handeling, maar wel een bevel van ons Hoofd.
Het doop-bevel staat niet toevallig ingeklemd tussen de woorden ‘maakt’ en ‘leert’.
‘De doop verenigt alle christenen en verdeelt ze gelijktijdig’. Zo begint Dr. J. van Bruggen zijn boek
‘Het diepe water van de doop’9.
Deze schets wil het inhoudelijke gesprek over de doop als onderdeel van het zendings/evangelisatiebevel bevorderen.
De opmerkingen aan het slot (‘Toevoeging’) zijn niet bedoeld om nu een discussie over
kinderdoop/volwassendoop te stimuleren. Ze worden alleen ter informatie doorgegeven. Voor het
geval je die discussie met elkaar toch gaat voeren.
Wat is de doop?
Wie gelooft dat Jezus hem/haar redt van het oordeel, wil graag kleur bekennen in de gemeente van
diezelfde Jezus. Dopen is kleur bekennen. Horen bij de Koning. Horen bij het koninkrijk van God (Fil.
3:20). Je hoort bij Christus en zijn familie.
Jezus is gestorven. Hij betaalde voor onze zonde. Hij nam de straf op de zonde weg. De zonde is
verzonken, zoals een schip zinkt. Een schip dat vergaat, heet in het Grieks een ‘gedoopt’ schip.
Dan is ‘ons’ dopen met een handje water wel een bescheiden teken voor ditzelfde vergaan.
Onderdompelen komt al iets dichterbij de zaak. Onderdompelen (dopen) staat dus voor vergaan, voor
mensen die met Christus sterven, in zijn dood gedoopt zijn, ondergedompeld (Rom 6:3). Ananias zegt
tegen Saulus: Sta op, laat je dopen en je zonden afwassen onder aanroeping van zijn naam. (Hand.
22:16). Je van je kwaad bewust zijnde laat je je dopen. Je geeft je gewonnen.
Dopen doe je alleen in Christus naam. Later zegt Paulus zegt: Ik ellendig mens! ‘Wie zal mij verlossen
uit dit doodslichaam? God zij dank door Jezus Christus onze Here!’ (Rom. 7:24,25)
Christus zelf gaf zich over aan de dood. Hij ging onder. Dopelingen gaan ook onder, om met Christus
weer boven te komen.
► Wat houdt zijn naam aanroepen bij de doop voor jou in? (Vergelijk Hand. 22:16)
► Bij de doop word je gereinigd. Is dopen wassen met water, of wassen met het woord? Vergelijk Ef.
5:26.
► Met de doop kom je in dienst van een nieuwe Heer. Een Heer die al veel verschillende
dienstknechten heeft. Ze hebben één ding gemeen: hun geloof in Hem. Wat betekent dat voor jou?
De doop is eenmalig. In dienst komen. Je hoort bij Christus en zijn gemeente. Je ontvangt eenmalig de
tekenen van reiniging door Christus bloed en nieuw leven door de Geest van Christus. Het leven door
de Geest, het ontvangen en gebruiken van zijn genadegaven is levenslang.10 De dienst aan de Heer die
op de doop volgt is blijvend. Die dienst wordt vervuld naar de wetten van de Heer, de Koning11. Wie
zo leeft is heeft het goed. Die is zalig. Die is te feliciteren. Vrucht van die dienst is heiliging en het
einde het eeuwige leven. Rom. 6:22,23.
► Door de doop kom je in dienst van Christus. Hoe zie je dat? Welke verantwoordelijkheid brengt dit
mee?
9
Uitgave Kok, ISBN 90 242 61171 Voor deze schets is nogal van dit boek gebruik gemaakt.
In Christus Voorstellen onderscheid ik genadegaven in brede zin voor nieuw leven van elke gelovige, met
daarnaast speciale gaven die elke gelovige bekwaam en uniek maken voor iets speciaals. Van Bruggen (pag. 48)
trekt dit samen. Dit zie ik als ontspannend. Zie voor meer hierover BIJLAGE Vrucht van de Geest en gaven van
de Geest zijn één’ bij Schetsenserie 2 schets 5 Wat ga jij doen voor de gemeente? Vrucht van deGeest
11
Die dienst wordt vervuld naar de wetten van de Heer, de Koning. Gedoopte kinderen van gelovige ouders en
volwassen bekeerden leren in de gemeente leven naar de goede wetten van de goede Koning. Daarover gaat de
schets ‘Leert!’
