o o r lo g i n foto’s HITLERS HOOFDKWARTIEREN 1939-1945 ZELDZ AME FOTO’s UIT OORLOGSARCHIEVEN ian baxter Amersfoort, 2014 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 3 23-06-14 14:08 Inhoud Over de auteur 6 Hoofdstuk 1 Een beslissend jaar Führersonderzug en Rijkskanselarij, 1939-1940 7 Hoofdstuk 2 Aanval op het Westen Felsennest, Wolfsschlucht en Tannenberg, 1940 30 Hoofdstuk 3 Het Oostfront Wolfschanze, 1941-1942 52 Hoofdstuk 4 Op weg naar de vernietiging Wehrwolf, Wolfschanze en Wolfsschlucht 2, 1942-1943 78 Hoofdstuk 5 Nederlaag op alle fronten Wolfschanze, 1944 118 Hoofdstuk 6 Het naderend einde Adlerhorst en Führerbunker, 1945 146 Hoofdstuk 7 Reis naar het verleden: op bezoek in de Wolfschanze 168 Bijlage 1 Hitlers geheime hoofdkwartieren 203 Bijlage 2 Afkortingen 206 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 5 23-06-14 14:08 Hoofdstuk 1 Een beslissend jaar Führersonderzug en Rijkskanselarij 1939-1940 T egen de zomer van 1939 waren door de Duitse strijdkrachten alle militaire voorbereidingen getroffen voor de geplande aanval op Polen; deze droeg de codenaam ‘Zaak Wit’ (‘Fall Weiss’). Aanvang tweede helft augustus zette het Duitse militaire opperbevel zijn plannen door om Polen te vernietigen en om het westelijke deel, dat overwegend Duits was, te bevrijden. Op 22 augustus riep Adolf Hitler zijn belangrijkste commandanten aan het Oostfront naar de Berghof – zijn buitenverblijf op de Obersalzberg – om hun zijn militaire plannen uit te leggen. Hij sprak enthousiast en vertelde zijn generaals dat de oorlog met Polen een ander soort oorlog zou worden, helemaal anders dan de onmenselijke loopgravenoorlog uit de Eerste Wereldoorlog, maar een nieuw concept: een ‘Blitzkrieg’. Een snelle aanval, die met zoveel kracht en inzet werd uitgevoerd, dat de overwinning snel en doorslaggevend zou zijn. Terwijl er buiten een onweersbui tot ontwikkeling kwam, vertelde hij het publiek dat aan zijn lippen hing dat het stalen zenuwen moest hebben. Zelfs als het Westen met oorlog dreigde, ‘was het van vitaal belang’, zei hij, ‘om elk vonkje in Polen meteen te doven en, als dat nodig is, met geweld’. Hij was in een van zijn meest hooghartige en compromisloze buien en hij eindigde zo: ‘Ik heb mijn plicht gedaan, nu moeten jullie jullie plicht gaan doen.’ De opperbevelhebber van het leger, generaal Walther von Brauchitsch, verzekerde zijn Führer ervan dat de Wehrmacht zijn plicht zou doen. Daarna sprong hij overeind en stuurde hij iedereen weg met de mededeling: ‘Heren, naar uw post.’ Een paar dagen later werd de aanval op Polen, die voor 26 augustus stond gepland, tijdelijk uitgesteld. Hoewel dat uitstel de geestelijke en lichamelijke druk verhoogde op de mannen die in het veld, in de struiken en bossen waren opgesteld, vertrouwden Hitler en zijn commandanten erop dat, als de aanval eenmaal begon, die snel en succesvol zou zijn. Zes dagen later, om vijf voor half vijf ’s ochtends, op 1 september, werd Hitlers Marsorder 1 voor de geplande invasie van Polen eindelijk uitgevaardigd. In de dagen daarna hielden Hitler en zijn commandanten de ontwikkelingen van de invasie in de gaten vanuit de Rijkskanselarij in Berlijn. Waar zijn commandanten bij waren, liet Hitler duidelijk merken dat hij onder de indruk was van de snelle opmars van zijn strijdkrachten. Het leek erop dat de veldtocht de kenmerken had die hij in de weken daarna zou behou- 7 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 7 23-06-14 14:08 den. In het noorden, zuiden en oosten trokken de Poolse frontlinies zich overal samen en deze gingen langzaam maar zeker ten onder aan de enorme Duitse druk. Aan het eind van de ochtend op 3 september gaf Hitler, nadat hij een formeel Brits ultimatum had ontvangen dat vroeg om de terugtrekking van Duitse troepen uit Polen, zijn adjudant de opdracht om het beveiligingsbataljon van generaal Erwin Rommel te bellen om hun te melden dat ze er rekening mee moesten houden dat de Führer later die dag naar zijn hoofdkwartier zou vertrekken. Even na acht uur op