Handboek Workshop aangepaste spellen Inhoudsopgave Voorwoord ........................................................................ 6 Inleiding........................................................................... 4 1 Informatie over Visio .................................................... 5 1.1 Koninklijke Visio, expertisecentrum voor slechtziende en blinde mensen ................................. 5 1.2 Visio, partner voor professionals ........................................................................................ 6 1.3 Afdeling advies ................................................................................................................ 6 2 Wat is een visuele beperking? ........................................ 7 3 Gezichtsscherpte en gezichtsveld ................................... 7 4 Het oog ....................................................................... 8 5 Praktische gevolgen van oogaandoeningen ...................... 9 5.1 Niet Aangeboren Hersenletsel .......................................................................................... 10 6 Herkennen van verbale signalen ................................... 11 7 Herkennen van non-verbale signalen ............................ 11 8 Communicatie en informatie ........................................ 12 8.1 Tips voor communicatie en informatie .............................................................................. 12 Bijlagen ......................................................................... 14 Bijlage 1 ................................................................................................................................. 14 Bijlage 2 ................................................................................................................................. 15 Geraadpleegde literatuur .................................................. 15 Adressen Revalidatie & Advies .......................................... 16 Voorwoord Ouder worden en het langzaam achteruitgaan van het gezichtsvermogen. Een groot aantal ouderen krijgt te maken met dit probleem en in veel gevallen wordt dit niet opgemerkt door hun omgeving. Enerzijds weet men vaak zelf het probleem te verbloemen. Anderzijds denkt men vaak dat het gewoon ‘de leeftijd’ is. - Visio heeft een workshop aangepaste spellen ontwikkeld welke is bedoeld voor iedereen die werkt in welke hoedanigheid dan ook met mensen met een visuele beperking. Hieronder vallen onder andere: - activiteitenbegeleiders - medewerkers van een speelotheek - vrijwilligers en mantelzorgers die meer willen weten over de mogelijkheden van aangepaste spellen voor mensen met een visuele beperking Afhankelijk van de doelgroep kunnen een aantal doelen worden geformuleerd. Na afloop van de workshop heeft de deelnemer kennis van: - Consequenties voor het dagelijkse leven van de meest voorkomende gevolgen van oogaandoeningen; - Het belang van adequate omgangsvormen en taalgebruik dat aansluit bij de belevingswereld van de visueel beperkte persoon; - Mogelijkheden van organisaties als Visio en de verwijzing daarnaar; - Mogelijkheden van aangepaste spellen. Na afloop van de workshop weet de deelnemer: - Dat er meerdere, te onderscheiden oogaandoeningen bestaan, die verschillende consequenties hebben; - Welke omgangsvorm en welk taalgebruik effectief is bij een visueel beperkte persoon; - Hoe de aanmeldingsprocedure is van Visio; - Welke aangepaste spellen geschikt zijn voor mensen een visuele beperking; - Waar spellen aan moeten voldoen voor mensen met een visuele beperking. Na afloop van de workshop is de deelnemer in staat: - De omgangsvorm en taalgebruik te hanteren die effectief is voor de persoon met een visuele beperking; - De persoon met een visuele beperking te kunnen aanmelden of te verwijzen naar Visio en/of indien nodig consultatie en advies aan te vragen; - Reguliere spellen aan te passen zodat deze ook geschikt zijn voor mensen met een visuele beperking; - Aangepaste en reguliere spellen te spelen met en uit te leggen aan mensen met een visuele beperking. Na - afloop van de workshop is de deelnemer bereid: Alert te zijn op signalen van personen met een (mogelijke) visuele beperking; Te leren en het geleerde toe te passen; Kennis te delen en samen te werken. 