10
Pagina 19 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
De Heidelbergse Catechismus zegt over de doop onder andere:
Vraag 70: Wat betekent dat: met het bloed en de Geest van Christus gewassen te zijn?
Antwoord: Dat wij van God vergeving van de zonden hebben uit genade, om het bloed van Christus,
dat Hij in zijn offer aan het kruis voor ons vergoten heeft.
Verder ook, dat wij door de Heilige Geest vernieuwd en tot leden van Christus geheiligd zijn, zodat
wij hoe langer hoe meer van de zonde afsterven en godvrezend en onberispelijk leven.
► Wat spreekt je van dit antwoord aan, wat niet?
Sterven en opstaan
Christus is gestorven. Hij is voor mijn zonden gestorven. Ik ben met Christus gestorven en ben zo ‘in
Christus’. Ons sterven is symbolisch.
Christus is opgestaan. Wij zullen ook opstaan. In tegenstelling tot het ‘sterven’ is dit opstaan niet
symbolisch maar echt. ‘Onze plaats is al bereid. God heeft ons mede opgewekt en ons mede een plaats
gegeven in de hemelse gewesten in Jezus Christus’ Ef. 2:5,6.
► Wat betekent dit voor jou?
Dood en leven
Wie in Mij gelooft, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.’ Joh. 7;38.
‘Zo overspoelend als het dodelijke water van de doop was, zo overspoelend zal de levendmakende
Geest over ons zijn!’ … ‘Deze Geest verandert ons leven en maakt het tot een rijke bron voor
anderen.’12 Titus 3:5,6.
► Jij bent gedoopt. Ben jij een rijke bron voor anderen?
Toevoeging
Kinderen van God, echtgenoten, ouders en hun kinderen
We kunnen haast niet spreken over de doop zonder te denken aan het wel of niet dopen van kinderen
van gelovige ouders. Dat feit wordt serieus genomen en daarom aandacht aan gegeven. Moge die
aandacht allereerst leiden tot verdieping van inzicht in de doop zelf.
Een aantal bijbelteksten wordt ter overweging genoemd.
- God omarmt met de ouders ook hun kinderen: de kinderen van gelovige Israëlieten zijn van God:
U hebt mijn kinderen geslacht en verbrand (Ez. 16:21).
- De nieuwe generatie blijft echter wel zelf verantwoordelijk (Jer. 31:30).
- Jezus ontvangt kinderen van gelovige ouders (Marc. 10:13). Voor hen is het koninkrijk. Hij zegent
ze (Mark. 10:14,16).
- Zelfs kinderen waarvan slechts één ouder gelooft zijn heilig (1 Kor. 7:14). De kinderen zijn heilig
omdat hun ouders de naam van Jezus Christus aanroepen.
- Deze kinderen worden bij de gemeente gerekend (1 Kor. 1:2).
- En als ze zo gemeentelid zijn, worden ouders niet geroepen om hun kinderen te bewegen (maakt!)
tot het christendom. Ze zullen ze de feiten inprenten (Deut. 7:6,7) en daarin opvoeden (Ef.5:4). Zo
richt God zich tot de gelovigen en hun kinderen. Zo brengen ouders hun kinderen bij Jezus.
- Want voor u is de belofte en voor uw kinderen en voor allen, die verre zijn (Hand. 2:39).
- Ouders en kinderen samen ontvangen de gave van de Geest (Hand. 2:38b).
Doop en geloof
De doop wordt in diverse bijbelteksten gekoppeld aan geloof13. Als de doop een zegel op het geloof
van de dopeling zelf zou zijn, zullen we de kinderen van de gemeente niet dopen.
De doop herinnert in het Nieuw Testament aan het werk van God. ‘De doop is voor de gelovende een
zegel dat de naam van Christus over hem of haar is uitgeroepen, dat de zonden vergeven zijn en dat er
een opstanding van de doden in het vooruitzicht wordt gesteld.’14 De doop is een zegel op de echtheid
van het ontvangen evangelie van God.
12
Van Bruggen pag. 46.
Marc. 16:16, Hand. 2:41, Hand. 8:12,13, Hand. 11:17, Hand. 16:14
14
Van Bruggen pag.70
13
Pagina 20 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Delen de kinderen in de beloften gedaan door God bij de doop? We hebben hierboven gezien hoe ruim
God is. Ouders met hun kinderen delen in de beloften. Een heel huis (Hand. 11:14).
