Landschapsnetwerk Brummen Advies bij DLG-studie “klimaatcorridor en verbindingszone Oekense beek, Brummen” Aanleiding Op 12 december 2013 hebben Martin Vossebeld en Louis Lansink voor het Landschapsnetwerk Brummen een presentatie gegeven over hun ideeën voor de uitvoering van de ecologische verbindingszone Oekense Beek. In Januari 2014 brengen zij advies uit aan de Provincie Gelderland over de uitvoering van Groene opgave van de IJsselsprong, met name langs de Oekense beek. Martin en Louis hebben het Landschapsnetwerk gevraagd een advies op te stellen vanuit onze gezichtspunten; zij willen onze inzichten en kennis in het advies aan de provincie kunnen benutten. Doel van het advies DLG geeft aan de provincie Gelderland (namens de Bestuurlijke Begeleidingscommissie IJsselsprong) een rapportage van kansen en knelpunten van de bezochte grondeigenaren. Deze rapportage wordt begeleid door een advies over de uitvoering. Het advies van het Landschapsnetwerk Brummen wordt ongewijzigd als bijlage opgenomen. 1 Daarnaast zullen onderdelen in het DLG-advies worden overgenomen. In een overleg met gemeente Brummen, Waterschap Vallei en Veluwe, Natuurmonumenten en Provincie Gelderland wordt de rapportage besproken. Daarna kiest de Provincie welke kansen en knelpunten worden opgepakt en geeft hiertoe opdracht aan partijen of verzoekt onderdelen met lopende projecten zoals N2000 mee te nemen. De werkwijze van de verkennende studie is vernieuwend en biedt kansen Het betreft een nieuwe aanpak/benaderwijze van een inventarisatie van kansen en knelpunten. Het watersysteem en het historische landschap wordt als uitgangspunt voor het gesprek genomen. Hierbij wordt uitgegaan van zowel de ideeën van de grondeigenaar als van de doelen van het project IJsselsprong. Wij denken dat deze aanpak uitnodigt tot vernieuwend denken, ingesleten denkpatronen doorbreekt en een gemeenschappelijk uitgangspunt kan creëren waar velen in kunnen meedenken. Een opmerkelijk groot draagvlak wordt gesuggereerd door de resultaten van de 34 keukentafelgesprekken met direct betrokken grondeigenaren. Door deze gesprekken is klaarblijkelijk vertrouwen gekweekt. Kennelijk voelen mensen zich serieus genomen door de wijze waarop de gesprekken zijn gevoerd en door te benadrukken dat hun kennis wordt benut. Door de watersysteembenadering en de wijze waarop grondeigenaren in het project zijn betrokken zijn kansen ontstaan voor een vernieuwende uitvoering van de verbinding. Wij adviseren deze kansen zo goed mogelijk te benutten, want hier kan iets moois ontstaan. Tegelijk is het essentieel dat ook nadelen worden meegewogen, bijvoorbeeld nadelen die ontstaan voor de agrarische bedrijfsvoering. Wij denken bijvoorbeeld aan vernatting en het risico voor het optreden van leverbot, die in natte gebieden voor flinke problemen kan zorgen. Belangrijke voorwaarden voor het verder uitbouwen en benutten van de positieve sfeer die nu is ontstaan zijn dat samen met de agrariërs slimme oplossingen worden verzonnen om nadelen te ondervangen en dat er voldoende budget is om deze oplossingen te financieren. Het zou in de geest van het planproces passen om deze financiering niet te benoemen als schadeloosstelling of compensatie, maar als betaling voor door de boer aan de maatschappij geleverde diensten. Hieronder ons advies in twee stappen. Stap 1 gaat over doel en uitvoering van de verbindingszone. Stap 2 betreft een uitbreiding van dit doel, namelijk het ontwikkelen van een duurzaam landschap voor bewoners, ondernemers en bezoekers. We zien kansen deze partijen te verbinden met het landschap en zo de natuurlijke, sociale en economische waarden te versterken. Advies over de verbindingszone Het doel van de verbindingszone kan op drie schaal niveaus worden ingestoken: Nationaal en regionaal niveau: de verbinding is onderdeel van een schakel in het Nationale natuurnetwerk tussen Veluwe en regio Winterswijk/Duitsland, waardoor dit beter bestand is voor de gevolgen van klimaatverandering. Klimaatverandering in Nederland houdt op hoofdlijnen het volgende in: hogere temperaturen, veranderingen in hoeveelheid neerslag en verdeling van de neerslag over de seizoenen en grotere kans op extremen in het weer. In de zomer zullen vaker grote