3 Inleiding Het handboek bij de ‘workshop aangepaste spellen’ gaat als eerste, zeer globaal, in op de visuele beperking. Wat is een visuele beperking en wat kunnen mensen met een visuele beperking ervaren. De aandacht gaat met name uit naar de praktische gevolgen van verschillende oogaandoeningen in het dagelijks leven. Voorts komen de volgende aspecten uitgebreid aan de orde: - Communicatie en informatie - Aangepaste spellen Tijdens de workshop wordt ruim aandacht besteed aan het zelfervaren. De deelnemer wordt geconfronteerd met het zelf spelen van aangepaste spellen. Daarbij komen tips en richtlijnen aan bod die in dit handboek terug te vinden zijn. Alleen het lezen van dit handboek, zonder deelnemen aan de workshop, is niet voldoende. Het handboek is dan ook bedoeld als naslagwerk en aanvulling op de gevolgde workshop. 4 1 Informatie over Visio Volgens de NOG richtlijn; Visusstoornissen, revalidatie en verwijzing 1, spreekt men over slechtziendheid, wanneer er sprake is van een gezichtsscherpte van <0.3 en ≥0.05 van het beste oog met beste correctie of een concentrisch gezichtsveld <30 en >10° (totale openingshoek). Men spreekt over blindheid, wanneer er sprake is van een gezichtsscherpte van <0.05 van het beste oog met beste correctie, of gezichtsveld met een totale openingshoek ≤10°. In 20092 hadden naar schatting ruim 300.000 Nederlanders een visuele beperking in beide ogen, waarvan circa 76.000 blind zijn en 239.000 slechtziend. Door de vergrijzing neemt dit aantal tussen 2009 en 2020 toe tot 354.000 mensen. Naar schatting 56% van alle blindheid en slechtziendheid is te voorkomen of te behandelen en dus vermijdbaar. Dit is met name het geval onder ouderen in verpleeg- en verzorgingshuizen: bij 44% is het een vermijdbare visuele beperking. De in dit handboek eerder genoemde signalen kunnen mogelijk een begin zijn om slechtziendheid bij een persoon te herkennen. Het kan een startpunt zijn voor een gesprek en om mensen door te verwijzen naar de oogarts voor een eventuele behandeling. Een oogarts of neuroloog kan iemand met een visuele beperking volgens de NOG richtlijnen 1 doorverwijzen naar Visio voor advies, training en begeleiding. 1.1 Koninklijke Visio3, expertisecentrum voor slechtziende en blinde mensen Visio ondersteunt slechtziende en blinde mensen met hun vragen over leven, leren, wonen en werken. Bijvoorbeeld door advies te geven over hulpmiddelen, praktische trainingen te geven en begeleiding te bieden bij wonen, werken of emotionele verwerking. Kinderen en jongeren Een speciaal team van Visio helpt kinderen en jongeren zo zelfstandig mogelijk te functioneren binnen hun eigen omgeving. Leerlingen die naar het reguliere onderwijs gaan, kunnen rekenen op begeleiding vanuit Visio op school. Ook heeft Visio speciale scholen voor kinderen en jongeren met een visuele beperking. Volwassenen Voor volwassen is er een speciaal team dat de visuele mogelijkheden van de cliënt in kaart brengt. De medewerkers van Visio overleggen met de cliënt wat hij zelf kan en wil doen. Hij krijgt ondersteuning bij vragen over vaardigheden, mobiliteit, werk, computergebruik en vrije tijd. Training en revalidatie helpen bij het leren omgaan met de visuele beperking. Ook ondersteunt Visio bij de emotionele verwerking van slechtziend of blind zijn, individueel of in een groep. Meervoudige beperking Het stimuleren van de ontwikkeling van kinderen met een combinatie van een visuele en andere beperking is niet makkelijk. Dat geldt ook voor de begeleiding van volwassen met een meervoudige beperking. De vragen die daarbij ontstaan kunnen zeer complex zijn. De persoonlijke vraag vormt altijd het uitgangspunt voor het aanbod van Visio dat bestaat uit ondersteuning