Roger Scruton

advertisement
Roger Scruton
Het nut van pessimisme en de gevaren van valse hoop
Pleidooi voor vossenjacht
Het ergste is valse hoop
Traditie is beter dan revolutie, betoogt de Britse filosoof Roger
Scruton. In zijn jongste boek zijn de wereldverbeteraars de echte
schurken.
Vergis u niet, ook in conservatieven schuilt wel eens een rebel. Roger Scruton beleefde
zijn uur van de opstand in mei '68 in Parijs, toen hij zijn vrienden uit de middenklasse
auto's en winkels zag slopen en op de vuist zag gaan met de politie. ‘Met die onnozele
maoïstische hooligans wilde ik niets te maken hebben', herinnert hij zich graag in
interviews. ‘In één klap werd ik een conservatief. Ik realiseerde me dat ik de dingen
liever wilde behouden dan ze aan stukken te slaan.'
‘Utopisten willen de wereld niet verbeteren, ze nemen alleen wraak op de werkelijkheid',
schreef hij later. Maar natuurlijk was de jonge Scruton net zo goed met vadermoord
bezig. Zijn vader was een aan de drank verhangen socialistische onderwijzer uit
Manchester. Zoonlief kreeg een beurs voor Cambridge. Hij maakte in de jaren tachtig
naam als conservatief denker en werd een favoriete boeman van links. In zijn boeken
ging hij tekeer tegen positieve discriminatie en homorechten, zag hij de Britse eigenheid
verdrinken in een vloedgolf van migranten en het gezin verkommeren tot ‘een subversief
instituut' binnen een maatschappij van individualisten zonder gemeenschapszin.
Toentertijd was dat nog tegen de stroom oproeien: het kostte hem zijn academische
carrière. ‘De eensgezinde inspanning om het linkse gedachtegoed een onweerlegbare
status te geven, heeft op onze universiteiten geleid tot een intellectuele catastrofe te
vergelijken met het afbranden van de bibliotheek van Alexandrië', schrijft Scruton met
veel gevoel voor overdrijving. Intussen is de wind helemaal gekeerd. Conservatisme is en
vogue, zie ook Bart De Wever bij ons, en Scruton, de filosoof die sneller schrijft dan zijn
schaduw, surft mee op de trend als een goeroe. Tot in Nederland toe, waar hij sinds zijn
optreden in Wim Kayzers gevierde VPRO-serie Van de schoonheid en de troost een graag
geziene gast is.
1
Holocaust en goelag
Recentelijk werden onder meer zijn boeken Waarom cultuur zo belangrijk is en
Schoonheid vertaald: pleidooien voor het behoud van een elitaire cultuur als ‘een
toevluchtsoord voor culturele asielzoekers'. Het nut van pessimisme en de gevaren van
valse hoop heet zijn nieuwste boek. Daarin telt Scruton ‘de zegeningen van onze
eindigheid': de mens is kwetsbaar en vergankelijk en kan slechts vluchtige invloed op de
wereld uitoefenen. ‘Pessimisme is de stem van de wijsheid in een wereld vol rumoer',
schrijft Scruton (66). De grote boosdoeners zijn zij die geloven dat de wereld er alleen
beter op kan worden. Kijk naar de tragedies die de zaaiers van valse hoop in de
twintigste eeuw hebben aangericht — van de goelag tot de Holocaust.
Het begint allemaal met het geloof van de Verlichting dat de mens vrij geboren is en
bevrijd moet worden van de ketens die hem binden. Ook de soixante-huitards zwoeren
later bij dat dogma. ‘Gezinnen, scholen en kerken zijn de slachthuizen van onze
kinderen', schreef de antipsychiater R.D. Laing. Fout, zegt Scruton. ‘Instellingen, wetten,
grenzen en morele discipline maken deel uit van de vrijheid en scheppen haar eigenlijk
pas. En de bevrijding van al die zaken brengt al snel de vrijheid zelf om zeep.' In naam
van de vrijheid vestigde de Franse revolutionair Robespierre een moordend schrikbewind.
Later vond hij nog meedogenlozer navolgers: Stalin, Hitler, Mao en Pol Pot brachten ter
wille van de emancipatie van de mensheid miljoenen om.
‘In naam van de rede triomfeert altijd de redeloosheid', schrijft Scruton. De revolutie
verslindt haar eigen kinderen. Het is geen nieuw inzicht. Edmund Burke, de peetvader
van het conservatisme, heeft het hem tweehonderd jaar geleden in zijn Reflections on
the French revolution al voorgezegd. Burke geloofde in de kracht van de burgerlijke
samenleving Britse stijl: traditie is beter dan revolutie, onderhandeling en compromis
realiseren meer dan de drive van utopische plannenmakers.
Weg met de EU
De schurken in Het nut van pessimisme zijn de ‘gewetenloze optimisten' die lak hebben
aan traditie en die denken dat de wereld maakbaar is. Franse jacobijnen, Russische
revolutionairen, nazi-stormtroepers, islamitische terroristen: het is een bont allegaartje.
De provocateur Scruton voegt aan het lijstje ook modernistische architecten à la
Corbusier, tiersmondisten en EU-technocraten toe. ‘Het mooiste voorbeeld van de
drogreden van de planning in de tegenwoordige wereld en de meest verregaande vorm
van geïnstitutionaliseerde dwaasheid is de Europese Unie', schrijft hij. Die
bureaucratische moloch bemoeit zich met alles en hoeft zich niet eens te verantwoorden
tegenover zijn burgers.
