NEN 4001

advertisement
NEN4001
NEN 4001
Projectering draagbare en verrijdbare
blustoestellen.
Gepubliceerd in april 2006
Inhoud







Doel
Toepassingsgebied
Normatieve verwijzingen
Termen en definities
Ontwerp
inspectie
Vragen
Doel van deze norm

Om tot een verantwoorde
projectering van de blustoestellen
te komen.
Toepassingsgebied


brandveiligheid in gebouwen
inclusief de bijbehorende
bedrijfsterreinen
voor allen die bij de brandveiligheid
betrokken zijn.
Toepassingsgebied


projectering van draagbare en
verrijdbare blustoestellen in
gebouwen, met uitzondering van
particuliere woningen.
blusvermogen van blustoestellen
volgens NEN-EN 3-7 en NEN-EN
1866 als basis gehanteerd.
Toepassingsgebied

Vervangt geen wettelijke bepalingen
op gebied van
brandveiligheidsvoorzieningen.
Normatieve verwijzingen


NEN-EN 2
Brandklassen
NEN-EN 3-7:2004
Draagbare blustoestellen – Deel 7:
Eigenschappen, prestatie-eisen en
beproevingsmethoden
Normatieve verwijzingen


NEN-EN 1866:1998
Verrijdbare blustoestellen
NEN 2559:2001/A2:2004
Onderhoud van draagbare
blustoestellen
Normatieve verwijzingen


NEN 2659:2003/C1:2004
Onderhoud van verrijdbare
blustoestellen
NEN 3011:2004
Veiligheidskleuren en -tekens in de
werkomgeving en in de openbare
ruimte
Termen en definities

Brandbare vloeistoffen



A-polair (niet met watermengbaar)
Polair (met water mengbaar)
Gebouw

Bouwwerk dat voor mensen
toegankelijk overdekte, geheel of
gedeeltelijk met wanden omsloten
ruimte vormt.
Termen en definities


Projecteringdeskundige
persoon die aantoonbaar over de
deskundigheid beschikt die
noodzakelijk is om projectering van
blustoestellen volgens deze norm
uit te voeren
RI&E
risico-inventarisatie en evaluatie
Ontwerp

Projecteringdeskundige maakt een
RI&E en legt schriftelijk vast:





Omschrijving van de locatie
Omschrijving van de brandrisico’s
Beschrijving van type blustoestel
Beschrijving van de noodzakelijke
plaatsaanduidingen door
veiligheidstekens
ontstekingsbronnen
Ontwerp

Brandklassen
De gekozen blusstof moet geschikt
zijn voor het meest waarschijnlijke
typebrand in het gebied waarvoor
het blustoestel bedoeld is.
Ontwerp
Tabel geschiktheid van blusstoffen
Ontwerp

Overige keuzecriteria






Branden in elektrische apparatuur
onder spanning
Worplengte en worphoogte
Gehinderde waarneming
Omgevingstemperatuur
Gevaren veroorzaakt door de blusstof
Nevenschade
Ontwerp

Bepaling van de vereiste
blustoestellen


Basisbeveiliging
Aanvullende beveiliging voor specifieke
brandrisico’s
Ontwerp
Basisbeveiliging
Het vereiste aantal blustoestellen hangt af van




De projecteringszone:
De basisbeveiligingseenheid
De maximale loopafstand
De aanwezigheid van
brandslanghaspels
Ontwerp
Projecteringzone

Een projecteringszone is een gebied:



waarin eenzelfde soort activiteiten wordt
uitgevoerd (kantoor, fabriek, opslag);
waarin in hoofdzaak één belangrijkste
brandklasse kan worden onderscheiden
(brandklasse A, B, C, D of F);
waarvan alle individuele ruimten met elkaar in
verbinding staan.
Ontwerp
Projecteringzone
 De projecteringszones komen in het
algemeen overeen met de
brandcompartimentering van een gebouw.

Op locaties waar een bovengemiddeld
brandgevaar bestaat kunnen aanvullende
blusmiddelen noodzakelijk zijn.
Ontwerp
Projecteringzone
 Ruimten in een gebouw worden als
afzonderlijke projecteringszones
aangemerkt:


als ze niet aangrenzend zijn
ze aangrenzend zijn maar gescheiden
door obstakels die de bereikbaarheid van
een brandblusser in geval van brand
verhinderen
Ontwerp
Projecteringzone
 als ze niet aangrenzend zijn
Ontwerp
Projecteringzone
 als aangrenzend zijn maar
gescheiden door obstakels
Ontwerp
Ontwerp

Deuren die in de normale
bedrijfssituatie afgesloten
Ontwerp
Basisbeveiligingseenheid