de avond van 3 september 1939 kwam de gemotoriseerde colonne van Hitler onder dekking van de duisternis aan bij treinstation Anhalt in Berlijn. Hitlers Führersonderzug, de ‘speciale trein van de Führer’, die uit de remise bij Tempelhof was gehaald, stond bij het afgegrendelde perron te wachten om te vertrekken. Om negen uur gaven de gekleurde seinlampen in het station toestemming voor vertrek en ging de lange trein na het fluitje van de stationschef op weg naar het slagveld in Polen. Aan boord van de trein bevonden zich negen of meer persoonlijke adjudanten, drie of meer persmensen, enkele radiobedienden, een aantal gasten inclusief de hoofdfotograaf, de verbindingsofficier van Heinrich Himmler, een vertegenwoordiger van het ministerie van Buitenlandse Zaken, drie persoonlijke bedienden, de hoofd- en de reservemachinist, tien mannen van het beveiligingsbataljon en tien cateringmedewerkers van de Rijksspoorwegen, onder wie obers, koks, keukenmeiden en twee zilverpoetsers, vijf officieren van de spoorwegpolitie en drie inspecteurs van de Rijkspost. Twee motorkonvooien gingen overal heen waar de Führersonderzug heen ging en ze waren onmiddellijk beschikbaar als dat nodig was. Ook een eskader vliegtuigen, onder leiding van kapitein Baur, volgde de trein van de Führer. De trein bestond uit minstens twaalf rijtuigen en werd voortgetrokken door één locomotief (een jaar later, in 1940, zouden het twee locomotieven zijn die samen de rijtuigen voorttrokken). Tot de rijtuigen behoorden twee rijtuigen met 2cm-antiluchtdoelgeschut, twee bagagerijtuigen, het luxueuze rijtuig van de Führer, en een persrijtuig met een communicatiecentrum met onder andere een kortegolfzender van 700 Watt. Verder was er een uitgebreide accommodatie voor gasten en persoonlijke staf, waaronder een badrijtuig. In het eigen rijtuig van Hitler bevond zich een zitkamer met een rechthoekige tafel met acht stoelen eromheen. De andere vier coupés van zijn rijtuig waren voor zijn adjudanten en persoonlijke bedienden. Secretarissen, koks, assistenten en mannen van de verbindingsdienst waren ook in dit deel van de trein ondergebracht. Naast die verblijven bevond zich het communicatiecentrum, voorzien van een radiotelefoon en verschillende telexmachines. Het rijtuig was in tweeën gedeeld; het andere deel werd in beslag genomen door een vergaderkamer die bestond uit een tafel en een stoel, met op de tafel een kaart waarop Hitler elke dag het oorlogsfront bekeek. Het eetrijtuig en de slaaprijtuigen konden tijdens stops worden verbonden met het telefoonnetwerk van de Rijkspost. Onder de andere rijtuigen bevonden zich een rijtuig voor de Rijksveiligheidsdienst (Reichssicherheitsdienst; RSD) en het beveiligings- 8 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 8 23-06-14 14:08 bataljon van de Führer (Führer-Begleit-Battaillon; FBB). Verder waren er twee slaaprijtuigen voor personeel en gasten. In de vroege uren van maandagochtend 4 september 1939 kwam de Führersonderzug aan op een stoffig rangeerterrein in Bad Polzin (in Pommeren), zo’n 230 kilometer ten noorden van Berlijn. Bijna meteen grendelde een volledig gemechaniseerde eenheid, bestaande uit een pantser- en verkenningscompagnie onder leiding van het beveiligingsbataljon van generaal Erwin Rommel, het gebied rond de trein af en bemande het geschut. De rest van de nacht bleef de trein daar staan, tot het tijd was geworden om naar de eindbestemming te rijden. Toen de dag aanbrak, was de trein alweer onderweg en kwam hij aan bij station Gross-Born, de eindbestemming van de reis. In de twee weken daarna bracht Hitler het grootste deel van zijn tijd door in de benauwde, claustrofobische atmosfeer van zijn commandorijtuig. Net als in de Rijkskanselarij overheerste in de trein het bruine uniform van de Nazipartij. Aan boord van de trein bevonden zich negen of meer adjudanten en assistenten, Keitel en Jodl van het opperbevel van het leger (later hadden zij elk een eigen Sonderzug), de legeradjudant van de Führer, Gerhard Engel, twee persoonlijke