in de vorm van onderzoek, advies en begeleiding. Werkwijze Over zorg en begeleiding maakt Visio afspraken met cliënten of hun ouders. Deze afspraken worden altijd vastgelegd in persoonlijke behandelplannen en zorgverleningovereenkomsten. Visio houdt zich hierbij strikt aan de wettelijke en juridische regelgeving. Rens van, G.H.M.B., & Vreeken H.L., & Nispen van, R.M.A. (2011). Richtlijn; Visusstoornissen, revalidatie en verwijzing. Verkregen op februari 2012 van http://www.oogheelkunde.org/uploads/q6/Go/q6GofnCh6KBM0L5YX84iiQ/Richtlijn-visusstoornissenrevalidatie-en-verwijzing.pdf 1 Limburg, J.J. (2010). Epidemiologie van visuele beperkingen en een demografische verkenning. Verkregen op februari 2012 van http://www.vision2020.nl/contents/InZichtmodel_v1.04NL.xls 2 3 Algemene informatie over Visio. Verkregen op februari 2012 van www.visio.org 5 Aanmelden bij Visio Voor informatie en aanmelding kan men contact opnemen met de Cliëntservicelijn via T 088 585 85 85. Medewerkers van Visio brengen samen met de cliënt de situatie zorgvuldig in kaart. Financiering Aan de meeste diensten van Visio zijn geen kosten verbonden. Deze zorg wordt gefinancierd uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De aanmelding bij Visio loopt via het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), dat onderzoekt of men voor zorg in aanmerking komt. 1.2 Visio, partner voor professionals Niet iedereen die beroepsmatig omgaat met mensen met een visuele beperking is altijd voldoende op de hoogte van de impact die een dergelijke beperking heeft. Ook de benaderingswijze is niet altijd duidelijk. Dat is niet vreemd omdat de doelgroep in Nederland en wereldwijd relatief klein is. Specialistische kennis is niet vanzelfsprekend in de buurt. Meestal is die slechts op enkele plaatsen in het land te vinden. Dat geldt ook voor de kennis van Visio. Overal Mensen in het onderwijs en in de reguliere gezondheidszorg hebben regelmatig te maken met mensen met een visuele beperking. Maar eigenlijk kan die omgang in elke beroepsgroep en overal voorkomen. Bij veel bedrijven kan een blinde collega werken. Hoe benader je hem of haar en hoe richt je de werkplek het beste in? Maar ook bij de aanleg van wegen kunnen vragen rijzen: hoe leg ik een veilige bushalte of oversteekplaats aan? Zo zijn er veel situaties waarin rekening gehouden kan of moet worden met mensen die slecht of helemaal niets zien. Wanneer en hoe doe je dat? Maatwerk Visio helpt mensen met een visuele beperking zoveel mogelijk aan maatschappelijke situaties te wennen. Maar zij zijn niet de enigen die moeten leren omgaan met de algemene dagelijkse handelingen. In verschillende beroepsgroepen is het handig en vaak noodzakelijk dat je meer weet over deze doelgroep. Daarom geeft Visio voorlichting, workshops en informatie op maat aan beroepsgroepen die met slechtziende en blinde mensen te maken hebben. Dat zijn onder andere artsen, hulpverleners in opleiding en medewerkers van verpleeg- en zorginstellingen, maar ook directeuren, facilitair medewerkers, architecten en bouwkundigen. 1.3 Afdeling advies Kennismaken met Visio kan op verschillende manieren. U kunt vrijblijvend binnenlopen tijdens het inloopspreekuur of een informatiebezoek op afspraak maken. Ook organiseert Visio voorlichtingsbijeenkomsten. Als u Visio tijdens deze gelegenheden bezoekt, ontvangt u informatie over de mogelijkheden bij Visio. Ook wordt gesproken over hulpmiddelen: advies over het gewenste hulpmiddel, een uitleg over het gebruik ervan en de mogelijkheid tot het lenen van hulpmiddelen. 