perioden van droogte ontstaan, 2 terwijl daarnaast ook overstromingen kunnen ontstaan door hevige neerslag in korte tijd. Door de opwarming verdwijnen soorten en het is belangrijk dat ter compensatie nieuwe soorten, die beter aan het nieuwe klimaat zijn aangepast zich kunnen vestigen. De grotere grilligheid van het weer, maakt de populaties in toch al kleine gebieden kwetsbaarder, waardoor ze risico lopen uit te sterven. Dit vraagt om robuustere natuurgebieden en het vergroten van de bereikbaarheid van leefgebieden. In het bijzonder een robuust beeksysteem goed ingebed in zijn omgeving, waarbij zowel droogte kan worden opgevangen en ruimte is voor tijdelijke wateropslag. Soorten die van de verbindingszone zullen profiteren zijn bijvoorbeeld marterachtigen, waterspitsmuis en andere kleine zoogdieren, ringslang en hazelworm, kamsalamander en andere amfibieën, grote weerschijnvlinder en andere vlinders met geringe mobiliteit, andere insecten met geringe mobiliteit, plantensoorten kenmerkend voor een beekdallandschap. Hoe kan inrichting bijdragen aan deze doelen? Ten eerste door een mozaïek van opgaande begroeiing, ruigten, bloemrijke graslanden met natte en droge delen. Heterogeniteit (bijv. afwisseling van nat en droog) in de begroeiing is belangrijk voor risicospreiding bij het opvangen van door klimaatverandering toenemende weersextremen. Ten tweede door in de verbindingszone hier en daar bredere delen te ontwikkelen, die als stapsteen in de verbinding functioneren maar ook als “waterbron” fungeren, bijvoorbeeld op plekken met kwel, om de perioden van droogte beter te kunnen overbruggen. Regionaal niveau: Versterken van de relatie met de IJssel. Er is vrijwel geen beek meer die direct op natuurlijke wijze in de IJssel uitmondt. Door de dynamische relatie tussen rivier en beek hier te versterken, ontstaat een schakel in een keten van dergelijke leefgebieden langs de IJssel. Dit betekent een belangrijke versterking voor diersoorten die het moeilijk hebben doordat de IJssel hydrologisch geïsoleerd is geraakt van het achterland. Er ontstaat habitat met een bijzondere dynamiek, een open verbinding naar paaigebieden voor vissen, leefgebied voor allerlei beeksoorten zoals beekprik en bermpje. Maar ook hoogwatervluchtplaatsen, belangrijk voor het overleven van veel dieren in het rivierengebied, kunnen in het achterland worden aangelegd. Bij de inrichting zorgen dat een keten ontstaat van poelen, robuuste overlopen, inundatiegebieden; een beek met brede en lage oevers, die zelf kan meanderen en overstromen, en met vochtige bloemrijke graslanden. Het realiseren van dit doel van de verbinding vereist een verkenning naar technische oplossingen die voorkomen dat binnendijks gebied bij hoog water te sterk vernat. Lokaal niveau. Knoflookpad en rugstreeppad profiteren van de dynamiek in het waterpeil bij een inrichting zoals boven geschetst. Voor de sleedoornpage, een bijzondere dagvlinder die in onze regio met kansrijke populaties voorkomt, kan de zone een welkom leefgebied worden. Van lokale betekenis is ook dat een ruggengraat voor biodiversiteit in het nu tamelijk eenvormige landschap ten oosten van Voorstonden ontstaat, van waaruit kleine en versnipperde populaties kunnen worden versterkt zodat deze zich handhaven in kleine plekken verstrooid in het agrarische land en in tuinen van bewoners. Dat betekent voor bewoners een grotere kans op meer en wat bijzonderder soorten in hun woonomgeving. Aansluiten bij de historische structuur van het landschap ligt voor de hand en geeft toegevoegde waarde. De insteek via het watersysteem legt hiervoor een goede basis. Maar ook vanuit de beleving van bewoners en bezoekers is er veel voor te zeggen de 3 inrichting historisch in te passen. Kun je bijvoorbeeld oude kerkenpaden herstellen om het gebied voor wandelaars beter te ontsluiten? En dan geen smal randje wandelpad langs een weideperceel, waar ook de boer niet blij mee is, maar een ingebed in een bredere strook met struweel en bloemrijke begroeiing. Kan het Hanzesteden pad langs de verbindingszone worden geleid? En kan er een fietspad komen op de grens van het beekdal, als veilig alternatief voor de wegen waar te hard wordt gereden? We zien ook ruiterroutes ontstaan. Kunnen