De gedoopte die echter bij het opgroeien ‘de roeping tot geloof en wedergeboorte niet opvolgt, lijkt op
iemand die zelf geen geldig paspoort heeft een van wie de bijschrijving op dat van de ouders is
verlopen’.15
Ook de als volwassene gedoopte, die de roeping tot geloof en wedergeboorte niet opvolgt, lijkt op
iemand die zelf geen geldig paspoort heeft.
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Na Gaat! Maakt! Doopt! volgt Leert!
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen wordt over ‘Doopt! geschreven op de pagina 67.
15
Van Bruggen pag.74
Pagina 21 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
10. Leert!
Leert hen onderhouden al wat ik u bevolen heb. Dit is de vierde en laatste stap van de zendings/evangelisatiebevel.
Na het aannemen van Jezus als redder (Maakt!) en het in de gemeente verklaren ‘ Ik wil er bij horen’
(doopt!) volgt het bevel: Leert!
De volgorde is dus eerst doopt! en dan leert! Dit komt overeen met Rom. 6 in vers 3 gaat het over de
doop. Vervolgens wordt in Rom. 6 tot heilig leven vermaand.
► Vind je dit ook de goede volgorde, eerst dopen, dan leren?
► Hoe leren gedoopten (pasbekeerden en kinderen) te leven naar Gods geboden? Door regeltjes te
leren?
De bekeerde moet als nieuwe mens alles wat Christus geboden heeft leren. Er is veel verkeerds af te
leren en veel goeds te leren.
► Waar is het ‘leren’ op gericht? Wat is het doel?
► Of de vorige vraag anders geformuleerd: Leren is de laatste stap van het zendings/evangelisatiebevel. Wat is het doel van evangelisatie?
► Moeten pas bekeerden zich eerst aanpassen aan al onze gewoontes?
► Wat betekent dit leren (na de doop!) in de gemeente voor de houding van de gemeente ten opzichte
van pas bekeerden die nog onbijbelse gewoontes hebben?
► De pas gedoopte leert onderhouden al wat Christus bevolen heeft. Leert! is een bevel aan de
gemeente. Hoe zie je dat concreet? Zijn er vormen van leren in de gemeente die meer of die minder
betekenisvol zijn. Noem er zoveel mogelijk. Zijn er vormen die juist voor een pas bekeeerde meer
geschikt zijn om te leren leven naar de geboden van Jezus?
Als door het werk van de Geest en veel gelovigen iemand zich overgegeven heeft aan Jezus Christus
en naar zijn geboden leeft, dan is het ‘normaal’ dat deze als lid van de gemeente nieuwe bekeerlingen
voortbrengt. De cirkel is rond. Gods plan rolt voort in de eeuwen. God de Vader krijgt alle eer.
► Wat doet je deze gedachte?
► Wat betekent dit leren na de doop in de gemeente voor de houding van de gemeente ten opzichte
van gedoopte baby’s?
Slot
Als je deze schets overziet, wat zul je bidden? Misschien valt je één van de vier momenten van het
gebed (aanbidden, belijden, danken en vragen) in het bijzonder op. Geef dat aspect dan iets meer
aandacht in je gebed. Wil je dit nu doen?
Verder lezen
In het boek Christus Voorstellen In het boek Christus Voorstellen wordt over ‘Leert’ geschreven op
de pagina’s 67, 68, 137-140.
Pagina 22 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Bijlage 1, bijlage bij schets 4. Visie en missie van de Evangelische Alliantie
Nederland
Kwam rond 695 voor het eerst op de kaart van Europa toen de Brits-Ierse monnik Willibrord in
Utrecht het kruis oprichtte en een gat groef om mensen te dopen. Sindsdien heeft het kruis van Jezus
Christus een wisselende invloed in ons land gehad. Op dit moment heeft Nederland meer dan ooit een
opwekking, een vernieuwing, een reformatie nodig, die doordringt tot alle lagen van de bevolking.
Het Evangelie van Jezus Christus
Dood en opstanding van Jezus Christus vormen het hart van het Evangelie (het Goede Nieuws). Wij
zijn slechter dan we ons ooit kunnen voorstellen, maar meer bemind dan we ooit kunnen dromen.