6 2 Wat is een visuele beperking? Het woord visueel heeft betrekking op het zien en het woord beperking op het feit dat door het slecht zien de persoon beperkt wordt in zijn dagelijkse handelingen. Als we praten over een persoon met een visuele beperking, dan gaat het om een blinde of een slechtziende persoon. Blind Als iemand ‘niets’ ziet, denkt men vaak dat diegene de wereld als ‘donker’ ervaart. Als wij onze ogen sluiten, is het zwart. Ook als wij ’s nachts ons bed uit komen om iets te pakken, is het donker en lijkt het of we ons in een zwarte wereld begeven. Bij blinde mensen is dit echter niet altijd het geval. Knijpt iemand bijvoorbeeld de ogen stevig dicht, dan kunnen er op een gegeven moment allemaal kleuren verschijnen die gaan bewegen. Dat kan een beeld zijn dat een blind persoon ‘ziet’. Soms kan een blinde persoon fel licht waarnemen of wordt een donkere dag afgewisseld door een fel verlichte dag. Er zijn mensen die flitsen zien alsof het in de oogkassen onweert. Ook kan iemand door een dikke mist heen kijken en alleen de contouren van iets waarnemen. In dit laatste geval spreek je over maatschappelijk blind zijn. Slechtziend Slechtziendheid is verminderd waarnemen als gevolg van een aandoening in het visuele systeem (ogen en/of hersenen). Er is een vermindering van de gezichtsscherpte en/of een gedeeltelijke uitval van het gezichtsveld. Er zijn veel verschillende oogaandoeningen, die slechtziendheid kunnen veroorzaken. Slechtziendheid in algemene bewoordingen aanduiden is onmogelijk. Er zouden vervelende situaties kunnen ontstaan: bij de ene persoon is veel licht tijdens het lezen een goede oplossing, bij een andere slechtziende persoon kan dit als zeer hinderlijk worden ervaren. Zo is ook het vergroten van teksten niet voor iedere slechtziende persoon een oplossing. In - 3 de omgang met een slechtziende persoon is het goed om het volgende na te gaan: Welke oogaandoening heeft iemand? Welke beperking in activiteiten ervaart iemand? Bijvoorbeeld: niet kunnen lezen. Wat zijn de maatschappelijke gevolgen van de beperking in activiteiten? Bijvoorbeeld: met de kinderen niet mee kunnen doen met een gezelschapsspel. Gezichtsscherpte en gezichtsveld Als we de verschillen in slechtziendheid willen begrijpen, moeten we aandacht hebben voor de begrippen ‘gezichtsscherpte’ en ‘gezichtsveld’. Gezichtsscherpte Bij een verminderde gezichtsscherpte heeft de persoon moeite om details waar te nemen. Dit betekent dat men bijvoorbeeld de kleine lettertjes niet meer kan lezen. Gezichtsveld Onder gezichtsveld wordt verstaan het hele gebied dat we kunnen overzien als we recht vooruit kijken. Alleen het punt waar we naar kijken is scherp. Alles er omheen is wazig. Bij gezichtsvelduitval worden delen van het normale gezichtsveld niet gebruikt. Dit kan het midden van het gezichtsveld zijn, centraal gezichtsvelduitval of uitval aan de buitenkanten, ook wel het perifere gezichtsveld. Er kunnen ook voortdurende vlekken of vegen worden waargenomen. 7 4 Het oog Hieronder worden structuren uit het oog benoemd die vooral te maken hebben met oogaandoeningen bij oudere mensen. Hoornvlies Het hoornvlies is het voorste doorzichtige werkt als een lens. Samen met de echte afbeelding van de buitenwereld op het Lens De lens zit direct achter de iris en de pupil netvlies is scherp te stellen. deel van het oog. Het hoornvlies ooglens wordt een scherpe netvlies geprojecteerd. en zorgt ervoor dat het beeld op het Glasachtig lichaam Geleiachtige massa omgeven door een dun vlies binnen in de oogbol die er mede voor zorgt dat het oog een stevige vorm houdt. Netvlies (retina) Een ‘filmlaag’, opgebouwd uit verschillende lagen, waarop het beeld wordt geprojecteerd. In het netvlies bevinden zich speciale cellen die het beeld omzetten in elektrische signalen, die vervolgens naar de hersenen gaan. Gele vlek (macula) Het centrale deel van het netvlies. Hier komen de beelden op van waar we naar kijken. De gele vlek is het enige deel van het netvlies waar we scherp mee kunnen kijken. Blinde vlek De blinde vlek is een punt op het netvlies van waaruit de oogzenuw het oog verlaat en verder het hoofd in gaat naar de hersenen. De oogzenuw geeft impulsen door aan het visuele deel van de hersenen. 