nog bestaande historische punten in het landschap weer betekenis krijgen door ze op te nemen in een landschappelijke structuur? Een of enkele voetgangersbruggetjes vergroten de mogelijkheden voor wandelroutes. Beheer. Nagaan hoe begrazing en andere vormen van extensief beheer hier slim kunnen worden ingezet. Hoe kunnen de agrariërs en bewoners van het gebied hiervoor verantwoordelijk worden? Wij denken aan mensen die hooi oogsten voor hun eigen paarden, kleinschalige begrazing door paarden of andere grazers? Bij het beheer van de oevers van de beek en andere watergangen uitgaan van verwijderen van het maaisel van schouwpaden en materiaal dat uit de beek komt bij het schonen. Door de tegenwoordige praktijk om bij het maaien van schouwpaden en bij het schonen van de watergangen een pakket rottend plantenmateriaal op de over achter te laten betekent dat veel potentiele waarden niet tot ontwikkeling kan komen. Advies over het ontwikkelen van een duurzaam landschap Behalve voor biodiversiteit kan dit gebied ook bijzonder worden door een innovatie naar duurzaam ruimtegebruik, die ook sociale en economische waarde oplevert. We realiseren ons dat we daarmee buiten de lijnen van het DLG-advies treden, en terecht komen in een denkkader zoals geschetst in de lange termijnvisie van de gemeente Brummen. We komen daarmee dus uit bij een samenwerking tussen provincie en gemeente. Hiervoor kijken we naar de lange termijn. We schetsen mogelijke ontwikkelingen en gaan na hoe ze elkaar kunnen versterken. Het systeem waarin we denken bestaat uit het landschap waarin natuur en mens op elkaar inwerken. De mens gebruikt de natuur voor economie en welzijn, en investeert in natuur om die benutting te versterken en deze ook voor volgende generaties mogelijk te maken. Een partnerschap tussen mens en natuur. Welke mogelijkheden kunnen zich in het gebied voordoen? De waterhuishouding wordt beter aangepast aan de grillen van de natuur. Er ontstaat een waterbuffer waarvan bij droogte de melkveehouderij profiteert. De verbindingszone is een flinke versterking van de groene infrastructuur. Diverse landschapsdiensten die de natuur ons kan leveren functioneren daardoor op een hoger niveau en betrouwbaarder onder wisselende omstandigheden. Denk aan diensten als bestuiving, waterzuivering en natuurlijke plaagbestrijding, die van belang zijn voor agrarische bedrijven die willen overschakelen naar duurzame voedselproductie en een divers aanbod aan producten en diensten. Maar ook de fruitbomen en moestuinen van andere bewoners profiteren. Brummen gaat voor een duurzame toekomst. In het gebied ligt een kans voor het laten ontstaan van duurzame landbouw voor een lokale/regionale voedselmarkt. Niet gebaseerd op bulkproductie, maar op kwaliteitsproducten. Boomgaarden waar je fruit kunt plukken, bijzondere varkens die je kunt adopteren, kleinere koeien die minder melk produceren maar wel goedkoper zijn en tevens het gehele 4 jaar het landschap onderhouden. Een bedrijf dat stuurt op risicospreiding in plaats van op risico beheersen. Een ander soort veeteeltbedrijf dus. Ze bestaan al, dankzij ondernemende creatieve agrariërs met lef. Ze leveren een bijdrage aan herwaardering van het agrarische bedrijf. Een dergelijk boerenbedrijf biedt een diversiteit aan producten en diensten. Welke precies wordt bepaald in de wisselwerking tussen vraag en aanbod. Interessante mogelijkheden zijn er in lokale voedselketens, water vasthouden en waterzuivering als bijdrage aan het waterbeheer, beheer van de verbindingszone en recreatieve infrastructuur. We denken ook aan educatief object voor scholen over duurzame landschapsontwikkeling. Wat kan het gebied betekenen voor het imago van Brummen? In de samenleving is een trend naar duurzaam voedsel, naar participatie in het beheren van publieke waarden. Deze trends hebben hun invloed op het gebied. Nu al zie je de lokale bedrijven in het gebied zich aanpassen aan een veranderende vraag. We zien dat bij Van der Bijl diervoeders en de kwekerij Wilgenhof, aan de camping en de Aardewerkplaats, de concerten op het landgoed Voorstonden en het nieuwe pannenkoekenhuis in de spookboerderij. Wij kiezen ervoor, in de geest van de toekomstvisie van Brummen, om deze ontwikkelingen te sturen en te stimuleren. Bijvoorbeeld met als doel economische en sociale diversiteit die veerkracht geeft aan het gebied, de identiteit versterkt en maximaal gebruik maakt van het vermogen van de natuur om ons diensten te leveren. Dus: hoe kan de trend worden benut voor het ontwikkelen van een voorbeeld van duurzaam omgaan met onze leefomgeving en hoe kan dit een rol spelen in educatie? Hoe ziet de weg naar dit duurzame landschap eruit? 