Rijk van Lucifer in Egypte

advertisement
HOOFDSTUK 9
Rijk van Lucifer
in Egypte
Heilige Boek der Gevallen Engelen
316
HET RIJK VAN LUCIFER IN EGYPTE
De mensheid kreeg na de zondvloed, Egypte en dal van de Indus
om in verder te leven. Deze twee gebieden werden gecontroleerd
door de AN.UNNA.KI (gevallen engelen) en werd EN.KI
(Aartsengel Lucifer) aanbid onder verschillende namen en werd in
dit gebied de schepper van de wereld genoemd. Vanaf die tijd heeft
EN.KI de waarheid verdoezeld met zijn verhaal.
(Egypte, Tweestromenland)
(dal van de Indus)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
317
SHEPPINGSMYTHE VAN PATH OVER MEPHIS
In de Scheppingsmythe van Memphis staat Ptah (ANU), de
'Vader van de Goden uit wie alle Leven voortkwam', centraal.
Net als de priesters van de tempels van Heliopolis en Hermapolis
Magna, beweerden de priesters van de tempel van Memphis dat
hun tempel de plaats van de oerberg markeerde. Ptah (ANU)
belichaamt in deze versie van de schepping de oerberg. Deze
oerberg zou het eerste continent zijn geweest van de aarde. Het
was het eerste continent voor de verschuivingen van de plateaus.
Op deze berg zou Path (ANU) de aarde hebben gemaakt. Ter
herdenking van deze daad werd Mephis één van de belangrijkste
plaatsen.
(Memphis, de oude stad)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
318
Ptah (ANU) had zichzelf voortgebracht en schiep daarna het
heelal, hij is de opperbouwmeester van het heelal. Hij bedacht
alles in zijn hart, want de Egyptenaren geloofden dat het hart de
plek was waar je geest of intellect huisde. Toen sprak Ptah
(ANU) hardop zijn gedachten uit en terwijl hij sprak ontstonden
de dingen. Hij schiep als eerste andere Goden (Engelen) en
daarna steden met kapellen waarin de Goden konden wonen. Hij
creëerde beelden van hout (zie Maya mythologie Popol Vuh),
klein en steen om als lichaam te dienen voor de geesten of ka
(goddelijke kracht) van de godheden. Ook maakte hij offers die
altijd aan de Goden moesten worden gebracht. Ptah (ANU)
schiep alles, inclusief mensen (van planeet Lyra) en dieren, door
hun naam te noemen. Nadat hij alle dingen had geschapen,
vervolmaakte hij ze.
Denk hierbij eens aan het Joods-christelijke beeld van het
Scheppende Woord van God.
Volgens de priesters van Memphis was Ptah (ANU)
verantwoordelijk voor de hele schepping. Ze hebben hem daarom
verschillende titels en namen gegeven om dit te benadrukken. Via
de namen Ptah-Noen en Ptah-Naunet werd hij met de mannelijke
en vrouwelijke aspecten van de wateren van chaos gecombineerd.
Deze namen linken Ptah (ANU) ook aan de Scheppingsmythe
van Hermopolis Magna.
(Hermopolis Magna)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
319
PTAH (ANU)
Ptah (ANU) was de grootste van de goden van Memphis. Hij is
de verpersoonlijking van de opgaande zon, of liever een phase
daarvan, d.w.z. hij stelt de zonneschijf voor, op het tijdstip, dat
deze boven de horizon rijst, of onmiddellijk, nadat hij gerezen is.
Deze rol zou RA (Aartsengel Lucifer, alias EN.KI) overnemen
toen hij had besloten als zonnegod verder te leven na de
ondergang van Atlantis. Men zegt, dat de naam van Path "opener"
betekent en wel omdat men dacht, dat Ptah (ANU) de dag
opende; deze afleiding van de naam wordt echter bestreden. In de
Piramidetekst van Teta vinden wij over hem gesproken als
eigenaar van een werkplaats en de passage schijnt aan te duiden,
dat Ptah nieuwe booten vervaardigde, waarin de zielen van de
doden in de Duat moesten leven. Het was eveneens Ptah (ANU),
die, in vereniging met Khnemu, de bevelen van Thoth
(hogepriester vogelras), aangaande de schepping van het heelal,
ten uitvoer bracht. Aan Khnemu werd de opdracht gegeven de
dieren te vormen, terwijl Ptah (ANU) de hemel en de aarde zou
vervaardigen. De grote metalen plaat, van welke men
veronderstelde, dat zij de vloer van de hemel vormde en de
zoldering daarvan, werden door Ptah vervaardigd en hij maakte
eveneens de stukken, welke dezen schraagde. Hij was de
opperbouwmeester van het heelal. Wij vinden hem steeds in
verbinding met andere goden, d.w.z. hij neemt de kenmerkende
eigenschappen van andere goden, voor bepaalde doeleinde aan.
Als bouwmeester van het heelal bv., deelt hij de natuur van Thoth
en als de god, die het metaal van de vloer van de hemel bewerkt,
lijkt hij op Shu. Ptah (ANU) wordt gewoonlijk als een gebaard
man afgebeeld, met een kaal hoofd, terwijl hij kleren draagt,
welke hem nauwsluitend, als een lijkwade, om het lichaam
passen. Van achter zijn hals hangt een Menat, het symbool van
geluk en met de gewone waardigheidstekenen van het
koningschap en die van een godheid houdt hij het symbool van
duurzaamheid vast. De voornaamste plaats van verering van Ptah
(ANU) was Memphis; hier bevonden zich eveneens de tempels
van Sekhmet, Bast, Osiris, Seker, Hathor, I-em-hetep, benevens
Heilige Boek der Gevallen Engelen
320
die van Ra. Sekhmet was de gezellin van Ptah en zij waren de
ouders van Nefer-tem.
PATH EN DE ACHT WIJZEN
Soms vinden wij Ptah (ANU) in gezelschap van zekere wezens,
“de acht Wijzen” van de godin Meh-urt genaamd, die hun moeder
was. Wij vernemen, dat zij uit het water ontstaan waren, uit de
pupil van het oog van Ra (EN.KI alias Lucifer, de eerste
aartsengel) , dat zij de gestalte van acht haviken aannamen,
omhoog vlogen en tezamen met Thoth het toezicht op de letters
hielde (het verloren woord en de letters van de schepping). Ptah
(ANU) de bouwmeester en werkman, die de tekeningen van
Thoth en zijn helper uitvoerde, in al hun attributen, evenals zijn
tegenhangster Sekhmet.
DE GROEP VAN ACHT
Centraal in deze Mythe staan acht goden, bekend als de ogdoade
(Grieks voor 'groep van acht') of in het Egyptisch als chmoen.
Ze worden beschreven als "De Vaders en Moeders van vóór de
Goden" en "Voorouders van de Zon". Deze groep Goden
(Aartsengelen) was verdeeld in 4 paren. Ieder paar stond voor een
element dat nodig was voor de schepping.
Noen en Naoenet: oerwateren
Amon en Amaoenet: lucht of verborgen (levens)kracht
Kek en Keket: duisternis
Heh en Hehet: vormloosheid, eindeloosheid, eeuwigheid en
soms geïnterpreteerd als stroomkracht
De vier Godinnen (hun naam eindigt op 'et', wat staat voor
vrouwelijk) hadden een slangenkop en de vier mannelijke Goden
hadden de kop van een kikker. De priesters van Hermopolis
beweerden dat, aangezien de Ogdoaden de zon hadden
geschapen, hun theologie ouder was dan die van Heliopolis. Er
zouden zelfs stukjes van het kosmische ei in de tempel van
Hermopolis hebben gelegen, die staat op de plaats waar volgens
Heilige Boek der Gevallen Engelen
321
deze Scheppingsmythe de oerheuvel ontstond. Hermopolis heet
ook wel “Chemnoe” ('achtste stad'), een verwijzing naar de
Scheppingsmythe en de Ogdoaden. In het Boek der Doden van de
priester Khensmose (circa 1000 voor Christus), staat het
scheppingsverhaal van Hermopolis afgebeeld. De zon rijst op de
eerste dag van de schepping in drie stappen boven de oerberg uit,
terwijl de godinnen van het noorden en het zuiden water
schenken die de oerberg omgeeft. Deze Scheppingsmythe is de
oudste op onze aarde, want ze verwijst naar het eerste oereiland
of “supercontinent” Laurazië. Het eerste Laurazië ontstond zo'n
400 miljoen jaar geleden tijdens de Caledonische orogenese, en
hield op te bestaan toen het rond 280 Ma samen met Gondwana
het supercontinent Pangaea vormde. Dit paleocontinent wordt
ook wel "Old Red Sandstone continent" genoemd, en om
verwarring te vermijden met het latere Laurazië ook wel ProtoLaurazië. Het middelpunt van dit eerste continent was
Hermopolis waar de oerberg stond.
(het eerste supercontinent)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
322
Op het eerste Eiland of oerberg stond een “Violette Vlam” en
acht figuren die de “Ogdoaden” voorstellen, die later de
beschermheren werden van de violette meesters. De priesters van
de tempel van Memphis geloofden dat hun Scheppersgod Ptah
(ANU) verantwoordelijk was voor de hele schepping. In de
Scheppingsmythe van Memphis, of liever; de Memphitische
Theologie, wordt Ptah (ANU) gecombineerd met zowel de
mannelijke als vrouwelijke aspecten van de wateren van chaos tot
Ptah-Noen en Ptah-Naunet. Via deze namen werd zijn macht in
de volledige schepping benadrukt. De acht goden, die de
scheppers van het heelal zouden zijn geweest.
DE STAD VAN DE ACHT WIJZEN
Ogdoade van Hermopolis
De Ogdoade van Hermopolis (Hermopolis Magna) is een groep
van acht oergoden uit de Egyptische Oudheid. Deze goden
vertegenwoordigden de aspecten van de oorspronkelijke kosmos.
Je zou het kunnen vergelijken als ANU met de zeven
aartsengelen. De meeste overgeleverde teksten over de ogdoade
komen tot ons vanuit de Ptolemaeïsche periode. De archaïsche
naam van Hermopolis was echter Khemnu (letterlijk Achtstad).