De projectering van blustoestellen (type,
aantal, plaats) is afhankelijk van

de inhoud van de toestellen,

de gebruiksfunctie van de projecteringszone,

de aanwezigheid van brandslanghaspels en

de maximale loopafstand 20 meter
Voorbeeld uit tabel NEN 4001
Blustoestellen inhoud van
6kg of 6 liter
1 per
300m2
1 per
150m2
1 per
100m
Blustoestellen inhoud van
9 tot 12kg of 9 liter
1 per
450m2
1 per
225m2
1 per
150m
gebruiksfunctie
Bijeenkomstfunctie
congrescentrum
Theater
restaurant
x
x
x
Ontwerp

C02 blustoestellen worden niet
toegepast voor de basisbeveiliging
van gebouwen.
Ontwerp
Aanvullende beveiliging
 Binnen een 5 meter van het
specifieke risico
Ontwerp
Lokale brandrisico’s
Bijzondere aandacht:
 verwarmingsinstallaties,
 verfspuitcabines,
 liftmachinekamers,
 computerruimten,
 elektrische schakelkasten,
 transformatoren,
 compressoren,
 motoren en noodstroomgeneratoren
Ontwerp
Lokale brandrisico’s
Bij elk lokaal brandrisico moet aanvullende
beveiliging worden aangebracht tenzij

zich binnen 5 m van het lokale risico als
onderdeel van de basisbeveiliging reeds
een blustoestel met een voor het lokale
risico geschikte blusstof bevindt.
Ontwerp
Hooggelegen brandrisico’s
Brandrisico’s hoger dan 2,5 meter


een verrijdbaar blustoestel met als blusstof 50 kg
ABC- of BC-bluspoeder, of
een verrijdbaar blustoestel met als blusstof 45 l of
50 l water, water met additieven of schuim,
Tenzij de ruimte is beveiligd met een
brandslangsysteem of door een automatische
blusinstallatie.
Ontwerp
Buitenopslag van brandbare
stoffen of materialen
Aanvullende beveiliging per 150m2


één 6 kg blustoestel met als blusstof
ABC- of BC-poeder of
één 6 l blustoestel met als blusstof
water, water met additieven of schuim.
Ontwerp
Buitenopslag van brandbare
stoffen of materialen.
I.p.v. een draagbaar blustoestel:
Eén verrijdbaar blustoestel met een inhoud
van 50 kg poeder of 45 l of 50 l schuim
vervangt:
8 blustoestellen met een inhoud van 6 kg
poeder of 6 l schuim, of
5 draagbare blustoestellen met een inhoud
van 9 kg of 12 kg poeder of 9 l schuim.
Ontwerp
Brandgevaarlijke werkzaamheden



minimaal een blustoestel 6 kg/l
Binnen 5 meter
Op grond van RI&E kunnen meerdere
blustoestellen worden voorgeschreven
Ontwerp
Het plaatsen van blustoestellen


Blustoestellen moeten op duidelijk
zichtbare plaatsen op
ophangbeugels of statieven worden
geplaatst.
Personen die gebruikmaken van een
vluchtroute moeten het blustoestel
gemakkelijk kunnen zien.
Ontwerp
Het plaatsen van blustoestellen


Geschikte locaties zijn gangen,
trappenhuizen, centrale toegangshallen
en nabij uitgangen van ruimten.
Blustoestellen moeten zo worden
geplaatst dat de toegang tot het
blustoestel niet wordt gehinderd door het
te verwachten brandrisico.
Ontwerp
Het plaatsen van blustoestellen


De locatie van blustoestellen moet
worden gemarkeerd volgens NEN 3011.
Indien nodig moet de locatie van het
blustoestel met aanvullende borden
worden aangegeven (pictogram in
combinatie met een pijl voor de richting.
Ontwerp
Het plaatsen van blustoestellen.

De gebruiker moet een overzicht
(bij voorkeur in de vorm van een
plattegrond) bijhouden waarin type,
aantal en locatie van de
blusmiddelen zijn opgenomen.
Ontwerp
X
Legenda
X = max. 1,5 m voor draagbare blustoestellen met een inhoud van 4 kg, resp.
3 l of minder
X = max. 1,0 m voor draagbare blustoestellen met een inhoud van 5 kg, resp.
6 l of meer
Ontwerp
Toepassing verrijdbare blustoestellen als
basisbeveiliging van grote ruimten
 Vloeropp. > 2500m2 maximaal 50%
verrijdbaar
 Vervangt 8 blustoestellen van 6kg/l of
 5 blustoestellen van 9 en12 kg of 9 liter.
Inspectie
Conformiteitinspectie
Na de installatie van de blustoestellen
moet de projecteringdeskundige de
projectering toetsen:

bij oplevering;

jaarlijks

na tussentijdse wijzigingen.
Inspectie
Conformiteitinspectie
Geconstateerde afwijkingen in zowel
ontwerp als uitvoering moeten
worden vastgelegd
Logboek


Het ontwerp en de verslagen van de
conformiteitsinspecties moeten in
een logboek worden bewaard.
Dit logboek moet te allen tijde
aanwezig zijn in het gebouw en
beschikbaar zijn voor de in deze
norm genoemde gebruikers.
NEN 4001
Heeft u nog vragen??
Download