artsen van de Führer, twee secretarissen, drie of meer persmensen, inclusief de Rijksperschef Otto Dietrich, die kort daarna een boekje over de reis zou schrijven. Er waren enkele radiobedienden, en gasten zoals de hoofdfotograaf Heinrich Hoffmann, een verbindingsofficier van Heinrich Himmler, Karl Wolff, Albert Bormann, de jongere broer van Martin Bormann, een vertegenwoordiger van het ministerie van Buitenlandse Zaken, drie persoonlijke bedienden, de machinist en zijn vervanger, tien mannen van de FBB en tien van de RSD, veertien functionarissen en medewerkers van de cateringservice van de Rijksspoorwegen (onder wie obers, koks, keukenmeiden en twee zilverpoetsers), vijf officieren van de spoorwegpolitie en drie inspecteurs van de Rijkspost. Later stuurde Theodor Ecke zijn commandohoofdkwartier van de gewelddadige Totenkopf-regimenten ook aan vanuit deze speciale trein van Hitler. Aan boord van de trein stelde Keitel zijn hoofd Sectie Operaties, Alfred Jodl, aan de Führer voor. De lange, kalende officier maakte meteen veel indruk op Hitler. Jodl zou tot het eind van de oorlog zijn belangrijkste strategische adviseur blijven. Vanuit zijn hoofdkwartier in de trein was Hitler in staat om zijn aandacht volledig te richten op de gebeurtenissen in Polen. De trein verplaatste zich nog een paar keer, zodat hij gemakkelijk die delen van het front kon bezoeken waarin hij was geïnteresseerd. Elke dag verscheen hij in het commandorijtuig om het persoonlijke verslag van Jodl over de actuele situatie aan te horen. Vier dagen na de invasie van Polen, die de codenaam ‘Operatie Wit’ had gekregen, boekte het Duitse leger verbazingwekkende successen op alle fronten. Hitler had heel veel belangstelling voor de oorlog in Polen en tijdens elke stop van de trein was hij in staat om, ondanks het risico, overdag vanuit de trein ritjes te maken, met een gepantserde escorte, in twee kleine konvooien van zware, gepantserde Mercedessen met zes wielen. 9 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 9 23-06-14 14:08 Op 5 september reed de trein naar het gebied ten zuidwesten van Neustettin waar soldaten werden opgeleid; op 8 september reed hij verder naar het zuiden, naar Ilnau, dat ten noordoosten van Oppeln, in Silezië, ligt. Op 13 september ging de trein naar Gogolin, ten zuiden van Oppeln. Op 18 september, ten slotte, reed hij weer naar het noorden, naar Goddentow-Lanz, in de buurt van Lauenburg in Pommeren. Tijdens die ritten hield Hitlers staf zich aan boord van de trein bezig met het samenstellen van allerlei rapporten over de voortgang van de drie legeronderdelen. Zodra die rapporten waren verzameld, werd de kladversie van het dagelijkse Wehrmacht-communiqué opgesteld en opgestuurd naar generaal Jodl van het opperbevel van de Wehrmacht, die via Keitel de goedkeuring en handtekening van Hitler kreeg. De Führersonderzug en de Rijkskanselarij stonden constant met elkaar in verbinding en wisselden continu gegevens en andere belangrijke informatie uit, zodat de militaire én politieke zenuwcentra op de hoogte bleven. Op 19 september werd het hoofdkwartier voor het eerst tijdens de Poolse veldtocht van de trein verplaatst naar het aan de kust gelegen Kasinohotel, aan de Nordstrasse in Zoppot, iets ten westen van Danzig. Hitler nam daar de kamers 251, 252 en 253 van het hotel in gebruik. Met het hotel als basis ging hij door met zijn dagelijkse bezoeken, per gemotoriseerd konvooi of per vliegtuig, aan gebieden waar militaire operaties aan de gang waren. Aan het eind van de middag van 25 september keerde Hitler terug naar zijn trein. Die vertrok de volgende ochtend en kwam op 26 september 1939 om vijf over vijf ’s middags in Berlijn aan. Binnen een uur was Hitler weer in de Rijkskanselarij en werd zijn speciale trein geparkeerd bij de remise van station Tempelhof. Op 27 september kreeg Hitler eindelijk het bericht dat Warschau zich had overgegeven. De volgende dag hield het hele hoofdkwartierbataljon een parade om een nieuw vaandel in ontvangst te nemen dat hun werd aangeboden