8 5 Praktische gevolgen van oogaandoeningen Beeld: Vertroebeling van de ooglens. Praktische gevolgen: - In toenemende mate verminderd detailzien. Bijvoorbeeld: moeite met de punten op de dobbelsteen, lezen, mensen herkennen. - Hinder van open lichtbronnen. Bijvoorbeeld: kroonluchters, kaarsen. Richtlijnen: - Vergroten. - Goede (afgeschermde) verlichting en zonwering. - Gebruik maken van kleuren en contrasten. - Andere zintuigen inschakelen om ogen te ontlasten. Beeld: Ontstaan van schade aan de gele vlek (ook wel slijtage genoemd). Praktische gevolgen: - In toenemende mate verminderd detailzien. Bijvoorbeeld: moeite met de vakjes herkennen op spelbord, lezen, mensen herkennen. - Het zien van vlekken en vegen. - Het zien van vervormingen. Bijvoorbeeld: rechte lijnen vertonen hobbels en bobbels. Richtlijnen: - Vergroten. - Gebruik maken van kleuren en contrasten. - Andere zintuigen inschakelen om ogen te ontlasten. - Leren excentrisch te fixeren (= naast het voorwerp kijken). Beeld: Er ontstaat schade aan de zenuwvezels en de oogzenuw. Deze zenuwvezels verbinden het netvlies met de hersenen. Door het verloren gaan van de zenuwvezels ontstaan blinde vlekken. (kokervisus) Praktische gevolgen: De praktische gevolgen zijn sterk afhankelijk van de uitval. - Gezichtsvelduitval kan bijvoorbeeld leiden tot problemen met de mobiliteit. - Er kan verminderd detailzien optreden. Bijvoorbeeld: moeite met overzicht, lezen, mensen herkennen. - Over het algemeen moeite met zien in het schemerlicht of in het donker. - Hinder van fel licht. 9 Richtlijnen: - Doordat er een koker gezichtsveld kan ontstaan, is het niet altijd zinvol te vergroten. - Goede (afgeschermde) verlichting en zonwering. - Gebruik maken van kleuren en contrasten. - Andere zintuigen inschakelen om ogen te ontlasten. - Systematiek in het kijken aanbrengen. Beeld: Een oogheelkundige complicatie van suikerziekte waarbij er veranderingen optreden in de bloedvaten van het netvlies. Praktische gevolgen: - Afhankelijk van de uitval (centraal of perifeer): - Voorwerpen over het hoofd zien door gezichtsvelduitval. - Problemen met scherp zien. - Hinder van fel licht. Richtlijnen: - Vergroten. - Adequate verlichting en zonwering. - Gebruik maken van contrasten. - Systematiek in het kijken aanbrengen. - Rekening houden met de algehele conditie van de persoon. - Andere zintuigen inschakelen om ogen te ontlasten. 5.1 Niet Aangeboren Hersenletsel Beeld: Visuele stoornissen door beschadiging aan het visuele systeem: oogzenuw en hersenen. Verloop: Afhankelijk van de locatie van hersenletsel kunnen verschillende beperkingen zich voordoen. Symptomen: Moeite met: - Het overzien van een drukke situatie. - Het zich oriënteren in een onbekende en/of bekende omgeving. - Lezen. - Het herkennen van gezichten. - Het herkennen van vormen, voorwerpen, plaatjes en symbolen. - De (visuele) aandacht kan wisselend zijn. Er kan gezichtsvelduitval bij voorkomen en men kan hinder van licht ervaren. Praktische gevolgen: - Problemen met het hebben van overzicht. - Problemen bij mobiliteit en oriëntatie. - Problemen van sociale aard. Bijvoorbeeld: mensen niet herkennen, mogelijk geheugenverlies. - Last van teveel licht. Richtlijnen: - Een neuropsycholoog van Visio kan onderzoek doen naar het voorgaande. Het is belangrijk goed in kaart te brengen waar de schade en de beperking uit bestaat; hierop wordt de begeleiding afgestemd. 10 6 Herkennen van verbale signalen Veel mensen kunnen hun oogaandoening niet precies benoemen met de juiste medische terminologie. Niemand zegt: “ik heb zo’n last van mijn macula degeneratie”, of “dit is een slechte dag voor mijn diabetische retinopathie”. Veel vaker hoor je omschrijvingen als: - Ik zie allemaal vlekken. - Alles is zo wazig. - Ik heb last van dat felle licht. - Het lijkt wel of er een gordijn voor mijn ogen beweegt. - Ik heb last van hoofdpijn en zie alles wazig. - Ik zie alles dubbel. - In het donker zie ik niets. - Alles ziet er zo vervormd en verwrongen uit. - Ik kan de punten op de dobbelstenen niet meer zien. - Ik zie kringen wanneer ik naar de lamp kijk. - Mijn ogen doen zeer. 7 Herkennen van non-verbale signalen Mensen hebben soms zelf niet door dat ze