Heilige Boek der Gevallen Engelen
323
Hermopolis, Khemnu , de Achtstad)
Deze naam komt men tegen vanaf de 5e Dynastie van Egypte en
gaat ongetwijfeld nog veel verder terug. Dit geeft een idee van de
ouderdom van deze mythe. Volgens de Hermopolitische visie
bestonden de acht oergodheden in vier paren van twee (elk met
een mannelijke en een vrouwelijke vertegenwoordiger). Ieder
paar was geassocieerd met een specifiek aspect of element van
vóór de schepping. Zij bevatten het potentieel voor het ontstaan
van het universum. Daarom werden deze oergoden ook de vaders
en moeders van de zonnegod genoemd.
Varianten van de vier oergodenparen
De volgende vier paren kunnen worden onderscheiden:
Oerwateren (Nun en Naunet),
Lucht of verborgen kracht (Amon en Amaunet),
Duisternis (Kek en Keket) en
Eindeloosheid (Heh en Hehet)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
324
In de Pyramide Teksten wordt verwezen naar de Acht Goden
met Tem:
Nau en Naunet
Amen en Ament
Tem met Ruru en Ruruti (leeuw en leeuwingod)
Shu en Tefnut
Volgens aanduidingen in de tempel van Kargah:
Nun en Naunet,
Hehu en Hehut,
Kekui en Kekuit en
Gerh en Gerhet
De priesters van Hermopolis huldigden de volgende dogma's:
1.Thoth was de geest en de intelligentie en het redeneervermogen
van de zelfgeschapen op zichzelf staande god. Hij was de geest
en ziel van de Oeroceaan. Hij was licht en leven en schonk leven
aan de mens.
2.Vier goden en vier godinnen stonden Thoth bij in zijn
heerschappij van Noenoe. Dat waren Nun en Nunet, Huh en
Huhet, Kuk en Kuket, en Amen en Ament.
3.Deze goden schiepen de heuvel van Hermopolis waarop de
Zonnegod stond.
4.Deze goden schiepen de Zon en hielpen haar om haar plaats in
Heliopolis in te nemen.
5.Deze acht goden waren de oudste goden van Egypte, het waren
de vaders en moeders van de Zon.
Met deze stellingen stonden zij diametraal tegenover de leer van
de priesters van Heliopolis. De theologie van Thoth was van een
hoog spiritueel niveau. De grondslag ervan wordt goed
Heilige Boek der Gevallen Engelen
325
beschreven in de openingswoorden van het Evangelie volgens
Johannes. Er was grote overeenkomst van de acht
scheppingsgoden van de Egyptenaren met de scheppingsgoden in
de Sumerische mythologie.
De acht van de Sumerische mythologie
de oudste Moedergodin
Mami
de 4 hoofdgoden
An of Anu god van de hemelruimte, het heelal.
Ki (godin) godin van de aarde.
Enlil (Aartsengel Michaël) god van lucht en stormen.
Enki (Ea, Aartsengel Lucifer) god van water en aarde.
luchtgoden (atmosferische goden)
Nanna de godin van de maan.
Shamash de god van de zon.
Ishtar godin van de hemel en godin van oorlog en liefde.
De acht in de Maya Mythologie
En over toeval spreken we niet, in de Maya mythologie zijn ze
gekend onder deze acht:
Camazotz - 'Dodelijke Vleermuis', mensenofferpriester van de
doodsgoden (Popol Vuh).
Gucumatz - 'Gevederde Slang' (Azteeks: Quetzalcoatl),
voorouderlijke scheppergod (Popol Vuh).
Hun-Batz, Hun-Chowen- 'Een-Brulaap', 'Een-Verfraaier', goden
van de kunsten, de muziek, en de kalendertelling (Popol Vuh).
Huracan - Hemelse scheppergod (Popol Vuh).
Heilige Boek der Gevallen Engelen
326
(I)xbalanque [CH] - 'Kostbare Jaguarzon', oorlogsgod, een van
de heldentweelingen (Popol Vuh).
Vucub-Caquix - 'Zeven-Caquix' (Zeven-Ara?), vogeldemon,
valse zon-maan (Popol Vuh)
Xmucane - Xpiyacoc - Grootmoeder en grootvader in vaderlijke
lijn van de heldentweeling, waarzeggers, betrokken bij de
mensscheppingen (Popol Vuh).
Zipacna, Cabracán - Demonen van het aardoppervlak en van
aardbevingen, zonen van Vucub-Caquix (Popol Vuh).
Dit wil niet noodzakelijk zeggen dat de een de visie van de ander
overnam, maar er zou een veel oudere gemeenschappelijke en
uiterst antieke bron aan de basis van beide visies kunnen gelegen
hebben. De hoofdcultuurplaats van de acht oergoden lag in de
oudheid in Hermopolis, een beetje ten westen van Thebe in een
kleine tempel nabij Medinet Habu.
DE ZOON VAN PTAH – ATOEM (EN.KI – LUCIFER)
Atoem of Atum (EN.KI, Aartsengel
Lucifer) is in de Egyptische mythologie
de
zelfgeschapen
voorwereldlijke
scheppergod en de voorvader van alle
andere goden (gevallen engelen) en de
farao's. Hij wordt 'de ene' genoemd (die
zich vestigde op de Benben). Daarnaast
speelt hij in het Nieuwe Rijk nog een rol
in de zonnecultus maar het is vooral een
zeer oude, mogelijk predynastieke god.
Atoem betekent in het Oud-Egyptisch
het zijn, het al of het niets. Atoem
(EN.KI, Aartsengel Lucifer) was de
grote belangrijke god van Heliopolis,
zijn cultus was erg oud en in de tijd van
het Oude Rijk was hij de scheppende
kracht. Hij was de belangrijkste van de
acht vaakst genoemde goden van de
Piramideteksten. Hierdoor hebben we een schat aan informatie
Heilige Boek der Gevallen Engelen
327
over deze god in de mythologie en zijn karakter. Zijn
belangrijkste karaktertrek is de scheppende god maar ook de
zelfscheppende. Hij kwam uit de wateren van Noen of Nun en
creëerde de goden uit zijn gedachte. Om te scheppen moest deze
'ene' zichzelf splitsen. Volgens een bepaalde mythe, door te
niezen, ontstonden Shu (droge verplaatsbare lucht) en Tefnut
(vocht).
Maar Atoem (EN.KI) had ook andere aspecten:
de Al-omvattende heer; alles wat bestond kwam van het vlees
van Atoem. En ieder individu kwam van de Ka van de god. Zoals
we hebben gezien als EN.KI de mens schept. De koning zou in de
piramideteksten met Atoem verenigen (aspect dat later met Osiris
werd geassocieerd).
Schepper; volgens de heliopolitaanse Enneade, was Atoem
gemaakt in de chaos van Noen, en creëerde zichzelf. Hij is de
schepper en de vernietiger; in het Boek van de doden zegt men
dat hij aan het einde van de wereld alles zal vernietigen. Atoem
(EN.KI, Aartsengel Lucifer) keert terug op het einde der tijden als
de laatste “Grand Monarch” (lees meer deel 2).
Vader van de goden en de koning: Als een scheppergod was hij
vader van een reeks goden (gevallen engelen). De koning werd
geassocieerd met Horus en dus was Atoem ook vader van de
koning. Tevens werd hij "De Vader die Atoem baarde, de moeder
die Atoem baarde" genoemd, waardoor hij in de
Scheppingsmythe van Heliopolis de eerste Scheppersgod werd.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
328
(Atoem (EN.KI), zoon van Path)
"De Goden kwamen tot leven door Ptah (ANU), Atoem (Lucifer)
kreeg vorm in zijn hart en op zijn tong. Want de allergrootste is
Ptah, die alle goden en hun ka het leven gaf met zijn hart en zijn
tong, waarin Horus de vorm kreeg van Ptah, waarin Thoth de
vorm kreeg van Ptah. Ptah is in de mond van alle Goden, alle
mensen, al het vee en alles wat kruipt. De Enneaden van Ptah zijn
tanden en lippen; ze zijn het zaad en de handen van Atoem. Alle
Goden werden geboren en zijn Enneaden waren compleet. Elk
woord van de God kwam tot stand via wat zijn hart dacht en zijn
tong opriep. En Ptah (ANU) is Tatenen, die de Goden baarde en
waaruit alles ontspringt. Hij is de machtigste der Goden,
tevreden met zijn schepping."
Heilige Boek der Gevallen Engelen
329
Atoem (EN.KI, Aartsengel Lucifer) werd over het algemeen in
menselijke vorm weergegeven, als een man met een dubbele
kroon die op een troon zit. Daarnaast werd de god soms afgebeeld
met het hoofd van een ram (zoals het satans teken). De staf die
Atoem (EN.KI) bij zich draagt geeft aan dat hij als zeer oud moet
worden gezien. Zijn dierlijke vormen zijn de slang (serpent),
mongoes, leeuw, stier, salamander en baviaan. Soms is de god
bewapend met een boog. In verband met zijn regenererend
vermogen wordt hij ook soms als een scarabee afgebeeld.
AFSTAMMELINGEN VAN EN.KI (Aartsengel Lucifer)
Na de ondergang van Atlantis besloot de EN.KI (Aartsengel
Lucifer) een nieuwe generatie van gevallen engelen voort te
brengen, waar hij centraal staat als scheppende god. Daarnaast
zou hij verder leven onder verschillende namen.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
330
DE ROL VAN AMON
“Atoem” (EN.KI, Aartsengel Lucifer) nam later de naam
“Amon”, aan en werd gaandeweg steeds belangrijker in de
verering van deze acht Egyptische oergoden. Hij ontwikkelde
zich tot de zonnegod “Amon-Ra” (de zonnegod EN.KI) die zijn
lichaam had afgestaan voor de ondergang van Atlantis.
(EN.KI oog , van vogelras tot reptieleras)
Later zwoer de farao “Achnaton” alle goden af behalve die ene
god “Amon-Ra” (lichtwezen illuminati). Voor het eerst in de
geschiedenis van Egypte kon je spreken van het monotheïsme.