door de Führer. Naderhand riep hij, bemoedigd door de overwinning in Polen, zijn legerleiding bij elkaar in de Rijkskanselarij en sprak uitgebreid over een aanval op het Westen. Hij zei dat Duitsland zo snel mogelijk moest toeslaan, voordat het te laat was. Als dat enigszins mogelijk was, moest die aanval volgens hem in de herfst van 1939 beginnen. Een aantal generaals die bij die bijeenkomst aanwezig was, wist al tijdens de Poolse veldtocht dat Hitler van plan was om het Westen aan te vallen. Aan boord van de Führersonderzug had Hitler op 14 september de reële mogelijkheid van een aanval op het Westen besproken met zijn hoofdingenieur, Fritz Todt. Hij sprak over de behoefte aan een geschikt permanent hoofdkwartier in het Westen, van waaruit hij een militaire operatie kon leiden. Jodl had zijn plaatsvervanger, generaal Warlimont, de opdracht gegeven om mogelijke plaatsen voor een veldhoofdkwartier voor het opperbevel van de Wehrmacht in het westelijke deel van Duitsland te onderzoeken, van waaruit latere stadia van de oorlog zouden kunnen worden geleid. Het hoofdkwartier moest buiten het bereik van langeafstandsgeschut liggen, maar zo dicht mogelijk bij het westelijke front. Er moesten in hetzelfde gebied ook accommodaties zijn voor de Wehrmacht en de Luftwaffe. 10 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 10 23-06-14 14:08 Toegangspoort bij de Berghof, Hitlers buitenverblijf in de bergen. Dit was Adolf Hitlers verblijfplaats op de Obersalzberg in de Beierse Alpen, in de buurt van het stadje Berchtesgaden in Beieren. Hitler zou hier behoorlijk wat tijd doorbrengen tijdens de oorlog, wat veel wrevel veroorzaakte onder zijn oorlogsstaf. Het gebouw werd verbouwd en op grote schaal uitgebreid, en kreeg in 1935 zijn nieuwe naam ‘de Berghof’. Het was tien jaar lang het buitenverblijf van Hitler. (Bundesarchiv/Hoffman/Kaludow) 18 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 18 23-06-14 14:08 Een foto die is gemaakt kort nadat de nieuwe Rijkskanselarij in 1939 was geopend. Eind januari 1938 gaf Adolf Hitler zijn architect Albert Speer officieel de opdracht om een nieuwe Rijkskanselarij te bouwen in Berlijn, op de hoek van de Voßstrasse en Wilhelmstrasse. Hij eiste dat het gebouw binnen een jaar klaar zou zijn. Het gebouw bleef de hele oorlog zijn officiële residentie en werd als een van zijn hoofdkwartieren gebruikt als hij in Berlijn was. (Bundesarchiv/Kaludow) Hitler wordt toegejuicht door een groep Wehrmacht- en Luftwaffe-manschappen na een rondrit langs het front. Hij draagt zijn opvallende groenleren officiersoverjas die hij bij veel bezoeken aan het front droeg. 19 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 19 23-06-14 14:08 Hitlers kantoor in de nieuwe Rijkskanselarij. Zijn kamer was enorm groot (400 vierkante meter). Hier sprak hij met hoogwaardigheidsbekleders en wereldleiders en later in de oorlog belegde hij er een aantal oorlogsbesprekingen. (Kaludow) Een van de bewakers van Hitlers hoofdkwartier bekijkt Hitlers vliegtuig (de ‘Grenzmark’) na de landing. Hitler was het eerste staatshoofd met een eigen piloot en vliegtuig. In de jaren 1930 en tijdens de Tweede Wereldoorlog vervoerde het speciale vliegtuig van de Führer beroemde en beruchte personen – onder wie zijn vertrouwelingen en hoogwaardigheidsbekleders uit heel Europa – naar de geheime hoofdkwartieren van Hitler en naar de ver uit elkaar gelegen slagvelden aan het Oostfront. 20 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 20 23-06-14 14:08 Luftwaffe-soldaten in een van de vele wachthuizen die werden opgericht waar Hitlers speciale trein of vliegtuig aankwam of waar hij uitstapte. Twee bemanningsleden poseren voor de camera terwijl ze op de locomotief zitten van Hitlers speciale trein die voor de oorlog de codenaam Führersonderzug F (speciale trein F voor de Führer) had. Die codenaam werd tijdens de oorlog veranderd in ‘Amerika’; de trein heette ‘Brandenburg’ van 1943 tot 1945. 21 15504_Oorlog in foto's I_Hitlers Hoofdkwartieren_BW.indd 21 23-06-14 14:08