slechter gaan zien of ervaren het als één van de gebreken die nu eenmaal horen bij het ouder worden. Omdat er in veel gevallen wel iets aan gedaan kan worden door middel van behandeling en/of revalidatie, is het belangrijk extra aandacht te hebben voor signalen 4 die op slechtziendheid kunnen wijzen. Zo kun je denken aan: 4 Iemand leest de spelregels niet meer, leest geen boeken of kranten meer, laat de post lang liggen. Iemand laat het licht de hele dag branden. Iemand gaat minder tv kijken. Iemand gaat minder zijn kamer uit. Iemand wil niet komen koffie drinken of doet niet meer mee aan georganiseerde activiteiten. Iemand heeft moeite met spelen van spellen: vindt de vakjes niet meer, herkent eigen pionnen niet meer, kan de kaarten op tafel niet zien of de rummicub stenen. Iemand schrikt als een ander binnenkomt. Iemand grijpt naast voorwerpen. Iemand maakt zoekbewegingen met de handen. Iemand loopt schuifelend op zoek naar afstapjes, iemand gaat voorzichtig lopen Iemand loopt dicht langs de muur. Iemand knoeit met eten en/of eet het bord niet helemaal leeg. Iemand kan zijn eigen spullen niet meer vinden. Iemand kan geen telefoonnummers meer draaien. Iemand durft niet meer alleen de straat op. Iemand vertoont minder interesse in activiteiten. Iemand knijpt de ogen samen. Iemand loopt met de hand boven de ogen. Iemand maakt geen oogcontact. Iemand stoot zich regelmatig. Iemand draagt kleding die niet bij elkaar past. Iemand heeft vlekken op zijn kleding. Iemand loopt bekende mensen voorbij zonder iets te zeggen. Iemand is (schijn)vergeetachtig. Iemand houd het hoofd schuin naar boven, beneden of opzij. Iemand raakt in een bekende omgeving de weg kwijt. Iemand isoleert zich geleidelijk van anderen. Rietveld, T., & Arts, W., & Leenders, A. (2010). Oog en oor voor kwaliteit van leven. Boxtel: drukkerij Tielen. 11 8 Communicatie en informatie 80% van alle informatie die bij ons binnen komt is visuele informatie. Denk hierbij aan informatie via de televisie, in tijdschriften of op posters. Waar we echter vooral aan moeten denken, is de informatie die we krijgen zonder er direct moeite voor te hoeven doen. Het gaat hierbij om informatie in één oogopslag. - Wat staat er nog in de koelkast? - Kunnen we onder die luifel doorlopen? - De krantenkop. - Het weer. Wij maken soms keuzes die gebaseerd zijn op de onbewuste visuele waarnemingen die wij opdoen in die ene oogopslag. Communicatie kan worden omschreven als contact hebben met iemand of met elkaar. Bij communicatie is het zo dat als we het hebben over communiceren we denken aan een dialoog of geschreven tekst. We gaan vaak uit van de verbale communicatie. Staan we echter stil bij de non-verbale communicatie, dan hebben we weer die ene oogopslag nodig die bepalend kan zijn voor de verdere communicatie. Iemand kan bijvoorbeeld bij binnenkomst op een receptie in één oogopslag zien wie er zijn en een knipoog geven naar een goede bekende. Het mag duidelijk zijn dat bij visueel beperkte personen de communicatie anders kan verlopen. Gevolg is dat het zonder de visuele informatie lastig is om op de hoogte te blijven van grote en kleine dingen om ons heen. Een compleet beeld vormen van grote voorwerpen is moeilijk, doordat de waarneming fragmentarisch is. Het is lastig om te weten waar we zijn, wie er bij ons in de buurt zijn, wat er om ons heen gebeurt, hoe groot bijvoorbeeld de kleinkinderen zijn. Meepraten over de dagelijkse dingen wordt daardoor moeilijker. Visueel beperkte personen zijn, meer dan ziende, afhankelijk van het gesprokene. Daarom is het goed dat zorgverleners verwoorden wat ze aan het doen zijn en de situatie beschrijven waarin de persoon zich bevindt. 