Dit zorgde voor grote opstanden van priesters en van het volk. In
Griekse en Romeinse tijden was de Amon-cultus nog bijzonder
machtig -Amon werd aan Zeus of Jupiter gelijkgesteld, hoewel de
culten van Osiris, Isis en Serapis grotere aandacht opeisten. Aan
de Amon-cultus kwam een einde toen onder Theodosius I het
christendom tot staatsgodsdienst verheven werd.
VAN AMON NAAR AMON-RA (EN.KI) - DE ZONNEGOD
Later veranderde Amon-Ra kortweg zijn naam in Ra of Re
(EN.KI Aartsengel Lucifer) was de zonnegod van de Egyptische
mythologie. Zijn naam had hij natuurlijk niet gestolen, hij was het
eerste licht wezens. Hij was één van de meest vereerde en
belangrijkste god van de Egyptische mythologie. De god werd veel
Heilige Boek der Gevallen Engelen
331
geassocieerd met andere goden. In het begin van de Egyptische
mythologie is hij samengesmolten met de valk waardoor hij ReHorakthy werd. Als de ochtend-zon werd hij geassocieerd met
Chepri en als de avondzon met Atoem. Ra (EN.KI – Lucifer) bleef
belangrijk gedurende de gehele geschiedenis van het faraonisch
Egypte. De god was meestal het middenpunt in religeuze teksten
en in scheppingsmythen. Ra (EN.KI – Lucifer), de grote zonnegod,
schijnt reeds op een vroeg tijdstip een vooraanstaande positie in het
Egyptische pantheon ingenomen te hebben. De latere Egyptenaren
schijnen gedacht te hebben, dat de naam in zekeren zin met
schepping verbonden was. De aanbidding van de zon was zeer oud
in Egypte en het is daarom waarschijnlijk, dat een aantal zonneerediensten met dien van Ra (EN.KI – Lucifer) versmolten. Het is
zeker, dat dit het geval was met de dienst van de havikgod Heru, of
Horus. Deze beide goden worden gewoonlijk met het lichaam van
een man en de kop van een havik afgebeeld, toch soms hebben zij
ook de werkelijke gestalte van dien vogel. Vanaf de oudste tijde
schijnt de havik met de zon geïdentificeerd te zijn. Zijn vliegkunst
en de hoogte, welke hij bij het vliegen bereiken kan, waren
waarschijnlijk de reden, dat men hem in verbinding bracht met het
grote licht van de dag. In verschillende lande zijn vogels, met
hemelhoge vlucht, het symbool van de zon (het lichtwezen
Lucifer). Zo is de adelaar bij verscheidene Noord-Amerikanen
Indianen het zinnebeeld van de zon. De gieren stelde in het oude
Peru de dagelijkse loop van de zon voor en misschien vervulde de
adelaar deze functie in de Mexicaanse godsdienst. Niet altijd echter
zijn het vogels met hoge vlucht, zoals de Zon. Zo schijnt in
Mexico en Midden-Amerika de quetzal-vogel hiervoor gediend te
hebben en in dezelfde lande werd de kolibrie soms met de zon
verbonden. Nu is het vreemd, dat, evenals wij de vogel en de slang
bij de Mexicaanse god Quetzalcoatl (EN.KI Lucifer) gecombineerd
vinden, wij deze zelfde dieren ook bij Ra die deze als zijn symbool
als zonneschijf draagt, welke door de slang Khut omstrengeld
wordt.
In de mythe van Ra en Isis zegt Ra: "Ik ben Khepera in de
morgen, Ra in de middag en Tem in de avond";
Heilige Boek der Gevallen Engelen
332
Dit toont ons, dat voor de Egyptenaren de dag verdeeld werd in
drie delen en dat ieder van dezen onder de bescherming stond van
een bijzondere gedaante van de zonnegod. Tem werd in een van
zijn gestalten als een slang vereerd, een zeer gewone vorm voor
een zonnegod, want in vele lande is de draak, of slang, het
symbool voor de zonneschijf van EN.KI (Aartsengel Lucifer).
EN.KI heeft een aantal rollen, die hem worden aangemeten. Deze
rollen zijn ontstaan in de loop van de geschiedenis.
(EN.KI) Heerser van de hemel,
Een mythe vertelt ons dat toen Ra (EN.KI) te oud werd om de
aarde te regeren hij door Noen op Noet (de hemelkoe) ging zitten
en zo de heerser van de hemel werd. Dit zijn weer oude
verwijzingen naar het verhaal van Zeus (Jupiter alias EN.KI) en
Kronos (Saturnus). Daar vaart hij rond in zijn bark (boot of
voertuig) met naast hem Maät, andere goden en soms ook de
farao.
(EN.KI) Heerser van de aarde.
Een mythe vertelt dat de god Ra (EN.KI) ooit een farao was voor
de tijd van de predynastieke farao's. Vele farao's zongen hymnen
waarin de Ra het land zou laten verwarmen en de gewassen zou
groeien (Akhenaten).
Ra (EN.KI) in de onderwereld.
Zoals de god begon te reizen in hemel met zijn bark (boot of
voertuig), zo deed hij dat ook in onderwereld. Daar werd hij
voortgetrokken door een aantal jakhalzen en ureauscobra's. Iedere
nacht kwam hij Apophis tegen die hem aanviel, maar telkens
werd verslagen zonder ooit te worden gedood, het bloed van
Aphopis kleurt de hemel elke ochtend rood als bewijs dat hij
weer eens was verslagen. Deze was ook belangrijk voor zijn
voortbestaan en zulke demonen kon hij ook tegenkomen in het
dodenrijk. In de onderwereld werd de god gelijk gesteld met
Osiris en aanbeden.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
333
Ra (EN.KI) als scheppergod.
Vele scheppingsverhalen werden in de loop van de Egyptische
geschiedenis bedacht zoals in Heliopolis waar de god Ra (eerst
Atoem) de wereld schiep. Ra werd ook wel de 'vader en moeder'
van alle levende dingen genoemd. Het was EN.KI (Aartsengel
Lucifer) gelukt om na zijn ultieme reïncarnatie als god vereerd te
worden over de wereld en aanbid te worden als de zonnegod.
Voor deze reden werden de oude schepping verhalen veranderd
en werden deze aan Ra (EN.KI) toegewezen.
Ra (EN.KI) als koning en vader van de koning.
In de Egyptische mythologie werden de schepping van
koningschap en die van de wereld gelijkgesteld. Atoem-re werd
gezegd dat hij vader van de koningen was en dat de koningen van
de 5e dynastie letterlijke zonen van de god Ra (Lucifer) waren, ze
moesten regeren volgens de orde of Maät.
Verschijningsvormen
Ra werd vereerd in de hele geschiedenis van Egypte. Het is
natuurlijk niet vreemd dat de EN.KI (Aartsengel Lucifer)
verschillende verschijningsvormen heeft. De god kon worden
vereerd als een zonneschijf met een cobra en met of zonder
gestrekte vleugels. Maar meestal werd Ra (EN.KI) vereerd in de
vorm van een god in een mensenlichaam en een valkenkop, ram
en scarabee. In verschillende dieren kon hij worden uitgebeeld:
Ram, scarabee, phoenix, slang, hemelstier, kat, leeuw en
samengestelde dieren.
HET AFSTAAN VAN HET OOG VAN RA (EN.KI)
Vele klaagden dat RA (EN.KI, aartsengel Lucifer) oud was, dat
zijn beenderen als zilver, zijn lichaam zoals goud, en zijn haar
zoals lapis-lazuli waren. Toen Ra dit hoorde gaf hij de opdracht
tot zijn bodyguard om alle goden bijeen te roepen die met hem in
de ongerepte wereldoceaan waren geweest, en hen persoonlijk te
bieden om op de Grote Algemene Vergadering te assembleren.
Toen Ra de Grote Tempel inging, maakten de goden obeisance
Heilige Boek der Gevallen Engelen
334
aan hem, en namen omhoog hun standpunten betreffende elke
kant van hem in, en deelden hem mee dat zij op zijn woorden
wachtten. Ra berichte hun van het feit dat de mannen en de
vrouwen die tot zijn Oog had geleid tegen hem fluisterden. Hij
vroeg hen toen om de kwestie te overwegen en een actieplan voor
hem te bedenken, want hij onwillig was om de rebellen zonder
hoorzitting te doden. In antwoord adviseerden de goden Ra om
zijn Oog vooruit te verzenden om zijn vijanden te vernietigen,
voor was er geen oog op aarde die zich tegen het kon verzetten,
vooral toen hij de vorm van de godin Hathor aannam. Ra keurde
hun raad goed en verzond vooruit zijn Oog in de vorm van
Hathor om hen te vernietigen, en, hoewel de rebellen aan de
bergen in vrees waren gevlucht, het Oog achtervolgde hen en
overviel hen en vernietigde hen. Het alziende oog van RA-EN.KI
zou vanaf dan altijd op de wereld te zien zijn.
Hathor verheugde zich in haar werk van vernietiging, en bij haar
terugkeer werd geprijsd door Ra, voor wat zij had gedaan. De
slachting van mensen begon bij suten-Henen (Herakleopolis),
Osiris werd ook bekroond bij suten-Henen, en in deze stad leefde
de grote vogel Bennu, of Phoenix, en de „Maalmachine van
Beenderen“ was.
OOG VAN RA – EN.KI
Het oog van Ra (Aartsengel Lucifer) - het alziende oog - is een
veel gezien symbool in films en boeken over het oude Egypte.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
335
Het oog van Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer) is opgebouwd uit
verschillende onderdelen. Tezamen beslaan zij één heqat. De
afzonderlijke onderdelen van het oog staan voor ruiken, zien,
denken, horen, proeven en voelen. De verdeling is als volgt:
•
•
•
•
•
•
1/64 heqat voelen
1/32 heqat proeven
1/16 heqat horen
1/8 heqat denken
1/4 heqat zien
1/2 heqat ruiken
Er wordt wel gezegd dat het symbool achter op een $1-biljet, de
piramide met daarboven een oog, het oog van Ra voorstelt.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
336
Zeer waarschijnlijk is dit een verwijzing naar de Illuminati. Het
oog is wel overduidelijk gebruikt op de voorkant van het album
'The Eye in the Sky' van The Alan Parsons Project.
De originele naam van het oog van Horus is het “Oog van Ra”.