1. Zie de grondeigenaren als sleutelactoren en ga uit van hun ideeën, kennis en creativiteit. 2. Organiseer een proces dat voortbouwt op keukentafelgesprekken, met als doel het ontwikkelen van een gemeenschappelijke visie. Zien grondeigenaren de ontwikkeling van de verbindingszone en van De Hoven als een kans om het gebied in de lift te brengen? Is er voldoende draagvlak, commitment om de regie in eigen hand te nemen? Maar vooral: wat is hun droom voor de toekomst? Stimuleer dat direct betrokkenen eigenaar worden van de visie, schep ruimte voor een lokale beweging, stimuleer ontwikkeling van een sociaal netwerk. 3. Ontwikkel met elkaar een plan om de omgeving van het gebied erbij te betrekken. Wat heeft het gebied te bieden en voor wie? Bijvoorbeeld: welke lokale voedselketens of voedselnetwerken zijn kansrijk, wie zijn de afnemers? Ontwikkel een strategie om het gebied te profileren. Hoe ziet “Noaberschap voor de omgeving” eruit? Wie zijn je natuurlijke klanten en wie zijn je natuurlijke partners. Nieuwe business case maken voor een innovatief melkbedrijf. 4. Maak het ook politiek belangrijk, in Brummen en in Gelderland, wellicht zelfs nationaal. Ontwikkel de relatie met Zutphen. 5. Formuleer een of meer rollen voor de overheid. Welke belangen hebben gemeente en provincie? Treden zij op als vrager naar landschapsdiensten namens de maatschappij? Is er bereidheid deze relatie uit te bouwen tot een samenwerking? 6. Bedenk hoe je het organiseert. Blijft het vrijblijvend of komt er een bestuurlijke vorm, bijvoorbeeld een gebiedscoöperatie? Naar wie legt het bestuur dan verantwoording af? Wat zijn elders ervaringen waarvan kan worden geleerd? 5 7. Zie het doel niet als blauwdruk, maar als groeimodel. Begin met de voorlopers, de vernieuwers. Goede voorbeelden werken inspirerend, succes trekt aan. Organiseer een proces waarmee zoveel mogelijk mensen zich kunnen verbinden, hetzij als mentaal eigenaar, hetzij als ondernemer, hetzij als gebruiker. 8. Heb oog voor de nadelen en neem de beleving daarvan serieus. Niet iedereen is blij met meer toeristen en vernatting kan nadelen hebben voor grondgebruikers en bewoners. Isoleer die nadelen niet, maak ze onderdeel van het planproces en probeer ze met elkaar op te lossen. 9. Verzin een list als regels in de weg zitten. Welke rol kan het Landschapsnetwerk Brummen spelen? Het Landschapsnetwerk Brummen heeft niet de capaciteit een dergelijk transitieproces te faciliteren. Onze tijd is daarvoor te beperkt. We kunnen het wel ondersteunen, denken en doen verbinden, kennis inbrengen, voorbeelden van elders ter inspiratie presenteren, onze ervaring met dit soort transitieprocessen. We kunnen een eerste conferentie met alle betrokkenen mede organiseren. We kunnen ook een bijdrage leveren aan de communicatie, bijvoorbeeld bij het verbeelden van de gedroomde toekomst. We denken dat ondersteuning en facilitering van het proces door de gemeente nodig is. Over het Landschapsnetwerk Brummen Het Landschapsnetwerk Brummen is een kennisplatform waarin mensen deelnemen met kennis over en belangstelling voor natuur en landschap. We denken en delen: onafhankelijk, kritisch, eigenwijs en altijd constructief. Het Landschapsnetwerk wil in brede kring het bewustzijn stimuleren hoe de rijke cultuurhistorie en natuur van de gemeente Brummen een bedding kan zijn voor een gezonde samenleving. Samenhang van natuur en landschap, (soorten)variatie en lokale voedselvoorziening zijn speerpunten. Als netwerk bevorderen we nieuwe coalities tussen politiek, bedrijfsleven, burgers, boeren of natuurbeheerders. Omdat vooruitgang wordt geremd door gerichtheid op korte termijn, gefragmenteerde aanpak en eigenbelang. www.landschapsnetwerkbrummen.nl (na 1 maart 2014) Contactadres voor dit advies: [email protected] 6