8.1 Tips voor communicatie en informatie Om goed te kunnen blijven communiceren met een slechtziend of blind persoon, maar ook om iemand op een juiste manier te kunnen blijven informeren volgt hier een aantal richtlijnen en praktische tips. - 12 Gebruik een voor de persoon prettige leesvorm. Denk aan grootletterschrift, ver uit het makkelijkste om toe te passen voor het aanpassen van spelregels. Anders braille als iemand die leesvorm beheerst of het gesproken woord op Daisy cd’s. Als u iemand aanspreekt, noem dan zijn naam zodat hij weet dat er tegen hem gesproken wordt. Noem bij het aanspreken ook uw eigen naam. Een visueel beperkt persoon kan niet iedereen op stemgeluid herkennen. Vertel wat u aan het doen bent en waarvoor u komt. Het is heel attent om de pionnen voor de persoon op het spelbord vast klaar te zetten. De persoon kan het geluid echter ook uitleggen als iets geheel anders of denken dat hij/zij in de mailing genomen wordt. Raak de persoon niet onverwacht aan. Hij kan hiervan schrikken. Richt uw gezicht naar de persoon. De persoon hoort of de ander met zijn of haar aandacht ergens anders is of bijvoorbeeld naar buiten staart. Reageer met woorden; een knikje of een glimlach wordt niet waargenomen. Het is een misverstand dat u tegen een visueel beperkte persoon altijd harder moet praten. U mag gerust ook even stil zijn en niets zeggen. Meld als u een ruimte verlaat of als het gesprek afgelopen is. Voorkom daarmee dat de persoon doorpraat terwijl er niemand meer is. Woorden als hier, daar en verderop worden moeilijk begrepen. Stel in de aanduidingen die u geeft de persoon centraal. Bijvoorbeeld: “Het speelbord staat recht voor u, de dobbelsteen ligt er rechts naast”. - Bij aanduidingen op het bord wordt wel eens de wijzerplaat van de klok gebruikt. Bijvoorbeeld: het vlees ligt op 2 uur of de wortels liggen op 10 uur. Slechtziend of blind zijn, iedereen weet waar de wijzers zitten op de wijzerplaat van een klok. Vraag altijd of de persoon met iets geholpen wil worden. Veel mensen doen de dingen graag zelf, ook al gaat het moeizaam. Als een persoon een ruimte binnenkomt waar veel mensen zijn, vertel dan wie er naast de persoon zit of wie er juist niet zijn. Geef een voorwerp in de hand als u iemand iets wil laten ‘zien’. Vertel de persoon hoe het spel, spelbord en andere attributen eruit zien en voorkom hiermee dat elk spel een raad spelletje wordt. Laat een persoon het bord/spel eerst verkennen door bijvoorbeeld voelen/aftasten voordat men met een spel begint. Geef uitleg over het spel tijdens het voelen. Neem hiervoor de tijd. Leg een visueel grapje altijd even uit. De persoon mist dat en kan snel gaan denken dat het om hem gaat. Dit voorkomt misverstanden. Tik een persoon op de schouder als u in een groep iets tegen hem of haar wilt zeggen. Kijken en zien zijn geen taboewoorden. Het is algemeen Nederlands taalgebruik. 13 Bijlagen Bijlage 1 Enkele tips bij activiteiten voor het dagelijkse leven en spellen in het bijzonder Met kleine en eenvoudige aanpassingen kunnen mensen met een visuele beperking zelfstandig hun activiteiten blijven doen. - Zet alles op een vaste plaats en vertel waar alles staat en wat het is. - Maak gebruik van contrasterende kleuren. Bijvoorbeeld: schenk melk in een zwarte beker, koffie in een witte. - Vertel duidelijk uit welke onderdelen het spel bestaat en hoe deze eruit zien. - Laat iemand voor aanvang, het spel verkennen door het te laten voelen en geef hierbij uitleg van het doel van het spel. - Maak gebruik van materiaal waarmee men kan markeren. Bijvoorbeeld: merkpasta, bumpons. - Geef pionnen in verschillende vormen als deze dat al niet hebben door het aanbrengen van bijvoorbeeld een puntje, vierkantje etc. - Met grootletterdruk of braille kunnen spelonderdelen en de dozen van tekst worden voorzien. - Antislipmaterialen zijn in veel situaties te gebruiken, op een dienblad, op een chroom aanrechtblad, onder een bord of tijdens een gezelschapsspel. - Leg fiches en andere kleine onderdelen in een bakje of op een schoteltje en vertel duidelijk waar dit te vinden is. - Vermijd overbodige informatie op bijvoorbeeld spelborden, dit geldt ook voor afbeeldingen en plaatjes. - Gebruik desgewenst meerdere, verschillende dobbelstenen in het spel zodat alle spelers een bij hen passende dobbelsteen kunnen