HET HEENGAAN VAN RA EN DE KOMST VAN SHU
Na deze dingen verklaarde Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer) aan
Nut dat hij bedoeld deze wereld te verlaten van zijn oude lichaam
(hij zou verder reïncarneren). Shu de nieuwe zonnegod kwam in
de plaats van Ra, en de hemel werden waarin Ra leefde. De
mensheid zou leven en zou zich in het licht van de nieuwe zon
verheugen. Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer) zou reïncarneren in
een andere God.
SJOE
Sjoe, Shu of Sju, is een god (gevallen engel) uit het Egyptische
scheppingsverhaal, één van de eerste goden (gevallen engel)
geschapen door de Schepper (EN.KI, Lucifer). Hij was de
gevallen engel van de droge lucht, terwijl zijn zuster Tefnut het
natte element voorstelde. Samen waren zij de ouders van Geb en
Noet en de grootouders van Osiris, Isis, Seth en Nephthys. Sjoe
behoort tot de Enneade van Heliopolis, maar had een speciale
Heilige Boek der Gevallen Engelen
337
verering in Leontopolis, in de delta. Sjoe wordt uitgebeeld met
een menselijk gedaante waarop een veer staat. Hij staat vaak
tussen Geb en Noet. De laatste ondersteunt hij zoals Atlas de
hemel ondersteunt.
TEFNUT
Tefnut was in de Egyptische mythologie de godin (gevallen
engel) van de vochtigheid. Volgens de Heliopolitaanse theologie
was Tefnoet of Tefnut de dochter van Atoem (EN.KI, Aartsengel
Lucifer) en zusterechtgenote van Sjoe, maar ze is een beetje
mysterieuze godheid. Ze creëerde het heldere water voor de
overleden koning uit haar vagina maar haar identiteit lag ergens
anders. Haar eerste voortkomen in de teksten van het Oude
Egypte is in de piramideteksten, waar ze de atmosfeer van de
lagere wereld voorstelde terwijl Sjoe de opperste wereld
voorstelt. Volgens een ander verhaal zou Sjoe en Tefnoet zijn
ontstaan als twee leeuwen. Tefnoet werd toen dus de Oog van Re
(Ra, Atoem alias EN.KI Lucifer). Tefnoet werd meestal
afgebeeld in menselijk afbeelding vaak met een leeuwinnenkop.
In volledige menselijke vorm droeg ze een zonneschijf en een
ureaus op haar hoofd, als symbool van de verlichtende
(illuminati). De godin kon ook worden afgebeeld als een slang
die om een scepter kronkelde, en soms als een slang met een
leeuwinnenkop.
NOET - MOEDER VAN OSIRIS
Noet, Nut of Noeït was in de Egyptische mythologie de
hemelgodin. Zij was getrouwd met haar broer Geb, de aardgod,
en had 5 kinderen: Osiris, Isis, Seth , Nephthys en Horus de
Oude. Ze behoorde met al deze tot de Enneade van Heliopolis.
Noet werd uitgebeeld als een vrouw die zich over de aarde buigt,
maar ze kon ook worden afgebeeld als een koe.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
338
(Noet)
Ze stond symbool voor de ruimte waar de zonnegod (EN.KI,
Aartsengel Lucifer) doorheen reisde. Overdag voer hij over haar
buik en elke avond slikte Noet de zon dan in waardoor het duister
werd. De zon verbleef dan 's nachts in haar en werd de volgende
dag uit haar schoot geboren. De afbeelding van Noet komt veel
voor op monumenten en dan vooral in de Vallei der Koningen.
Los van het concept van godinnen die specifieke andere
godheden voort brachten ("baarden") is er ook de idee van een
"Moeder van de goden die alle goden voort bracht". Zo draagt de
godin Noet, die volgens de Piramide Teksten de zon voortbracht
en volgens de Coffin Teksten ook de maan vaak het epitheton "zij
die de goden baarde". Dit verwijst naar de hemellichamen welke
de hemelgodin dagelijks "draagt" en weer "verzwelgt" (een idee
dat leidt tot de voorstelling van Nut als een "hemelse zeug").
GEB – VADER VAN OSIRIS
Geb is in de Egyptische Mythologie de god (gevallen engel) van
de aarde. Volgens het scheppingsverhaal was hij de zoon van de
luchtgod Sjoe en de watergodin Tefnut.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
339
(Geb)
Zijn zuster Noet de hemelgodin lag in zijn armen zolang het
donker was en zo kregen zij kinderen Osiris, Isis, Seth en
Nephthys. Hij behoorde tot de Enneade van Heliopolis. Hij was
ook een vruchtbaarheidsgod en wordt meestal groen afgebeeld en
in een menselijk lichaam met een fallus. Soms droeg hij de rode
kroon, maar meestal had hij een gans op zijn hoofd. Vaak zie je
hem liggend onder zijn zuster Noet. Aardbevingen worden ook
aan hem toegeschreven als het 'gelach van Geb'. Geb (gevallen
engel) ving de dode zielen van slechte mensen, zodat ze het
hiernamaals niet in konden. Met Noet was hij de vader van
Osiris, Isis, Horus, Seth en Nephthys. Met Renenutet was hij de
vader van Nehebkau.
DE GEBOORTE VAN OSIRIS EN 365 DAGEN
“Rhea” (de Egyptische Nut (Noet), de godin van den hemel) was
de vrouw van “Helios” (Ra, EN.KI, Aartengel Lucifer), de
zonnegod. Zij werd echter door Geb geliefd en beantwoordde zijn
genegenheid. Toen Ra (EN.KI, Aartengel Lucifer), de ontrouw
van zijn vrouw ontdekte, was hij vreselijk vertoornd en sprak een
vervloeking tegen haar uit, terwijl hij zeide, dat haar kind in geen
enkele maand, of jaar zou geboren worden. Nu kon de vloek van
Ra, de almachtige, niet afgewend worden, want Ra (EN.KI,
Aartengel Lucifer), was de opperste van alle goden (gevallen
engelen). In haar nood riep Nut de hulp in van den god Thoth (de
Griekse Hermes), die haar eveneens beminde. Thoth wist, dat de
vervloeking van Ra vervuld moest worden, maar hij vond door
een zeer slim plan op en een uitweg voor de moeilijkheid. Hij
Heilige Boek der Gevallen Engelen
340
ging tot Silene, de godin der maan, wier licht met dat van de zon
wedijverde en daagde haar tot een spel uit. De inzet was aan
beide zijden hoog, maar Silene zette een deel van haar licht in,
het 17e deel van elk van haar verlichtingen en verloor. Zo komt
het, dat haar licht somtijds vermindert en afneemt, zodat zij niet
langer de mededingster van de zon is. Uit het licht, dat hij van de
maangodin Thoth had gewonnen, maakte Thoth vijf dagen en
voegde dezen bij het jaar, dat in die tijd uit 360 dagen bestond en
wel op zodanige wijze, dat zij noch tot het voorafgaande, noch tot
het volgende jaar, noch tot enige maand behoorden.
Op deze vijf dagen werd Nut van haar vijf kinderen verlost.
Osiris werd op den eersten dag geboren,
Horus op den tweeden,
Set op den derden,
Isis op den vierden en
Nephtys op den vijfden.
Bij de geboorte van Osiris hoorde men een stem, welke door de
geheel wereld klonk en zegt:
"De beheerser der geheele aarde is geboren!"
(Osiris)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
341
Een overlevering, welke van de vorige in gering opzicht verschilt,
vertelt, dat een zeker man, “Pamyles” genaamd, bezig was met
waterdrager voor de tempel van Ra te Thebe en een stem hoorde,
welke hem beval de geboorte van de :
"goede en grote koning Osiris"
Alom bekend te maken en dat hij dit onmiddellijk deed. Hierom
werd de opvoeding van den jeugdige Osiris aan Pamyles
toevertrouwd. Aldus zou het feest der Pamilia zijn ontstaan.
Na verloop van tijd werden de profetieën aangaande Osiris
vervuld en hij werd een groot, wijze koning. Het Egyptische land
bloeide onder zijn bestuur, zoals het nooit tevoren had gedaan.
Evenals verscheidene andere halfgoden stelde hij zich tot taak,
zijn volk te beschaven. Hij gaf het volk een wetboek, onderwees
het in den landbouw en leerde het de ritus der goden te vereren.
En toen hij erin geslaagd was orde en wetten in Egypte te
grondvesten, ging hij naar ver verwijderde landen, om zijn
beschavingswerk voort te zetten. Zo vriendelijk en goed was zijn
methode om kennis aan de gemoederen van de barbaren bij te
brengen, dat zij de grond, waarop hij liep, aanbaden.
OSIRIS DE OUDSTE ZOON
Osiris was de oudste zoon van de aardgod (gevallen engel) Geb
en de (hemelgodin) Nut, en had één broer, Seth, en twee zussen,
Isis en Hephthys. Osiris is al de derde generatie van kinderen
van de AN.UNNA.KI (gevallen engelen). Op de schoot van
moeder Nut werd Osiris op slag verliefd op Isis, waarna ze later
ook trouwden. Na de god Shu en zijn zoon Geb werd Osiris
koning. Isis en hij regeerden in wijsheid, het gewas groeide
voorspoedig en het klimaat was mild. Aan deze periode kwam
een eind, toen Seth, de jongere broer, Osiris vermoorde om aan
de macht te komen. Het leven van Seth had altijd in het teken
gestaan van chaos en geweld. Zelfs zij uiterlijk spreekt chaos:
meestal wordt hij afgebeeld als mythisch dier met de lange,
Heilige Boek der Gevallen Engelen
342
omlaag gebogen snuit van een miereneter en merkwaardige
opstaande oren.
