TOETS GESCHIEDENIS HAVO 4 PERIODE 1 2019/2020 Ontstaan mensheid, 1.1, 1.2, 1.3, 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4 Voor het maken van deze toets heb je twee lesuren de tijd (100 min). Deze toets bestaat uit 19 vragen; sommige vragen hebben nog deelvragen! Bij iedere vraag staat het maximaal aantal te behalen punten bij het geven van een correct antwoord. Het totaal aantal te behalen punten voor deze toets is 75. Het cijfer wordt als volgt berekend: aantal punten behaald / 75 x 9 + 1. Opmerkingen m.b.t. het geven van een antwoord: Geef antwoord in hele zinnen; dit geldt niet bij meerkeuzevragen! Als er bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord géén punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt. Geef niet meer antwoorden (redenen, voorbeelden e.d.) dan er worden gevraagd. Versie: A Veel succes! Toets geschiedenis toetsweek 1 – ontstaan mensheid, tijdvak 1 en 2 T1 T2 A 1. 4 punten Hieronder staan 5 verschillende gebeurtenissen. Deze gebeurtenissen hebben plaats gevonden in de tijd van jagers en verzamelaars. Een aantal hiervan is revolutionair, om precies te zijn, zijn dat er drie. a) b) c) Zet de onderstaande gebeurtenissen op volgorde. (1pt) Noem de revolutionaire gebeurtenissen. (1pt) Leg uit waarom deze gebeurtenissen revolutionair zijn. (2pt) 1. 2. 3. 4. 5. Het ontstaan van het schrift. De mens gaat vuur gebruiken. Het ontstaan van verschillende steden. Akkerbouw en veeteelt ontstaan. Er ontwikkelde zich naast-de-toen-normale-mens, een nieuw soort mens: de Neanderthaler. 2. 3 punten In het eerste tijdvak is het schrift ontstaan. Ook zijn er steden ontstaan en tot slot is de landbouw ontstaan. Deze drie gebeurtenissen hebben een groot verband met elkaar. Leg het verband tussen deze drie gebeurtenissen uit; leg uit dat hier sprake is van een oorzaakgevolg relatie. T1 3. 2 punten (per fout -1) Hieronder staan zes verschillende tijden (1 t/m 6) en zeven verschillende gebeurtenissen (a t/m g). Combineer de tijden met de juiste gebeurtenissen. Doe het zó: noteer de nummers 1 t/m 6 onder elkaar en zet er de passende letter achter. Er blijft één gebeurtenis over! 1 3 miljoen jaar geleden 2 2,1 miljoen jaar geleden 3 1,8 miljoen jaar geleden 4 1 miljoen jaar geleden 5 800 000 jaar geleden 6 12000 jaar geleden a de mens in Afrika b de mens in Midden-Oosten c de mens ontstaat d de mens in Oekraïne e de mens in Rusland f het gebruik van vuur g landbouw ontstaan R 4. 3 punten Het ontstaan van de landbouw had veel gevolgen. a) Noem één gevolg voor de mens. (1pt) b) Noem één gevolg voor (de werkwijze) van dieren. (1pt) c) Noem één gevolg tussen verschillen tussen de mensen. (1pt) I 5. 2 punten In de Griekse oudheid kwam wetenschappelijk denken tot ontwikkeling. Leg uit waarom deze ontwikkeling niet in de tijd van de jagers-verzamelaars kon plaatsvinden. T1 6. 3 punten (per fout -1) Maak het onderstaande schema af. Neem enkel de letters A t/m F over met het bijbehorende antwoord. 1.1 jagerverzamelaars Middel van bestaan Voornaamste voedsel Woonplaats Belangrijke uitvindingen Grootte van de groep Soorten bronnen uit deze periode T1 1.2 ontstaan landbouw 1.3 eerste steden A B C D E F 7. 4 punten In Griekse stadstaten vond een ontwikkeling plaats van • wetenschappelijk denken en • het denken over politiek. Geef van elke ontwikkeling een voorbeeld en leg telkens uit wat deze ontwikkeling inhield. T1 8. 2 punten De Griekse stadstaten vormen de bakermat van de westerse beschaving. Noem een kenmerk van de Griekse stadstaten en leg daarmee de uitspraak uit. T1 9. 2 punten Het overgaan van een republiek naar de tijd van Keizers, komt door Julius Caesar. Leg deze bewering uit. Gebruik in je antwoord hetgeen Julius Caesar had gedaan in de tijd dat hij leefde. T2 10. 3 punten (per fout -1) Hieronder staan zeven verschillende personen (1 t/m 7) en zeven omschrijvingen van (a t/m g). Combineer de tijden met de juiste gebeurtenissen. Doe het zó: noteer de nummers 1 t/m 6 onder elkaar en zet er de passende letter achter. Er blijft één gebeurtenis over! 1 Archimedes 2 Pythagoras 3 Hippokrates 4 Thucydides 5 Socrates 6 Plato 7 Aristoteles a grondlegger westerse geneeskunde b feitelijk beschrijven van gebeurtenissen c vormenleer d doorvragen om dieper inzicht te krijgen e wiskundige stelling f stelde regels op over het logisch denken g natuurkundige ontdekkingen T2 11. 2 punten Het Soemerische bestuur verschilde van het Egyptische bestuur. Wat is het belangrijkste verschil tussen deze twee besturen? Leg je antwoord uit. T1 12. 5 punten Gebruik bij het beantwoorden van de vragen bron 1. a) Leg uit welke bestuursvorm Plato in de bron beschrijft. (1pt) b) Leg met de bron uit of Plato een voorkeur heeft voor deze bestuursvorm. (2pt) c) Leg uit of Plato’s mening over de staatsvorm van de Atheners representatief was voor die van de grote filosofen in zijn tijd. (2pt) Plato schreef over Atheners en hun bestuur Bron 1 De Atheners zijn een verstandig volk. Als ze in de ekklesia (=volksvergadering) bijeenkomen en het gaat om bouwzaken, dan nodigen ze architecten uit als adviseurs. En als iemand anders die geen vakman is hen toch advies wil geven, dan nemen ze dat niet en lachen hem uit. Maar als de Atheners overleggen over politieke zaken, dan staat iedereen op en geeft advies, of het nu een timmerman, een schoenmaker, een handelaar of een kapitein is. Dan maakt niemand zo’n man het verwijt dat hij advies geeft zonder er werkelijk voor geleerd te hebben. T1 13. 5 punten Gebruik bij het beantwoorden van de vragen bron 2. a) Leg uit welke bestuursvorm Plato in de bron beschrijft. (1pt) b) Leg met de bron uit of Plato een voorkeur heeft voor deze bestuursvorm. (2pt) c) Leg uit of Plato’s mening over de staatsvorm van de Atheners representatief