gebruiken. - Gebruik een niveaudetector om te weten wanneer het glas of de beker vol is. Goedkoper hulpmiddel is de pingpongbal. - Pas adequate verlichting toe, denk aan taakverlichting. Opmerking: veel verlichting is meestal geen goede verlichting. - Er zijn agenda’s, telefoonklappers, verjaardagskalenders, in grootletter. - Herschrijf uitgebreide spelregels en vermeld alleen de hoofdpunten, in grootletter. - Maak gebruik van de volgende vuistregels: Contrast Systematiek Vergroting Verlichting Andere zintuigen Communicatie Aanpassingen in huis: - Adequate verlichting en zonwering. - Adequate zichtbare of voelbare overgang van trap naar gang. - Gebruik contrast bij lichtknoppen, elektrische apparatuur en thermostaat. - Werk met herkenningspunten, als een tikkende klok. 14 Bijlage 2 Voorbeelden van spellen - Sjoelen - Domino/bingo - Kaarten - Dammen en schaken - Bingo - Quizzen, zoals koninginnenquiz, Weekend Miljonairs, Triviant - Pim Pam Pet - Geheugenspelletjes, zoals Weet u nog?, Spelen met taal, Vragenderwijs, Veel te vertellen - Kegelen - Voelbingo - Kruiswoordpuzzel maken (Uitgeverij Tom) - Skip Bo - Herken het geluid - Tik tak boem - Le Bloq - Voeldomino - Herken het geluid - Voelmemory - Othello zwart/wit - Gewichten memory - Geluiden memory - Staafjesspel Veel gezelschapsspelen zijn in de gewone winkels verkrijgbaar en kunnen op eenvoudige wijze worden aangepast. Veel reguliere spellen zijn al aangepast voor mensen met een visuele beperking en deze aangepaste spellen zijn, onder andere, verkrijgbaar via hulpmiddelen leveranciers onder andere: Worldwidevision Slechtziend.nl Barry Emons Nenko/Rompa Van Dijk Toys Freedom adl Toys42hands Sensory shop Meer informatie over aangepaste spellen en waar te verkrijgen: Koninklijke Visio, [email protected] Vereniging Speelotheken Nederland, [email protected] - Geraadpleegde literatuur 1. Blanken, J. (2003). Zal ik u een arm geven? Utrecht: Pascal. 2. Diepenveen, C., & Teurlings L., & Verstraten, P. (2000). Ooit gezien, maar nog niet uitgekeken. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. 3. Limburg, J.J. (2010). Epidemiologie van visuele beperkingen en een demografische verkenning. Verkregen op februari 2012 van http://www.vision2020.nl/contents/InZichtmodel_v1.04NL.xls 4. Rietveld, T., & Arts, W., & Leenders, A. (2010). Oog en oor voor kwaliteit van leven. Boxtel: drukkerij Tielen. 5. Algemene informatie over Visio. Verkregen op februari 2012 van www.visio.org 15 Adressen Revalidatie & Advies Amsterdam Paasheuvelweg 17 1105 BE Amsterdam T 088 585 57 00 Apeldoorn Stationsstraat 176 7311 MJ Apeldoorn T 088 585 67 00 Haarlem Gebouw Haerlemmerpoort Amsterdamsevaart 268 2032 EK Haarlem T 088 585 79 00 Haren Rijksstraatweg 61 9752 AC Haren T 088 585 70 00 Visio Het Loo Erf Intensieve revalidatie Waldeck-Pyrmontstraat 31 7315 JH Apeldoorn T 088 585 62 00 Heerhugowaard Gildestraat 3 1704 AG Heerhugowaard T 088 585 90 00 Breda Heerbaan 14-40 4817 NL Breda T 088 585 87 00 Hoogeveen Het Haagje 133 7902 LE Hoogeveen T 088 585 69 00 Den Bosch Reitscheweg 7 5232 BX ’s-Hertogenbosch T 088 585 89 00 Leeuwarden Tadingastraat 4 8932 PJ Leeuwarden T 088 585 73 00 Den Haag Bordewijklaan 3 2591 XR Den Haag T 088 585 92 00 Inloopspreekuur: dinsdag 09.00 - 12.00 uur Leiden Poortgebouw Rijnsburgerweg 10 2333 AA Leiden T 088 585 96 00 Dordrecht p/a Albert Schweitzer Ziekenhuis Amstelwijck Van der Steenhovenplein 1 3317 NM Dordrecht T 088 585 94 00 Nijmegen Javastraat 104 6524 MJ Nijmegen T 088 585 89 40 Eindhoven Castiliëlaan 8 5629 CH Eindhoven T 088 585 88 80 Goes Stationspark 2 4462 DZ Goes T 088 585 95 00 16 Rotterdam Schiedamse Vest 158 3011 BH Rotterdam T 088 585 97 00 Sittard – Geleen Dr. H. van der Hoffplein 1 6162 BG Sittard-Geleen T 088 585 88 00 Opmaak en druk: Visio Eindredactie: Visio, afdeling advies Haarlem Uitgever: Koninklijke Visio Amsterdamsevaart 268 2032 EK Haarlem T 088 585 79 00 www.visio.org © Visio 2013 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.