ISIS
(gevallen engel Isis)
Isis, ook derde graad bloedlijn van de gevallen engelen, stamde
wellicht uit Libye en wordt gewoonlijk voorgesteld als een
vrouw, gekroond met het symbool van haar naam, terwijl zij in
haar hand een scepter van papyrus houdt. Boven haar kroon
steken een paar horens uit, welke een discus ophouden en deze
wordt op zijn beurt door haar hiëroglief, welke een zetel of troon
voorstelt, bedekt. Soms stelt men haar ook met schitterende en
veelkleurige vleugels voor, waarmede zij zich in beweging zet,
om het lijk van Osiris te bezielen. Hoewel Isis ongetwijfeld
verscheidene gedaanten bezit en men haar als de grote
korenmoeder van Egypte kan beschouwen, is het zeer
waarschijnlijk, dat zij in één van haar phases de wind van de
hemel voorstelt.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
343
(Isis)
Isis is een van die godheden, welke door toevallige, of andere
omstandigheden, bestemd waren tot grootheid te geraken. Zij
bereikte van een Libysche geest, welke op een of andere manier
met de groei van het graan verbonden was, gedurende haar
regering van meer dan vier duizend jaar zulk een hoogte, dat alle
mogelijke eigenschappen aan haar werden toegewezen. Isis is
wellicht tevens de personificatie van den morgenwind, waaruit de
zon geboren wordt. In de meeste landen steekt op het ogenblik,
dat de zon opkomt, een wind op en van dezen kan men zeggen,
dat hij de zon aankondigt. In haar mythe vinden wij eveneens,
dat, toen zij het huis, waarin zij door Set gevangen was gezet,
verliet (het zomerverblijf van den wind, welke gedurende die tijd
Egypte geheel en al verlaat), zij door zeven schorpioenen werd
voorafgegaan, de hevig stekende rukwinden van de winter.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
344
SET
Set broer van Osiris en Isis. De afleiding van de naam geeft
aanleiding tot vele moeilijkheden. Zijn hiëroglief wordt uitgelegd
als de voorstelling van een dier, of een steen, waarschijnlijk een
symbool van het steenachtige of verlaten landschap aan beide
zijden van den Nijl.
(Set)
Wat het dier betreft, dat hem zou voorstellen, dit is tot nog toe op
geen enkele wijze geïdentificeerd, doch verschillende uitleggers
zien hierin een afbeelding van een kameel, of een okapi. In elk
geval moet het een bewoner van de woestijn zijn geweest, welke
de mens vijandig is. Evenals Horus de god van het Noorden, zo
was Set die van het Zuiden. Men dacht, dat hij, wanneer de dagen
begonnen te korten en de nachten te lengen, het licht van den
zonnegod stal. Hij was eveneens behulpzaam bij de maandelijkse
afname van de maan. Stormen, aardbevingen, eclipsen en alle
andere natuurverschijnselen, welke duisternis veroorzaakten,
werden aan zijn invloed toegeschreven en vanuit een ethisch
gezichtspunt was hij de god van zonde en kwaad. In zijn strijd
Heilige Boek der Gevallen Engelen
345
tegen de zonnegod nam Set de gedaante van de monsterslang
“Apep” aan en werd door een leger kleinere slangen en reptielen
van allerlei soort vergezeld.
(Apep de monsterslang)
In later tijd vinden wij hem met “Typhon” geïdentificeerd. Alle
dieren van de woestijn en die, welke in de wateren huisde,
werden als kinderen van Set beschouwd, zo ook dieren, zelfs
mensen, met rood haar. Zulke dieren werden zelfs dikwijls
geofferd, om Set gunstig te stemmen. In de maand Pachons
werden een antilope en een zwart zwijn aan hem geofferd, om
hem af te schrikken, de volle maan aan te vallen en op het grote
feest van Heru-Behudeti werden die vogels en vissen, van welke
men geloofde, dat zij tot zijn gevolg behoorde, met de voeten
vertrapt, onder het aanheffen van de kreet, dat Ra (EN.KI,
aartsengel Lucifer) over zijn vijanden getriomfeerd had. Ook
bezat hij een koninkrijk in de Noordelijke luchtstreken en de
grote Beer (constellatie) was zijn bijzondere verblijfplaats.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
346
(constellatie Grote Beer)
Evenals in sommige andere lande beschouwde men het Noorden
als de plaats van de duisternis, de koude en de dood. Zo vinden
wij, dat men bij de Mexicanen en Maya het Noorden als de
verblijfplaats van de god van de dood beschouwde en dat onder
de latere bevolking de hiëroglief voor het Noorden een been is,
voor het hoofd van de god van de dood geplaatst. Van de godin
“Reret”, met het hoofd en het lichaam van een hippopotamus,
geloofde men, dat zij de boze invloed van Set in bedwang hield.
Er bestaat een afbeelding van haar, waarop zij de duisternis aan
een ketting gebonden vasthoudt en men beschouwde haar als een
vorm van Isis. Waarschijnlijk begon ongeveer tegen de tijd van
de 22e dynastie de verering van Set te verminderen en in dezen
tijd kreeg hij de gedaante van een duivelse godheid. Men heeft de
theorie verkondigd, dat de Hyksos, die het land binnendrongen,
hem met enige van hun eigen Goden identificeerde en dit feit was
voldoende, om hem bij de Egyptenaren in diskrediet te brengen.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
347
DE OORLOG TUSSEN EN.KI SLAGENVOLK EN DE
VOGELMENSEN
Toen “Ra” (EN.KI, aartsengel Lucifer) een nieuwe hemel voor
zich had gemaakt en voor een voortzetting van het leven op de
aarde, en het welzijn van mensen geschikt, herinnerde hij dat in
één keer toen het regeren ter wereld hij door een serpent was
gebeten, en had bijna zijn leven door de beet verloren. Vrezend
dat dezelfde ramp zijn opvolger (Keizer van zijn Rex Mundi) zou
kunnen overkomen, bepaalde hij om maatregelen te treffen om de
macht van alle schadelijke reptielen te vernietigen die bij de aarde
bleven stilstaan. Met dit voorwerp in mening vertelde hij Thoth
om Keb, de aardegod, aan zijn aanwezigheid bijeen te roepen, en
deze god die is aangekomen, Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer)
vertelde hem dat de oorlog tegen de serpenten moet worden
gemaakt die in zijn heerschappijen bleven stilstaan. Hij beval
hem verder om naar de god Nu te gaan, en hem te vertellen om
een horloge over alle reptielen te plaatsen die in de aarde en in
water waren. Hoewel deze serpenten wisten dat Ra (EN.KI,
aartsengel Lucifer) zich van de aarde terugtrok, moesten zij nooit
vergeten dat zijn stralen op hen zouden vallen. In zijn plaats
moest hun vader Keb horloge over hen houden, en hij was ooit
hun vader daarvoor.
ISIS DIE DE GOD RA VERGIFTIGD
De Zonnegod Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer) had vele namen,
maar er was één naam die de sleutel vormde voor zijn enorme
macht. Deze ene naam was geheim. Diegene die de naam zou
kennen, zou een positie naast Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer) aan
het hoofd van het Egyptische pantheon kunnen opeisen en
onbegrensde macht krijgen (over Ra).
Een bekende spreuk uit het oud Egyptische tijdperk zegt dat
"Isis slimmer was dan miljoen Goden en alles in de hemel en op
de aarde wist",
Heilige Boek der Gevallen Engelen
348
Behalve Ra's (EN.KI, aartsengel Lucifer) geheime naam kende
niemand deze.
(Tetragrammaton de verborgen 72 namen van EN.KI)
Isis was vastbesloten om de geheime naam van Ra te ontdekken
en ze smeedde een plan. Vanwege zijn hoge leeftijd dommelde
Ra vaak in, waardoor hij begon te kwijlen. Isis ving een beetje
van zijn speeksel op om te gebruiken als basis voor haar magie.
Ze mengde het speeksel met aarde of leem en creëerde een
demon in de vorm van een slang; een symbool voor Ra's eigen
kracht. Goden konden alleen geschaad worden door iets dat van
henzelf afkomstig was, dus bracht Isis de slang tot leven. Ze wist
dat de Zonnegod elke dag een wandeling maakte buiten zijn
paleis. Ze bestudeerde zijn vaste route en liet de slang achter op
een kruispunt waar hij langs zou komen. De nietsvermoedende
Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer) liep zijn vaste route en kwam
langs de slang die hem beet, precies zoals Isis had gepland. Het
slangengif kwam in Ra's lichaam en hij werd overvallen door een
afschuwelijke koorts. De Zonnegod wist niet hoe hij zichzelf kon
genezen van de gevolgen van de beet en schreeuwde het uit van
pijn en doodsangst. De andere goden kwamen naar hem
Heilige Boek der Gevallen Engelen
349
toegesneld, maar konden hem niet helpen. Het zag er slecht uit
voor Ra toen Isis arriveerde. Ze vroeg hem wat er aan de hand
was en luisterde hoe hij moeizaam zijn symptomen beschreef. Ze
bood hem een ruil aan. Als hij haar zijn geheime naam zou
vertellen, zou zij hem genezen. Isis droeg de titel 'Groot in de
Magie', maar ze stond ook bekend om haar indrukwekkende
medische vaardigheden. Ra (EN.KI, aartsengel Lucifer) was
daarom geneigd toe te geven, maar de wetenschap dat hij dan in
een kwetsbare positie zou belanden hield hem tegen. Hij
probeerde Isis voor de gek te houden door een lange lijst van zijn
namen te noemen, zoals
'Vormer van de Bergen' en 'Maker van de Stier voor de Koe om
Seksueel Genot te Scheppen'.
Isis liet zich echter niet voor de gek te houden en liet het gif
dieper doordringen. Ra's symptomen werden steeds erger. Hij
zweette, rilde en werd zelfs blind. Uiteindelijk had hij geen
enkele keuze meer en ging hij in zijn wanhoop akkoord met Isis'
voorstel. Hij gaf zijn geheime naam, maar wetend dat Isis het aan
haar zoon Horus zou vertellen, liet hij haar een belofte doen. Ze
moest hem beloven dat ze het verder aan niemand anders zou
vertellen en Horus zou laten zweren om de naam geheim te
houden. Nu ze had wat ze wou hebben, genas ze de Zonnegod
EN.KI met een spreuk en een geneesmiddel gemaakt van wijn en
bier gemengd met "kruiden van de schorpioen". Isis kreeg een
nieuwe titel, namelijk 'Meesteres van de Goden die Ra bij zijn
Naam kent'. Ze hoefde haar kennis nooit te gebruiken, maar was
tevreden met de wetenschap dat ze de macht had. Vanaf die tijd
speeld zijn een belangrijke rol in de mystieke leer.