‘Gewetenloze optimisten' zijn als gokkers. Ze zweren bij tabula rasa en ‘het scenario van
het beste geval' om komaf te maken met wetten en gebruiken die bewezen hebben dat
ze de tand des tijds kunnen weerstaan. Want nieuw is altijd beter dan oud, zo wil het ‘de
drogreden van de voortgaande geest'. ‘In de wetenschap mag er sprake zijn van
vooruitgang, dat geldt niet voor de cultuur of de moraal', argumenteert de pessimist
Scruton. ‘In heel wat opzichten zijn we er de afgelopen eeuw zelfs op achteruitgegaan.'
Er is geen finale oplossing voor onze problemen, heeft hij geleerd uit de geschiedenis.
Veranderingen in de samenleving moeten van onderuit groeien, met vallen en opstaan,
via een tijdrovend proces van onderhandeling en consensus. ‘En uiteindelijk is de enige
verbetering die binnen onze macht ligt de verbetering van onszelf.' Is dat niet een beetje
weinig — een illusieloze wijsheid van de middelbare leeftijd die goed bij het vergrijzende
Europa van vandaag past? We hebben zo veel te verliezen dat elke verandering bijna
vooraf al een verliespost lijkt.
2
Rand van de afgrond
‘Hoe langer ik leef, hoe meer ik besef dat de mensheid op de rand van de afgrond
balanceert en elk moment in chaos en rampspoed kan terechtkomen', schrijft de stilaan
bejaarde filosoof die dezer dagen samen met een veel jongere vrouw als een landjonker
op het platteland leeft: schrijvend, paard rijdend, jagend en musicerend. Een van zijn
laatste provocaties was een gloedvol pleidooi voor de vossenjacht. Dierenrechten zeggen
Scruton al even weinig als het homohuwelijk of gelijkekansenonderwijs: ‘Het is
gemakkelijk gelijkheid in het onderwijs te creëren. Neem gewoon alle kansen om vooruit
te komen weg, zodat geen enkel kind ooit nog iets zal kunnen leren.' Bij momenten klinkt
de goeroe van het conservatisme niet alleen erg roestig, het simplisme is ook niet veraf.
Verwar intussen conservatisme niet met economisch liberalisme, nog een populaire
stroming dezer dagen. Scruton haalt fel uit naar de globalisering omdat die
gemeenschappen uiteenrukt. En in Het nut van pessimisme staat ook een opvallende
tirade tegen de kredieteconomie (‘geniet nu, betaal later'), die ons in een wereldwijde
financiële crisis heeft gestort. Ongeremd schulden maken ondergraaft de
vertrouwensbasis waarop het kapitalisme steunt omdat op den duur niemand zich nog
aansprakelijk voelt, zegt Scruton. Er lijkt altijd wel iemand anders te zijn die de rekening
betaalt, als het niet het verzekeringswezen is dan wel de overheid. Maar natuurlijk
bestaat er niet zoiets als een gratis lunch.
Scrutons pleidooi voor traditie en verantwoordelijkheid snijdt hout. Ontworteling en
depressie zijn ziekten van de tijd in het egotrippende Westen. Maar traditie is niet alleen
een reservoir van wijsheid uit het verleden, ze staat ook voor macht en onderdrukking.
Al te vaak moet een beroep op traditie en de menselijke natuur schreeuwend onrecht
verdoezelen. De argumenten van conservatieven vandaag tegen de positieve
discriminatie van allochtonen op de arbeidsmarkt of het homohuwelijk verschillen bar
weinig van die tegen het vrouwenstemrecht zeventig jaar geleden.
En jazeker, de Russische revolutie heeft tientallen miljoenen omgebracht voor een
hersenschim, maar dat was geen experiment in het luchtledige. De tirannie van het
tsaristische regime, feodale machtsstructuren en de uitzichtloze armoede van de meeste
Russen effenden het terrein voor de waanzin. Achteraf kan je speculeren dat het land
zonder het communisme nu veel verder had gestaan, maar dat is, helaas, niet meer dan
een gedachteoefening. Stommiteiten kan je niet ongedaan maken, je kan alleen zorgen
dat ze zich niet herhalen.
DE AUTEUR: aartsconservatief.
en goeroe van de nieuwe behoudsgezinden.
HET BOEK: een pleidooi tegen wereldverbeteraars en ‘gewetenloze optimisten'.
ONS OORDEEL: Scrutons pleidooi voor traditie snijdt hout, maar hij vergeet dat traditie
ook vaak staat voor onderdrukking.
ROGER SCRUTON
Het nut van pessimisme en de gevaren van valse hoop.
Vertaald door Jabik Veenbaas, Nieuw Amsterdam, 240 blz.,
19,95 €. Oorspronkelijke titel:
‘The uses of pessimism. And the danger of false hope'.
3
R.G.
3 december 2011
In het Jaarboek 2010 van het VVA
‘Continent op drift? Europese waarden in de schaduwen van morgen’
publiceerde Roger Scruton het essay Europa als idee – blz. 173-184.
Voor het Jaarboek klik door naar
http://www.vvacademici.org/vivat.html#JAARBOEK2010
4
Download