Verband voorwerpafstand en beeldafstand Een verduidelijking met de computer Waar hebben we het over? 1.Beeldafstand (b) Afstand van het beeld tot aan het optisch midden 2.Voorwerpsafstand (v) Afstand van het voorwerp tot aan het optisch midden 3.Brandpuntsafstand (f) Afstand van het brandpunt tot aan het optisch midden 5.Positieve lens Dit beeld kunnen we opvangen op een scherm 6.Constructiestralen Drie lichtstralen, die op een speciale manier te tekenen zijn. Hoe kun je een beeld vinden? Toepassen van de 3 constructiestralen. 1. Een lichtstraal door het optisch midden gaat altijd rechtdoor 2. Een lichtstraal door het brandpunt gaat na de lens evenwijdig aan de hoofdas verder. 3. Een lichtstraal evenwijdig aan de hoofdas gaat na de lens door het brandpunt Extra!!: Alle lichstralen van een voorwerpspunt gaan allemaal naar het zelfde beeldpunt Constructiestralen Lichtstraal evenwijdig aan de hoofdas + F Lichtstraal door het brandpunt F Lichtstraal door het optisch midden Verband beeldafstand en voorwerpsafstand • Als de voorwerpsafstand groter wordt dan wordt de beeldafstand …….. • Als de voorwerpsafstand kleiner wordt, dan wordt de beeldafstand….. + F F Praktijkvoorbeeld: fototoestel van Helder Draaien van objectief •Voorwerpafstand klein •Voorwerpsafstand groot Welke kant moet er opgedraaid worden om het beeld scherp op het negatief te krijgen? Wat gebeurt er als de voorwerpsafstand zeer klein wordt? Test: Neem een positieve lens. Houdt deze minimaal 40 cm boven je boek. Kijk door de lens. Wat valt je op aan het beeld? Plaats nu de lens vlak boven je boek (± 5cm) kijk er door. Welk verschil is er t.o.v. een grote voorwerpsafstand? Verklaring Wanneer de voorwerpsafstand kleiner is dan de brandpuntsafstand is er spraken van een ‘virtueel beeld’ Dit beeld is niet omgekeerd en niet op een scherm op te vangen. Het Oog harde oogrok netvlies ooglens iris Gele vlek pupil Blinde vlek hoornvlies holte oogzenuw Hoe kan een mens alles scherp zien? • • • • Ooglens past zich aan Accomoderen Dichtbij Veraf Bijziend (myopie) • Ooglens te sterk • Correctie met een negatieve lens Verziend (hypermetropie) • Ooglens te zwak • Correctie met een positieve lens Oudziend (presbyopie) • Oog kan niet genoeg accomoderen • Correctie met een positieve lens