OSIRIS STRIJD TEGEN SETH
Osiris (gevallen engel, derde generatie)
had echter één
verbitterde vijand, n.l. zijn broer Set (gevallen engel, derde
generatie), de Griekse Typhon. Gedurende de afwezigheid van
Osiris, bestuurde zijn vrouw Isis het land zo goed, dat de plannen
van den goddelozen Set om aan dat bestuur aandeel te krijgen,
Heilige Boek der Gevallen Engelen
350
niet konden slagen. Tegen de terugkeer echter van de koning
vormde Set het plan zich geheel en al van zijn broer te bevrijden.
Om zijn doel te bereiken verbond hij zich met Aso, de koningin
van Aethiopil (Nubische koningin) en 72 andere samenzweerders.
Nadat hij in net geheim het lichaam van de koning had gemeten,
liet hij een prachtige kist maken, rijkelijk versierd, welke juist het
lichaam van Osiris kon bevatten. Toen deze voltooid was,
nodigde hij zijn gezellen en zijn broer op een groot feest. Osiris
was weliswaar herhaalde malen door de koningin tegen zijn broer
gewaarschuwd, maar daar hij zelf geen kwaad uitoefende,
vreesde de koning dit ook niet in anderen en aldus nam hij de
uitnodiging voor het feestmaal aan. Toen dit afgelopen was, liet
Set de prachtige kist in de feestzaal brengen en zei, als in scherts,
dat deze aan hem zou behoren, die daarin zou passen. De ene gast
na den ander legde zich in de kist neer, doch geen enkele paste er
in, totdat de beurt aan Osiris kwam. Geheel en al van verraad
onbewust, legde de koning zich in de grote kist. In een ogenblik
hadden de samenzweerders het deksel dichtgenageld en goten er
kokend lood over heen, uit vrees, dat er enige opening in zou zijn.
Daarop lieten zij de kist in de Nijl drijven, bij de monding van
Tanis. Deze dingen vonden plaats volgens sommigen, in het 28e
levensjaar van Osiris; volgens anderen in zij 28e regeringsjaar.
De kist spoelde aan bij Byblos aan de Libanese kust, bij een
jonge, snelgroeiende boom, waarvan de stam zich om de kist
sloot. Toen dit nieuws de oren van Isis bereikte, werd zij door
droefheid getroffen, sneed een lok van haar af en trok
rouwgewaad aan. Daar zij zeer goed wist, dat de doden niet
kunnen rusten, voordat hun lichamen onder de gebruikelijke
plechtigheden zijn begraven, ging zij op reis, om het lijk van haar
echtgenoot te zoeken. Gedurende langen tijd leverde haar reis
geen enkel resultaat op, hoewel zij iedereen man en iedere vrouw,
die zij ontmoette, vroeg, of zij niet de rijkelijke versierde kist
hadden gezien. Ten slotte kwam het bij haar op enige kinderen,
die bij den Nijl speelden, te ondervragen en toevallig waren zij in
staat te vertellen, dat de kist door Set en zijn gezellen naar de
monding van de Nijl bij Tanis was gebracht.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
351
(de oevers van Tanis)
Vanaf deze tijd hield men het in Egypte er voor, dat kinderen een
bijzondere gave van voorspellen hebben. Toen Isis hoorde over
een wonderboom, reisde ze zelf naar Byblos. Door zich als een
voedster te vermommen kon ze zich de boom toe eigenen.
DE TAPARINDEBOOM of TAMARINDE
Langzamerhand werd de koningin door de werkzaamheid van de
AN.UNNA.KI (gevallen engelen), werd ze nauwkeurig ingelicht
en kwam zij te weten, dat de kist op de kust van Byblos was
aangespoeld en door de golven tegen een tamarindetak was
aangedreven; deze was op verwonderlijke wijze tot een prachtige
boom opgeschoten en sloot de kist van Osiris in zijn stam in. De
koning van dat land, “Melcarthus” genaamd, had zich over de
hoogte en schoonheid van den boom verwonderd, had dezen
omgehakt en daarvan een zuil laten maken, om daarmede de
zoldering van zijn paleis te stutten. In deze zuil nu was de kist,
welke het lijk van Osiris bevatte, verborgen. Isis haastte zich
daarop in allerijl naar Byblos en zette zich daar bij een bron. Tot
niemand, die haar naderde, wilde zij een woord spreken, behalve
tot de meisjes van den koning; deze sprak zij liefderijk toe, en
maakte geur voor haar door haar door haar adem welriekende dan
Heilige Boek der Gevallen Engelen
352
het door enige bloemengeur zou geworden zijn. Toen de meisjes
naar het paleis waren teruggekeerd, ondervroeg de koningin haar,
hoe het kwam, dat haar zo'n heerlijken geur van zich gaf en
hierop vertelde zij haar ontmoeting met de schone vreemdelinge.
Koningin Astarte, of Athenais, verzocht haar daarop naar het
paleis te komen, verwelkomde haar hartelijk en stelde haar tot
voedster aan van een der prinsen.
ISIS SMART
Isis voedde de knaap, door hem haar vinger te geven, om daarop
te zuigen. iedereen nacht, als allen zich ter ruste hadden begeven,
placht zij grote blokken hout in het vuur te leggen en het kind
daartussen te duwen; daarop veranderde zij zichzelf in een
zwaluw en was gewoon jammervolle klaagliederen over haar
gestorven echtgenoot te laten horen. Geruchten over deze
zonderlinge handelwijze werden door de dienstmaagden van de
koningin aan haar meesteres aangebracht en deze besloot zelf te
onderzoeken, of deze geruchten waar waren, of niet. Daarom
verborg zij zich in de grote hal en toen de nacht was
aangebroken, sloot Isis de deuren, legde blokken op het vuur en
drukte het kind tussen het brandende hout. De koningin sprong,
onder luid geschreeuw, op haar toe en rukte den knaap uit de
vlammen. De godin berispte haar heftig en verklaarde, dat haar
zoon van de onsterfelijkheid had beroofd. Hierop vertelde Isis aan
de dodelijk verschrikte Athenais, wie zij was en tevens haar
gehele geschiedenis en vroeg de zuil. Toen aan haar verzoek was
voldaan, hakte ze den boom open, nam de kist met het lijk van
Osiris er uit en weeklaagde zo luid, dat een van de prinsen van
schrik stierf. Daarop nam zij de kist met zich over zee naar
Egypte en werd op deze reis door de oudsten zoon van
Melcarthus vergezeld. De latere dood van het kind wordt op
verschillende wijze door overleveringen, welke met elkaar in
tegenspraak zijn, verhaald. De boom, welke het lichaam van de
god had bevat, werd nog langen tijd in Byblos bewaard en
vereerd. Toen zij in Egypte was aangekomen, opende Isis de kist
en beweende het stoffelijk overschot van haar echtgenoot lang en
smartelijk. Daarop echter dacht zij aan haar zoon Harpocrates, of
Heilige Boek der Gevallen Engelen
353
Horus het kind, die zij in Buto had achtergelaten; zij liet de kist
op een geheime plaats achter en ging op reis, om hem te zoeken
Seth vond Osiris en sneed hem in 14 stukken die hij over Egypte
verdeelde. Isis en Nephthys (vrouw van Seth) hoorden ervan en
vonden de lichaamsdelen terug, behalve de penis, die door een vis
was opgegeten. Isis wikkelde hem in linnen om hem te
conserveren. Overal waar Isis een gedeelte van het lichaam
vond, begroef zij het en bouwde een heiligdom, om aan de plaats
een gedenkteken te geven. Hierdoor komt het, dat er zooveel
graven van Osiris in Egypte zijn. Het zijn allemaal onderdelen
van Osiris lichaam onderdelen.
KOMST VAN HORUS ZOON VAN ISIS & OSIRIS
Inmiddels tijdens de dood van Osiris was Isis al zwanger van
“Horus”, de havik, het kind dat was voorbestemd om het rijk van
Osiris te erven.
(Isis & Horus)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
354
Isis zocht heimelijk haar toevlucht in de papyrusmoerassen. Seth
nam de gedaante van een giftige slang aan en wist Horus te
bijten. Toen Isis terug kwam zag ze haar stervend kind, en wist
ze dat Seth hier achter zat. Isis smeekte de grote goden
AN.UNNA.KI (gevallen engelen) om te helpen en Thoth kwam
te voorschijn en genas Horus. De jonge Horus werd 'Harpakhered' en als volwassene 'Har-wer' genoemd. Na een conflict
tussen Horus en Seth, waarbij Ra Seth steunde omdat hij de slang
Aphophis versloeg toen hij de rivier van de onderwereld bevoer,
bleef de zaak 80 jaar onbeslist. Vervolgens werd, door een
handige list van Isis, Horus uitgeroepen tot koning. Na een reeks
van strijd tussen de AN.UNNA.KI (gevallen engelen), waarin
Seth de ogen verwijderde van Horus, het oog genas en werd een
symbool van de geneeskunde, kon Horus uiteindelijk zijn plaats
als rechtmatige koning innemen. Horus kreeg een plaats in de
hemel waar hij zich kon vermaken als god van onweer en storm.
De Osiris verering steeds populairder, en mummificatie raakte
steeds meer in zwang. De god Horus werd als valk afgebeeld,
maar er was een andere god, in gelijke gestalte, die voor hem in
het Egyptische land werd vereerd. Dit was n.1. de god Heru of
Horus "Hij, die daar boven is". Deze god bezat verschillende
gedaanten, het was EN.KI (Ra – Aartsengel Lucifer). Horus de
Jongere stelt de eerste stralen van de opkomende zon voor en hij
had niet minder dan zeven vormen, waaronder hij werd
voorgesteld
ISIS EN DE ZEVEN SCHORPIOENEN
Terwijl Isis druk bezig is met het weven van de linnen
mummiewindsels voor het lichaam van haar man Osiris, wordt ze
gestoord door Thot. De God van de wijsheid en het schrift
waarschuwt Isis voor haar broer Seth, die verantwoordelijk is
voor de dood van Osiris. Isis zou er goed aan doen om haar
zoontje te verbergen voor zijn oom, want Seth zal hem als een
bedreiging voor de troon beschouwen. Isis volgt de wijze raad
van Thot op en vertrekt nog diezelfde avond met een escorte van
zeven schorpioenen. Om te voorkomen dat Seth te weten zou
kunnen komen dat ze weg waren en in welke richting ze reisden,
Heilige Boek der Gevallen Engelen
355
vroeg Isis de schorpioenen om voorzichtig te zijn en verbood ze
hen tijdens hun reis met vreemdelingen te praten. Ze reisden door
de Nijldelta en arriveerden op een plaats die de 'Stad van de
Twee Zusters' werd genoemd. Eenmaal gearriveerd zocht Isis een
plaats om te overnachten, maar de voordeur werd voor haar neus
dichtgegooid door de vrouw des huizes. Ze werd niet
verwelkomd door de plaatselijke welgestelde familie. De
schorpioenen werden woedend en zwoeren wraak te zullen
nemen.