Geloof in de Here Jezus, die Gods Liefde bewees, en onze overgave aan Hem vormen de grondslag
voor de noodzakelijke verandering: wedergeboorte in nieuw en eeuwig leven.
Onze visie
Identiteit - Agapè is een interkerkelijke beweging van mensen die – in afhankelijkheid van de
Heilige Geest, in gehoorzaamheid aan Gods Woord en volgens de richtlijnen van het Grote
Gebod – de Grote Opdracht wil helpen vervullen. (Mat. 22:37-39, Mat. 28:18-20)
Visie (wat ziet Agapè voor zich’?) Nederland optimaal beïnvloed met het Evangelie van Jezus
Christus!
”Mij is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde...” (Mat. 28:18)
Missie (Wat doet Agapè?) Agapè ondersteunt kerken en neemt initiatief om: – mensen te winnen
voor Jezus Christus door vrijmoedig het Evangelie te verkondigen; - daartoe arbeiders te
werven, toe te rusten en uit te zenden; – en leiders te vormen, te mobiliseren en toe te rusten; –
om in heel Nederland (met name in de grote steden, maar ook over de grenzen) - in
samenwerking met zoveel mogelijk kerken, organisaties en individuele christenen - een beweging
van Gods werk, geïnspireerd door de Heilige Geest, op gang te brengen en te continueren, –
opdat ons Land optimaal beïnvloed wordt met het Evangelie van Jezus Christus.
”Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen...” (Mat. 28:19)
Gebed (Samen met u) Mag dit visiedocument een eenparig gebed zijn voor Agapè en alle kerken,
organisaties en individuele christenen die met Agapè samenwerken en de beweging
ondersteunen!
”Ik zeg, dat, als twee op de aarde iets eenparig zullen begeren, het hun zal ten deel vallen van mijn
Vader, die in de hemelen is.” (Mat. 18:19)
De Grote Opdracht
”Mij is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde. Gaat dan henen, maakt al. de volken tot mijn
discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen
onderhouden al wat Ik u bevolen heb. En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der
wereld.”
(Mat. 28:18-20)
Optimaal beïnvloed
Het Evangelie moet aan iedereen thuis, op school of op het werk worden getoond en uitgelegd, in de
eigen taal en leefsfeer en voorgeleefd in de persoonlijke omgang.
Vrijmoedig verkondigen
Agapè gelooft dat de verkondiging van het Evangelie als zaad enorme kiemkracht heeft, dat het
mensen nieuw leven geeft en verandert en daarom overal gehoord moet worden.
Pagina 23 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Bijlage 2, bijlage bij schets 7. Jezus Voorstellen16
Weet je wel
begrijp je wel
dat je het beeld van Jezus voor mij bent?
Weet je wel
begrijp je wel
dat als je vriendelijk doet
dat ik me dan afvraag,
misschien is Hij ook vriendelijk.
Misschien is Hij niet iemand
die lacht als ik pijn lijd.
Weet je wel
begrijp je wel
dat als je naar mijn vragen luistert
en je er niet om lacht,
dat ik denk,
‘wat zou het zijn als Jezus ook in mij interesse heeft?’
Weet je wel
begrijp je wel
dat als ik je hoor praten over ruzies,
conflicten en littekens van jouw verleden
dat ik denk, ‘misschien ben ik een gewoon mens,
in plaats van een slechte, kleine meid
die niets anders verdient dan misbruikt te worden.’
Als jij om mij geeft,
denk ik ‘misschien geeft Hij om mij’.
Dan is dat hoop die als een vlammetje in mij brandt.
Even durf ik niet te ademen.
Ik ben bang dat het anders uitgaat.
Weet je wel
begrijp je wel
dat jouw woorden Zijn woorden zijn?
Jouw gezicht, Zijn gezicht,
dat kijkt naar iemand zoals ik?
Alsjeblieft wees wie je zegt te zijn.
Alsjeblieft, God dat dit niet weer een truc is.
Alsjeblieft laat dit echt blijken te zijn.
Alsjeblieft.
Weet je wel
begrijp je wel
dat je voor mij Jezus voorstelt?
16
Uit ‘Gods Outragious claims’ van Lee Strobel
Pagina 24 van 24 – versie juli 2003
Schetsenserie 4 Gaat, maakt, doopt en leert!
Download