Zes van de zeven schorpioenen voegden hun persoonlijke
voorraad gif toe aan de stekel van de zevende. Deze schorpioen
kroop onopgemerkt onder de deur van de rijke vrouw door en
stak haar jonge zoon bijna dood. Als de rijke vrouw haar
gewonde zoon vindt, rent ze wanhopig de stad in terwijl ze
schreeuwt om hulp, maar niemand reageert en niemand schiet
haar te hulp. Isis had inmiddels onderdak gevonden bij een
boerenmeisje. Ze kon het niet verdragen dat het jonge en
onschuldige kind stervende is en greep in. Ze hield hem vast en
sprak een toverformule uit waarbij ze de naam van elk van de
schorpioenen noemt. Op die manier kreeg ze controle over hen en
het gif en redde ze het leven van het jongetje. Deze gebeurtenis
veranderde het leven van de moeder van de jongen volledig. Als
dank schonk ze Isis en het boerenmeisje al haar aardse
bezittingen.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
356
DE WRAAK VAN HORUS
In deze tijd had Horus (afstammeling van de gevallen engelen,
vierde generatie) de mannelijke leeftijd bereikt en Osiris, uit de
Duat, waar hij als koning over de doden heerste, teruggekeerd,
moedigde hem aan, het kwaad, zijn ouders aangedaan, te wreken.
Horus bond daarom de strijd met Set aan, en de overwinning viel
nu eens de een, dan weer de ander ten deel.
(gevecht tussen Horus en Seth)
Eén ogenblik werd Set door zijn tegenstander gevangen genomen
en aan Isis ter bewaking gegeven, doch deze gaf hem de vrijheid,
tot grote verbazing en verontwaardiging van haar zoon. Horus
was zelfs zo boos, dat hij zijn moeder de kroon van het hoofd
rukte. Thoth intussen gaf haar een helm, in den vorm van een
runderkop. Een andere lezing vertelt, dat Horus het hoofd van
zijn moeder afsneed, doch dat Thoth, de tovenaar, het er weer
opzette, doch thans in den vorm van dat van een koe. Volgens het
verhaal gaat de strijd tussen Horus nog steeds voort en heeft geen
van beiden een overwinning behaald. Als Horus zijn vijand
eindelijk geheel zal overwonnen hebben, zal Osiris naar de aarde
terugkeren en nog eens als koning over Egypte heersen.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
357
GEVLEUGELDE SCHIJF VAN RA – EN.KI
In het 363e jaar van de heerschappij van Ra-Horakhti op aarde,
gebeurde het, dat de god met een machtig leger in Nubië was.
Set, de Boze, was tegen hem opgestaan, want Ra (EN.KI,
Aartsengel Lucifer) was in jaren vooruitgegaan en Set was de
lastigste en meest verraderlijke van alle wezens. Hij was het ook,
die zijn tweelingbroer Osiris, de grote en goede koning, gedood
had en hierom verlangde Horus, de broer van Osiris, vurig hem
van het leven te beroven. Met zijn strijdwagens, ruiters en
voetknechten landde Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer) aan den
oever van de grote rivier en kwam te Edfu, waar Horus van Edfu
zich met hem verenigde.
"O Ra", aldus sprak Horus, "groot zijn uwe vijanden en op listige
wijze spannen zij tegen u samen".
"Mijn zoon", antwoordde Ra, "wapen u en trek tegen mijn
vijanden op en vernietig hen spoedig".
Hierop trachtte Horus de hulp van god Thoth te verkrijgen, de
bedrevener in alle toverkunsten en met diens hulp veranderde hij
zichzelf in een grote zonneschijf, met schitterende vleugels, naar
beide zijden uitgespreid. Hij vloog daarna recht op de zon aan en
Heilige Boek der Gevallen Engelen
358
van de hemel zag hij zo woest op zijn en Ra's vijanden neer, dat
zij noch behoorlijk konden zien, noch horen. Ieder man
beschouwde zijn buurman als een vreemde en een geschreeuw
werd aangeheven, dat de vijand hen overvallen had. Zij keerden
de wapens tegen elkander, het grootste gedeelte werd verslagen
en enkele overlevenden verstrooiden zich. Horus dwaalde een tijd
over het slagveld, in de hoop Set te vinden, doch zijn aartsvijand
bevond zich daar niet; hij verborg zich in het Noordelijke land.
Daarop keerde Horus naar Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer) terug
en deze omarmde hem hartelijk. Horus nam nu Ra en de godin
Astarte met zich mede en toonde hun het slagveld, met lijken
overdekt. Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), de koning der goden,
zijde daarna tot zijn gevolg:
"Komt, laat ons naar den Nijl gaan, want onze vijanden zijn
verslagen".
Set had echter nog een groot gevolg; hij beval nu aan enige van
zijn metgezellen, zich in krokodillen en nijlpaarden te
veranderen, om de opvarenden van de heilige bark te kunnen
verzwelgen en tevens onkwetsbaar te zijn door hun dikke huid.
Horus echter had zijn smeden verzameld en elk van deze
vervaardigde een ijzeren lans en een ketting en sprak over deze
enige van zijn altijd machtige toverspreuken uit.
Tevens zei hij de formules op van het "Boek, dat in staat is, de
Nijlpaarden te doden". Toen de vreselijke dieren een aanval
deden, was de god tegen hen gewapend; verscheidene dieren
werden door de betoverde wapens doorboord en stierven, terwijl
de overblijvende vluchtten. Zij, die naar het Zuiden vluchtten,
werden door Horus achtervolgd en ten slotte ingehaald. Er volgde
thans een nieuwe hevige strijd en hierin werden de aanhangers
van Set opnieuw overwonnen. Overeenkomstig het verlangen van
Ra werd een heiligdom opgericht, om als gedenkteken van deze
overwinning te dienen en zijn beeld werd hierin geplaatst. Er
moest echter nog een andere ontmoeting plaats hebben, voordat
de volgelingen van Set geheel en al vernietigd werden.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
359
SLACHTING VAN HET MONSTER
Horus en Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), zeilden hierop
Noordwaarts, naar de zee, om Set en diens bondgenoten op te
sporen en zij hoopten alle krokodillen en nijlpaarden te
vernietigen, daar hun vijanden zich in hun gestalte hadden
gehuld. De dieren echter hielden zich onder water verborgen en
vier dagen verliepen er, voordat Horus hen in het gezicht kreeg.
Terstond viel hij hen aan en richtte met zijn wapens grote
verwoesting onder hen aan, tot grote vreugde van Ra en Thoth,
die den strijd vanuit de boot gadesloegen. Honderd twee en
veertig werden er bij deze gelegenheid gevangen genomen. Nog
altijd ging Horus voort met de vervolging van zijn vijanden,
steeds in de gedaante van een brandende, gevleugelde schijf, tot
aan zonsondergang, vergezeld door de godinnen Nekhbet en
Uazet in de gestalte van twee slangen. Nog eens haalde hij de
bondgenoten van Set in, ditmaal op de Westerse wateren van
Mert. Bij deze gelegenheid, evenals bij de andere, was Horus
overwinnaar en ongeveer 400 gevangenen werden naar de boot
van Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), gebracht en daarna gedood.
Toch nu werd Set zeer vertoornd en besloot in eigen persoon met
Horus den strijd aan te binden. Verschrikkelijk waren inderdaad
zijn geschreeuw, toen hij hoorde, welke verliezen zijn leger
geleden had. Horus en zijn gezellen trokken daarna Set tegemoet
en lang en verschrikkelijk was daarop de strijd. Ten slotte nam
Horus iemand gevangen, terwijl hij in de mening verkeerde, dat
het Set was. Het ongelukkige wezen werd voor Ra (EN.KI,
Aartsengel Lucifer), gesleept en deze gaf hem over aan hen, die
hem gevangen genomen hadden, met het verzoek met hem naar
goedvinden te handelen. Horus doodde daarna den gevangene,
sneed zijn hoofd af, sleurde hem door het stof en sneed zijn lijk in
stukken, zoals Set met Osiris had gedaan. Het was echter slechts
een van Sets metgezellen, die op zo ellendige wijze was
omgekomen. Het duivelse wezen zelf bevond zich nog in vrijheid
en zwoer zijn vijanden wraak. In de gedaante van een slang
verborg hij zich onder de aarde en de wetenschap, dat hij
ongedeerd was, gaf zijn volgelingen moed. Nog eens echter
werden zij door Horus verslagen en deze doodde een groot aantal
Heilige Boek der Gevallen Engelen
360
van hen. De goden bleven gedurende zes dagen op het kanaal en
wachtten af, of hun vijand zou verschijnen, toch niemand
vertoonde zich. Daarop verspreidde Horus zijn volgelingen, om
de overblijfselen van Sets leger te vernietigen. De twee laatste
gevechten werden bij Thal (Zalu) en te Shaos in Nubië geleverd.
Te Thal˚ nam Horus de gestalte van een vreselijke leeuw aan en
sloeg honderd twee en veertig vijanden neer. In de chaos
vertoonde hij zich nog eens in de gedaante van een grote
lichtgevende schijf, met schitterende vleugels en met de godinnen
Nekhbet en Nazet aan iedere zijde, in de gestalte van gekroonde
slangen. Ook bij deze gelegenheid kwam Horus als overwinnaar
uit den strijd. Deze mythe eindigt op verschillende manieren. In
één verhaal lezen wij, dat de gevangene, die Horus liet
onthoofden, niemand anders dan Set was; deze werd echter weer
levend en nam de gedaante van een slang aan. In dit verhaal
wordt Horus van Edf˚ vergezeld door Horus het kind, de zoon
van Isis en Osiris.
HET ZWARTE ZWIJN
Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), Set en Horus worden in een
Egyptische mythe, welke de zon- en maansverduistering tracht te
verklaren, behandeld. Wij lezen daar, dat Set en Horus verbitterde
vijanden waren; Set durfde den strijd echter niet openlijk te
beginnen, want hij vreesde Horus. Daarom verzon hij listig
heimelijke plannen, om daardoor de val van Horus te
bewerkstelligen en dit verhaal leert ons, hoe de zaak afliep. Op
zekeren dag verzocht Horus Ra toestemming de toekomst uit zijn
ogen te lezen. Volgaarne voldeed Ra aan dit verzoek, omdat hij
Horus, die door alle goden en mensen bemind werd, liefhad.
Terwijl zij met elkaar spraken, ging hun een zwart zwijn, een
reusachtig, afschuwelijk dier, voorbij, met een woest uiterlijk en
met ogen, welke list en wreedheid verrieden. Hoewel noch Ra,
noch Horus zich hiervan bewust waren, was het zwarte zwijn Set
in eigen persoon, daar deze de macht had, zich in ieder
willekeurig dier te veranderen.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
361
"Wat een vreselijk monster",
riep Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), uit, toen hij het dier zag.
Horus richtte thans eveneens zijn blik naar het zwarte zwijn,
waarin hij zijn vijand nog niet herkende. Dit was Sets geluk. Hij
zond een lichtstraal, juist in het oog van de god. Horus werd door
de hevige pijn bijna van zijn verstand beroofd. "Set heeft mij dit
kwaad aangedaan", riep hij uit; "dit mag niet ongestraft blijven".
Set was echter verdwenen en men kon hem nergens ontdekken.
Daarom sprak Ra de vloek uit over het zwijn, om het kwaad, dat
Horus overkomen was. Toen de jonge god zijn gezicht herkregen
had, gaf Ra hem de stad PÈ, en hierover was hij zeer verblijd en
bij zijn glimlach verdwenen de duistere wolken en het gehele
land verheugde zich. Een Griekse lezing der mythe vertelt, dat het
zwarte zwijn het oog van Horus uitrukte en het verslond, toch dat
hij door Ra (Helios) genoodzaakt werd, het te herstellen. De
ogen van Horus zijn natuurlijk de zon en de maan; een van deze
wordt door het zwarte zwijn (een verduistering) verslonden, of
vernietigd. De teruggave van het licht aan de aarde wordt door de
vreugde van Horus, die met de stad PÈ begiftigd wordt,
voorgesteld. Nephthys was de tegenhangster van Set. Zij was de
dochter van Geb (of Seb) en Nut, de zuster en vrouw van Set, en
de moeder van Anubis, toch het is niet duidelijk, of zij dat was
door Osiris, of Set. Het woord Nebt-het betekent: "de vrouw des
huizes", of "lucht". Hoewel Nephthys met Set verenigd wordt,
schijnt zij haar zuster Isis mede trouw te blijven, daar zij deze in
het verzamelen van de verstrooide ledematen van Osiris bijstaat.
DE VIER ZONEN VAN HORUS
De vier zonen van Horus speelden een belangrijke rol in de
dodencultus van het Oude Egypte. Voor het overleven van de ziel
moest in het Oude Egypte het lichaam intact kunnen blijven.
Daarom moesten ze het lichaam kunnen laten conserveren. De
mummificatie hield in dat bepaalde organen uit het lichaam van
de overledene moesten worden gehaald. Hierdoor zou het
rottingsproces veel trager gaan. Herodotus beschrijft hoe de
zijkant van de buik opengesneden werd en de ingewanden eruit
Heilige Boek der Gevallen Engelen
362
gehaald. Niet alle ingewanden werden bewaard, maar volgens de
traditie werden er vier gestopt in een canope. Deze vier werden
telkens beschermd door een zoon van Horus en een godin.
(de vier zonen van Horus)
Doeamoetef had een jakhalskop en waakte samen met Neith over
het oosten en de maag van de overledene.
Hapi met de bavianenkop waakte samen met Nephtys over de
longen en het zuiden.
Amset was afgebeeld als een mens en hij bewaakte met Isis het
noorden en de lever.
Kebehsenoef had een valkenkop en waakte met Selket over het
westen en de darmen.
DE VERNIETIGING VAN DE MENS
De Zonnegod Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), was koning van
zowel de goddelijke (AN.UNNA.KI) als de sterfelijke wereld. Hij
ziet eruit als een oude man met botten van zilver, vlees van goud
en haar van lapis lazuli. De aarde floreerde onder zijn warme
stralen, maar toch begonnen de mensen zijn gezag te
ondermijnen. De goddelijke koning vernam dat de mensheid van
plan was om in opstand te komen. In zijn ontsteltenis was zijn
eerste reactie om het ras volledig te vernietigen, maar hij besloot
om raad te vragen. Hij droeg zijn volgelingen op om de Goden
Heilige Boek der Gevallen Engelen
363
Sjoe, Tefnoet, Geb, Noet en Noen naar het hof te brengen.
Evenals een Godin die zijn 'Oog' werd genoemd. Deze Godin is
Hathor (leeuwmensen) in haar vreedzame gedaante.
(Hathor)
De Goden (AN.UNNA.KI, gevallen engelen) moesten allemaal in
het geheim komen, zodat de mensen er niet achter konden komen
dat hun plannen bekend waren bij de koning. De Goden deden
wat Ra (EN.KI) hen vroeg en kwamen in het paleis aan, waar ze
bogen voor hun koning. De Zonnegod vroeg hun mening over de
gang van zaken. Alle aanwezigen waren het er unaniem mee eens
dat hij zijn “Oog” moest sturen om de mensen te vermoorden. Ra
(EN.KI) nam een besloot en stuurde de Godin erop uit. Hathor
gehoorzaamde hem graag en veranderde in haar wilde gedaante.
Als Sekhmet keerde ze zicht tegen het Egyptische volk.
(Hathor als Sekhmet)
Heilige Boek der Gevallen Engelen
364
De verraderlijke mensen vluchtten de woestijn in, in een poging
om te ontsnappen aan de bloeddorstige Godin, maar ze spoorde
hen op en genoot van de slachting. Een papyrus meldt:
"Als het Oog van Re aan je verschijnt, verslindt ze je, straft ze je."
Na een bloedbad van een dag voelde Ra (EN.KI) mededogen en
hij vond dat hij de mensheid genoeg had gestraft. De mensheid
zou nu wel onthouden wie de baas was.
(Sekhmet)
Maar Sekhmet, het Oog van Ra (EN.KI, Aartsengel Lucifer), is
bloeddorstig en onbeheersbaar. Ze zou niet stoppen voor het
menselijk ras volledig was uitgeroeid. Nu haar kracht ontketend
was, moest Ra een manier vinden om het weer aan banden te
leggen. Hij zond snelle boodschappers naar Aswan dat in het
zuiden van Egypte lag. Ze moesten "zo snel als de schaduw"
grote hoeveelheden rode oker, fijne aarde gemengd met
ijzeroxide of hematiet, halen en naar zijn tempel in Heliopolis
brengen. De hogepriester (Leviët) kreeg de opdracht het hemetiet
Heilige Boek der Gevallen Engelen
365
te malen en de dienstmeisjes moesten voldoende gerst malen om
zevenduizend kruiken met bier te vullen. Dit bier moest worden
gemengd met de rode oker, zodat het zou lijken op bloed. Men
ging onmiddellijk aan het werk en de hele nacht lang draaide het
om de vraag of de mensheid nog wel gered kon worden. De
volgende morgen kwam Ra vroeg op en gaf het bevel om de
velden waar Sekhmet haar moordlust verder zou bevredigen vol
te laten lopen met het rode bier tot een hoogte van "drie palmen".
Toen de Godin wakker werd en de velden met rode vloeistof zag,
was ze verrukt. Gulzig begon ze onmiddellijk de vloeistof, die zij
aanzag voor mensenbloed, op te slokken. Ze raakte vreselijk
dronken en vergat het Egyptische volk, en het aan haar gegeven
bevel om ze uit te roeien, volledig. Ze keerde terug naar het paleis
van haar vader om haar roes uit te slapen. Ra (EN.KI) had zijn
volk gered en de woeste Godin veranderde weer terug in de
vreedzame Hathor. Een alternatieve versie vertelt dat Ra de
mensheid strafte omdat zij zich niet meer aan hun religieuze
plichten hielden en de voorgeschreven offers niet brachten. De
Goden (AN.UNNA.KI) besloten toen om de Leeuwengodin
Sekhmet naar de aarde te sturen om de mensheid te straffen. Toen
ze echter zagen dat Sekhmet mensen naar willekeur afslachtte en
genoot van de smaak van hun bloed, beseften ze dat op deze
manier de mensheid volledig uitgeroeid zou kunnen worden.
Door middel van dezelfde list, ditmaal met een drank die khakadi
wordt genoemd, wisten ze de mensheid te redden. En zo leerde de
mens dat er met de Goden niet te spotten viel. Hathor-Sekhmet
wordt ook wel 'Vrouwe van de Dronkenschap' genoemd. Een
overblijfsel van de list waarmee Ra de mensheid redt van haar
moordlust. Maar de ervaring was Ra (EN.KI Aartsengel Lucifer)
te veel en hij had genoeg van de ondankbare tak om over de aarde
te heersen. Hij deed afstand van de troon en liet de
verantwoordelijkheden over aan de God van de wijsheid en het
schrift.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
366
(Thot)
Thot leerde de mensheid lezen en schrijven, terwijl Ra (EN.KI)
met behulp van zijn zoon Sjoe en kleindochter Noet opsteeg naar
de hemel voor een periode van vrede en rust voor Aarde. Het was
het jaar 6000 v.Chr. De Arks des Verbond die als symbool staat
van EN.KI (Aartsengel Lucifer) kracht en manifestatie op aarde
werd verder vereerd in Egypte door de Priester (gevallen engelen)
van EN.KI. Deze priesters werden later bekend als de Leviëten
uit de stam van Israël.
Heilige Boek der Gevallen Engelen
367
Download